15 DECEMBER 2019. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 19 april 2006 tot vaststelling van de wijze van en de voorwaarden voor de organisatie van het mondelinge evaluatie-examen bedoeld in artikel 191bis van het Gerechtelijk Wetboek
Art. 1-4
Artikel 1. In artikel 3 van het koninklijk besluit van 19 april 2006 tot vaststelling van de wijze van en de voorwaarden voor de organisatie van het mondelinge evaluatie-examen bedoeld in artikel 191bis van het Gerechtelijk Wetboek worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste lid, tweede streepje, worden de woorden "De kandidaten die geen twintig jaar ervaring als voornaamste beroepsactiviteit bij de balie kunnen aantonen" vervangen door de woorden "De kandidaten bedoeld in artikel 187bis, eerste lid, in artikel 191bis, § 1 eerste lid, en in artikel 194bis, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek" die geen twintig jaar ervaring als voornaamste beroepsactiviteit bij de balie kunnen aantonen";
2° in het tweede lid, worden de woorden, "artikel 287 van het Gerechtelijk Wetboek" vervangen door de woorden "artikel 287sexies van het Gerechtelijk Wetboek".
Art.2. In artikel 4, eerste lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "het verzoek om advies aan de vertegenwoordiger van de balie aangewezen door de orde van de advocaten," vervangen door de woorden "het verzoek of de verzoeken om advies".
Art.3. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2020.
Art. 4. De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.