28 FEBRUARI 2014. - Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden waaronder een zoneraadslid van een hulpverleningszone die, ingevolge een handicap niet zelfstandig zijn mandaat kan vervullen, zich voor de uitoefening van dit mandaat kan laten bijstaan door een vertrouwenspersoon(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 15-04-2014 en tekstbijwerking tot 26-09-2018)
Art. 1-3
Artikel 1.Voor de toepassing van artikel 32 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid wordt onder persoon met een handicap verstaan :
1° de persoon als dusdanig ingeschreven bij het "Agence wallonne pour l'Intégration des Personnes handicapées", bij "het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap", bij de "Service bruxellois francophone des Personnes handicapées", bij "de diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van Brussel-Hoofdstad" of bij de "Dienststelle für Personen mit Behinderung";
2° de persoon die een inkomensvervangende tegemoetkoming of een integratietegemoetkoming geniet op basis van de wet van 27 februari 1987 houdende tegemoetkomingen aan personen met een handicap;
3° de persoon die in het bezit is van een attest afgeleverd door de Algemene Directie personen met een handicap van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid voor het verstrekken van sociale en fiscale voordelen;
4° het slachtoffer van een arbeidsongeval of van een beroepsziekte die het bewijs kan voorleggen van een blijvende arbeidsongeschiktheid van ten minste 66 % afgeleverd [1 door Fedris]1 of de bevoegde geneeskundige dienst in het kader van de wet van 3 juli 1967 betreffende de preventie van of de schadevergoeding voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg naar en van het werk en voor beroepsziekten in de overheidssector of in een gelijkwaardig stelsel;
5° het slachtoffer van een ongeval van gemeen recht dat het bewijs kan voorleggen van een blijvende ongeschiktheid van ten minste 66 % naar aanleiding van een gerechtelijke beslissing;
6° de persoon die in het bezit is van een attest van blijvende invaliditeitserkenning afgeleverd door zijn verzekeringsinstelling of door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
----------
(1)<KB 2018-09-06/13, art. 101, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
Art.2.[1 Treden in werking op 1 januari 2015 :
1° het artikel 32 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid;
2° dit besluit.
In afwijking van het eerste lid treden het artikel 32 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid en dit besluit, voor de prezones vermeld in artikel 220, § 1, tweede lid, van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid, in werking op de datum bepaald door de raad waarop de brandweerdienst in de zone geïntegreerd wordt, en ten laatste op 1 januari 2016.
De minister bevoegd voor Binnenlandse zaken maakt, in toepassing van het tweede lid, in het Belgisch Staatsblad het bericht bekend dat de datum vermeldt waarop artikel 32 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid en dit besluit in werking treden voor de prezones die worden beoogd in het geval waarvan sprake is in het tweede lid.]1
----------
(1)<KB 2014-08-04/15, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2015>
Art. 3. De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken en de staatssecretaris bevoegd voor Personen met een Handicap, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.