6 FEBRUARI 2014. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 20 september 2012 tot instelling van een mandatenregeling voor de ambtenaren-generaal van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en de instellingen van openbaar nut die onder het Comité van Sector XVII ressorteren
Art. 1-10
Artikel 1. In artikel 7, § 4, van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 20 september 2012 tot instelling van een mandatenregeling voor de ambtenaren-generaal van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en de instellingen van openbaar nut die onder het Comité van Sector XVII ressorteren, wordt het derde lid vervangen als volgt :
"Het programma van het interuniversitair getuigschrift omvat de verwezenlijking door elke kandidaat van een scriptie. Die scriptie heeft betrekking op de grondige studie van een transversaal praktisch geval. Dat geval wordt gezamenlijk door de School en de universiteiten vooraf goedgekeurd.".
Art.2. In artikel 10 van hetzelfde besluit wordt paragraaf 2 vervangen als volgt :
" § 2. Indien het aantal kandidaten hoger ligt dan het aantal dat wordt vastgesteld met toepassing van paragraaf 1, leggen de kandidaten een vergelijkend examen af, bestaande in een schriftelijke kritische analyse van praktische toestanden. Die proef is geen test van het type "postbak".
Voor de proeven kunnen informatica- of multimediamiddelen worden gebruikt. De correctie kan worden geautomatiseerd.
Een ontwerp van programma van het vergelijkend examen wordt door de School opgesteld en door Selor bekrachtigd. Het programma van het vergelijkend examen wordt dan door de Regering goedgekeurd."
Art.3. In artikel 11 van hetzelfde besluit, wordt het derde lid vervangen als volgt :
"Onder dezelfde voorwaarden kan een kandidaat een vrijstelling krijgen als hij het bewijs levert van bekwaamheden die duidelijk in verband staan met de betrokken cursus. De examencommissie voor het interuniversitair getuigschrift beslist collegiaal en in laatste aanleg.".
Art.4. In artikel 13 van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° § 1 wordt vervangen als volgt :
" § 1. Voor elke cyclus wordt een examencommissie van vijf leden door Selor samengesteld, in overleg met de school, met het oog op het examen bedoeld in § 2. Die examencommissie is samengesteld uit :
de afgevaardigde bestuurder van Selor of diens afgevaardigde, die de examencommissie voorzit;
twee leden, aangesteld op grond van hun hoedanigheid van deskundigen die een onbetwistbare bekwaamheid inzake management of human resources vertonen en die worden gekozen buiten de diensten van de Franse Gemeenschap, de diensten van de Waalse Regering en de instellingen die bedoeld zijn in artikel 1 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode en de code van de ministeriële kabinetten. Als een aldus aangesteld lid niet beschikbaar is, stelt Selor een vervanger aan uit een lijst die hij op het begin van elke cyclus zal hebben opgesteld, samengesteld uit vier leden die dezelfde hoedanigheden als de werkende leden hebben;
twee mandaathouders die in functie zijn en die worden aangesteld uit de titularissen van een betrekking van rang 17, 16+ of 16 in de diensten van de Franse Gemeenschap of van een betrekking van rang A1 of A2 in de diensten van de Waalse Regering of de instellingen. Als een aldus aangestelde mandaathouder niet beschikbaar is, stelt Selor een vervanger aan uit een lijst die hij op het begin van elke cyclus zal hebben opgesteld, samengesteld uit vier mandaathouders, titularis van een betrekking van rang 17, 16+ of 16 in de diensten van de Franse Gemeenschap of van een betrekking van rang A1 of A2 in de diensten van de Waalse Regering of de instellingen.";
2° in § 2, wordt het tweede tot vijfde lid vervangen als volgt :
"Dat examen bestaat in een mondelinge proef die tot doel heeft de vaardigheden te evalueren die vereist zijn voor de uitoefening van een managementsambt.
De examencommissie beraadslaagt en beslist over het slagen van de kandidaten met een meerderheid van tweederde van de aanwezige leden.
De kandidaten die voor het examen geslaagd zijn, worden in geen rangschikking opgenomen en krijgen geen vermelding toegekend.
De kandidaten die voor het examen niet geslaagd zijn, kunnen het ten vroegste één jaar na de datum van het examen opnieuw afleggen."
Art.5. In artikel 14, derde lid van hetzelfde besluit, worden de punten 2° tot 7° vervangen als volgt :
"2° de mandaathouders die in functie zijn binnen de diensten van de Franse Gemeenschap op de dag van de inwerkingtreding van dit besluit of voor wie de betrekking vacant werd verklaard en de procedure voor de werving op de dag van die inwerkingtreding werd opgestart, en die de vermelding "zeer gunstig" of "gunstig" hebben gekregen bij de evaluatie die met toepassing van artikel 55 van dit besluit werd uitgevoerd;
3° leden van de pool van kandidaten voor de uitoefening van een mandaat vastgesteld door artikel 341/8 van het besluit van de Waalse Regering van 18 december 2003 houdende de Waalse Ambtenarencode, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2012 tot hervorming van de mandatenregeling voor de ambtenaren-generaal van de diensten van de Regering en van sommige instellingen van openbaar nut die onder het Waalse Gewest ressorteren;
4° mandaathouders die in "Wallonie-Bruxelles-International" in functie zijn op de dag van de inwerkingtreding van het besluit van de Waalse Regering en van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot hervorming van de mandatenregeling voor de ambtenaren-generaal van "Wallonie-Bruxelles-International" of voor wie de betrekking vacant werd verklaard en de procedure voor de werving op de dag van die inwerkingtreding werd opgestart, en die de vermelding "zeer gunstig" of "gunstig" hebben gekregen bij de evaluatie uitgevoerd door de Regering die na de installatie van het Parlement werd samengesteld;
5° de mandaathouder die in de School voor overheidsbestuur in functie is op de dag van de inwerkingtreding van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2012 tot hervorming van de mandatenregeling voor de ambtenaren-generaal van de diensten van de Regering en van sommige instellingen van openbaar nut die onder het Waalse Gewest ressorteren en die de vermelding "zeer gunstig" of "gunstig" hebben gekregen bij de evaluatie die met toepassing van artikel 10 van hetzelfde besluit werd uitgevoerd;
6° de adjunct-administrateur-generaal van Forem die de vermelding "zeer gunstig" of "gunstig" heeft gekregen bij de evaluatie die werd uitgevoerd met toepassing van artikel 10 van het besluit van de Waalse Regering van 20 september 2012 tot hervorming van de mandatenregeling voor de ambtenaren-generaal van de diensten van de Regering en van sommige instellingen van openbaar nut die onder het Waalse Gewest ressorteren;
7° de adjunct-administrateur-generaal van "Wallonie-Bruxelles-International" die de vermelding "zeer gunstig" of "gunstig" heeft gekregen bij de evaluatie die met toepassing van het besluit van de Waalse Regering en van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot hervorming van de mandatenregeling voor de ambtenaren-generaal van "Wallonie-Bruxelles-International" werd uitgevoerd door de Regering die na de installatie van het Parlement werd samengesteld."
Art.6. In artikel 17 van hetzelfde besluit wordt het eerste lid vervangen als volgt :
"Gedurende een periode van 9 maanden na de eedaflegging van de leden van de Regering die onmiddellijk volgt op de vernieuwing van het Parlement, kan ieder lid van de kandidatenpool zijn kandidatuur voor hoogstens vier betrekkingen indienen die bij mandaat toe te kennen zijn binnen de diensten van de Franse Gemeenschap en voor hoogstens vier betrekkingen die bij mandaat binnen de diensten van de Waalse Regering, de instellingen van openbaar nut die onder het Waalse Gewest ressorteren, binnen "Wallonie-Bruxelles International" of de School voor overheidsbestuur, toe te kennen zijn."
Art.7. In artikel 44 van hetzelfde besluit, wordt paragraaf 2 vervangen als volgt :
" § 2. De vroegere mandaathouder die geen ambtenaar van de diensten van de Franse Gemeenschap is of die geen verlof geniet dat hem toegang tot zijn vroegere betrekking verschaft, die geen evaluatie "ongunstig" of niet twee opeenvolgende evaluaties "met voorbehoud" heeft gekregen en die niet tot een nieuw mandaat wordt aangesteld, ontvangt een vergoeding voor de uittreding uit het ambt die op dezelfde wijze als voor de contractuele personeelsleden wordt berekend. De vergoeding voor de uittreding uit het ambt is minstens gelijk aan de bezoldiging van de mandaathouder voor een periode van 6 maanden als hij één enkel mandaat heeft uitgeoefend, en aan de bezoldiging van de mandaathouder voor een periode van 12 maanden, als hij meer dan één mandaat heeft uitgeoefend. Hij zal ook een outplacement genieten. De bij dit lid bedoelde mandaathouder wiens mandaat niet hernieuwd wordt, behoudt de hoedanigheid van lid van de pool van de kandidaten voor een mandaatambt."
Art.8. Artikel 55 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt :
" § 1. In 2014 worden de mandaathouders van de rangen 17, 16+ en 16 van de Diensten van de Franse Gemeenschap, die in functie zijn op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, geëvalueerd door de nieuwe Regering die na de vernieuwing van het Parlement wordt geïnstalleerd.
In 2015, worden de mandaathouders van rang 15 van de Diensten van de Franse Gemeenschap, die in functie zijn op de datum van inwerkingtreding van dit besluit, geëvalueerd door de nieuwe Regering die na de vernieuwing van het Parlement wordt geïnstalleerd.
Die evaluatie wordt uitgevoerd volgens de volgende nadere regels. Met redenen omklede evaluatieverslagen moeten worden gericht aan de nieuwe Regering binnen veertien dagen na de aanvraag die door de Minister van Ambtenarenzaken werd gericht. Die verslagen worden, voor elke mandaathouder, respectief door de betrokkene zelf en door de secretaris-generaal of de leidend ambtenaar opgesteld. Voor de secretaris-generaal of de leidend ambtenaar, wordt het tweede evaluatieverslag respectief door de Regering die op de datum van inwerkingtreding van dit besluit in functie is of door het beheersorgaan van de instelling opgesteld. Dat tweede evaluatieverslag wordt aan de mandaathouder meegedeeld, die over een termijn van acht dagen beschikt om zijn opmerkingen schriftelijk te laten kennen. Het evaluatievoorstel wordt door de nieuwe Regering gedaan en aan de mandaathouder meegedeeld binnen de maand waarin die termijn van acht dagen verstrijkt. Binnen de acht dagen na de kennisgeving van een andere evaluatie dan de evaluatie "zeer gunstig" of "gunstig" door de Minister van Ambtenarenzaken, kan de mandaathouder een beroep indienen bij de raad van beroep bedoeld in artikel 38 en vragen om te worden gehoord. De raad van beroep brengt zijn advies uit en deelt dit mee binnen een termijn van veertien dagen nadat dit advies hem werd aangevraagd. De evaluatie wordt door de nieuwe Regering binnen de maand na de ontvangst van dat advies goedgekeurd.
Het tweede evaluatieverslag omvat de vaststellingen en de beoordeling van de wijze waarop de mandaathouder zijn opdracht heeft vervuld en zijn doelstellingen al dan niet heeft bereikt. Het houdt geen voorstel van evaluatievermelding in.
De nieuwe Regering voert de evaluatie uit door een evaluatievermelding toe te kennen. Daartoe steunt ze op de volgende gegevens :
- het opdrachtenblad van de geëvalueerde mandaathouder;
- het operationeel plan;
- het evaluatieverslag dat door de mandaathouder zelf wordt opgemaakt;
- het evaluatieverslag dat wordt opgemaakt door de uittredende Regering, het beheersorgaan van de instelling, de secretaris-generaal of de leidend ambtenaar;
- de eventuele opmerkingen over dat evaluatieverslag die door de geëvalueerde mandaathouder worden voorgelegd.
In afwijking van het derde lid van deze paragraaf, kan de secretaris-generaal een beroep indienen bij de raad van beroep bedoeld in artikel 38 ook in geval van een gunstige evaluatie, en kan hij vragen om te worden gehoord.
In afwijking van het vierde lid van deze paragraaf, voor de secretaris-generaal, omvat het tweede verslag, opgemaakt door de uittredende Regering, een voorstel van evaluatievermelding.
§ 2. De evaluatie bedoeld in § 1 kan aanleiding geven tot de toekenning van de volgende vermeldingen :
1° "zeer gunstig" : wanneer de strategische en operationele doelstellingen, die in het operationele plan vermeld zijn, op voldoende wijze en binnen de bepaalde termijn, zowel kwantitatief als kwalitatief, werden verwezenlijkt, ofwel niet voldoende of niet binnen de gestelde termijn kwantitatief of kwalitatief werden verwezenlijkt, maar, op grond van de door de mandaathouder voorgestelde verantwoordingsgegevens, blijkt dat die toestand voortvloeit uit onvoorspelbare omstandigheden of omstandigheden die niet aan hem toe te schrijven zijn.
De mandaathouder moet bovendien voldoende hebben bijgedragen tot het opbouwen van een vertrouwensrelatie met de Regering, blijk heeft gegeven van innovatie en initiatief, en voldoende heeft bijgedragen tot de uitstraling van zijn dienst;
2° "gunstig" : wanneer de strategische en operationele doelstellingen die in het operationeel plan vermeld zijn, op voldoende wijze en binnen de bepaalde termijn, zowel kwantitatief als kwalitatief, werden verwezenlijkt, ofwel niet voldoende of niet binnen de gestelde termijn kwantitatief of kwalitatief werden verwezenlijkt, maar, op grond van de door de mandaathouder voorgestelde verantwoordingsgegevens, blijkt dat die toestand voortvloeit uit onvoorspelbare omstandigheden of omstandigheden die niet aan hem toe te schrijven zijn;
3° "met voorbehoud" : wanneer de strategische en operationele doelstellingen die in het operationeel plan te gedeeltelijk kwantitatief of kwalitatief, of niet binnen de gestelde termijn werden verwezenlijkt;
4° "ongunstig" : wanneer de strategische en operationele doelstellingen die in het operationeel plan kwantitatief of kwalitatief op onvoldoende wijze of niet binnen de gestelde termijn werden verwezenlijkt.
§ 3. De mandaathouder aan wie, met toepassing van § 1, een evaluatie "zeer gunstig" wordt toegekend, wordt automatisch opgenomen in de in artikel 14 bedoelde kandidatenpool. Zijn mandaat wordt, op zijn aanvraag, automatisch hernieuwd. Op het einde van dat nieuwe mandaat, als hij een beroepservaring van 20 jaar in de privé-sector of in de openbare sector heeft, wordt hij in vast verband benoemd in een graad van de onmiddellijk lagere rang dan die van het ambt dat hij in het kader van dat mandaat uitoefende, voor zover hij geen benoeming in een hogere graad genoot voordat hij tot mandaathouder werd aangesteld. Als de mandaathouder niet de vereiste ervaringsjaren heeft en hij geen ambtenaar van de diensten van de Franse Gemeenschap is of hij geen verlof geniet waarbij hij zijn vroegere betrekking opnieuw kan bekleden, geniet hij de voordelen bepaald in artikel 44, § 2.
§ 4. De mandaathouder aan wie, met toepassing van § 1, een evaluatie "gunstig" wordt toegekend, wordt automatisch opgenomen in de in artikel 14 bedoelde kandidatenpool. Hij kan, bij de eerste toepassing van dit besluit, zich kandidaat stellen voor elke vacant verklaarde betrekking die bij mandaat toe te kennen is. Op het einde van dat nieuwe mandaat, als hij een beroepservaring van 20 jaar in de privé-sector of in de openbare sector heeft, wordt hij in vast verband benoemd in een graad van de onmiddellijk lagere rang dan die van het ambt dat hij in het kader van dat mandaat uitoefende, voor zover hij geen benoeming in een hogere graad genoot voordat hij tot mandaathouder werd benoemd.
Indien hij, nadat hij zijn kandidatuur heeft ingediend, bij de eerste toepassing van dit besluit, niet tot een nieuw mandaat wordt aangesteld, en hij een beroepservaring van 20 jaar in de privé-sector of in de openbare sector heeft, wordt hij in vast verband benoemd in een graad van de onmiddellijk lagere rang dan die van het ambt dat hij in het kader van zijn laatste mandaat uitoefende, voor zover hij geen benoeming in een hogere graad genoot voordat hij tot mandaathouder werd aangesteld. Hem wordt door de Regering een opdracht toegekend in verband met zijn rang.
Als de mandaathouder niet de vereiste ervaringsjaren heeft en hij geen ambtenaar van de diensten van de Franse Gemeenschap is of hij geen verlof geniet waarbij hij zijn vroegere betrekking opnieuw kan bekleden, geniet hij de voordelen bepaald in artikel 44, § 2.
§ 5. De mandaathouder aan wie, met toepassing van § 1, de evaluatie "met voorbehoud" wordt toegekend, kan, bij de eerste toepassing van dit besluit, niet worden aangesteld om de betrekking die hij tot nu toe bekleedde of een betrekking van de hogere rang te bekleden.
Als de mandaathouder geen ambtenaar van de diensten van de Franse Gemeenschap is of hij geen verlof geniet waarbij hij zijn vroegere betrekking opnieuw kan bekleden, geniet hij de voordelen bepaald in artikel 44, § 2.
§ 6. De mandaathouder aan wie, met toepassing van § 1, de evaluatie "ongunstig" wordt toegekend, kan niet worden aangesteld tot een betrekking die bij mandaat toe te kennen is bij de eerste toepassing van dit besluit en kan een dergelijke betrekking niet vóór 31 december 2019 bekleden.
§ 7. Wanneer een mandaathouder, met toepassing van § 3, dezelfde betrekking opnieuw mag bekleden, wordt de vacantverklaring van rechtswege ingetrokken."
Art.9. § 1. Artikel 2 van dit besluit treedt in werking de dag van de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 20 september 2012 tot instelling van een mandatenregeling voor de ambtenaren-generaal van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en de instellingen van openbaar nut die onder het Comité van Sector XVII ressorteren.
§ 2. De artikelen 5 tot 7 van dit besluit treden in werking op 1 juli 2014.
Art. 10. De Minister van Ambtenarenzaken wordt belast met de uitvoering van dit besluit.