22 FEBRUARI 2015. - Koninklijk besluit tot verhoging van de doelgroepvermindering eerste aanwervingen voor de eerste, tweede en derde werknemer
Art. 1-5
Artikel 1. In artikel 2, 4°, van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 maart 2013, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° er wordt een cterdecies) ingevoegd, luidende :
"cterdecies) G14 = het forfaitair bedrag bedoeld in artikel 336 van de programmawet van 24 december 2002.";
2° er wordt een cquaterdecies) ingevoegd, luidende :
"cquaterdecies) G15 = het forfaitair bedrag bedoeld in artikel 336 van de programmawet van 24 december 2002.";
3° er wordt een cquindecies) ingevoegd, luidende :
"cquindecies) G16 = het forfaitair bedrag bedoeld in artikel 336 van de programmawet van 24 december 2002.";
4° in g) worden de woorden "of G13" vervangen door de woorden ", G13, G14, G15 of G16".
Art.2. In artikel 16, § 1, van het zelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht :
a) in de bepaling onder 1° worden de woorden "G8" vervangen door de woorden "G14";
b) in de bepalingen onder 1°, 2° en 3° worden de woorden "G1" telkens vervangen door de woorden "G15";
c) in de bepalingen onder 1°, 2° en 3° worden de woorden "G2" telkens vervangen door de woorden "G16".
Art.3. De werkgever die reeds voor de inwerkingtreding van dit besluit genoot van een vermindering zoals bedoeld in artikel 16, § 1, 1°, 2° en 3°, van het voormeld koninklijk besluit, kan genieten van de nieuwe verminderingsbedragen voor het resterend aantal kwartalen waarop hij nog recht heeft.
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2015.
Art. 5. De minister bevoegd voor Sociale Zaken en de minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.