20 SEPTEMBER 2012. - Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 19/1, § 1, tweede lid van hoofdstuk V/1 van de wet van 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling
HOOFDSTUK I. - Definities
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Vrijstellingen van voorafgaand onderzoek
Art. 2
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 3
HOOFDSTUK I. - Definities
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° " voorgenomen regelgeving " : de voorontwerpen van wet, de ontwerpen van koninklijk besluit en de voorstellen van beslissing onderworpen aan de goedkeuring van de Ministerraad, bedoeld in artikel 19/1, § 1, eerste lid, van de wet van 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling;
2° " wet " : de wet van 5 mei 1997 betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling;
3° " zelfregulering van de federale overheid " : de regulering van de inrichting en de werking van de federale overheidsdiensten en -instellingen, van de overheidsbedrijven, van het Rekenhof, van de rechterlijke orde, van de Politie, van het Leger en van de federale advies- en overlegorganen alsmede de regulering van het statuut van hun personeel.
HOOFDSTUK II. - Vrijstellingen van voorafgaand onderzoek
Art.2. Zijn vrijgesteld van een voorafgaand onderzoek, bedoeld in artikel 19/1, § 1, eerste lid, van de wet :
1° voorgenomen regelgeving met betrekking tot de zelfregulering van de federale overheid;
2° voorgenomen regelgeving met betrekking tot de begroting, begrotingstechnieken en overheidsopdrachten;
3° voorgenomen regelgeving houdende omzetting van een richtlijn van de Europese Unie die al aan een impactanalyse onderworpen werd gelijkaardig aan de effectbeoordeling, bedoeld in artikel 2, 9°, van de wet;
4° voorgenomen regelgeving met een louter formeel karakter;
5° voorgenomen regelgeving waarover het advies van de Raad van State wordt gevraagd met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, of waarover geen advies van de Raad van State wordt gevraagd in het met bijzondere redenen omklede geval van de hoogdringendheid, bedoeld in artikel 3, § 1, eerste lid, van diezelfde wetten;
6° voorgenomen regelgeving die louter steunt op overwegingen van staatsbelang, openbare orde of nationale veiligheid of op overwegingen die niet openbaar kunnen worden gemaakt;
7° voorontwerpen van wet houdende instemming met één of meerdere internationale verdragen of akkoorden;
8° voorontwerpen van wet houdende instemming met één of meerdere samenwerkingsakkoorden tussen de federale Staat en één of meerdere Gemeenschappen en Gewesten;
9° ontwerpen van koninklijk besluit die niet het voorwerp moeten uitmaken van overleg in de Ministerraad.
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen
Art. 3.De Minister bevoegd voor Duurzame Ontwikkeling is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te [Trapani], 20 september 2012. <Erratum, B.St. 15-10-2012, p. 63064>
ALBERT
Van Koningswege :
De Vice-eerste Minister en Minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling,
S. VANACKERE