Details





Titel:

31 JANUARI 2008. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de adviescomités van huurders en eigenaars bij de openbare huisvestingsmaatschappijen (VERTALING)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 13-03-2008 en tekstbijwerking tot 08-05-2020)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1
Art. 1 TOEKOMSTIG RECHT
HOOFDSTUK II. - Samenstelling van en procedure voor de verkiezing van de leden.
Art. 2
Art. 2 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 3-5
Art. 5 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 6
Art. 6 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 7
Art. 7 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 8-9
Art. 9 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 10-11
Art. 11 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 12
Art. 12 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 13
Art. 13 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 14-18
Art. 18 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 19-22
Art. 22 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 23
Art. 23 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 24
Art. 24 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 25
Art. 25 TOEKOMSTIG RECHT
HOOFDSTUK III. - Commissie van beroep en toezicht.
HOOFDSTUK III. TOEKOMSTIG RECHT.
Art. 26
Art. 26 TOEKOMSTIG RECHT
HOOFDSTUK IV. - Werking en financiering van de adviescomités van huurders en eigenaars.
Art. 27
Art. 27 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 28-31
Art. 31 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 32
Art. 32 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 33
Art. 33 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 34
Art. 34 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 35-36
HOOFDSTUK V. - Beroepsprocedure bij de Waalse maatschappij.
HOOFDSTUK V. TOEKOMSTIG RECHT.1 en controlebevoegdheid]1.Art. 37
Art. 37 TOEKOMSTIG RECHT
HOOFDSTUK VI. - Betrokkenheid van de adviescomités van huurders en eigenaars bij het beheer en bij de activiteit van de buurtregie.
Art. 38
HOOFDSTUK VII. - Diverse, overgangs- en slotbepalingen.
Art. 39
Art. 39 TOEKOMSTIG RECHT
Art. 40-41
Art. 41.1 TOEKOMSTIG RECHT. 1 § 1 - In afwijking van hoofdstuk II blijven de verkozen comités van de maatschappijen die op 1 januari 2020 in het Duitse taalgebied werkzaam zijn, voortbestaan en smelten op een door de Regering bepaalde datum van rechtswege samen tot één enkel comité.
Art. 42-43
BIJLAGE.
Art. N



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1999027273 



Uitvoeringsbesluit(en):

2008202849  2008A02849  2012201469  2013203488  2018201301  2020201649 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° Minister : de Minister van Huisvesting;
  2° bestuur : de Afdeling Huisvesting van het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium;
  3° Waalse maatschappij : de Waalse Huisvestingsmaatschappij;
  4° maatschappij : de door de "Société wallonne du Logement" erkende openbare huisvestingsmaatschappij;
  5° Waalse huisvestingsvereniging : VZW "section de l'Association du Logement social";
  6° Waalse vereniging : de VZW "Association wallonne des comités consultatifs des locataires et des propriétaires ";
  7° raad : de raad van bestuur van de "Société";
  8° Comité : het Adviescomités van huurders en eigenaars
  9° huurders : de meerderjarige personen die hun woonplaats hebben in een woning van de maatschappij en die als dusdanig verklaard zijn bij de maatschappij;
  10° eigenaars : de personen die houder zijn van het eigendomsrecht op een woning die de eigendom van de maatschappij is geweest, die daar hun woonplaats hebben en die een financiële band hebben met de maatschappij;
  11° vergadering : elke ontmoeting tussen het comité en de maatschappij waarin de punten bedoeld in artikel 155 van de Waalse Huisvestingscode op de agenda worden vermeld;
  12° zitting : elke ontmoeting tussen de leden van het comité;
  13° bureau : uitvoerend orgaan van het comité.

Art.1 TOEKOMSTIG RECHT.    Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° Minister : de Minister van Huisvesting;
  2° [1 het departement van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap dat bevoegd is voor huisvesting;]1;
  3° [1 Wetboek: het Wetboek van duurzaam wonen]1;
  4° maatschappij : de door de [1 Regering ]1 erkende openbare huisvestingsmaatschappij;
  5° [1 ...]1
  6° [1 ...]1
  7° raad : de raad van bestuur van de "Société";
  8° Comité : het Adviescomités van huurders en eigenaars
  9° huurders : de meerderjarige personen die hun woonplaats hebben in een woning van de maatschappij en die als dusdanig verklaard zijn bij de maatschappij;
  10° eigenaars : de personen die houder zijn van het eigendomsrecht op een woning die de eigendom van de maatschappij is geweest, die daar hun woonplaats hebben en die een financiële band hebben met de maatschappij;
  11° ;vergadering : elke ontmoeting tussen het comité en de maatschappij waarin de punten bedoeld in artikel 155 van [1 het Wetboek]1 op de agenda worden vermeld
  12° zitting : elke ontmoeting tussen de leden van het comité;
  13° bureau : uitvoerend orgaan van het comité.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 16, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


HOOFDSTUK II. - Samenstelling van en procedure voor de verkiezing van de leden.
Art.2.[1 Het comité bestaat minstens uit 3 gewone leden en hoogstens uit :
   15 voor een maatschappij met minder dan 500 woningen;
   b) 20 voor een maatschappij met 500 tot 1000 woningen;
   c) 30 voor een maatschappij met 1001 tot 2000 woningen;
   d) 40 voor een maatschappij met 2001 tot 4000 woningen;
   e) 50 voor een maatschappij met 4001 tot 7000 woningen;
   f) 60 voor een maatschappij met minstens 7001 woningen.]1
  ----------
  (1)<BWG 2018-03-08/03, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 26-03-2018>

Art.2 TOEKOMSTIG RECHT.   [1 Het comité bestaat uit elf leden]1.

   ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 17, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >

Art.3.De leden van het comité worden [1 voor de duur van de gemeentelegislatuur]1 in juni verkozen na afloop van een procedure van stemming per briefwisseling. Elke andere stemmingsprocedure is verboden.
  ----------
  (1)<BWG 2013-06-06/04, art. 1, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>

Art.4. De leden van het comité worden verkozen door de personen die, op 1 september van het jaar vóór het verkiezingsjaar en tijdens de periode bedoeld in de artikelen 14 en 16 van dit besluit, huurder of eigenaar waren in de zin van dit besluit.

Art.5.[1 De vierde maandag van de maand februari]1 maakt de raad de kiezerslijst in alfabetische volgorde op.
  Gedurende de daaropvolgende vijftien dagen :
  - zendt de betrokken maatschappij een door de "Société wallonne du Logement" opgestelde omzendbrief toe, met de opdrachten van het comité, de verkiesbaarheidsvoorwaarden, de voorwaarden waaronder kandidaten beroep kunnen instellen alsook de voorwaarden van de kiesprocedure aan het adres van elke woning waarin de in artikel 4 van dit besluit bedoelde kiezers wonen;
  - wordt de kiezerslijst op een voor het publiek toegankelijke plaats ten zetel van de maatschappij bij leesbare aanplakking bekendgemaakt.
  ----------
  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>

Art.5 TOEKOMSTIG RECHT.    [1 De vierde maandag van de maand februari]1 maakt de raad de kiezerslijst in alfabetische volgorde op.
  Gedurende de daaropvolgende vijftien dagen :
  - zendt de betrokken maatschappij een door de [2 ...]2 opgestelde omzendbrief toe, met de opdrachten van het comité, de verkiesbaarheidsvoorwaarden, de voorwaarden waaronder kandidaten beroep kunnen instellen alsook de voorwaarden van de kiesprocedure aan het adres van elke woning waarin de in artikel 4 van dit besluit bedoelde kiezers wonen;
  - wordt de kiezerslijst op een voor het publiek toegankelijke plaats ten zetel van de maatschappij bij leesbare aanplakking bekendgemaakt.

  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>
  (2)<BDG 2020-03-12/12, art. 18, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.6. Gedurende de in artikel 5 bedoelde aanplakkingstermijn kunnen de in artikel 4 bedoelde huurders en eigenaars een met redenen omklede aanvraag indienen met het oog op hun inschrijving of op de doorhaling van de inschrijvingen die zij als onregelmatig beschouwen.
  Elk bezwaar wordt afzonderlijk bij ter post aangetekende brief aan de maatschappij gericht.
  De raad stelt de indiener van het bezwaar onverwijld bij ter post aangetekende brief in kennis van zijn beslissing.
  Hij zendt een afschrift ervan aan de in artikel 26 bedoelde commissie van beroep en toezicht.
  Bij gebrek aan kennisgeving binnen tien dagen na de verzending van het bezwaar wordt de aangevraagde inschrijving als vaststaand of de doorhaling als geweigerd beschouwd.

Art.6 TOEKOMSTIG RECHT.   Gedurende de in artikel 5 bedoelde aanplakkingstermijn kunnen de in artikel 4 bedoelde huurders en eigenaars een met redenen omklede aanvraag indienen met het oog op hun inschrijving of op de doorhaling van de inschrijvingen die zij als onregelmatig beschouwen.
  Elk bezwaar wordt afzonderlijk bij ter post aangetekende brief aan de maatschappij gericht.
  De raad stelt de indiener van het bezwaar onverwijld bij ter post aangetekende brief in kennis van zijn beslissing.
  Hij zendt een afschrift ervan aan de [1 de Minister]1.
  Bij gebrek aan kennisgeving binnen tien dagen na de verzending van het bezwaar wordt de aangevraagde inschrijving als vaststaand of de doorhaling als geweigerd beschouwd.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 19, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >

Art.7. Tussen de elfde en de achttiende dag na de verzending van het in artikel 6, tweede alinea, bedoelde bezwaar kan de indiener van het bezwaar, bij ter post aangetekende brief, beroep instellen bij de in artikel 26 bedoelde commissie van beroep en toezicht. De commissie stelt de indiener van het bezwaar onverwijld bij ter post aangetekende brief in kennis van haar beslissing. Bij gebrek aan kennisgeving binnen tien dagen na ontvangst van het bezwaar wordt de aangevraagde inschrijving als vaststaand of de doorhaling als geweigerd beschouwd.

Art.7 TOEKOMSTIG RECHT.   Tussen de elfde en de achttiende dag na de verzending van het in artikel 6, tweede alinea, bedoelde bezwaar kan de indiener van het bezwaar, bij ter post aangetekende brief, beroep instellen bij [1 de Minister]1. De commissie stelt de indiener van het bezwaar onverwijld bij ter post aangetekende brief in kennis van haar beslissing. Bij gebrek aan kennisgeving binnen tien dagen na ontvangst van het bezwaar wordt de aangevraagde inschrijving als vaststaand of de doorhaling als geweigerd beschouwd.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 20, 005; Inwerkingtreding : onbepaald > Art.8.Verkiesbaar zijn, de huurders en eigenaars die op 1 januari van het verkiezingsjaar :
  - [1 de burgerlijke en politieke rechten genieten]1;
  - verkiesbaar zijn eveneens de huurders die hun huur en lasten betaald hebben, behalve de som van één maand huur en lasten of die op grond van een vereffeningsovereenkomst, de achterstanden regelen die erop betrekking hebben, voor zover die overeenkomst is gesloten vóór het indienen van de kandidaturen en niet slaat op een som van meer dan 3 maanden huur of lasten.
  Voor de toepassing van artikel 27, derde lid, van dit besluit mogen verkiesbaar zijn, de huurders van de maatschappij die de dienst voor hulp aan het dagelijkse leven genieten.
  Onverkiesbaar zijn :
  1° de leden van de raad, met uitzondering van de door het comité aangewezen bestuurder;
  2° de leden van de maatschappij of van haar personeel;
  3° de personen die onder hetzelfde dak wonen als de in 1° en 2° bedoelde personen;
  4° de personen die een bij rechtstreekse of onrechtstreekse verkiezing opgedragen politiek mandaat of een mandaat van burgemeester uitoefenen.
  ----------
  (1)<BWG 2013-06-06/04, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>

Art.9.De kandidaturen moeten uiterlijk op [1 de eerste maandag van de maand april]1 bij ter post aangetekende brief ingediend worden of eigenhandig overhandigd aan de maatschappij die bij het overleggen een ontvangbericht afgeeft op grond van een model van kandidaturen zoals vermeld in bijlage bij dit besluit.
  Het model kan gedownload worden van de website van de Waalse maatschappij en is ook verkrijgbaar op de zetel van de maatschappij en, in voorkomend geval, op de website van de maatschappij.
  Binnen acht dagen na ontvangst van een kandidatuur stelt de maatschappij de betrokkene bij ter post aangetekende brief in kennis van haar beslissing om zijn kandidatuur krachtens artikel 8 aan te nemen of te verwerpen.
  Bij gebrek aan kennisgeving binnen voornoemde termijn wordt de kandidatuur geacht aangenomen te zijn.
  Bij verwerping van de kandidatuur stuurt de maatschappij onverwijld een afschrift van de aan de betrokkene gerichte kennisgeving aan de in artikel 26 bedoelde commissie van beroep en toezicht.
  Binnen acht dagen na kennisgeving van de verwerping van een kandidatuur door de maatschappij kan de betrokkene, bij ter post aangetekende brief, beroep instellen bij de in artikel 26 bedoelde commissie van beroep en toezicht. Deze laatste stelt de indiener van het bezwaar en de raad onverwijld bij ter post aangetekende brief in kennis van haar beslissing. Bij gebrek aan kennisgeving [1 binnen de vijftien dagen]1 na ontvangst van het beroep wordt de kandidatuur geacht aangenomen te zijn.
  ----------
  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>

Art.9 TOEKOMSTIG RECHT.    De kandidaturen moeten uiterlijk op [1 de eerste maandag van de maand april]1 bij ter post aangetekende brief ingediend worden of eigenhandig overhandigd aan de maatschappij die bij het overleggen een ontvangbericht afgeeft op grond van een model van kandidaturen zoals vermeld in bijlage bij dit besluit.
  Het model kan gedownload worden van de website van [2 het bestuur]2 en is ook verkrijgbaar op de zetel van de maatschappij en, in voorkomend geval, op de website van de maatschappij.
  Binnen acht dagen na ontvangst van een kandidatuur stelt de maatschappij de betrokkene bij ter post aangetekende brief in kennis van haar beslissing om zijn kandidatuur krachtens artikel 8 aan te nemen of te verwerpen.
  Bij gebrek aan kennisgeving binnen voornoemde termijn wordt de kandidatuur geacht aangenomen te zijn.
  Bij verwerping van de kandidatuur stuurt de maatschappij onverwijld een afschrift van de aan de betrokkene gerichte kennisgeving aan [2 de Minister]2.
  Binnen acht dagen na kennisgeving van de verwerping van een kandidatuur door de maatschappij kan de betrokkene, bij ter post aangetekende brief, beroep instellen bij [2 de Minister]2. Deze laatste stelt de indiener van het bezwaar en de raad onverwijld bij ter post aangetekende brief in kennis van haar beslissing. Bij gebrek aan kennisgeving [1 binnen de vijftien dagen]1 na ontvangst van het beroep wordt de kandidatuur geacht aangenomen te zijn.

  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>
  (2)<BDG 2020-03-12/12, art. 21, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.10.De kandidatenlijst wordt in alfabetische volgorde door de raad opgemaakt en uiterlijk op [1 de eerste maandag van de maand mei]1 op een voor het publiek toegankelijke plaats ten zetel van de maatschappij alsook op elke andere plaats aangewezen door de raad aangeplakt.
  ----------
  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>

Art.11.De bezwaren tegen de kandidatenlijst moeten uiterlijk [1 de derde maandag van de maand mei]1 bij ter post aangetekende brief ingediend worden bij de in artikel 26 bedoelde commissie van beroep en toezicht. De commissie neemt een beslissing die ze onverwijld bij ter post aangetekende brief aan de indiener van het bezwaar en aan de raad meedeelt. Bij gebrek aan kennisgeving uiterlijk [1 de vierde maandag van de maand mei]1 wordt de kandidatuur geacht aangenomen te zijn.
  ----------
  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>

Art.11 TOEKOMSTIG RECHT.    De bezwaren tegen de kandidatenlijst moeten uiterlijk [1 de derde maandag van de maand mei]1 bij ter post aangetekende brief ingediend worden bij [2 de Minister]2. De commissie neemt een beslissing die ze onverwijld bij ter post aangetekende brief aan de indiener van het bezwaar en aan de raad meedeelt. Bij gebrek aan kennisgeving uiterlijk [1 de vierde maandag van de maand mei]1 wordt de kandidatuur geacht aangenomen te zijn.

  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>
  (2)<BDG 2020-03-12/12, art. 22, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.12.§ 1. Als er minder dan 3 kandidaten zijn, wordt de verkiezingsprocedure stopgezet en wordt het comité niet opgericht.
  [1 Behalve toepassing van artikel 27, derde lid, worden ze, als het aantal kandidaten tussen 3 en het maximum bedoeld in artikel 2 ligt, zonder strijd gekozen.]1
  De raad stelt het stopzetten van de verkiezingsprocedure vast of kondigt de verkiezing zonder strijd af.
  § 2. In geval van vaststelling van de stopzetting van de verkiezingsprocedure informeert hij de kiezers bij aanplakking ten zetel van de maatschappij en in elke buurt.
  Deze informatie maakt gewag van de hernieuwing van de procedure voor het indienen van kandidaturen binnen een termijn van één maand na de vaststelling van het stopzetten van de verkiezingsprocedure. De Waalse maatschappij stelt het tijdsschema van de procedure vast met inachtneming van de in dit besluit bedoelde berekening van de termijnen.
  § 3. In geval van verkiezing zonder strijd informeert de raad de kiezers bij leesbare aanplakking op een voor het publiek toegankelijke plaats ten zetel van de maatschappij alsook op elke andere plaats aangewezen door de raad.
  ----------
  (1)<BWG 2018-03-08/03, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 26-03-2018>

Art.12 TOEKOMSTIG RECHT.    § 1. Als er minder dan 3 kandidaten zijn, wordt de verkiezingsprocedure stopgezet en wordt het comité niet opgericht.
  [1 Behalve toepassing van artikel 27, derde lid, worden ze, als het aantal kandidaten tussen 3 en [2 11]2 ligt, zonder strijd gekozen.]1
  De raad stelt het stopzetten van de verkiezingsprocedure vast of kondigt de verkiezing zonder strijd af.
  § 2. In geval van vaststelling van de stopzetting van de verkiezingsprocedure informeert hij de kiezers bij aanplakking ten zetel van de maatschappij en in elke buurt.
  Deze informatie maakt gewag van de hernieuwing van de procedure voor het indienen van kandidaturen binnen een termijn van één maand na de vaststelling van het stopzetten van de verkiezingsprocedure. [2 De Minister]2 stelt het tijdsschema van de procedure vast met inachtneming van de in dit besluit bedoelde berekening van de termijnen.
  § 3. In geval van verkiezing zonder strijd informeert de raad de kiezers bij leesbare aanplakking op een voor het publiek toegankelijke plaats ten zetel van de maatschappij alsook op elke andere plaats aangewezen door de raad.

  (1)<BWG 2018-03-08/03, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 26-03-2018>
  (2)<BDG 2020-03-12/12, art. 23, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.13.Uiterlijk op [1 de eerste maandag van de maand juni]1 levert de Waalse maatschappij elke maatschappij de ongedrukte stembrieven met de vooraf gefrankeerde briefomslagen met het adres van de maatschappij en met de vermelding "kiespost - Verkiezing van het adviescomité van huurders en eigenaars van juni (met vermelding van het jaartal)". De Waalse maatschappij wentelt de kosten van de leveringen aan de maatschappij af.
  Elke maatschappij drukt een aantal stembrieven dat gelijkwaardig is aan het aantal personen vermeld op de kiezerslijst.
  Op de stembrief moet de benaming van de maatschappij voorkomen, alsook het aantal te verlenen mandaten en de in alfabetische volgorde opgemaakte kandidatenlijst en een stemvak naast de naam van elke kandidaat.
  ----------
  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>

Art.13 TOEKOMSTIG RECHT.    Uiterlijk op [1 de eerste maandag van de maand juni]1 levert [2 het bestuur]2 elke maatschappij de ongedrukte stembrieven met de vooraf gefrankeerde briefomslagen met het adres van de maatschappij en met de vermelding "kiespost - Verkiezing van het adviescomité van huurders en eigenaars van juni (met vermelding van het jaartal)".[2 Het bestuur]2 wentelt de kosten van de leveringen aan de maatschappij af.
  Elke maatschappij drukt een aantal stembrieven dat gelijkwaardig is aan het aantal personen vermeld op de kiezerslijst.
  Op de stembrief moet de benaming van de maatschappij voorkomen, alsook het aantal te verlenen mandaten en de in alfabetische volgorde opgemaakte kandidatenlijst en een stemvak naast de naam van elke kandidaat.

  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>
  (2)<BDG 2020-03-12/12, art. 24, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.14.Op [1 de derde maandag van de maand juni]1, waarbij de postdatum bewijskracht heeft, stuurt de maatschappij een gedrukte stembrief en de in artikel 13, eerste lid, bedoelde briefomslag aan elke kiezer.
  ----------
  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>

Art.15. De kiezer stemt voor één of meer kandidaten. De stembrief is evenwel ongeldig als het meer stemmen telt dan er te verkiezen werkende leden zijn.
  De stembrief wordt ongeldig verklaard als het een of ander merkteken bevat dat de kiezer kan helpen identificeren. De andere stembrieven dan degene die aan de kiezer zijn gestuurd, zijn ook ongeldig.

Art.16.De kiezer post zijn stembrief uiterlijk op [1 30 juni]1, waarbij de postdatum bewijskracht heeft.
  ----------
  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>

Art.17.De stemopnemingsverrichtingen geschieden uiterlijk [1 tussen 30 juni en 5 juli]1 ten zetel van elke maatschappij.
  ----------
  (1)<BWG 2012-03-02/04, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 02-03-2012>

Art.18. Vóór de stemopnemingsverrichtingen wijst de maatschappij de leden van het stemopnemingsbureau en de voorzitter aan.
  Indien nodig wijst ze de vervangende leden van het bureau aan.
  Het stemopnemingsbureau bestaat uit minstens drie personen, onder wie de voorzitter.
  De voorzitter kiest een secretaris.
  De persoon die een bloed- of aanverwant van een kandidaat is tot en met de vierde graad mag geen lid zijn van het stemopnemingsbureau.
  Een vertegenwoordiger van de Waalse maatschappij alsmede de kandidaten mogen de stemopnemingsverrichtingen bijwonen.

Art.18 TOEKOMSTIG RECHT.    Vóór de stemopnemingsverrichtingen wijst de maatschappij de leden van het stemopnemingsbureau en de voorzitter aan.
  Indien nodig wijst ze de vervangende leden van het bureau aan.
  Het stemopnemingsbureau bestaat uit minstens drie personen, onder wie de voorzitter.
  De voorzitter kiest een secretaris.
  De persoon die een bloed- of aanverwant van een kandidaat is tot en met de vierde graad mag geen lid zijn van het stemopnemingsbureau.
  Een vertegenwoordiger van [1 het bestuur]1 alsmede de kandidaten mogen de stemopnemingsverrichtingen bijwonen.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 25, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.19. Het stemopnemingsbureau stelt het door elke kandidaat behaald aantal stemmen vast en stelt de lijst van de gewone en vervangende verkozenen op; het maakt het proces-verbaal van deze verrichtingen op. Het verzoekt de aanwezige kandidaten het proces-verbaal te ondertekenen.

Art.20. Tot gewone leden worden verkozen de kandidaten die het grootste aantal stemmen hebben behaald.
  Bij staking van stemmen wordt de kandidaat verkozen die het langst een woning bewoont.
  Bij staking van stemmen en bij gelijke bewoningsperiode wordt de oudste kandidaat verkozen.

Art.21. De kandidaten die niet tot gewone leden zijn verkozen en die het grootste aantal stemmen hebben behaald, worden tot vervangende leden verkozen.
  Het aantal vervangende leden mag niet groter zijn dan het aantal gewone leden.
  De volgorde van de vervangende leden wordt op grond van het aantal behaalde stemmen bepaald. In voorkomend geval is artikel 20, tweede en derde lid, van toepassing.

Art.22. Op de eerste werkdag na de sluiting van de stemopnemingsverrichtingen stuurt de voorzitter van het stemopnemingsbureau een exemplaar van het proces-verbaal van de stemopnemingsverrichtingen bij ter post aangetekende brief aan de in artikel 26 bedoelde commissie van beroep en toezicht en aan de raad.
  Op de volgende dag laat de raad een leesbaar exemplaar van het proces-verbaal aanplakken op een voor het publiek toegankelijke plaats ten zetel van de maatschappij en zendt hij een ander exemplaar aan elke kandidaat.

Art.22 TOEKOMSTIG RECHT.    Op de eerste werkdag na de sluiting van de stemopnemingsverrichtingen stuurt de voorzitter van het stemopnemingsbureau een exemplaar van het proces-verbaal van de stemopnemingsverrichtingen bij ter post aangetekende brief aan [1 de Minister]1 en aan de raad.
  Op de volgende dag laat de raad een leesbaar exemplaar van het proces-verbaal aanplakken op een voor het publiek toegankelijke plaats ten zetel van de maatschappij en zendt hij een ander exemplaar aan elke kandidaat.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 26, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.23. Binnen tien dagen na de aanplakking van het in artikel 22, tweede lid, bedoelde proces-verbaal, kan elke kandidaat bij ter post aangetekende brief, een bezwaar indienen bij de in artikel 26 bedoelde commissie van beroep en toezicht.
  De commissie neemt een beslissing en deelt ze onverwijld bij ter post aangetekende brief mee aan de indiener van het bezwaar en aan de raad. Bij gebrek aan kennisgeving binnen dertig dagen na de verkiezing wordt het bezwaar geacht aangenomen te zijn.

Art.23 TOEKOMSTIG RECHT.    Binnen tien dagen na de aanplakking van het in artikel 22, tweede lid, bedoelde proces-verbaal, kan elke kandidaat bij ter post aangetekende brief, een bezwaar indienen bij [1 de Minister]1.
  De commissie neemt een beslissing en deelt ze onverwijld bij ter post aangetekende brief mee aan de indiener van het bezwaar en aan de raad. Bij gebrek aan kennisgeving binnen dertig dagen na de verkiezing wordt het bezwaar geacht aangenomen te zijn.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 27, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.24. Maakt niet langer deel uit van het comité :
  - het lid dat niet meer aan de in artikel 8 vermelde verkiesbaarheidsvoorwaarden voldoet;
  - het lid dat tijdens hetzelfde jaar zonder rechtvaardiging afwezig is op meer dan drie vergaderingen of zittingen van het comité;
  - het lid dat het voorwerp heeft uitgemaakt van een uitsluitingsstem m.b.t. redenen bedoeld in het huishoudelijk reglement met algemene stemmen van alle leden van het comité min één stem. De beslissing wordt door het geheel van de stemgerechtigden ondertekend en wordt door het comité aan de raad betekend bij ter post aangetekende brief;
  - het lid dat het huishoudelijk reglement van het comité niet naleeft.
  De raad stelt vast dat de betrokkene, naar gelang het geval, niet langer deel uitmaakt van het comité of er niet toe gemachtigd is en betekent het hem bij ter post aangetekende brief.
  Binnen acht dagen na ontvangst van de betekening kan de betrokkene, bij ter post aangetekende brief, een bezwaar indienen bij de in artikel 26 bedoelde commissie van beroep en toezicht. De commissie neemt een beslissing en betekent ze onverwijld bij ter post aangetekende brief aan de indiener van het bezwaar en aan de raad.
  Bij gebrek aan kennisgeving binnen dertig dagen na de verzending van het bezwaar wordt dit laatste geacht aangenomen te zijn.

Art.24 TOEKOMSTIG RECHT.    Maakt niet langer deel uit van het comité :
  - het lid dat niet meer aan de in artikel 8 vermelde verkiesbaarheidsvoorwaarden voldoet;
  - het lid dat tijdens hetzelfde jaar zonder rechtvaardiging afwezig is op meer dan drie vergaderingen of zittingen van het comité;
  - het lid dat het voorwerp heeft uitgemaakt van een uitsluitingsstem m.b.t. redenen bedoeld in het huishoudelijk reglement met algemene stemmen van alle leden van het comité min één stem. De beslissing wordt door het geheel van de stemgerechtigden ondertekend en wordt door het comité aan de raad betekend bij ter post aangetekende brief;
  - het lid dat het huishoudelijk reglement van het comité niet naleeft.
  De raad stelt vast dat de betrokkene, naar gelang het geval, niet langer deel uitmaakt van het comité of er niet toe gemachtigd is en betekent het hem bij ter post aangetekende brief.
  Binnen acht dagen na ontvangst van de betekening kan de betrokkene, bij ter post aangetekende brief, een bezwaar indienen bij [1 de Minister]1. De commissie neemt een beslissing en betekent ze onverwijld bij ter post aangetekende brief aan de indiener van het bezwaar en aan de raad.
  Bij gebrek aan kennisgeving binnen dertig dagen na de verzending van het bezwaar wordt dit laatste geacht aangenomen te zijn.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 28, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.25. Het gewone lid dat niet langer deel uitmaakt van het comité, wordt in de in artikel 21, derde alinea, vermelde volgorde door een vervangend lid vervangen.
  Op zijn aanvraag mag elk lid van het comité ontslagen worden eventueel voor een termijn die hij bepaalt. Als zijn ontslag aangenomen wordt, wordt hij vervangen overeenkomstig de in het eerste lid bedoelde bepalingen.
  Het comité is niet meer rechtsgeldig samengesteld als het minder dan 3 leden telt.
  In dit geval worden de afwezige leden van het comité verkozen binnen drie maanden na de vaststelling van het stopzetten van de werking van het comité, overeenkomstig van de in dit besluit bedoelde kiesprocedure. De Waalse maatschappij stelt het tijdsschema van de procedure vast met inachtneming van de in dit besluit bedoelde berekening van de termijnen.

Art.25 TOEKOMSTIG RECHT.    Het gewone lid dat niet langer deel uitmaakt van het comité, wordt in de in artikel 21, derde alinea, vermelde volgorde door een vervangend lid vervangen.
  Op zijn aanvraag mag elk lid van het comité ontslagen worden eventueel voor een termijn die hij bepaalt. Als zijn ontslag aangenomen wordt, wordt hij vervangen overeenkomstig de in het eerste lid bedoelde bepalingen.
  Het comité is niet meer rechtsgeldig samengesteld als het minder dan 3 leden telt.
  In dit geval worden de afwezige leden van het comité verkozen binnen drie maanden na de vaststelling van het stopzetten van de werking van het comité, overeenkomstig van de in dit besluit bedoelde kiesprocedure. [1 De Minister]1 stelt het tijdsschema van de procedure vast met inachtneming van de in dit besluit bedoelde berekening van de termijnen.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 29, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


HOOFDSTUK III. - Commissie van beroep en toezicht.

HOOFDSTUK III. TOEKOMSTIG_RECHT.   
Art.26.De commissie van beroep en toezicht, hierna de "commissie" genoemd, is samengesteld uit :   1° een voorzitter;   2° één vertegenwoordiger van het bestuur of zijn plaatsvervanger;   3° één vertegenwoordiger van de "Société wallonne du Logement" of zijn plaatsvervanger;   4° een vertegenwoordiger van de maatschappijen of zijn plaatsvervanger;   5° een vertegenwoordiger van de comités of zijn plaatsvervanger.   De in de punten 4° en 5° vermelde vertegenwoordigers worden uit dubbeltallen aangewezen, die twee gewone en twee plaatsvervangende leden bevatten, die respectievelijk worden voorgedragen door de "Association wallonne du logement" bedoeld in artikel 1, 5°, van dit besluit en door de Waalse maatschappij bedoeld in artikel 1, 6° van dit besluit.   De zetel van de commissie is gevestigd op de Waalse maatschappij.   Het secretariaat van de commissie wordt waargenomen door de Waalse Maatschappij.   Naast de bevoegdheden voorzien bij de artikelen 7, 9, 11, 23 en 24 beschikt de commissie over een bevoegdheid van algemeen toezicht [1 met inbegrip van de rekeningen van het comité]1.   [1 De commissie eist bij de maatschappij en het comité, alle documenten en uitleg die nodig zijn voor het onderzoek van een beroep of voor haar controleopdracht en hoort, indien ze zulks nodig acht, de voorzitter van het comité en de voorzitter van de raad of hun vertegenwoordiger.]1   ----------   (1)
Art.26 TOEKOMSTIG RECHT.
  <Opgeheven bij BDG 2020-03-12/12, art. 30, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >

HOOFDSTUK IV. - Werking en financiering van de adviescomités van huurders en eigenaars.

Art.27. De maatschappij roept het comité op binnen drie maanden na zijn verkiezing.   Het comité kiest onder zijn leden een bureau dat minstens een voorzitter, een secretaris en een penningmeester telt.   Als gewoon lid coöpteert het comité een huurder, die kandidaat is zoals bedoeld in artikel 8, tweede lid, van dit besluit.   De voorzitter van het comité stelt de voorzitter van de raad onmiddellijk in kennis van de samenstelling van het bureau.   De maatschappij brengt de huurders schriftelijk op de hoogte van de samenstelling van het comité en van het bureau die onlangs zijn aangewezen.   Binnen drie maanden na zijn verkiezing moet het comité een huishoudelijk reglement aannemen. Bij gebrek eraan is het standaard huishoudelijk reglement opgemaakt door de Waalse maatschappij en aangenomen door de Minister van toepassing tot de aanneming door het comité van een huishoudelijk reglement.   Het comité bepaalt, in onderlinge overeenstemming met de voorzitter van de raad of met zijn afgevaardigde, de wijze waarop de voor zijn goede werking vereiste inlichtingen moeten worden verstrekt.
Art.27 TOEKOMSTIG RECHT.    De maatschappij roept het comité op binnen drie maanden na zijn verkiezing.
  Het comité kiest onder zijn leden een bureau dat minstens een voorzitter, een secretaris en een penningmeester telt.
  Als gewoon lid coöpteert het comité een huurder, die kandidaat is zoals bedoeld in artikel 8, tweede lid, van dit besluit.
  De voorzitter van het comité stelt de voorzitter van de raad onmiddellijk in kennis van de samenstelling van het bureau.
  De maatschappij brengt de huurders schriftelijk op de hoogte van de samenstelling van het comité en van het bureau die onlangs zijn aangewezen.
  Binnen drie maanden na zijn verkiezing moet het comité een huishoudelijk reglement aannemen. Bij gebrek eraan is het standaard huishoudelijk reglement [1 ...]1aangenomen door de Minister van toepassing tot de aanneming door het comité van een huishoudelijk reglement.
  Het comité bepaalt, in onderlinge overeenstemming met de voorzitter van de raad of met zijn afgevaardigde, de wijze waarop de voor zijn goede werking vereiste inlichtingen moeten worden verstrekt.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 31, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.28. De voorzitter van het comité is verantwoordelijk voor de goede leiding van de vergaderingen. Hij zorgt voor de coördinatie en de activiteiten ervan.

Art.29. Het comité brengt zijn adviezen uit bij meerderheid van stemmen van de aanwezige of vertegenwoordigde leden die het samenstellen.
  Een lid kan zich bij schriftelijke volmacht gegeven aan een ander lid laten vertegenwoordigen. Een lid mag slechts over één volmacht beschikken.

Art.30. De maatschappij stelt het comité de voor zijn goede werking vereiste lokalen ter beschikking, waarvan de bewoningsmodaliteiten bij een overeenkomst tussen de maatschappij en de leden van het comité geregeld zijn.
  Alle lasten en kosten m.b.t. de bewoning van de lokalen zijn ten laste van de maatschappij.

Art.31.§ 1. Een rekening wordt geopend namens het comité met de dubbele ondertekening van de voorzitter van het comité en van de penningmeester; op die rekening wordt de in § 2 van dit artikel bedoelde toelage gestort.
  De rekening wordt op 1 juni van het jaar waarop het nieuwe comité wordt verkozen, gesloten.
  Het saldo wordt overgedragen aan de maatschappij.
  Deze laatste stort het bedrag van het saldo op de rekening van het nieuwe comité uiterlijk op 30 september van het jaar waarop het nieuwe comité wordt verkozen.
  § 2. De Waalse maatschappij stort de maatschappij een jaarlijkse werkingstoelage [1 van 2 euro]1 per woning met een minimum van [1 600 euro]1 bij wijze van forfaitaire overname van de kosten gebonden aan het secretariaat, de informatie aan de huurders, de verplaatsing, de vorming of de tussenkomst in een evenement gebonden aan de animatie en de sociale en culturele activiteiten van het comité.
  De maatschappij stort deze jaarlijkse werkingstoelage aan het comité in de loop van de maand maart.
  Het bedrag van de toelage is gebonden aan de gezondheidsindex van [1 december 2012]1. Het schommelt jaarlijks op 1 januari en, voor het eerst, op [1 1 januari 2014]1 op basis van de maand december van het jaar voorafgaand aan dat van de aanpassing.
  Als reiskosten worden terugbetaald, worden ze berekend volgens de modaliteiten bedoeld in de Waalse Ambtenarencode zodra het lid zijn woonplaats heeft op een afstand van minstens vijf kilometer van de zittings- of vergaderingsplaats.
  De door het comité aanvaarde bewijsstukken van de secretariaat- en reiskosten van de leden moeten bij de volgende vergadering aan de penningmeester overgelegd worden. Deze kosten worden door hem geregeld. Om de zes maanden maakt hij een geraamd verslag op en hij sluit de rekeningen aan het einde van het jaar en hij maakt er een afschrift van aan de raad van bestuur over. Eén keer per jaar geeft het comité vóór 30 juni ontlasting tot zijn beheer aan de penningmeester.
  De maatschappij moet de bewijsstukken van de kosten raadplegen in de loop van de maand december [2 in het lokaal van het comité]2.
  ----------
  (1)<BWG 2013-06-06/04, art. 4,1° en 2°, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2013>
  (2)<BWG 2013-06-06/04, art. 4,3°, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>

Art.31 TOEKOMSTIG RECHT.    § 1. Een rekening wordt geopend namens het comité met de dubbele ondertekening van de voorzitter van het comité en van de penningmeester; op die rekening wordt de in § 2 van dit artikel bedoelde toelage gestort.
  De rekening wordt op 1 juni van het jaar waarop het nieuwe comité wordt verkozen, gesloten.
  Het saldo wordt overgedragen aan de maatschappij.
  Deze laatste stort het bedrag van het saldo op de rekening van het nieuwe comité uiterlijk op 30 september van het jaar waarop het nieuwe comité wordt verkozen.
  § 2. [3 Het bestuur]3 stort de maatschappij een jaarlijkse werkingstoelage [1 van 2 euro]1 per woning met een minimum van [1 600 euro]1 bij wijze van forfaitaire overname van de kosten gebonden aan het secretariaat, de informatie aan de huurders, de verplaatsing, de vorming of de tussenkomst in een evenement gebonden aan de animatie en de sociale en culturele activiteiten van het comité.
  De maatschappij stort deze jaarlijkse werkingstoelage aan het comité in de loop van de maand maart.
  Het bedrag van de toelage is gebonden aan de gezondheidsindex van [1 december 2012]1. Het schommelt jaarlijks op 1 januari en, voor het eerst, op [1 1 januari 2014]1 op basis van de maand december van het jaar voorafgaand aan dat van de aanpassing.
  Als reiskosten worden terugbetaald, [3 worden ze berekend overeenkomstig de bepalingen van het besluit van de Regering van 12 juli 2001 tot harmonisatie van het presentiegeld en van de reisvergoedingen in instellingen en raden van beheer van de Duitstalige Gemeenschap]3.
  De door het comité aanvaarde bewijsstukken van de secretariaat- en reiskosten van de leden moeten bij de volgende vergadering aan de penningmeester overgelegd worden. Deze kosten worden door hem geregeld. Om de zes maanden maakt hij een geraamd verslag op en hij sluit de rekeningen aan het einde van het jaar en hij maakt er een afschrift van aan de raad van bestuur over. Eén keer per jaar geeft het comité vóór 30 juni ontlasting tot zijn beheer aan de penningmeester.
  De maatschappij moet de bewijsstukken van de kosten raadplegen in de loop van de maand december [2 in het lokaal van het comité]2.

  (1)<BWG 2013-06-06/04, art. 4,1° en 2°, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2013>
  (2)<BWG 2013-06-06/04, art. 4,3°, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>
  (3)<BDG 2020-03-12/12, art. 32, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.32.Het comité zorgt voor de informatie en de vorming van zijn leden samen met de "Association wallonne".
  Het comité brengt de huurders en eigenaars op de hoogte van zijn activiteit. [1 Binnen drie maanden na hun aankomst in de woning verwelkomt het comité de nieuwe huurders en brengt hen op de hoogte van de samenstelling, de rol, de bevoegdheden en de activiteiten van het comité. Voor deze ontvangst en o.a. in functie van het aantal nieuwe huurders, de uitgestrektheid van het gebied van de maatschappij alsook de geplande activiteiten of acties zal het comité :
   1. hetzij een algemene vergadering organiseren voor de ontvangst van de nieuwe huurders die de laatste drie maanden zijn aangekomen;
   2. hetzij de nieuwe huurders apart bij hen thuis ontmoeten;
   3. hetzij de nieuwe huurders verwelkomen tijdens een specifieke actie die samen met de andere huurders wordt georganiseerd.]1
  Het mandaat van de leden van het comité is kosteloos.
  ----------
  (1)<BWG 2013-06-06/04, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>

Art.32 TOEKOMSTIG RECHT.    Het comité zorgt voor de informatie en de vorming van zijn leden [2 ...]2.
  Het comité brengt de huurders en eigenaars op de hoogte van zijn activiteit. [1 Binnen drie maanden na hun aankomst in de woning verwelkomt het comité de nieuwe huurders en brengt hen op de hoogte van de samenstelling, de rol, de bevoegdheden en de activiteiten van het comité. Voor deze ontvangst en o.a. in functie van het aantal nieuwe huurders, de uitgestrektheid van het gebied van de maatschappij alsook de geplande activiteiten of acties zal het comité :
   1. hetzij een algemene vergadering organiseren voor de ontvangst van de nieuwe huurders die de laatste drie maanden zijn aangekomen;
   2. hetzij de nieuwe huurders apart bij hen thuis ontmoeten;
   3. hetzij de nieuwe huurders verwelkomen tijdens een specifieke actie die samen met de andere huurders wordt georganiseerd.]1
  Het mandaat van de leden van het comité is kosteloos.

  (1)<BWG 2013-06-06/04, art. 5, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>
  (2)<BDG 2020-03-12/12, art. 33, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.33.Onverminderd de toepassing van artikel 27, zesde lid, roept de voorzitter van de raad, op eigen verzoek of op dat van zijn afgevaardigde of op verzoek van ten minste twee derde van de leden van het comité, het comité minstens één keer per trimester bijeen voor een vergadering die één of meer vertegenwoordigers van de maatschappij bijwonen en waarop de door de raad geformuleerde aanvragen om advies besproken worden.
  De voorzitter van de raad of zijn afgevaardigde stelt de agenda van de vergadering vast nadat hij het comité heeft geraadpleegd, en zit de vergadering voor.
  De oproeping aan huis wordt minstens zeven volle dagen vóór de vergadering schriftelijk toegestuurd. Zij bevat de agenda
  Elk voorstel dat niet op de agenda staat, moet ten minste vijf volle dagen vóór de vergadering aan de voorzitter van de raad of zijn afgevaardigde overhandigd worden. Bij het voorstel moet een toelichtingsnota of elk document ter informatie van het comité worden gevoegd.
  [2 Het comité kan enkele van zijn leden machtigen om ingelicht te worden en kennis te nemen van de stukken met betrekking tot de aangelegenheden bedoeld in artikel 155, § 1, van het Waalse Wetboek van Huisvesting en Duurzaam Wonen, waarvoor een aanvraag om advies of om goedkeuring is ingediend]2
  De andere modaliteiten voor de in het eerste lid bedoelde vergaderingen, met inbegrip van de keuze van de weekdagen die er het meest voor geschikt zijn, worden in onderlinge overeenstemming bepaald door de voorzitter van de raad of zijn afgevaardigde en door de voorzitter van het comité. Het advies of de goedkeuring wordt gegeven binnen [1 twintig werkdagen]1 na de vergadering waarop de aanvraag om advies of om goedkeuring is besproken. Als het advies bij het verstrijken van deze termijn niet aan de voorzitter van de raad is meegedeeld, wordt het gunstig geacht.
  Elke beslissing van de raad betreffende één van de aangelegenheden waarvoor het advies of de goedkeuring van het comité aangevraagd wordt of is, wordt binnen tien dagen na de vergadering van de raad aan de voorzitter van het comité betekend.
  ----------
  (1)<BWG 2013-06-06/04, art. 6, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>
  (2)<BWG 2018-03-08/03, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 26-03-2018>

Art.33 TOEKOMSTIG RECHT.    Onverminderd de toepassing van artikel 27, zesde lid, roept de voorzitter van de raad, op eigen verzoek of op dat van zijn afgevaardigde of op verzoek van ten minste twee derde van de leden van het comité, het comité minstens één keer per trimester bijeen voor een vergadering die één of meer vertegenwoordigers van de maatschappij bijwonen en waarop de door de raad geformuleerde aanvragen om advies besproken worden.
  De voorzitter van de raad of zijn afgevaardigde stelt de agenda van de vergadering vast nadat hij het comité heeft geraadpleegd, en zit de vergadering voor.
  De oproeping aan huis wordt minstens zeven volle dagen vóór de vergadering schriftelijk toegestuurd. Zij bevat de agenda
  Elk voorstel dat niet op de agenda staat, moet ten minste vijf volle dagen vóór de vergadering aan de voorzitter van de raad of zijn afgevaardigde overhandigd worden. Bij het voorstel moet een toelichtingsnota of elk document ter informatie van het comité worden gevoegd.
  [2 Het comité kan enkele van zijn leden machtigen om ingelicht te worden en kennis te nemen van de stukken met betrekking tot de aangelegenheden bedoeld in artikel 155, § 1, [3 van het Wetboek]3, waarvoor een aanvraag om advies of om goedkeuring is ingediend]2
  De andere modaliteiten voor de in het eerste lid bedoelde vergaderingen, met inbegrip van de keuze van de weekdagen die er het meest voor geschikt zijn, worden in onderlinge overeenstemming bepaald door de voorzitter van de raad of zijn afgevaardigde en door de voorzitter van het comité. Het advies of de goedkeuring wordt gegeven binnen [1 twintig werkdagen]1 na de vergadering waarop de aanvraag om advies of om goedkeuring is besproken. Als het advies bij het verstrijken van deze termijn niet aan de voorzitter van de raad is meegedeeld, wordt het gunstig geacht.
  Elke beslissing van de raad betreffende één van de aangelegenheden waarvoor het advies of de goedkeuring van het comité aangevraagd wordt of is, wordt binnen tien dagen na de vergadering van de raad aan de voorzitter van het comité betekend.

  (1)<BWG 2013-06-06/04, art. 6, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>
  (2)<BWG 2018-03-08/03, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 26-03-2018>
  (3)<BDG 2020-03-12/12, art. 34, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.34. Als, in de loop van een trimester, geen enkele vergadering wordt gehouden, roept de directeur-generaal van de "Société wallonne du Logement" of zijn afgevaardigde, op verzoek van de voorzitter van het comité of van de voorzitter van de raad of zijn afgevaardigde, een vergadering bijeen die tijdens het volgende trimester onder zijn voorzitterschap moet plaatsvinden.

Art.34 TOEKOMSTIG RECHT.    Als, in de loop van een trimester, geen enkele vergadering wordt gehouden, roept de [1 Minister]1 of zijn afgevaardigde, op verzoek van de voorzitter van het comité of van de voorzitter van de raad of zijn afgevaardigde, een vergadering bijeen die tijdens het volgende trimester onder zijn voorzitterschap moet plaatsvinden.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 35, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


Art.35. Als de raad, i.v.m. één van de aangelegenheden waarvoor het advies of de goedkeuring van het comité aangevraagd wordt of is, een beslissing neemt zonder het comité te raadplegen, wordt de beslissing opgeschort.

Art.36.De goedkeuring van de lasten door het comité staat op de agenda van de vergadering vóór de verzending van de afrekeningen aan de huurders.
  De maatschappij stelt de nodige boekhoudkundige stukken ter beschikking van het comité binnen [1 dertig werkdagen]1 vóór deze vergadering.
  De vertegenwoordigers van het comité kunnen zich laten bijstaan door een persoon van hun keuze.
  ----------
  (1)<BWG 2013-06-06/04, art. 7, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>

HOOFDSTUK V. - Beroepsprocedure bij de Waalse maatschappij.

HOOFDSTUK V. TOEKOMSTIG_RECHT.1 en controlebevoegdheid]1.  ----------   (1)
Art.37. Elke betwisting betreffende de in artikel 155, § 1, van de Waalse Huisvestingscode bedoelde aangelegenheden wordt door elk lid van het comité aan de raad van bestuur van de Waalse maatschappij voorgelegd. Na advies van de in artikel 26 bedoelde commissie van beroep en toezicht neemt de Waalse maatschappij een beslissing binnen twee maanden na de betrokken partijen te hebben gehoord.
Art.37 TOEKOMSTIG RECHT.    [1 § 1 - Naast de bevoegdheden bepaald in de artikelen 7, 9, 11, 23 en 24 bezit de Minister een algemene controlebevoegdheid, ook over de rekeningen van het comité.
   De Minister vraagt de maatschappij en het comité om alle documenten en uitleg die nodig zijn om een beroep vermeld in hoofdstuk II te onderzoeken of om zijn controlebevoegdheid uit te oefenen. Als hij dit noodzakelijk acht, hoort hij de voorzitters van het comité en van de raad of hun plaatsvervanger.
   § 2 - Elke betwisting over de in artikel 155, § 1, van het Wetboek bedoelde aangelegenheden kan door elk lid van het comité aan de Minister voorgelegd worden. De Minister neemt zijn beslissing binnen twee maanden nadat hij de betrokken partijen heeft gehoord]1.  ----------
  (1)<BDG 2020-03-12/12, art. 38, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >


HOOFDSTUK VI. - Betrokkenheid van de adviescomités van huurders en eigenaars bij het beheer en bij de activiteit van de buurtregie.

Art.38. Het comité verbindt zich ertoe de aanwezigheid van vertegenwoordigers binnen de raad van bestuur van de buurtregie te garanderen.
HOOFDSTUK VII. - Diverse, overgangs- en slotbepalingen.

Art.39. Bij samensmelting van maatschappijen worden hun comités bijeengebracht in één enkele structuur, die behouden blijft tot de daarop volgende verkiezingen en worden de saldo's van de namens de comités geopende rekeningen ook verzameld.   Een nieuw bureau wordt verkozen.
Art.39 TOEKOMSTIG RECHT.
2020-03-12/12, art. 39, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >
Art.40. Het comité dat verkozen werd in uitvoering van het besluit van de Waalse Regering van 25 februari 1999 inzake de adviescomités van huurders en eigenaars blijft voortbestaan tot na de eerste vergadering van het comité dat verkozen werd in uitvoering van dit besluit

Art.41. In verkiezingsjaren wordt de toelage bedoeld in artikel 31, § 2, van dit besluit in twee stortingen uitbetaald :
  - de eerste wordt tegen 5/12e in januari gestort aan het bestaande comité;
  - de tweede wordt tegen 7/12e aan het nieuw verkozen comité gestort in juli.

Art. 41.1 TOEKOMSTIG RECHT. 1 § 1 - In afwijking van hoofdstuk II blijven de verkozen comités van de maatschappijen die op 1 januari 2020 in het Duitse taalgebied werkzaam zijn, voortbestaan en smelten op een door de Regering bepaalde datum van rechtswege samen tot één enkel comité.
   Als comité in de zin van het eerste lid gelden ook de verkozen en in het Duitse taalgebied wonende leden van de comités van de maatschappijen waarvan het geografische activiteitengebied zich in de zin van artikel 139 van het Wetboek over het Duitse én het Franse taalgebied uitstrekt.
   § 2 - De in hoofdstuk II vermelde procedure voor de vernieuwing van de comités vermeld in § 1 of het samengesmolten comité begint overeenkomstig artikel 5 op de vierde maandag van de maand februari 2021. ]1

  (1)<Ingevoegd bij BDG 2020-03-12/12, art. 40, 005; Inwerkingtreding : onbepaald >

Art.42. Het besluit van de Waalse Regering van 25 februari 1999 inzake de adviescomités van huurders en eigenaars wordt opgeheven.

Art.43. De Minister is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGE.

Art. N.KANDIDATUUR VOOR DE VERKIEZING VAN HET ADVIESCOMITE VAN HUURDERS EN EIGENAARS
  (Beeld niet opgenomen om technische redenen, zie B.St. van 13-03-2008, p. 15292).

  GEWIJZIGD BIJ :
  <BWG 2013-06-06/04, art. 8, 003; Inwerkingtreding : 27-06-2013>