22 DECEMBER 2017. - Decreet houdende een premie om de transitie van werkzoekenden naar ondernemerschap te stimuleren(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 09-02-2018 en tekstbijwerking tot 30-11-2023)
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Art. 1-2
HOOFDSTUK 2. - De transitiepremie voor ondernemers
Art. 3-5
HOOFDSTUK 3. - Toezicht en handhaving
Art. 6
Hoofdstuk 3/1. [1Verwerking van persoonsgegevens]1
Art. 6/1, 6/2, 6/3, 6/4
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het decreet van 30 april 2004 houdende sociaalrechtelijk toezicht
Art. 7-8
HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen
Art. 9-14
2018011208 2018011367 2019012558 2019041643 2020030456 2021020737 2021040364 2022040659 2022043435
HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen
Artikel 1. Dit decreet regelt een gewestaangelegenheid.
Art.2. Dit decreet valt onder de toepassing van de verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun en de latere wijzigingen ervan.
HOOFDSTUK 2. - De transitiepremie voor ondernemers
Art.3. Een maandelijkse transitiepremie voor ondernemers kan toegekend worden aan een werkzoekende die zich in het Vlaamse Gewest vestigt als zelfstandige in hoofdberoep nadat hij een prestarterstraject met succes heeft beëindigd.
Art.4. De Vlaamse Regering bepaalt:
1° het bedrag van de transitiepremie voor ondernemers, de leeftijd van de begunstigde, de periode van de toekenning en de overige nadere voorwaarden en nadere regels;
2° wat verstaan wordt onder werkzoekende of daarmee gelijkgesteld wordt;
3° wat verstaan wordt onder een prestarterstraject en de wijze waarop het succesvolle verloop ervan geattesteerd wordt;
4° met welke steunmaatregelen van de Vlaamse overheid voor werkzoekenden die zich in het Vlaamse Gewest vestigen als zelfstandige in hoofdberoep, de transitiepremie voor ondernemers niet mag gecumuleerd worden.
Art.5. De transitiepremie voor ondernemers wordt slechts toegekend op voorwaarde dat voor dezelfde maand noch een uitkering in het kader van de werkloosheidsverzekering of de ziekte- of invaliditeitsverzekering, noch een aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel werkloosheid met bedrijfstoeslag wordt toegekend.
HOOFDSTUK 3. - Toezicht en handhaving
Art.6. Het toezicht en de controle op de uitvoering van artikel 3 tot en met 5 van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan worden uitgevoerd, conform het decreet van 30 april 2004 houdende sociaalrechtelijk toezicht.
Hoofdstuk 3/1. [1Verwerking van persoonsgegevens]1
----------
(1)
Art.6/1. [1De door de Vlaamse Regering aangewezen dienst treedt op als verwerkingsverantwoordelijke als vermeld in artikel 4, 7), van verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming), voor de verwerking van de persoonsgegevens in het kader van de aanvraag en toekenning van de transitiepremie.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2023-10-27/17, art. 10, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2023>
Art.6/2. [1 De volgende categorieën van persoonsgegevens worden in het kader van de toekenning van de transitiepremie verwerkt:
1° de identificatie- en contactgegevens van de ondernemer;
2° de datum van inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen en het ondernemingsnummer;
3° de startdatum van een beroepsbezigheid als zelfstandige in hoofdberoep;
4° de vestigingsplaats(en) van de onderneming;
5° het bewijs van VDAB waaruit de inschrijving van de ondernemer als werkzoekende blijkt, vermeld in artikel 2, eerste lid, 3° of 11°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 februari 2018 tot uitvoering van het decreet van 22 december 2017 houdende een premie om de transitie van werkzoekenden naar ondernemerschap te stimuleren;
6° het bewijs van het bevoegde uitbetalingsorgaan waaruit blijkt dat de ondernemer uitkeringsgerechtigd was op het ogenblik, vermeld in artikel 2, eerste lid, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 februari 2018 tot uitvoering van het decreet van 22 december 2017 houdende een premie om de transitie van werkzoekenden naar ondernemerschap te stimuleren;
7° het attest dat de dienstverlener uitgereikt heeft, waaruit blijkt dat de aanvrager een prestarterstraject met succes heeft doorlopen;
8° het bewijs waaruit blijkt dat de ondernemer is aangesloten bij een sociale verzekeringskas voor zelfstandigen of bij de Nationale Hulpkas voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen als zelfstandige in hoofdberoep;
9° het rekeningnummer van de ondernemer;
10° de melding dat de ondernemer een jobbonus plus voor startende zelfstandigen heeft ontvangen conform artikel 4 van het decreet van 15 juli 2022 tot regeling van de toekenning van een jobbonus plus voor startende zelfstandigen;
11° de verklaring op erewoord dat wordt voldaan aan de voorwaarden, vermeld in artikel 3 van verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun;
12° de fiscale fiche van de ondernemer.
In het kader van rapportering worden de persoonlijke kenmerken van de zelfstandige in hoofdberoep verwerkt.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2023-10-27/17, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2023>
Art.6/3. [1In het kader van de taken, vermeld in artikel 8 van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 februari 2018 tot uitvoering van het decreet van 22 december 2017 houdende een premie om de transitie van werkzoekenden naar ondernemerschap te stimuleren, wisselt de verwerkingsverantwoordelijke, vermeld in artikel 6/1 van dit decreet, de volgende persoonsgegevens uit met de volgende instanties:
1° de identificatie- en contactgegevens met het Rijksregister van de natuurlijke personen;
2° de melding dat de zelfstandige zijn activiteit in hoofdberoep verricht en de startdatum van zijn activiteiten met het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen;
3° het vestigingsadres en het nummer van de Kruispuntbank van Ondernemingen met de Kruispuntbank van Ondernemingen;
4° fiscale gegevens met de Federale Overheidsdienst Financiën.
De persoonsgegevens, vermeld in het eerste lid, worden uitgewisseld met tussenkomst van de bevoegde dienstenintegrator als dat van toepassing is.
In het tweede lid wordt verstaan onder dienstenintegrator: de Vlaamse dienstenintegrator, vermeld in artikel 2, 9°, van het decreet van 13 juli 2012 houdende de oprichting en organisatie van een Vlaamse dienstenintegrator.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2023-10-27/17, art. 12, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2023>
Art.6/4. [1Met behoud van de toepassing van de noodzakelijke bewaring ervan voor de latere verwerking met het oog op archivering in het algemeen belang, voor wetenschappelijk of historisch onderzoek of voor statistische doeleinden, vermeld in artikel 89 van verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordeninggegevensbescherming), worden de persoonsgegevens, vermeld in artikel 6/2 van dit decreet, bewaard gedurende de noodzakelijke duur voor de doeleinden voor dit decreet met een maximale bewaartermijn die niet meer mag bedragen dan tien jaar na de verjaring van alle vorderingen die tot de bevoegdheid van de verwerkingsverantwoordelijke, vermeld in artikel 6/1 van dit decreet, behoren, en, in voorkomend geval, de definitieve beëindiging van de gerechtelijke, administratieve en buitengerechtelijke procedures en beroepen die voortvloeien uit de verwerking van de voormelde persoonsgegevens.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij DVR 2023-10-27/17, art. 13, 002; Inwerkingtreding : 10-12-2023>
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het decreet van 30 april 2004 houdende sociaalrechtelijk toezicht
Art.7. Aan artikel 2, § 1, eerste lid, van het decreet van 30 april 2004 houdende sociaalrechtelijk toezicht, het laatst gewijzigd bij het decreet van 7 juli 2017, wordt een punt 59° toegevoegd, dat luidt als volgt:
"59° de toekenning van transitiepremies voor ondernemers, vermeld in artikel 3 van het decreet van 22 december 2017 houdende een premie om de transitie van werkzoekenden naar ondernemerschap te stimuleren.".
Art.8. In hetzelfde decreet, het laatst gewijzigd bij het decreet van 7 juli 2017, wordt een artikel 21/2 ingevoegd, dat luidt als volgt:
"Art. 21/2. Onder de voorwaarden, vermeld in deze afdeling, kan aan eenieder die onjuiste inlichtingen verschaft met het oog op de toepassing van een transitiepremie voor ondernemers als vermeld in het decreet van 22 december 2017 houdende een premie om de transitie van werkzoekenden naar ondernemerschap te stimuleren en de uitvoeringsbesluiten ervan, een administratieve geldboete opgelegd worden van 50 euro tot 500 euro.".
HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen
Art.9. Nieuwe aanvragen tot toekenning van een werkhervattingstoeslag als vermeld in artikel 7, § 1, derde lid, p), van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, worden vanaf de datum van de inwerkingtreding van dit decreet geweigerd.
Art.10. De sociaal verzekerden die voor de datum van de inwerkingtreding van dit decreet een werkhervattingstoeslag als vermeld in artikel 7, § 1, derde lid, p), van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders krijgen of hebben aangevraagd en aan alle toekenningsvoorwaarden voldoen zoals bepaald in uitvoering van vermelde besluitwet, behouden het recht op de werkhervattingstoeslag voor de toegestane periode.
Art.11. De rechtsvorderingen die ontstaan uit de toepassing van dit decreet en de uitvoeringsbesluiten ervan, verjaren na verloop van vijf jaar na het feit waaruit deze vordering is ontstaan.
Art.12. In artikel 7, § 1, derde lid, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders wordt punt p) opgeheven.
Art.13. In het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering worden de volgende artikelen opgeheven:
1° artikel 129bis, ingevoegd bij koninklijk besluit van 11 juni 2002;
2° artikel 129ter, ingevoegd bij koninklijk besluit van 9 maart 2006;
3° artikel 129quater, ingevoegd bij koninklijk besluit van 15 juni 2009.
Art. 14. De Vlaamse Regering bepaalt voor iedere bepaling van dit decreet de datum van inwerkingtreding.
(NOTA : Inwerkingtreding van artikelen 1 tot 11 en 14 vastgesteld op 15-03-2018 door BVR 2018-02-23/04, art. 18)