24 APRIL 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 13 november 2011 tot vaststelling van de retributies en bijdragen verschuldigd aan het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten (NOTA : Bekrachtigd met uitwerking op de datum van zijn inwerkingtreding bij W2013-12-15/29, art. 4, 3°)
Art. 1-6
Artikel 1. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 13 november 2011 tot vaststelling van de retributies en bijdragen verschuldigd aan het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten wordt aangevuld met een paragraaf 13, luidende :
" § 13. Iedere natuurlijke persoon die, in toepassing van het koninklijk besluit van 19 maart 2013 ter verwezenlijking van een duurzaam gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en toevoegingsstoffen, een aanvraag voor een toekenning of vernieuwing van een fytolicentie " Distributie/Voorlichting " of een fytolicentie " Distributie/Voorlichting producten voor niet-professioneel gebruik " indient, is gehouden een retributie te betalen aan het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten waarvan het bedrag is vastgesteld op 220 EUR.
Indien de houder van een vermelde fytolicentie zijn fytolicentie opzegt, wordt het aandeel van diens retributie, evenredig aan de nog te verstrijken geldigheidsduur van zijn fytolicentie op de datum van de opzegging, terugbetaald. "
Art.2. In de Nederlandstalige tekst van artikel 2, § 3, van hetzelfde besluit worden de woorden " erkend gebruiker " vervangen door de woorden " erkend verkoper ".
Art.3. In artikel 2, § 3, van hetzelfde besluit worden de woorden " van de klassen A en B " opgeheven.
Art.4. Artikel 2, § 3, van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.5. Artikel 4 treedt in werking op 25 november 2015.
Art. 6. De minister bevoegd voor Volksgezondheid en de minister bevoegd voor Landbouw zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.