17 AUGUSTUS 2013. - Koninklijk besluit houdende uitvoering van hoofdstuk 4, afdeling 2, van de wet van 22 april 2012 ter bestrijding van de loonkloof tussen mannen en vrouwen(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 02-09-2013 en tekstbijwerking tot 01-09-2015)
HOOFDSTUK 1. - Begripsomschrijvingen
Art. 1
HOOFDSTUK 2. - Uitvoering van artikel 6/1, eerste lid, van de wet van 22 april 2012
Art. 2-4
HOOFDSTUK 3. - Uitvoering van artikel 6/1, tweede lid, van de wet van 22 april 2012
Art. 5
HOOFDSTUK 4. - Uitvoering van artikel 6/1, derde lid, van de wet van 22 april 2012
Art. 6-7
HOOFDSTUK 5. - Uitvoering van artikel 6/2 van de wet van 22 april 2012
Art. 8-9
HOOFDSTUK 6. - Uitvoering van artikel 6/3 van de wet van 22 april 2012
Art. 10-11
HOOFDSTUK 7. - Inwerkingtreding en slotbepalingen
Art. 12-13
BIJLAGEN.
Art. N1-N2
HOOFDSTUK 1. - Begripsomschrijvingen
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1. de wet van 22 april 2012 : de wet van 22 april 2012 ter bestrijding van de loonkloof tussen mannen en vrouwen;
2. de directie : de algemene directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen opgericht in de schoot van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg;
3. de voorzitter : de voorzitter van het paritair comité of het paritair subcomité in de zin van artikel 39, 1., van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;
4. het comité : het paritair comité of het paritair subcomité in de zin van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;
5. de overeenkomst : de collectieve arbeidsovereenkomst;
6. de gecoördineerde versie : de gecoördineerde versie van de functieclassificatie. De gecoördineerde versie verzamelt de bestaande bepalingen met betrekking tot de classificatie. Zij harmoniseert de opeenvolgende wijzigingen van de classificatie. Zij brengt geen enkele wijziging aan de bestaande overeenkomsten;
7. de neerlegging : de neerlegging op de griffie van de directie;
8. de registratie : de registratie door de griffie van de directie, in de zin van het koninklijk besluit van 7 november 1969 tot vaststelling van de modaliteiten van neerlegging van de collectieve arbeidsovereenkomsten;
9. het Instituut : het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen opgericht bij de wet van 16 december 2002 houdende oprichting van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen;
10. de minister : de minister die Werk onder zijn bevoegdheid heeft.
HOOFDSTUK 2. - Uitvoering van artikel 6/1, eerste lid, van de wet van 22 april 2012
Art.2. § 1. Het comité stelt de gecoördineerde versie op volgens het model zoals in bijlage 1 vermeld.
§ 2. De gecoördineerde versie bevat in bijlage de notulen van de vergadering waarin zij werd goedgekeurd.
Art.3. De neerlegging van de gecoördineerde versie geldt als overmaking aan de directie.
Deze neerlegging wordt uitgevoerd door de voorzitter.
Art.4. Op het ogenblik van de neerlegging voegt de voorzitter bij de gecoördineerde versie het in artikel 6 bedoelde inlichtingenformulier.
HOOFDSTUK 3. - Uitvoering van artikel 6/1, tweede lid, van de wet van 22 april 2012
Art.5. § 1. De neerlegging van de overeenkomst houdende wijziging van een bestaande classificatie of houdende invoering van een nieuwe classificatie geldt als overmaking aan de directie.
§ 2. Op het ogenblik van de neerlegging duidt de voorzitter aan dat de overeenkomst bepalingen met betrekking tot de functieclassificatie bevat.
§ 3. De voorzitter voegt het in artikel 6 bedoelde inlichtingenformulier bij de overeenkomst.
HOOFDSTUK 4. - Uitvoering van artikel 6/1, derde lid, van de wet van 22 april 2012
Art.6. Tijdens de voorafgaandelijke controle vult het comité het inlichtingenformulier in volgens het model zoals in bijlage 2 vermeld.
Dit inlichtingenformulier wordt ondertekend door de voorzitter.
Art.7. De voormelde controle kan bovendien uitgevoerd worden op basis van de Check-list " Sekseneutraliteit bij functiewaardering en -classificatie ", opgesteld door het Instituut.
HOOFDSTUK 5. - Uitvoering van artikel 6/2 van de wet van 22 april 2012
Art.8. De directie maakt haar advies bekend aan de voorzitter van het betreffende comité.
Art.9. De termijn van zes maanden bedoeld in artikel 6/2, § 4, van de wet van 22 april 2012 begint te lopen vanaf de dag van de registratie van de overeenkomst.
HOOFDSTUK 6. - Uitvoering van artikel 6/3 van de wet van 22 april 2012
Art.10. De termijn van vierentwintig maanden wordt onderbroken door de neerlegging van de overeenkomst die de noodzakelijke wijzigingen aanbrengt.
Art.11. De verantwoording bedoeld in artikel 6/3, vierde lid, van de wet van 22 april 2012 wordt door het comité aan de directie meegedeeld.
De directie maakt deze verantwoording over aan de minister en het Instituut.
HOOFDSTUK 7. - Inwerkingtreding en slotbepalingen
Art.12. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2013.
Art.13. De minister bevoegd voor Gelijke Kansen en de minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage 1. - GECOORDINEERDE VERSIE VAN DE FUNCTIECLASSIFICATIE - VERPLICHT MODEL
(in uitvoering van artikel 6/1 van de wet van 22 april 2012 ter bestrijding van de loonkloof tussen mannen en vrouwen en van het koninklijk besluit van 17 augustus 2013 houdende uitvoering van hoofdstuk 4, afdeling 2, van deze wet)
Instructies voor het opstellen van de gecoördineerde versie
De gecoördineerde versie verzamelt de bestaande bepalingen met betrekking tot de functieclassificatie. Zij harmoniseert de opeenvolgende wijzigingen van de classificatie. Zij brengt geen enkele wijziging aan de bestaande overeenkomsten.
De gecoördineerde versie bevat uitsluitend de bepalingen met betrekking tot de functieclassificatie. Indien een functieclassificatie deel uitmaakt van een collectieve arbeidsovereenkomst die bepalingen met betrekking tot andere onderwerpen (b.v. eindejaarspremie, diverse voordelen enz.) bevat, moeten deze bepalingen bijgevolg niet overgenomen worden in de gecoördineerde versie.
De gecoördineerde versie bevat in bijlage de notulen van de vergadering waarin zij werd goedgekeurd.
IN TE VULLEN
1. Naam en nummer van het paritair (sub)comité :
2. De gecoördineerde versie coördineert de bepalingen met betrekking tot de functieclassificatie die in de volgende collectieve arbeidsovereenkomsten (CAO) vervat zijn : (De beslissingen die vóór de inwerkingtreding van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités werden genomenen die nog van toepassing zijn, moeten ook vermeld worden)
Datum van afsluiting | Registratienummer | Datum van het koninklijk besluit waarbij de CAO algemeen verbindend werd verklaard | Publicatiedatum van dit koninklijk besluit in het Belgisch Staatsblad | |
1 | ||||
2 | ||||
... |