Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

4 JUNI 2018. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 2012 tot bepaling van de regels inzake de organisatie en de werking van het Beroepsinstituut van Vastgoedmakelaars



Inhoudstafel:


Art. 1-10



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2012011347 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 49 van het koninklijk besluit van 20 juli 2012 tot bepaling van de regels inzake de organisatie en de werking van het Beroepsinstituut van Vastgoedmakelaars wordt vervangen als volgt:
  "Art. 49. Elke aanvraag met betrekking tot de inschrijving of de weglating wordt toegezonden aan de voorzitter van de bevoegde Uitvoerende Kamer. Het Instituut kan eveneens een procedure invoeren die toelaat dergelijke aanvragen elektronisch in te dienen.".

Art.2. In artikel 50 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° het eerste lid wordt vervangen als volgt:
  "De beslissingen als gevolg van een aanvraag tot inschrijving of weglating worden bij gewone brief of via e-mail aan de aanvragers ter kennis gebracht binnen een termijn van zestig dagen na ontvangst van een volledig aanvraagdossier.";
  2° het tweede lid wordt vervangen als volgt:
  "De beslissingen om een aanvraag tot inschrijving of weglating geheel of gedeeltelijk te weigeren, worden binnen dezelfde termijn aan de aanvragers ter kennis gebracht bij aangetekende zending.";
  3° het zevende lid wordt vervangen als volgt:
  "De beslissingen met betrekking tot de inschrijving of weglating staan niet open voor verzet.".

Art.3. In artikel 51 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "of, in voorkomend geval, de rechtskundige assessor generaal" ingevoegd tussen de woorden "De rechtskundige assessor" en het woord "bepaalt";
  2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "Daarvoor kan hij" vervangen door de woorden "De rechtskundige assessor kan";
  3° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "of, in voorkomend geval, de rechtskundige assessor generaal" ingevoegd tussen de woorden "De rechtskundige assessor" en het woord "kan";
  4° paragraaf 3, tweede lid, wordt vervangen als volgt:
  "De referendarissen bereiden het werk voor van de rechtskundige assessor en van de rechtskundige assessor generaal en bezorgen hen alle voorstellen die zij nuttig achten. Onder toezicht van de rechtskundige assessor of, in voorkomend geval, de rechtskundige assessor generaal kunnen zij alle inlichtingen vragen aan de leden van het Instituut, die gehouden zijn die te bezorgen.";
  5° paragraaf 4 wordt opgeheven.

Art.4. In artikel 52 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in paragraaf 2, tweede lid, worden de twee eerste zinnen, die beginnen met de woorden "De oproeping tot verschijning wordt" en eindigen met de woorden "om deze termijn in te korten", vervangen als volgt:
  "De oproeping tot verschijning wordt bij aangetekende zending verzonden naar het betrokken lid van het Instituut, ten minste dertig dagen vóór de datum van de vergadering. In dringende gevallen kan de rechtskundige assessor of, in voorkomend geval, de rechtskundige assessor generaal echter beslissen om die termijn in te korten.";
  2° in paragraaf 2, derde lid, worden de woorden "De klagende partijen" vervangen door de woorden "De aanklagers";
  3° paragraaf 5 wordt vervangen als volgt:
  " § 5. De rechtskundige assessor of, in voorkomend geval, de rechtskundige assessor generaal wordt gehoord. De rechtskundige assessor, de rechtskundige assessor generaal en de verslaggever mogen niet deelnemen aan de beraadslagingen.".

Art.5. In artikel 53 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 2 april 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
  1° in het tweede lid worden de woorden "de klagende partijen" vervangen door de woorden "de verslaggever, de aanklager(s)";
  2° in het derde lid, wordt de bepaling onder 1° vervangen als volgt:
  "1° de volledige identiteit van het betrokken lid van het Instituut en, in voorkomend geval, die van de persoon die hem vertegenwoordigt of bijstaat;";
  3° in het derde lid, wordt de bepaling onder 2° vervangen als volgt:
  "2° de oproepingsdatum van het betrokken lid van het Instituut, net als zijn eventuele aanwezigheid;";
  4° in het vierde lid worden de woorden "door de secretaris" vervangen door de woorden "door de secretaris aan de betrokken leden van het Instituut bij aangetekende zending";
  5° het vijfde lid wordt vervangen als volgt:
  "In tuchtzaken worden beslissingen bij verstek genomen ten aanzien van het lid van het Instituut dat, nadat hij werd opgeroepen, noch schriftelijk zijn middelen heeft uiteengezet, noch verschenen is of vertegenwoordigd werd ter zitting.".

Art.6. In hetzelfde besluit wordt een artikel 53/1 ingevoegd, luidende:
  "Art. 53/1. De beslissingen bedoeld in de artikelen 18, § 2, en 20, § 4, van de wet van 11 februari 2013 houdende organisatie van het beroep van vastgoedmakelaar worden door de secretaris via e-mail bezorgd aan het Bureau of aan de door het Bureau aangeduide persoon.
  De beslissingen bedoeld in artikel 18, § 2, van die wet worden op dezelfde manier aan de rechtskundige assessor of aan de rechtskundige assessor generaal bezorgd.".

Art.7. In artikel 57 van hetzelfde besluit worden het tweede lid en het derde lid opgeheven.

Art.8. Artikel 62, § 2, van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende:
  "Als de aanvraag ontvankelijk is, beslist de Kamer van Beroep, in functie van de omstandigheden eigen aan het geval, om al dan niet gevolg te geven aan de vraag tot eerherstel.".

Art.9. In artikel 63 van hetzelfde besluit wordt paragraaf 3 vervangen als volgt:
  " § 3. De oudste voorzitter in jaren, of wanneer hij afwezig of verhinderd is zijn plaatsvervanger, neemt het voorzitterschap van de verenigde Kamers waar. Bij staking van stemmen beslist de stem van de voorzitter.".

Art. 10. De minister bevoegd voor Middenstand is belast met de uitvoering van dit besluit.