2 JULI 2014. - Koninklijk besluit tot regeling van de uitvoering van de controles op de toepassing van de wet van 21 december 1998 betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 14-08-2014 en tekstbijwerking tot 03-01-2024)
HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Termijn van de tijdelijke inbezitneming van inlichtingen en bescheiden
Art. 2
HOOFDSTUK 3. - Het nemen van monsters en de analyse [1 of de evaluatie]1 ervan
Art. 3-7
HOOFDSTUK 4. - Laboratoria
Art. 8
HOOFDSTUK 5. - Tijdelijke inbezitneming [1 of verzegeling]1
Art. 9-11
HOOFDSTUK 6. - Inbeslagneming [1 of verzegeling]1 van non-conforme producten
Art. 12-15
HOOFDSTUK 6/1. [1 - Inbeslagneming of verzegeling van non-conform hout en houtproducten]1
Art. 15/1, 15/2, 15/3, 15/4, 15/5
HOOFDSTUK 6/2. [1 - Het bevelen van corrigerende maatregelen]1
Art. 15/6
HOOFDSTUK 6/3. [1 - Beperking of verbod van het op de markt aanbieden of ingebruikneming van een non-conform product]1
Art. 15/7
HOOFDSTUK 7. - Vernietiging van de producten om dwingende redenen van volksgezondheid of van leefmilieu
Art. 16-17
HOOFDSTUK 7/1. - [1 Invordering van de kosten]1
Art. 17/1
HOOFDSTUK 8. - Slotbepalingen
Art. 18-19
BIJLAGE
Art. N
HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° de wet van 21 december 1998 : de wet van 21 december 1998 betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers;
2° de met de controle belaste ambtenaren : de statutaire of contractuele personeelsleden bedoeld in artikel 15, § 1, [1 ...]1 van de wet van 21 december 1998;
3° het DG Leefmilieu : het Directoraat-Generaal Leefmilieu van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;
4° [1 monster : een of meerdere producten of een fractie van een of meerdere producten, genomen conform hoofdstuk 3 van dit besluit;]1
5° [1 partij : een geïdentificeerde hoeveelheid van een welbepaalde verzameling van goederen die wordt gefabriceerd of voortgebracht in omstandigheden waarvan wordt aangenomen dat ze eenvormig zijn.]1
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
HOOFDSTUK 2. - Termijn van de tijdelijke inbezitneming van inlichtingen en bescheiden
Art.2. De duur, bedoeld in artikel 15, § 2, 3°, van de wet van 21 december 1998, waarvoor de met de controle belaste ambtenaren alle inlichtingen en bescheiden die zij tot het volbrengen van hun opdracht nodig achten tijdelijk in bezit mogen nemen, is vastgesteld op drie maanden.
HOOFDSTUK 3. - Het nemen van monsters en de analyse [1 of de evaluatie]1 ervan
----------
(1)
Art.3.§ 1. De met de controle belaste ambtenaren bepalen, in functie van het doel van de monsterneming, welk soort monster genomen wordt.
De ambtenaren belast met de controle :
1° nemen [1 twee producten of twee verzamelingen van een aantal producten]1 uit eenzelfde partij die elk een monster vormen; of
2° openen één verpakking en nemen er de nodige hoeveelheden van het product uit om [1 twee monsters]1 te vormen, nadat ze zich zo nodig hebben vergewist van de homogeniteit van het product; of
3° nemen, uit [1 twee verschillende producten of uit twee verzamelingen van een aantal producten]1 afkomstig uit eenzelfde [1 partij]1, de nodige producthoeveelheden om [1 twee gelijkaardige monsters]1 te vormen.
In de mate van het mogelijke nemen de met de controle belaste ambtenaren [1 twee monsters]1, conform de bepalingen van het eerste lid. Wanneer het echter onmogelijk is om drie monsters afkomstig uit eenzelfde partij of van eenzelfde product te nemen, nemen de met de controle belaste ambtenaren één enkel monster.
[1 In afwijking van het tweede lid, kan de monsterneming ook worden uitgevoerd door een bevoegd persoon in opdracht van een met de controle belaste ambtenaar en onder zijn toezicht.]1
§ 2. De monsters worden onmiddellijk verzegeld en worden van een uniek identificatienummer voorzien.
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
Art.4.§ 1. Wanneer de met de controle belaste ambtenaren [1 twee monsters]1 hebben genomen, sturen zij één monster voor analyse naar een laboratorium zoals bedoeld in artikel 8 [1 , of sturen zij het monster voor evaluatie naar het DG Leefmilieu of naar een persoon die de evaluatie uitvoert in opdracht van de met de controle belaste ambtenaren]1.
Het tweede monster is bestemd voor een eventuele tegenanalyse door de eigenaar van de producten of door de persoon die ze op de markt heeft gebracht. Dit monster wordt ter attentie van de eigenaar van de producten bewaard bij het DG Leefmilieu. Wanneer zij dit opportuun achten, kunnen de met de controle belaste ambtenaren het monster echter ter attentie van de eigenaar van de producten, waar de monsterneming plaats vond, achterlaten.
[1 ...]1.
§ 2. Wanneer de met de controle belaste ambtenaren slechts één monster hebben genomen, sturen zij dit voor analyse naar een laboratorium zoals bedoeld in artikel 8 [1 , of sturen zij het monster voor evaluatie naar het DG Leefmilieu of naar een persoon die de evaluatie uitvoert in opdracht van de met de controle belaste ambtenaren]1.
[1 § 3. In afwijking van paragraaf 1, eerste lid en paragraaf 2 :
1° kunnen de met de controle belaste ambtenaren, als ze dat gepast achten gezien de eigenschappen van het product, de persoon die de producten op de markt heeft gebracht opleggen om zelf het monster, dat conform artikel 3 genomen wordt, te leveren aan het laboratorium, aan het DG Leefmilieu, of aan de persoon die bevoegd is om de evaluatie uit te voeren.
2° kan de analyse of evaluatie eveneens ter plaatse worden uitgevoerd.]1
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
Art.5.§ 1. De met de controle belaste ambtenaren stellen een proces-verbaal van monsterneming op.
[2 Dit proces-verbaal bevat ten minste de volgende gegevens in aanvulling op elementen vermeld in artikel 15, Ї 2/1 laatste lid van de wet van 21 december 1998 :]2 :
1° het feit dat de monsterneming wordt uitgevoerd in overeenstemming met artikel 15, § 2, van de wet van 21 december 1998 en met onderhavig besluit;
2° het identificatienummer van de monsters, bedoeld in artikel 3, § 2;
3° de datum en de plaats van de monsterneming;
4° een beschrijving van de inhoud van de monsters;
5° wanneer het geval zich voordoet, de reden waarom slechts één monster werd genomen;
6° [ [2 ...]2;
7° wanneer het geval zich voordoet, het feit dat een monster voor eventuele tegenanalyse ter beschikking is van de eigenaar van de producten, en ook de manier waarop de eigenaar dit monster kan ophalen bij het DG Leefmilieu of op de plaats waar de met de controle belaste ambtenaren het voor hem bestemde monster hebben achtergelaten;
8° de naam of het identificatienummer van de met de controle belaste ambtenaar die verantwoordelijk is voor de monsterneming en zijn handtekening;
[1 9° in het geval bedoeld in artikel 4, § 3, 1°, het adres waaraan de persoon die de producten op de markt heeft gebracht, het monster moet leveren.]1
[2 Het bewijs van de aankoopprijs van het monster verkregen via online aankoop, inclusief leveringskosten, wordt bij het proces-verbaal gevoegd.]2
§ 2. Tijdens de monsterneming of binnen [1 vijftien]1 kalenderdagen te rekenen van de monsterneming, bezorgt de met de controle belaste ambtenaar een kopie van het proces-verbaal van monsterneming aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, overhandigt de ambtenaar de kopie van het proces-verbaal aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaart hij de kopie van het proces-verbaal in het administratief dossier.
Deze overhandiging vindt persoonlijk tegen ontvangstbewijs plaats, per post of per e-mail, naar keuze van de met de controle belaste ambtenaar.
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
(2)<KB 2023-12-03/07, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
Art.6.§ 1. Indien het resultaat van de analyse [1 of de evaluatie]1 een overtreding bedoeld in artikel 17 van de wet van 21 december 1998 aantoont, bewaart het DG Leefmilieu de monsters die in zijn bezit zijn gedurende één jaar te rekenen vanaf de datum van de monsterneming. [1 Deze termijn kan met zes maanden verlengd worden indien dit nodig is om vast te stellen of er een overtreding is.]1 In geval van een rechtsprocedure, kan het DG Leefmilieu de monsters bewaren tot het einde van deze procedure. Wanneer het geval zich voordoet bezorgt het DG Leefmilieu de monsters aan de procureur des Konings samen met het administratief dossier.
§ 2. [1 ...]1.
§ 3. [1 ...]1.
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
Art.7.[1 § 1. Wanneer voldaan is aan de voorwaarden vermeld in lid 2 [2 ...]2, kan de eigenaar van de producten :
1° de monsters die in het bezit zijn van het DG Leefmilieu terug ophalen indien ze nog waarde hebben;
2° [2 ...]2.
De voorwaarden voor [2 ...]2 het terug ophalen [2 ...]2 zijn de volgende :
1° het resultaat van de analyse of evaluatie geen overtreding bedoeld in artikel 17 van de wet van 21 december 1998 aantoont;
2° er werd binnen een termijn van twee maanden, die ingaat de dag van de analyse of evaluatie geen proces-verbaal zoals bedoeld in artikel 15, § 5, van de wet van 21 december 1998 opgesteld in verband met het product in kwestie.
[2 ...]2.
[2 ...]2.
§ 2. Wanneer aan de in paragraaf 1 bedoelde voorwaarden is voldaan, brengen de met de controle belaste ambtenaren de eigenaar van de producten, voor zover zijn identiteit gekend is, per brief of per e-mail op de hoogte van de modaliteiten en termijnen voor het eventueel ophalen van de monsters [2 ...]2.
De monsters worden ter beschikking gesteld van de eigenaar van de producten gedurende twee maanden, te rekenen vanaf de dag van de verzending van de in het eerste lid vermelde brief of e-mail. Na afloop van de termijn van twee maanden, worden de niet door de eigenaar opgehaalde monsters bij het afval geplaatst.
[2 ...]2.
(2)<KB 2023-12-03/07, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
HOOFDSTUK 4. - Laboratoria
Art.8.Het laboratorium dat de monsters analyseert, met inbegrip van een eventueel gevraagde tegenanalyse door en op kosten van de persoon die de producten op de markt heeft gebracht of de eigenaar van de producten :
1° voldoet aan de eisen van de specifieke regelgeving waaraan de te analyseren producten moeten beantwoorden; of, bij gebreke daarvan,
2° beschikt voor de desbetreffende analyses over een accreditatie die is afgeleverd overeenkomstig de wet van 20 juli 1990 betreffende de accreditatie van instellingen voor de conformiteitsbeoordeling; of is bevoegd om de desbetreffende analyses uit te voeren en is aangewezen bij het koninklijk besluit van 30 oktober 1996 tot aanwijzing van de federale wetenschappelijke instellingen; of, [1 ...]1
3° beschikt over een accreditatie afgeleverd door een organisme waarmee het Belgische accreditatiesysteem een akkoord van wederzijdse erkenning heeft voor de desbetreffende analyses [1 ; of, bij gebreke daarvan,]1
[1 4° kan, aan de hand van zijn referenties, aantonen dat hij ter zake een afdoende ervaring heeft.]1
Bovendien hebben het laboratorium, de persoon of personen onder wiens of wier verantwoordelijkheid de analyses worden uitgevoerd en de in de statuten vermelde personen geen belang bij de productie, de verwerking, de invoer of de verkoop van producten die het voorwerp uitmaken van analyses of categorieën van analyses [1 ...]1.
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
HOOFDSTUK 5. - Tijdelijke inbezitneming [1 of verzegeling]1
----------
(1)
Art.9.De termijn, bedoeld in artikel 16, § 1, eerste lid, van de wet van 21 december 1998, waarvoor de met de controle belaste ambtenaren bij administratieve maatregel de producten tijdelijk [1 in bezit mogen nemen of verzegelen]1, is vastgesteld op drie maanden.
De met de controle belaste ambtenaren kunnen die termijn eenmalig verlengen voor een periode van hoogstens dezelfde duur. Indien de identiteit van de eigenaar gekend is, wordt hij per post of per e-mail op de hoogte gebracht van deze verlenging, met vermelding van de reden van de verlenging.
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 10, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
Art.10.[1 § 1. De met de controle belaste ambtenaar die de tijdelijke verzegeling, bedoeld in artikel 16, § 1, eerste lid, van de wet van 21 december 1998, uitvoert, stelt een proces-verbaal van tijdelijke verzegeling op. Dit proces-verbaal bevat ten minste de volgende gegevens :
1° het feit dat de producten worden verzegeld voor een verlengbare duur van drie maanden in toepassing van artikel 16, § 1, eerste lid, van de wet van 21 december 1998, om hun conformiteit met de reglementeringen waarvan sprake in deze bepaling te controleren;
2° het identificatienummer van de verzegeling;
3° de datum en de plaats van de verzegeling;
4° wanneer het geval zich voordoet, het identificatienummer van de verzegelde producten;
5° een inventaris van de verzegelde producten;
6° de naam of het identificatienummer van de met de controle belaste ambtenaar die de verzegeling uitvoert en zijn handtekening.
§ 2. Op het moment van de tijdelijke verzegeling of binnen vijftien kalenderdagen, te rekenen van de dag van de verzegeling, bezorgt de met de controle belaste ambtenaar die de tijdelijke verzegeling uitvoert, een kopie van het proces-verbaal van tijdelijke verzegeling aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, bezorgt de ambtenaar de kopie van het proces-verbaal aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaart hij de kopie van het proces-verbaal in het administratief dossier.
Deze overhandiging vindt persoonlijk tegen ontvangstbewijs plaats, per post of per e-mail, naar keuze van de met de controle belaste ambtenaar.]1
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 11, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
Art.11.§ 1. De met de controle belaste ambtenaar die de tijdelijke inbezitneming [1 , bedoeld in artikel 16, § 1, eerste lid, van de wet van 21 december 1998,]1 uitvoert, stelt een proces-verbaal van tijdelijk inbezitneming op. Dit proces-verbaal bevat ten minste de volgende gegevens :
1° het feit dat de producten in [1 bezit]1 worden genomen voor een verlengbare duur van drie maanden in toepassing van artikel 16, § 1, eerste lid, van de wet van 21 december 1998, om hun conformiteit met de reglementeringen waarvan sprake in deze bepaling te controleren;
2° [1 ...]1;
3° het identificatienummer van de inbeslagneming;
4° de datum en de plaats van de inbeslagneming;
5° wanneer het geval zich voordoet, het identificatienummer van de in beslag genomen producten;
6° een inventaris van de in beslag genomen producten;
7° [1 ...]1;
8° de naam of het identificatienummer van de met de controle belaste ambtenaar die de [1 inbezitneming]1 uitvoert [1 en zijn handtekening]1.
§ 2. Op het moment van de tijdelijke inbezitneming of binnen [1 vijftien]1 kalenderdagen, te rekenen van de dag van de [1 inbezitneming]1, bezorgt de met de controle belaste ambtenaar die de tijdelijke inbezitneming uitvoert, een kopie van het proces-verbaal van tijdelijke inbezitneming aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, bezorgt de ambtenaar de kopie van het proces-verbaal aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaart hij de kopie van het proces-verbaal in het administratief dossier.
Deze overhandiging vindt persoonlijk tegen ontvangstbewijs plaats, per post of per e-mail, naar keuze van de met de controle belaste ambtenaar.
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 12, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
HOOFDSTUK 6. - Inbeslagneming [1 of verzegeling]1 van non-conforme producten
----------
(1)
Art.12.[1 De met de controle belaste ambtenaar die de verzegeling, bedoeld in [2 artikel 16, § 1, tweede lid, 1А]2, van de wet van 21 december 1998 uitvoert, stelt een [2 proces-verbaal van verzegeling]2 op. Dat proces-verbaal bevat ten minste de volgende gegevens :
1° de in artikel 10, § 1, 2° tot 6°, vermelde elementen;
2° het feit dat de producten worden verzegeld in toepassing van [2 artikel 16, § 1, tweede lid, 1А]2, van de wet van 21 december 1998, doordat ze niet conform zijn met de reglementeringen waarvan sprake in deze bepaling;
3° [2 de volgende vermelding: "De eigenaar van de producten en de persoon die ze op de markt heeft gebracht, kunnen aan de met de controle belaste ambtenaren, de vernietiging van de producten of een oplossing om deze te regulariseren voorstellen, teneinde de verzegeling op te heffen, conform artikel 14 van het koninklijk besluit van 2 juli 2014 tot regeling van de uitvoering van de controles op de toepassing van de wet van 21 december 1998 betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers. Indien binnen de toegekende termijn geen gebruik wordt gemaakt van de bovenstaande mogelijkheid om de vernietiging van de producten of een oplossing om deze te regulariseren voor te stellen, kan overgegaan worden tot de vernietiging van producten, conform art. 14, § 4]2";
[2 4° de termijn om het voorstel bedoeld in 3А in te dienen.]2
§ 2. Op het moment van de verzegeling of binnen vijftien kalenderdagen, te rekenen van de dag van de verzegeling, bezorgt de met de controle belaste ambtenaar die de verzegeling uitvoert, een kopie van het proces-verbaal van verzegeling aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, bezorgt de ambtenaar de kopie van het proces-verbaal aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaart hij de kopie van het proces-verbaal in het administratief dossier.
Deze overhandiging vindt persoonlijk tegen ontvangstbewijs plaats, per post of per e-mail, naar keuze van de met de controle belaste ambtenaar.]1
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 14, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
(2)<KB 2023-12-03/07, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
Art.13.§ 1. De met de controle belaste ambtenaar die de inbeslagneming [1 , bedoeld in [2 artikel 16, § 1, tweede lid, 1А]2, van de wet van 21 december 1998,]1 uitvoert, stelt een proces-verbaal van inbeslagneming op. Dat proces-verbaal bevat ten minste de volgende gegevens :
1° de in artikel 11, § 1, 2° tot 8°, vermelde elementen;
2° het feit dat de producten worden in beslag genomen in toepassing van [2 artikel 16, § 1, tweede lid, 1А]2 van de wet van 21 december 1998, doordat ze niet conform zijn met de reglementeringen waarvan sprake in deze bepaling;
3° [2 de volgende vermelding: "De eigenaar van de producten en de persoon die ze op de markt heeft gebracht, kunnen aan de met de controle belaste ambtenaren, de vernietiging van de producten of een oplossing om deze te regulariseren voorstellen, teneinde het beslag op te heffen, conform artikel 14 van het koninklijk besluit van 2 juli 2014 tot regeling van de uitvoering van de controles op de toepassing van de wet van 21 december 1998 betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers. Indien binnen de toegekende termijn geen gebruik wordt gemaakt van de bovenstaande mogelijkheid om de vernietiging van de producten of een oplossing om deze te regulariseren voor te stellen, kan overgegaan worden tot de vernietiging van producten, conform artikel 14, § 4]2";
[2 4° de termijn om het voorstel bedoeld in 3А in te dienen.]2
§ 2. Op het moment van de inbeslagneming of binnen [1 vijftien]1 kalenderdagen, te rekenen van de dag van de inbeslagneming, bezorgt de met de controle belaste ambtenaar die de inbeslagneming uitvoert, een kopie van het proces-verbaal van inbeslagneming aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, bezorgt de ambtenaar de kopie van het proces-verbaal aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaart hij de kopie van het proces-verbaal in het administratief dossier.
Deze overhandiging vindt persoonlijk tegen ontvangstbewijs plaats, per post of per e-mail, naar keuze van de met de controle belaste ambtenaar.
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 15, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
(2)<KB 2023-12-03/07, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
Art.14.§ 1. [2 De eigenaar van de in beslag genomen en verzegelde producten en de persoon die de producten op de markt heeft gebracht, kunnen aan de met de controle belaste ambtenaren de vernietiging van de producten of een oplossing om deze te regulariseren voorstellen. Als er meerdere oplossingen worden voorgesteld, kiest de met de controle belaste ambtenaren de oplossing die zal worden geïmplementeerd]2.
§ 2. Indien de voorgestelde oplossing inderdaad toelaat om de producten in overeenstemming te brengen met de voorschriften, bepalen de met de controle belaste ambtenaren, in overleg met de persoon die de oplossing heeft voorgesteld, de termijn waarbinnen de oplossing zal worden uitgevoerd.
Als er een akkoord is over de termijn bedoeld in het eerste lid heffen [1 de met de controle belaste ambtenaren het beslag op of verwijderen ze, in voorkomend geval,]1, de zegels op kosten van de persoon die de overeenkomst heeft gesloten om voormelde oplossing binnen de toegekende termijn uit te voeren.
§ 3. Indien de oplossing niet binnen [2 de in de paragraaf 2 bedoelde termijn]2 is uitgevoerd, kunnen de met de controle belaste ambtenaren de desbetreffende producten opnieuw in beslag nemen [1 of verzegelen]1.
De inbeslagneming [1 of de verzegeling]1 uitgevoerd op grond van het eerste lid gebeurt in overeenstemming met de bepalingen van onderhavig hoofdstuk. De met de controle belaste ambtenaren kunnen indien zij het, rekening houdend met de situatie, opportuun achten, paragrafen 1 en 2 van huidig artikel toepassen.
[1 [2 Als het geval zich voordoet, heffen de met de controle belaste ambtenaren het beslag op of verwijderen ze de zegels wanneer de eigenaar van de producten of de persoon die de producten op de markt heeft gebracht het bewijs levert dat de producten in overeenstemming werden gebracht met de wetgeving waarnaar verwezen wordt in artikel 16, Ї 1, tweede lid, van de wet van 21 december 1998. De opheffing van de inbeslagneming gebeurt via het sturen, door de met de controle belaste ambtenaren, van een brief, per post of per e-mail, naar de eigenaar van de producten en, in voorkomend geval, naar de persoon die het in paragraaf 3 bedoelde bewijs levert]2.
[2 § 4. Indien noch de eigenaar van de in beslag genomen of verzegelde producten noch de persoon die de producten op de markt heeft gebracht, gebruik maakt van de mogelijkheid om een oplossing of de vernietiging binnen de termijn bedoeld in artikelen 12, § 2, 4А en 13, § 2, 4А, voor te stellen, of indien de voorstelde oplossing niet binnen de termijn bedoeld in paragraaf 2 is uitgevoerd, kunnen de met de controle belaste ambtenaren overgaan tot de vernietiging van de desbetreffende producten.
De door de controlerende ambtenaar overeenkomstig artikelen 12, § 1, 4А of 13, § 1, 4А gestelde termijn wordt onderbroken indien bij toepassing van artikel 18(3) van de Verordening (EU) 2019/1020 betreffende markttoezicht en conformiteit van producten, de betrokkene wordt uitgenodigd zijn opmerkingen te maken. In dit geval start de termijn te lopen vanaf de datum waarop de met de controle belaste ambtenaren die de maatregel heeft opgelegd, de definitieve beslissing meedeelt nadat hij de ingediende opmerkingen heeft onderzocht. Als de betrokkene geen opmerkingen heeft gemaakt, start de termijn te lopen vanaf het verstrijken van de termijn om de opmerkingen mee te delen.]2
[2 § 5. Ten laatste vijftien kalenderdagen voor de in paragraaf 4 bedoelde vernietiging verzenden de met de controle belaste ambtenaren een aangetekende brief aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, bezorgen de ambtenaren de brief aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaren ze de brief in het administratief dossier.
Deze aangetekende brief bevat ten minste de volgende gegevens:
1А het feit dat de producten zullen worden vernietigd in toepassing van artikel 16, § 1/3 van de wet van 21 december 1998 ;
2А de vermelding dat de vernietiging gebeurt wegens een blijvende non-conformiteit van producten ;
3А een inventaris van de desbetreffende producten.]2
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 16, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
(2)<KB 2023-12-03/07, art. 6, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
Art.15.[1 Het beslag of de verzegeling wordt van rechtswege opgeheven indien een strafvonnis dat een einde maakt aan de vervolging voor de non-conformiteit van de desbetreffende producten in kracht van gewijsde is gegaan.]1
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 17, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
HOOFDSTUK 6/1. [1 - Inbeslagneming of verzegeling van non-conform hout en houtproducten]1
----------
(1)
Art. 15/1.[1 Artikelen 12 tot en met 15 zijn niet van toepassing op hout en houtproducten die vallen onder de Verordening (EU) nr. 995/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 20 oktober 2010 tot vaststelling van de verplichtingen van marktdeelnemers die hout en houtproducten op de markt brengen, of die vallen onder de Verordening (EG) nr. 2173/2005 van de Raad van 20 december 2005 inzake de opzet van een FLEGT-vergunningensysteem voor de invoer van hout in de Europese Gemeenschap.
De artikelen van dit hoofdstuk zijn uitsluitend van toepassing op hout en houtproducten bedoeld in het eerste lid (hierna : "producten").]1
----------
(1)<KB 2023-12-03/07, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
Art. 15/2. [1 Ї 1. De met de controle belaste ambtenaar die de verzegeling, bedoeld in artikel 16, Ї 1 tweede lid, 1А, van de wet van 21 december 1998 uitvoert, stelt een proces-verbaal van verzegeling op. Dat proces-verbaal bevat ten minste de volgende gegevens :
1А de in artikel 10, Ї 1, 2А tot 6А, vermelde elementen ;
2А het feit dat de producten worden verzegeld in toepassing van artikel 16, Ї 1 tweede lid, 1А, van de wet van 21 december 1998, doordat ze niet conform zijn met de reglementeringen waarvan sprake in deze bepaling ;
3А de volgende vermelding:
"De eigenaar van de producten en de persoon die ze op de markt heeft gebracht, kunnen aan de met de controle belaste ambtenaren het bewijs leveren dat de producten in overeenstemming zijn met de wetgeving waarnaar verwezen wordt in artikel 16, Ї 1, tweede lid, van de wet van 21 december 1998, teneinde de verzegeling op te heffen. Indien het bewijs niet binnen de toegekende termijn wordt geleverd, kunnen deze producten door de met controle belaste ambtenaren openbaar verkocht of geschonken worden aan een geschikte rechtspersoon voor onderzoeksdoeleinden of in functie van het algemene belang, of vernietigd worden op voorwaarde dat deze producten geen of onvoldoende waarde hebben met het oog op een eventuele openbare verkoop of eventuele schenking ervan. Het voormelde leveren van bewijs van conformiteit, en, in voorkomend geval, de openbare verkoop, schenking of vernietiging van de producten, verlopen conform artikel 15/4 van het koninklijk besluit van 2 juli 2014 tot regeling van de uitvoering van de controles op de toepassing van de wet van 21 december 1998 betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers." ;
4А de termijn om het bewijs van conformiteit te leveren bedoeld in 3А.
Ї 2. Op het moment van de verzegeling of binnen vijftien kalenderdagen, te rekenen van de dag van de verzegeling, bezorgt de met de controle belaste ambtenaar die de verzegeling uitvoert, een kopie van het proces-verbaal van verzegeling aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, bezorgt de ambtenaar de kopie van het proces-verbaal aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaart hij de kopie van het proces-verbaal in het administratief dossier.
Deze overhandiging vindt persoonlijk tegen ontvangstbewijs plaats, per post of per e-mail, naar keuze van de met de controle belaste ambtenaar.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2023-12-03/07, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
Art. 15/3. [1 Ї 1. De met de controle belaste ambtenaar die de inbeslagneming, bedoeld in artikel 16, Ї 1 tweede lid, 1А, van de wet van 21 december 1998, uitvoert, stelt een proces-verbaal van inbeslagneming op. Dat proces-verbaal bevat ten minste de volgende gegevens :
1А de in artikel 11, Ї 1, 2А tot 8А, vermelde elementen ;
2А het feit dat de producten worden in beslag genomen in toepassing van artikel 16, Ї 1 tweede lid, 1А, van de wet van 21 december 1998, doordat ze niet conform zijn met de reglementeringen waarvan sprake in deze bepaling ;
3А de volgende vermelding:
"De eigenaar van de producten en de persoon die ze op de markt heeft gebracht, kunnen aan de met de controle belaste ambtenaren het bewijs leveren dat de producten in overeenstemming zijn met de wetgeving waarnaar verwezen wordt in artikel 16, Ї 1, tweede lid, van de wet van 21 december 1998, teneinde het beslag op te heffen. Indien het bewijs niet binnen de toegekende termijn wordt geleverd, kunnen deze producten door de met controle belaste ambtenaren openbaar verkocht of geschonken worden aan een geschikte rechtspersoon voor onderzoeksdoeleinden of in functie van het algemene belang, of vernietigd worden op voorwaarde dat deze producten geen of onvoldoende waarde hebben met het oog op een eventuele openbare verkoop of eventuele schenking ervan. Het voormelde leveren van bewijs van conformiteit, en, in voorkomend geval, de openbare verkoop, schenking of vernietiging van de producten, verlopen conform artikel 15/4 van het koninklijk besluit van 2 juli 2014 tot regeling van de uitvoering van de controles op de toepassing van de wet van 21 december 1998 betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers.";
4А de termijn om het bewijs van conformiteit te leveren bedoeld in 3А.
Ї 2. Op het moment van de inbeslagneming of binnen vijftien kalenderdagen, te rekenen van de dag van de inbeslagneming, bezorgt de met de controle belaste ambtenaar die de inbeslagneming uitvoert, een kopie van het proces-verbaal van inbeslagneming aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, bezorgt de ambtenaar de kopie van het proces-verbaal aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaart hij de kopie van het proces-verbaal in het administratief dossier.
Deze overhandiging vindt persoonlijk tegen ontvangstbewijs plaats, per post of per e-mail, naar keuze van de met de controle belaste ambtenaar.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2023-12-03/07, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
Art. 15/4. [1 § 1. Wanneer de eigenaar van de producten of de persoon die de producten op de markt heeft gebracht het bewijs levert dat de producten in overeenstemming zijn met de wetgeving waarnaar verwezen wordt in artikel 16, Ї 1, tweede lid, van de wet van 21 december 1998, dan heffen de met de controle belaste ambtenaren het beslag op of verwijderen ze de zegels. De opheffing van de inbeslagneming of verzegeling gebeurt via het sturen, door de met de controle belaste ambtenaren, van een brief, per post of per e-mail, naar de eigenaar van de producten en, in voorkomend geval, naar de persoon die het in deze paragraaf bedoelde bewijs levert.
§ 2. Indien het bewijs van conformiteit zoals bedoeld in paragraaf 1 niet binnen de toegekende termijn wordt geleverd, kunnen de met controle belaste ambtenaren overgaan tot de openbare verkoop van de producten, of tot de schenking van de producten, in zoverre dit verenigbaar is met de doelstellingen van de toepasselijke regelgeving, aan een geschikte rechtspersoon voor onderzoeksdoeleinden of in functie van het algemene belang.
§ 3. Indien de producten onvoldoende waarde zouden hebben met het oog op openbare verkoop of schenking aan een geschikte rechtspersoon zoals vermeld in paragraaf 2, dan kunnen de met controle belaste ambtenaren overgaan tot de vernietiging van de producten.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2023-12-03/07, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
Art. 15/5. [1 Het beslag of de verzegeling wordt van rechtswege opgeheven indien een strafvonnis dat een einde maakt aan de vervolging voor de non-conformiteit van de desbetreffende producten in kracht van gewijsde is gegaan.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2023-12-03/07, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
HOOFDSTUK 6/2. [1 - Het bevelen van corrigerende maatregelen]1
----------
(1)
Art. 15/6. [1 § 1. Wanneer de met controle belaste ambtenaar een bevel tot corrigerende maatregelen oplegt, overeenkomstig artikel 16 Ї 1, tweede lid, 2А , van de wet van 21 december 1998, gelden de bepalingen van onderhavig artikel, in aanvulling op bepalingen van artikel 16, Ї 1/1, van de wet van 21 december 1998.
Het bevel tot corrigerende maatregelen vermeldt onder andere :
1А wettelijke bepalingen in de toepassing waarvan het bevel wordt opgelegd ;
2А de identificatie van de producten en/of, in desbetreffend geval, de identificatie van de online interface bedoeld in artikel 16, Ї 1/1, derde lid van de wet van 21 december 1998, waarop het bevel betrekking heeft ;
3А verplichtingen die de uitvoering van de opgelegde maatregelen met zich meebrengt.
§ 2. Wanneer de corrigerende maatregelen een stopzetting van op de markt brengen of ingebruikneming van producten betreft, worden in het bevel de volgende verplichtingen vermeld: onmiddellijk stoppen met het op de markt brengen of ingebruikneming van het product; in het bijzonder onmiddellijk stoppen met het ter beschikking stellen aan derden en het ter beschikking aanbieden van het product, door het onmiddellijk uit de rekken te halen of de online aanbiedingen van het product te verwijderen.
Wanneer het bevel tot de stopzetting van op de markt brengen of ingebruikneming van producten aan een fulfilmentdienstverlener is gericht die voor opslag en/of de leveringen van de producten aan de eindgebruikers zorgt, kunnen in het bevel de volgende verplichtingen worden vermeld: de levering van de producten staken en de klanten hierover te informeren.
§ 3. Wanneer de beoogde corrigerende maatregelen een terugneming van de markt betreffen, worden in het bevel de volgende verplichtingen vermeld die op de geadresseerde van het bevel rusten :
a) onmiddellijk stoppen met het op de markt brengen of ingebruikneming van het product; in het bijzonder onmiddellijk stoppen met het ter beschikking stellen aan derden en het ter beschikking aanbieden van het product, door het onmiddellijk uit de rekken te halen of de online aanbiedingen van het product te verwijderen. Wanneer de geadresseerde van het bevel de fulfilmentdienstverlener is, vermeldt het bevel de verplichting de levering van de producten te staken en de klanten hierover te informeren ;
b) zijn professionele klanten op de hoogte brengen van de terugname van de producten en van de modaliteiten voor de terugname; daartoe maakt de geadresseerde van het bevel gebruik van het model van kennisgeving in bijlage bij dit koninklijk besluit; dit model wordt ook bij het bevel gevoegd ;
c) terugnemen van de producten bij zijn professionele klanten tegen terugbetaling ;
d) de lijst van zijn professionele klanten en van zijn leveranciers bezorgen aan de met de controle belaste ambtenaren.
§ 4. Wanneer de beoogde corrigerende maatregelen een terugroeping van de producten betreffen, worden in het besluit de volgende verplichtingen vermeld die op de geadresseerde van het bevel rusten :
a) onmiddellijk stoppen met het op de markt brengen of ingebruikneming van het product; in het bijzonder onmiddellijk stoppen met het ter beschikking stellen aan derden en het ter beschikking aanbieden van het product, door het onmiddellijk uit de rekken te halen of de online aanbiedingen van het product te verwijderen. Wanneer de geadresseerde van het bevel de fulfilmentdienstverlener is, vermeldt het bevel de verplichting de levering van de producten te staken en de klanten hierover te informeren ;
b) zijn professionele klanten op de hoogte brengen van de terugname van de non-conforme producten en van de modaliteiten voor de terugname; daartoe maakt de geadresseerde van het bevel gebruik van het model van kennisgeving in bijlage bij dit koninklijk besluit; dit model wordt ook bij het besluit gevoegd ;
c) indien het product ter beschikking is gesteld aan de eindgebruikers en ze individueel getraceerd kunnen worden, ze op de hoogte brengen, per post of per e-mail, van de terugroepingsactie; indien de eindgebruikers niet individueel getraceerd kunnen worden, de informatie over terugroepingsactie publiceren op leesbare en zichtbare wijze in zijn verkooppunten, in verkooppunten van zijn professionele klanten en in passende openbare media met voldoende groot bereik; het plan van terugroepactie wordt ter kennis gebracht van de met controle belaste ambtenaar die het bevel heeft opgelegd, zodat deze laatste zijn advies kan geven ;
d) terugnemen van de producten bij zijn professionele klanten en eindgebruikers tegen terugbetaling ;
e) de lijst van zijn professionele klanten en van zijn leveranciers bezorgen aan de met de controle belaste ambtenaren.
§ 5. De met de controle belaste ambtenaar, die de corrigerende maatregelen oplegt, bezorgt het bevel tot corrigerende maatregelen aan de betrokkene. Deze overhandiging vindt persoonlijk tegen ontvangstbewijs plaats, per post of per e-mail, naar keuze van de met de controle belaste ambtenaar.
§ 6. Binnen de termijn bepaald in het bevel tot corrigerende maatregelen, voert de betrokkene de opgelegde maatregelen uit. Vervolgens brengt hij de met de controle belaste ambtenaren op de hoogte van de maatregelen die hij genomen heeft.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2023-12-03/07, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
HOOFDSTUK 6/3. [1 - Beperking of verbod van het op de markt aanbieden of ingebruikneming van een non-conform product]1
----------
(1)
Art. 15/7. [1 § 1. De beperking of verbod van het op de markt aanbieden of ingebruikneming van een non-conform product, zoals bedoeld in artikel 16 Ї 1, tweede lid, 3А, van de wet van 21 december 1998, neemt de vorm van een besluit aan, dat wordt ondertekend door de met controle belaste ambtenaar.
Het besluit vermeldt :
a) relevante wettelijke bepalingen in toepassing waarvan het besluit genomen is ;
b) de identificatie van de producten waarop de maatregelen van toepassing zijn ;
c) de beschrijving van de non-conformiteit ;
d) de motivatie voor het opleggen van de beperking of het verbod ;
e) de beoogde maatregelen: beperking of verbod van het op de markt aanbieden of ingebruikneming van een non-conform product ;
§ 2. Wanneer het besluit een non-conform of gevaarlijk product betreft dat de markt van de Unie binnenkomt dat onder het toepassingsgebied van artikel 28 van de Verordening (EU) 2019/1020 betreffende markttoezicht en conformiteit van producten en tot wijziging van Richtlijn 2004/42/EG valt, wordt in het besluit bijkomend vermeld dat :
1А het besluit genomen is in het kader van controles op producten die de markt van de Unie binnenkomen, met toepassing van artikel 28 van de Verordening (EU) 2019/1020 betreffende markttoezicht en conformiteit van producten en tot wijziging van Richtlijn 2004/42/EG en de Verordeningen (EG) nr. 765/2008 en (EU) nr. 305/2011 ;
2А de douaneautoriteit verzocht wordt het product niet vrij te geven voor het vrije verkeer en in het gegevensverwerkingssysteem van de douane en, in voorkomend geval, op de handelsfactuur die het product vergezelt en op alle andere relevante begeleidende documenten een van de volgende vermeldingen aan te brengen ;
a) voor product dat een ernstig risico vormt: "Gevaarlijk product - het in het vrije verkeer brengen ervan is niet toegestaan - Verordening (EU) 2019/1020" ;
b) voor een non-conform product "Niet-conform product - het in het vrije verkeer brengen ervan is niet toegestaan - Verordening (EU) 2019/1020" ;
§ 3. Het besluit kan ingetrokken of gewijzigd worden door het personeelslid dat het genomen heeft. Wanneer een nieuw besluit wordt genomen, wordt het voorgaande besluit opgeheven.
§ 4. De met de controle belaste ambtenaar bezorgt het besluit aan de aan hem bekende natuurlijke personen of rechtspersonen die het product waarop de beslissing betrekking heeft op de markt aanbieden of zulke intentie hebben. Deze overhandiging vindt persoonlijk tegen ontvangstbewijs plaats, per post of per e-mail, naar keuze van de met de controle belaste ambtenaar. De met de controle belaste ambtenaar onderneemt ook de nodige stappen voor de publicatie van het besluit op de website van de Federal Overheidsdienst Volksgezondheid.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2023-12-03/07, art. 9, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>
HOOFDSTUK 7. - Vernietiging van de producten om dwingende redenen van volksgezondheid of van leefmilieu
Art.16. De met de controle belaste ambtenaren zijn aangewezen om de in artikel 16, § 1, derde lid, van de wet van 21 december 1998 bedoelde vernietiging te gelasten.
Art.17.§ 1. Als de minister bevoegd voor Volksgezondheid, de minister bevoegd voor Leefmilieu of een met de controle belaste ambtenaar de vernietiging van producten gelast op basis van artikel 16, § 1, derde lid, van de wet van 21 december 1998 :
1° gelasten de met de controle belaste ambtenaren de eigenaar de producten te vernietigen binnen een termijn die door de met de controle belaste ambtenaar wordt bepaald;
2° ofwel vernietigen de met de controle belaste ambtenaren de producten zelf of toevertrouwen ze de vernietiging ervan aan een hiervoor bevoegd persoon.
§ 2. Als de vernietiging is door een met de controle belaste ambtenaar gelast, verzendt deze met de controle belaste ambtenaar een aangetekende brief aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, bezorgt de ambtenaar de brief aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaart hij de brief in het administratief dossier.
Deze aangetekende brief bevat ten minste de volgende gegevens :
1° de vermelding van de dwingende redenen van volksgezondheid en/of van leefmilieu die de vernietiging noodzaken;
2° een inventaris van de desbetreffende producten;
3° de termijn waarin de eigenaar de producten moet vernietigen.
Wanneer de eigenaar van de producten de producten niet heeft vernietigd binnen de termijn bedoeld in paragraaf 1, 1°, kunnen de met de controle belaste ambtenaren de producten zelf vernietigen of de vernietiging ervan toevertrouwen aan een hiervoor bevoegd persoon.
§ 3. [1 aLS]1 de met de controle belaste ambtenaren de producten zelf vernietigen of de vernietiging ervan toevertrouwen aan een hiervoor bevoegd persoon, nemen de met de controle belaste ambtenaren de producten eerst in beslag als ze nog niet het voorwerp zijn van een inbeslagneming. Artikel 13 is van toepassing op dit beslag, uitgezonderd paragraaf 1, 2° en 3°. Het proces-verbaal van inbeslagname vermeldt dat de producten in beslag genomen zijn met het oog op hun vernietiging op grond van artikel 16, § 1, derde lid, van de wet van 21 december 1998 en van huidig artikel.
De met de controle belaste ambtenaren verzenden een aangetekende brief aan de eigenaar van de producten. Indien de eigenaar niet gekend is, bezorgen de ambtenaren de brief aan de persoon vermeld op het etiket. Wanneer deze vermelding ontbreekt, bewaren ze de brief in het administratief dossier.
Deze aangetekende brief wordt vóór de vernietiging of ten laatste binnen [1 vijftien]1kalenderdagen, te rekenen van de dag van de vernietiging, verzonden. Deze aangetekende brief bevat ten minste de volgende gegevens :
1° het feit dat de producten zijn of zullen worden vernietigd in toepassing van artikel 16, § 1, derde lid, eerste zin van de wet van 21 december 1998;
2° de vermelding van de dwingende redenen van volksgezondheid en/of van leefmilieu die de vernietiging noodzaken;
3° een inventaris van de desbetreffende producten.
----------
(1)<KB 2016-09-01/17, art. 19, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
HOOFDSTUK 7/1. - [1 Invordering van de kosten]1
----------
(1)
Art. 17/1. [1 Onverminderd het koninklijk besluit van 13 november 2011 tot vaststelling van de retributies en bijdragen verschuldigd aan het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten, kan de leidende ambtenaar van de Juridische Dienst en Geschillen van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu of zijn afgevaardigde, bij gebrek aan betaling of terugbetaling van de kosten, bedoeld in artikel 16bis van de wet van 21 december 1998, overgaan tot invordering van de kosten :
1° hetzij door zich burgerlijke partij te stellen namens de Belgische Staat voor het strafgerecht waar een strafvordering aanhangig werd gemaakt overeenkomstig artikel 18 van de wet van 21 december 1998;
2° hetzij bij de bevoegde burgerlijke rechtbank.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2016-09-01/17, art. 20, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
HOOFDSTUK 8. - Slotbepalingen
Art.18. De artikelen 73 en 74 van het koninklijk besluit van 22 mei 2003 betreffende het op de markt brengen en het gebruiken van biociden worden opgeheven.
Art.19. De minister bevoegd voor Volksgezondheid, de minister bevoegd voor Leefmilieu, de minister bevoegd voor Economie, en de minister bevoegd voor Landbouw zijn, ieder wat hen betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE
Art. N.[1 Model van brief bedoeld in artikel [2 15/6, § 3, b) en § 4, b)]2:
Kennisgeving van het uit de markt nemen van [naam van het product]
[Plaats en datum]
[Contactgegevens van het bedrijf dat het voorwerp uitmaakt van de maatregel : naam, adres, KBO-nummer]
[Contactgegevens van de professionele klant]
Betreft : Terugneming van de markt gebaseerd op [2 artikel 15/6, §§ 3 of 4]2 van het koninklijk besluit van 2 juli 2014 tot regeling van de uitvoering van de controles op de toepassing van de wet van 21 december 1998 betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu, de volksgezondheid en de werknemers
Geachte,
Ik deel u mee dat het volgende product het voorwerp uitmaakt van een terugneming van de markt: [identificatie van het product: het producttype, het (de) lotnummer(s), de code(s) of het (de) serienummer(s) en alle andere nuttige gegevens die het product in kwestie kunnen beschrijven en nauwkeurig en onmiddellijk kunnen identificeren].
De bevoegde overheden hebben immers vastgesteld dat dit product niet voldoet aan de bepalingen van [regelgeving waarmee het product niet overeenstemt]. Concreet, dit product [de vastgestelde overtreding concreet beschrijven. Bijvoorbeeld: het product bevat x % van die gevaarlijke stof, terwijl de regelgeving een maximum van y % bepaalt]. [In voorkomend geval, het risico beschrijven dat het product vormt voor de gezondheid of het leefmilieu].
Ik verzoek u :
1° het op de markt brengen van de betrokken producten onmiddellijk stop te zetten, wat meer bepaald betekent : het verkopen, het te koop aanbieden of het gratis of tegen betaling ter beschikking stellen aan derden stop te zetten;
2° en mij de producten in uw bezit als volgt terug te bezorgen : [Te verduidelijken].
Ik zal u alle producten in kwestie die mij toegestuurd worden binnen een termijn van 3 maanden vanaf de dag van ontvangst van deze brief, terugbetalen.
Met vriendelijke groeten.]1
----------
(1)<Ingevoegd bij KB 2016-09-01/17, art. 21, 002; Inwerkingtreding : 08-10-2016>
(2)<KB 2023-12-03/07, art. 10, 003; Inwerkingtreding : 03-01-2024>