Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

16 DECEMBER 2016. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 december 2013 houdende de regels voor de toekenning van een projectsubsidie aan pedagogische en taalondersteunende organisaties voor de pedagogische en taalondersteuning van kinderdagopvangvoorzieningen



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2014035036 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 december 2013 houdende de regels voor de toekenning van een projectsubsidie aan pedagogische en taalondersteunende organisaties voor de pedagogische en taalondersteuning van kinderdagopvangvoorzieningen wordt punt 3° vervangen door wat volgt:
  "3° voorziening: een vergunde gezinsopvang of groepsopvang waarvan de organisator een zelfstandig statuut heeft.".

Art.2. In hetzelfde besluit wordt een hoofdstuk 5/1, dat bestaat uit artikel 23/1 tot en met artikel 23/5, ingevoegd, dat luidt als volgt:
  "Hoofdstuk 5/1. Verlenging van de projectsubsidie
  Art. 23/1. De pedagogische en taalondersteunende organisatie die een projectsubsidie ontving, kan een verlenging van de projectsubsidie krijgen tot en met 31 december 2017, volgens de voorwaarden van dit besluit.
  De verlenging van de projectsubsidie kan gevraagd worden via een melding aan Kind en Gezin. Die melding gebeurt elektronisch en volgens de administratieve richtlijnen van Kind en Gezin.
  Art. 23/2. Voor de verlenging van de projectsubsidie bedraagt de subsidie 5130 euro per volledige kalendermaand per actieve voltijdsequivalent pedagogische ondersteuner voor wie de organisatie het voorgaande kalenderjaar gesubsidieerd werd.
  Art. 23/3. De projectsubsidie, vermeld in artikel 23/2, wordt betaald met voorschotten per kwartaal en een saldoafrekening uiterlijk op 1 april van het kalenderjaar dat volgt op het kalenderjaar in kwestie.
  Art. 23/4. De voorschotten op de projectsubsidies worden als volgt berekend en betaald:
  1° het voorschot bedraagt maximaal 80% van de geraamde projectsubsidie voor dat kwartaal;
  2° het voorschot wordt betaald de eerste maand van elk kwartaal. In afwijking daarvan gebeurt de eerste betaling na de toekenning van de verlenging van de projectsubsidie de eerste maand die volgt op die toekenning.
  In afwijking van het eerste lid kan Kind en Gezin, bij ernstige problemen bij de organisator PO, en minstens als er een risico is op plotse stopzetting van de pedagogische ondersteuning of bij vermoeden van fraude door de organisator PO, beslissen om specifieke maatregelen te nemen voor de uitbetaling van de voorschotten.
  Art. 23/5. De saldoafrekening, zijnde de betaling of de terugvordering van het saldo, gebeurt uiterlijk op 1 april van het jaar dat volgt op het kalenderjaar in kwestie.
  Voor de saldoafrekening kan schuldvergelijking op organisatieniveau toegepast worden, waardoor terug te vorderen projectsubsidies van Kind en Gezin verrekend kunnen worden.".

Art.3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2016.

Art. 4. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, is belast met de uitvoering van dit besluit.