Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

21 DECEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

2003012302 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 2, 4° van het koninklijk besluit van 16 mei 2003 tot uitvoering van het Hoofdstuk 7 van Titel IV van de programmawet van 24 december 2002 (I), betreffende de harmonisering en vereenvoudiging van de regelingen inzake verminderingen van de sociale zekerheidsbijdragen wordt aangevuld met een cnonies), die luidt :
  " cnonies) G10 = het forfaitair bedrag bedoeld in artikel 336 van de programmawet van 24 december 2002. "

Art.2. In Titel III van hetzelfde koninklijk besluit van 16 mei 2003, wordt een nieuw hoofdstuk IX ingevoerd, dat de artikelen 28/7 tot en met 28/10 omvat, luidende :
  " Hoofdstuk IX. Forfaitaire bijdragevermindering voor vaste werknemers met een voltijdse arbeidsovereenkomst in de horeca.
  Art. 28/7. Werkgevers bedoeld in artikel 353bis/8, eerste lid, van de programmawet van 24 december 2002 genieten voor 5 vaste voltijdse werknemers naar keuze van een vermindering van een forfaitair bedrag G10, gedurende een onbeperkt aantal kwartalen.
  Voor werknemers die op het einde van het kwartaal de leeftijd van 26 jaar niet bereikt hebben, wordt het forfaitair bedrag G9 toegepast.
  De referteperiode en de wijze waarop het gemiddelde van de tijdens deze referteperiode tewerkgestelde werknemers wordt berekend, zoals bedoeld in artikel 353bis/8 van de programmawet van 24 december 2002, worden bepaald overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 28 oktober 2009 waarbij de referteperiode en de wijze worden bepaald waarop het gemiddelde van de tijdens deze referteperiode tewerkgestelde werknemers wordt berekend met het oog op de inning, door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, van de bijdragen bedoeld in de artikelen 58 en 60 van de wet van 26 juni 2002 betreffende de sluiting van de ondernemingen en van de bijdrage bedoeld in artikel 38, § 3, eerste lid, 9° van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers.
  Art. 28/8. Onder een "voltijdse arbeidsovereenkomst" wordt verstaan de arbeidsovereenkomst van een werknemer zoals bedoeld in artikel 9, 1° en 2°, van het koninklijk besluit van 10 juni 2001 tot eenvormige definiëring van begrippen met betrekking tot arbeidstijdgegevens ten behoeve van de sociale zekerheid, met toepassing van artikel 39 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels.
  Art. 28/9. Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder een "vaste werknemer" verstaan, een werknemer andere dan deze bedoeld in artikel 31ter, van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.
  Art. 28/10. § 1. De vermindering kan slechts worden toegekend in de kwartalen waarin de geregistreerde kassa operationeel is van de eerste dag tot en met de laatste dag van het kwartaal.
  Voor de periode van 1 januari 2014 tot en met 31 maart 2014 kan de vermindering, in afwijking van het vorige lid, evenwel toegekend worden indien de werkgever voldoet aan alle volgende voorwaarden :
  1. hij dient zich voor 31 december 2013 te registreren bij de FOD Financiën overeenkomstig artikel 2bis van het koninklijk besluit van 30 december 2009 tot het bepalen van de definitie en de voorwaarden waaraan een geregistreerd kassasysteem in de horecasector moet voldoen en,
  2. het geregistreerde kassasysteem moet uiterlijk op 28 februari 2014 operationeel zijn,
  § 2. De werkgever heeft recht op de bijdragevermindering op voorwaarde dat hij het begin en einde van de aanwezigheid van al zijn werknemers, met uitzondering van de gelegenheidswerknemers bedoeld in artikel 31ter van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, die hij aangeeft in dimona overeenkomstig artikel 5bis, § 3, van het koninklijk besluit van 5 november 2002 tot invoering van een onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, met toepassing van artikel 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels, gedurende de volledige duur van de toekenning van de vermindering registreert.
  Deze registratie moet gebeuren :
  1° via het geregistreerde kassasysteem, zoals bedoeld in het voornoemde koninklijk besluit van 30 december 2009 of
  2° via een alternatief systeem van dagelijkse aanwezigheidsregistratie, dat ter beschikking wordt gesteld bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, dat dezelfde garanties biedt als 1° ".
  Indien de werkgever de registratie doet op de wijze bepaald in 1° van het vorige lid, dient hij nog steeds een aangifte te verrichten overeenkomstig artikel 4 van het voormelde koninklijk besluit van 5 november 2002.
  Deze paragraaf is niet van toepassing op de werkgevers die voldoen aan de voorwaarden gesteld in paragraaf 1, tweede lid van dit artikel en dit tot op het moment dat hun geregistreerd kassasysteem operationeel is.

Art.3. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2014.

Art. 4. De eerste minister, de minister bevoegd voor Sociale Zaken en de minister bevoegd voor Werk zijn, elk wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

  Gegeven te Bruussel, 21 december 2013.
  FILIP
  Van Koningswege :
  De Eerste Minister,
  E. DI RUPO
  De Minister van Sociale Zaken,
  Mevr. L. ONKELINX
  De Minister van Werk,
  Mevr. M. DE CONINCK
  De Staatssecretaris voor de Bestrijding van Sociale en Fiscale Fraude,
  J. CROMBEZ