17 JANUARI 2019. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de nadere regels voor de bekendmaking van de vacatures, voor de indiening van de kandidaturen en voor de voordracht van de leden en de criteria voor de kandidaatstelling voor de leden van de Federale bemiddelingscommissie en van de commissie voor de tuchtregeling en de klachtenbehandeling(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 31-01-2019 en tekstbijwerking tot 27-11-2024)
HOOFDSTUK 1. - Bureau van de Federale bemiddelingscommissie
Art. 1-4
HOOFDSTUK 2. - Commissie voor de erkenning van Belgische en buitenlandse bemiddelaars en commissie voor de erkenning van opleidingen en de opvolging van de permanente vorming
Art. 5-8
HOOFDSTUK 3. - Commissie voor de tuchtregeling en de klachtenbehandeling
Art. 9-13
HOOFDSTUK 1. - Bureau van de Federale bemiddelingscommissie
Artikel 1.[1 Voor het verstrijken van het mandaat van een of meer leden van het bureau of in geval van de voortijdige beëindiging van een mandaat van een lid]1 laat de minister van Justitie in het Belgisch Staatsblad een oproep tot kandidaten bekendmaken.
[1 ...]1.
----------
(1)<KB 2024-11-11/03, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
Art.2.Binnen [1 de in de oproep tot kandidaten vermelde termijn]1 worden de kandidaturen per aangetekende zending gericht aan :
1° de Ordre des barreaux francophones et germanophone, voor de advocaat die tot die orde behoort;
2° de Orde van Vlaamse balies, voor de advocaat die tot die orde behoort;
3° de Koninklijke Federatie van het Belgisch Notariaat, voor de notarissen;
4° de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders, voor de gerechtsdeurwaarders;
5° de Hoge Raad voor de Justitie, voor de magistraten;
6° [1 de representatieve instantie waartoe hij behoort, voor de erkende bemiddelaar die geen van de hierboven opgesomde beroepen uitoefent]1.
[1 7° aan de beroepsorganisatie anders dan die van voormelde beroepen, die in zijn midden erkende bemiddelaars telt en waartoe hij behoort, voor de vertegenwoordiger die behoort tot een van die andere beroepsorganisaties.]1
----------
(1)<KB 2024-11-11/03, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
Art.3.[1 Overeenkomstig artikel 1727/2, § 1, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek kunnen enkel]1 personen die doen blijken van relevante competenties in het domein van de bemiddeling in de zin van het zevende deel van het Gerechtelijk Wetboek of op het stuk van praktijkervaring of opleiding inzake bemiddeling in de zin van het zevende deel van het Gerechtelijk Wetboek [1 zich kandidaat stellen]1.
[1 Enkel kandidaten die maximaal щщn volledig voltooid mandaat in de Federale bemiddelingscommissie hebben opgenomen, tenzij in het geval bedoeld in artikel 1727/2, § 2, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek indien er zich geen of onvoldoende kandidaten melden of tenzij ze hun mandaat niet hebben voltooid in de gevallen bedoeld in artikel 1727/2, § 2, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, mogen kandidaat zijn.]1
De kandidaturen gaan vergezeld van een curriculum vitae, een motivatiebrief, een uittreksel uit het Strafregister, het bewijs van een van de competenties bedoeld in het eerste lid en, in voorkomend geval, het bewijs van hun erkenning.
----------
(1)<KB 2024-11-11/03, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
Art.4.[1 De met redenen omklede voordrachten bedoeld in artikel 1727/2, Ї 1, vierde lid, van het Gerechtelijk Wetboek worden zo snel mogelijk en uiterlijk binnen 30 dagen na de uiterste datum voor de indiening van de kandidaturen per e-mail aan de minister van Justitie gericht.]1
Elke instantie kan een lijst met een naam per te begeven zetel voordragen. [1 De voordrachten houden ook zoveel mogelijk rekening met een evenwichtige vertegenwoordiging van elk geslacht.]1
----------
(1)<KB 2024-11-11/03, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
HOOFDSTUK 2. - Commissie voor de erkenning van Belgische en buitenlandse bemiddelaars en commissie voor de erkenning van opleidingen en de opvolging van de permanente vorming
Art.5.[1 Vóór het verstrijken van het mandaat van een of meer leden van de commissie of in geval van de voortijdige beëindiging van een mandaat van een lid indien er geen vervanger kon worden gevonden op de lijst bedoeld in artikel 1727/4, § 1/1, eerste lid]1 laat de Minister van Justitie in het Belgisch Staatsblad een oproep tot kandidaten bekendmaken.
[1 ...]1.
----------
(1)<KB 2024-11-11/03, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
Art.6.Binnen [2 de in de oproep tot kandidaten vermelde termijn worden de kandidaturen per aangetekende zending en per e-mail]2 aan het bureau van de Federale bemiddelingscommissie gericht.
[1 [2 ...]2]1
----------
(1)<KB 2019-04-13/11, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 31-01-2019>
(2)<KB 2024-11-11/03, art. 6, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
Art.7.Enkel de door de Federale bemiddelingscommissie erkende bemiddelaars kunnen zich kandidaat stellen, met uitzondering van de magistraten in functie, die geen erkende bemiddelaars hoeven te zijn.
[2 Enkel kandidaten die maximaal щщn volledig voltooid mandaat in de Federale bemiddelingscommissie hebben opgenomen, tenzij in het geval bedoeld in artikel 1727/3, Ї 2, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek indien er zich geen of onvoldoende kandidaten melden of tenzij ze hun mandaat niet hebben voltooid in de gevallen bedoeld in artikel 1727/4, Ї 1/1, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek, mogen kandidaat zijn]2.
De kandidaturen gaan vergezeld van een curriculum vitae, een motivatiebrief, een uittreksel uit het Strafregister en het bewijs van hun erkenning.
----------
(1)<KB 2019-04-13/11, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 31-01-2019>
(2)<KB 2024-11-11/03, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
Art.8.[2 De met redenen omklede voordracht bedoeld in artikel 1727/4, Ї 1/1, eerste lid, van het Gerechtelijk Wetboek wordt zo snel mogelijk en uiterlijk binnen 30 dagen na de uiterste datum voor de indiening van de kandidaturen per e-mail aan de minister van Justitie gericht]2.
[1 [2 ...]2]1
----------
(1)<KB 2019-04-13/11, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 31-01-2019>
(2)<KB 2024-11-11/03, art. 8, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
HOOFDSTUK 3. - Commissie voor de tuchtregeling en de klachtenbehandeling
Art.9.[1 Vóór het verstrijken van het mandaat van een of meer leden van de commissie of in geval van de voortijdige beëindiging van een mandaat van een lid van de commissie]1 laat de Minister van Justitie in het Belgisch Staatsblad een oproep tot kandidaten bekendmaken.
[1 ...]1.
----------
(1)<KB 2024-11-11/03, art. 9, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
Art.10.Binnen [2 de in de oproep tot kandidaten vermelde termijn]2, worden de kandidaturen per aangetekende zending aan de voorzitter van de Federale bemiddelingscommissie gericht. De voorzitter bezorgt de kandidaturen vervolgens aan de algemene vergadering van de Federale bemiddelingscommissie.
[1 [2 ...]2]1
Overeenkomstig artikel 1727/5, § 1, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek draagt de algemene vergadering een lijst met [2 8]2 kandidaten, [2 4]2 Nederlandstalige en [2 4]2 Franstalige, voor aan de Minister van Justitie.
----------
(1)<KB 2019-04-13/11, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 31-01-2019>
(2)<KB 2024-11-11/03, art. 10, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
Art.11.De kandidatuur gaat vergezeld van een curriculum vitae, een motivatiebrief, een uittreksel uit het Strafregister, het bewijs van een vaardigheid in het tuchtrecht en in het oplossen van geschillen alsmede een bewijs van de erkenning als bemiddelaar of van het gegeven dat met vrucht een opleiding inzake bemiddeling is gevolgd en in voorkomend geval het bewijs van de kennis van het Duits. [1 [2 Enkel kandidaten die maximaal twee volledige mandaten in de Federale bemiddelingscommissie hebben opgenomen, tenzij in het geval bedoeld in artikel 1727/5, § 1/1, van het Gerechtelijk Wetboek indien er zich geen of onvoldoende kandidaten melden of tenzij ze hun mandaat niet hebben voltooid in de gevallen bedoeld in artikel 1727/5, § 1/1, van het Gerechtelijk Wetboek, mogen kandidaat zijn.]2]1
----------
(1)<KB 2019-04-13/11, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 31-01-2019>
(2)<KB 2024-11-11/03, art. 11, 003; Inwerkingtreding : 07-06-2024>
Art.12. Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 13. De minister bevoegd voor Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.