30 JULI 2018. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen
Art. 1-5
Artikel 1. In artikel 15 van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, de bepalingen onder 37°, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 november 2010, worden vervangen als volgt:
"37° de financiering van een jaarlijkse premie toegekend aan bepaalde verpleegkundigen volgens de voorwaarden zoals gedefinieerd in het koninklijk besluit van 28 december 2011 betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties.
Art.2. In artikel 71 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in paragraaf 1, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 6 september 2016, worden de woorden "koninklijk besluit van 22 juni 2010 betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en onregelmatige prestaties" vervangen door de woorden "koninklijk besluit van 28 december 2011 betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties";
2° artikel wordt aangevuld, luidende :
" § 3. Vanaf 1 september 2018, wordt de financiering voorzien in paragraaf 1 niet meer toegekend aan het ziekenhuis vallend onder het paritair comité voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten 330 voor de verpleegkundigen die vanaf 1 september 2018 erkend worden voor een bijzondere beroepstitel en/of voor een bijzondere beroepsbekwaamheid.
Niettemin behoudt de verpleegkundige, die begunstigde is van de premie bedoeld in de paragraaf 1, 1° en/of 2° en die van functie verandert in hetzelfde ziekenhuis vallend onder het voornoemde paritair comité 330 of die van ziekenhuis wisselt vallend onder het voornoemde paritair comité 330, het recht op de premie voor zover deze de functie van verpleegkundige blijft uitoefenen.
§ 4. De financiering van de jaarlijkse premie bedoeld in § 1, 1° en/of 2° wordt behouden, voor de verpleegkundige die werkt in een ziekenhuis niet vallend onder het voornoemde paritair comité 330, en die wisselt van werkgever die wel valt onder het voornoemde paritair comité 330, voor zover deze de functie van verpleegkundige blijft uitoefenen.".
Art.3. In artikel 92 van hetzelfde beluit, de bepalingen onder 14., laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 26 november 2010, worden vervangen als volgt:
"14. de financiering van een jaarlijkse premie toegekend aan bepaalde verpleegkundigen volgens de voorwaarden zoals gedefinieerd in het koninklijk besluit van 28 december 2011 betreffende uitvoering van het attractiviteitsplan voor het verpleegkundig beroep, in bepaalde federale gezondheidssectoren, wat betreft de premies voor de titels en bijzondere beroepsbekwaamheden en ongemakkelijke prestaties;".
Art.4. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2018.
Art. 5. De minister bevoegd voor Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.