28 JUNI 2018. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques
Art. 1-3
Artikel 1. In artikel 8 van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques, laatst gewijzigd bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 2 februari 2017, wordt de eerste paragraaf aangevuld met de volgende leden :
"In afwijking van het vorige lid berekent het bestuur het aan de erkende onderneming verschuldigde bedrag met toepassing van volgende berekeningsformule als dit bestuur bij de controle van de in artikel 8, § 1, zesde lid, 1° vermelde voorwaarde vaststelt dat bepaalde vestigingseenheden van deze erkende onderneming de in artikel 2bis vermelde voorwaarde niet naleven:
Het normaliter verschuldigd bedrag in het kader van de bijkomende indexering bij naleving van de in artikel 2bis vermelde voorwaarde voor alle vestigingseenheden van de erkende onderneming x het aantal nieuw aangeworven werknemers in de loop van het betrokken referentiejaar in de vestigingseenheden van de erkende onderneming die de voorwaarde voorzien in artikel 2bis heeft nageleefd/het totale aantal nieuw aangeworven werknemers binnen het geheel van de vestigingseenheden van deerkende onderneming in de loop van hetzelfde referentiejaar.
Enkel de nieuw aangeworven werknemers die in de loop van het referentiejaar minstens één uur werk hebben gepresteerd dat via een door het in artikel 1, eerste lid, 4° bedoelde uitgiftebedrijf uitgegeven dienstencheque is bezoldigd, worden in aanmerking genomen.
Het bestuur zal deze berekeningsformule enkel toepassen in het kader van de uitbetaling van de resterende verhoging van de dienstencheques naar aanleiding van de overschrijdingen van de spilindex in de loop van de referentiejaren 2017 en 2018.".
Art.2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2018.
Art. 3. De minister van Tewerkstelling wordt belast met de uitvoering van dit besluit.