17 AUGUSTUS 2013. - Koninklijk besluit betreffende de mededeling van informaties in het wachtregister en tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 april 1984 betreffende de toegang door sommige openbare overheden tot het Rijksregister van de natuurlijke personen, alsmede betreffende het bijhouden en de controle van de informaties
HOOFDSTUK 1. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Toepassingsgebied
Art. 2
HOOFDSTUK 3. - Afgifte van uittreksels uit het register en getuigschriften opgesteld aan de hand van dit register
Art. 3-8
HOOFDSTUK 4. - Betwisting inzake de afgifte van uittreksels uit het register of getuigschriften opgesteld aan de hand van dit register
Art. 9
HOOFDSTUK 5. - Raadpleging van dit register
Art. 10
HOOFDSTUK 6. - Verstrekking aan derden van personenlijsten of statistische gegevens uit dit register
Art. 11-14
HOOFDSTUK 7. - Adres is niet mededeelbaar
Art. 15
HOOFDSTUK 8. - Wijziging van het koninklijk besluit van 3 april 1984 betreffende de toegang door sommige openbare overheden tot het Rijksregister van de natuurlijke personen, alsmede betreffende het bijhouden en de controle van de informaties
Art. 16-18
HOOFDSTUK 1. - Definities
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit moet worden verstaan onder :
1° Register : het wachtregister zoals omschreven in artikel 1, eerste lid, 2°, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de vreemdelingenkaarten en de verblijfsdocumenten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen;
2° Documenten waarvan de afgifte is voorgeschreven of toegestaan door of krachtens de wet : de documenten die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging of de voortzetting van een procedure bepaald door de wet, het decreet of de ordonnantie, wanneer de rechtspleging de aanwijzing vereist van de woonplaats van de persoon ten aanzien van wie zij ten uitvoer wordt gebracht of vervolgd en wanneer de woonplaats gelijkgesteld dient te worden met de inschrijving in het register.
HOOFDSTUK 2. - Toepassingsgebied
Art.2. De bepalingen van de hoofdstukken 3, 4 en 7 van dit besluit zijn niet van toepassing op de burgers van de Europese Unie die zijn ingeschreven krachtens het koninklijk besluit van 7 mei 2008 tot vaststelling van bepaalde uitvoeringsmodaliteiten van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
HOOFDSTUK 3. - Afgifte van uittreksels uit het register en getuigschriften opgesteld aan de hand van dit register
Art.3. Elke vreemdeling kan een uittreksel uit het register of een getuigschrift dat aan de hand van dit register is opgemaakt verkrijgen voor zover de inlichtingen die zij bevatten op hem betrekking hebben.
De aanvraag geschiedt mondeling of schriftelijk door de betrokken persoon, zijn wettelijke vertegenwoordiger of zijn gemachtigde bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente waar hij is ingeschreven of zijn gemachtigde. De betrokken persoon moet niet doen blijken van enig bijzonder belang.
Art.4. § 1. Elke persoon, elke publieke of private instelling, kan, op schriftelijk, met redenen omkleed en ondertekend verzoek, een uittreksel uit het register of een getuigschrift dat aan de hand van dit register is opgemaakt verkrijgen betreffende een inwoner van de gemeente wanneer de afgifte van die documenten door of krachtens de wet is voorgeschreven of toegestaan.
§ 2. De aanvraag bedoeld in § 1 wordt ingediend bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente waar de persoon is ingeschreven of zijn gemachtigde.
De aanvrager vermeldt in zijn aanvraag in welk opzicht elke gevraagde informatie noodzakelijk voor hem is bij de tenuitvoerlegging of de voortzetting van de procedure.
Art.5. Onverminderd de bepalingen van het 2e lid, mag het uittreksel of het getuigschrift geen andere informatiegegevens vermelden dan die welke zijn bepaald in artikel 3, 1e lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.
Het uittreksel of het certificaat bevat alleen de informatie die nodig is voor de tenuitvoerlegging of het vervolg van de rechtspleging wanneer de persoon ten aanzien van wie ze ten uitvoer gebracht of vervolgd wordt, ingeschreven is in het register van de gemeente waar de aanvraag werd ingediend. Als de persoon afgevoerd werd, vermeldt het uittreksel of het getuigschrift de datum van de afvoering. Als die persoon in het register van een andere gemeente is ingeschreven, op het ogenblik van de aanvraag, deelt de gemeente de aanvrager bovendien het laatste bekende adres van die persoon mee.
Art.6. In afwijking van artikel 4 moet de aanvrager niet aantonen dat de afgifte van het document door of krachtens de wet voorgeschreven of toegestaan is, wanneer het uittreksel of het getuigschrift betrekking heeft op een van de gegevens bedoeld in punt 10°, wat betreft de verklaring inzake het bestaan van een huwelijkscontract, een overeenkomst waarbij de wettelijk samenwonenden de nadere regels van hun wettelijke samenwoning bepalen of een vermogensrechtelijk contract gesloten tussen personen op wie het huwelijksvermogensstelsel niet van toepassing is, met inbegrip van de vermelding van de notaris bij wiens minuten het contract of de overeenkomst werd opgemaakt, in punt 16° of in punt 22° van artikel 1 van het koninklijk besluit van 16 juli 1992 tot vaststelling van de informatie die opgenomen wordt in de bevolkingsregisters en in het vreemdelingenregister.
Hij moet echter bewijzen dat het verkrijgen van de informatie voor hem noodzakelijk is.
Art.7. Het uittreksel of het getuigschrift afgegeven conform de artikelen 3, 4 en 6 moet vermelden dat :
1° het niet kan worden gebruikt als verblijfstitel;
2° het niet inhoudt dat de betrokkene legaal in België verblijft.
Art.8. Het uittreksel of het getuigschrift dat aan de aanvrager wordt overhandigd wordt in naam van het college van burgemeester en schepenen ondertekend door de ambtenaar van de burgerlijke stand of zijn gemachtigde en vermeldt met welk doel het wordt afgegeven en eventueel de persoon voor wie het bestemd is.
Het uittreksel of het getuigschrift vermeldt niet het identificatienummer van het Rijksregister van de natuurlijke personen, behalve indien de aanvrager gemachtigd is dit te gebruiken.
HOOFDSTUK 4. - Betwisting inzake de afgifte van uittreksels uit het register of getuigschriften opgesteld aan de hand van dit register
Art.9. Als de ambtenaar van de burgerlijke stand of zijn gemachtigde het noodzakelijk karakter bedoeld in artikel 6, tweede lid, weigert te erkennen, doet het college van burgemeester en schepenen, op verzoek van de aanvrager, uitspraak over de gegrondheid van de aanvraag.
De Minister die bevoegd is voor de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen of zijn gemachtigde bepaalt, op vraag van de gemeente of van de aanvrager, of een betwiste aanvraag voor een uittreksel of getuigschrift al of niet beantwoordt aan de voorwaarden voor de afgifte die in dit besluit zijn vastgesteld.
HOOFDSTUK 5. - Raadpleging van dit register
Art.10. De raadpleging van dit register door de gemeentelijke diensten en de diensten afhankelijk van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn is slechts toegestaan voor het vervullen van de taken en de diensten die tot hun bevoegdheid behoren.
De raadpleging van het register is voor private personen verboden. Zij kan aan de andere overheden of openbare instellingen slechts door of krachtens de wet worden toegestaan.
HOOFDSTUK 6. - Verstrekking aan derden van personenlijsten of statistische gegevens uit dit register
Art.11. Geen enkele lijst van personen ingeschreven in dit register mag aan derden worden verstrekt. Dit verbod is niet van toepassing op de overheden of de openbare instellingen die, door of krachtens de wet, gemachtigd zijn om dergelijke lijsten te verkrijgen en dit voor de informatie waarop deze machtiging betrekking heeft.
De in het vorige lid bedoelde lijsten mogen echter enkel de inlichtingen bevatten die opgesomd worden in artikel 3, eerste lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.
Art.12. § 1. De lijsten bedoeld in artikel 11 mogen slechts worden verstrekt op schriftelijk verzoek bij de ambtenaar van de burgerlijke stand of zijn gemachtigde.
§ 2. De aanvrager vermeldt in zijn aanvraag in welk opzicht de gevraagde lijst van personen noodzakelijk voor hem is bij het vervullen van zijn opdracht.
Art.13. Degene voor wie de lijst bestemd is mag ze zelf niet verstrekken aan derden of ze gebruiken voor andere doeleinden dan die welke zijn vermeld in de aanvraag.
Art.14. Op schriftelijk verzoek, met opgave van het beoogde doel en de voorgenomen aanwending, kan het college van burgemeester en schepenen toestemming verlenen om aan derden statistische gegevens uit dit register te verstrekken, op voorwaarde dat deze de identificatie van de in dit register ingeschreven personen niet mogelijk maken.
HOOFDSTUK 7. - Adres is niet mededeelbaar
Art.15. § 1. De persoon die in dit register is ingeschreven mag het college van burgemeester en schepenen van de gemeente waar hij verblijft vragen dat zijn adres niet aan derden wordt meegedeeld. De aanvraag moet schriftelijk en gemotiveerd zijn.
De beslissing van het college van burgemeester en schepenen wordt schriftelijk ter kennis van de aanvrager gebracht.
§ 2. De goedkeuring van de aanvraag betekent slechts dat het adres niet wordt meegedeeld voor een periode van zes maanden vanaf de datum van de beslissing van het college van burgemeester en schepenen.
HOOFDSTUK 8. - Wijziging van het koninklijk besluit van 3 april 1984 betreffende de toegang door sommige openbare overheden tot het Rijksregister van de natuurlijke personen, alsmede betreffende het bijhouden en de controle van de informaties
Art.16. Artikel 3 van het koninklijk besluit van 3 april 1984 betreffende de toegang door sommige openbare overheden tot het Rijksregister van de natuurlijke personen, alsmede betreffende het bijhouden en de controle van de informaties, gewijzigd door het koninklijk besluit van 22 april 2005, wordt aangevuld met de woorden " en van het koninklijk besluit van betreffende de mededeling van gegevens in het wachtregister en tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 april 1984 betreffende de toegang door sommige openbare overheden tot het Rijksregister van de natuurlijke personen, alsmede betreffende het bijhouden en de controle van de informaties ".
Art.17. Onverminderd de mededeling van de gegevens van dit register krachtens de bepalingen van dit besluit, door de ambtenaar van de burgerlijke stand, zijn gemachtigde of het college van burgemeester en schepenen, mogen de informaties van dit register niet aan derden worden meegedeeld.
Art. 18. De minister die bevoegd is voor Binnenlandse Zaken en de minister die bevoegd is voor de Toegang tot het Grondgebied, het Verblijf, de Vestiging en de Verwijdering van Vreemdelingen, zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, op 17 augustus 2013.
FILIP
Van Koningswege :
De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken,
Mevr. J. MILQUET
De Minister van Justitie,
Mevr. A. TURTELBOOM
De Staatssecretaris voor Asiel en Migratie,
Mevr. M. DE BLOCK