9 DECEMBER 2005. - [Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de modulering in de integrale jeugdhulp.] <BVR2014-02-21/05, art. 120, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014> (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 23-02-2006 en tekstbijwerking tot 28-02-2014)
HOOFDSTUK I. - Definities.
Art. 1
HOOFDSTUK II. - Modulering.
Art. 2-6
HOOFDSTUK III. - Onderscheid tussen rechtstreeks toegankelijke en niet rechtstreeks toegankelijke jeugdhulpverlening.
Art. 7-12
HOOFDSTUK IV.
Afdeling I.
Art. 13-15
Afdeling II.
Art. 16, 16bis, 17
Afdeling III.
Art. 18-19
Afdeling IV.
Art. 20
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art. 21-25
BIJLAGEN.
Art. N1, N2.Bijlage II
HOOFDSTUK I. - Definities.
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder :
1° [3 decreet van 12 juli 2013: het decreet van 12 juli 2013 betreffende de integrale jeugdhulp]3;
2° [3 ...]3
3° [3 ...]3
4° [3 ...]3
5° [3 ...]3
6° [3 ...]3
7° [3 ...]3
8° jeugdhulpvoorziening : een voorziening die jeugdhulpverlening aanbiedt als vermeld in [3 artikel 3 van het decreet van 12 juli 2013]3;
9° [3 ...]3
10° [3 ...]3
11° [3 ...]3
12° [3 ...]3
13° [3 ...]3
14° [3 ...]3
15° [3 ...]3
16° [3 ...]3
17° [3 ...]3
18° [3 ...]3
19° [3 ...]3
20° [3 ...]3
21° [1 functie : een specifiek kernproces van jeugdhulpverlening dat de hoofdactiviteit of hulpactiviteit van de typemodule weergeeft;]1
22° [3 ...]3
23° [3 ...]3
24° sectorale administratie : de administratieve entiteit die instaat voor het opvolgen van de erkenning en/of de subsidiëring en/of de werking van een voorziening of een initiatief die behoort tot haar sector.
----------
(1)<BVR 2012-11-09/08, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-10-2012>
(2)<BVR 2013-11-08/24, art. 96, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2014>
(3)<BVR 2014-02-21/05, art. 121, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
HOOFDSTUK II. - Modulering.
Art.2. Om het jeugdhulpverleningsaanbod intersectoraal te kunnen afstemmen en coördineren, wordt het gemoduleerd. Daartoe worden functies gedefinieerd en wordt het aanbod in typemodules en modules beschreven.
Art.3. Bijlage I bij dit besluit legt de lijst van functies vast die relevant zijn in het kader van de integrale jeugdhulp. De ministers kunnen die lijst gezamenlijk wijzigen of uitbreiden.
Art.4.[1 De sectorale administraties beschrijven, in overleg met de jeugdhulpaanbieders van hun sector, het jeugdhulpverleningsaanbod in typemodules. Een typemodule bevat minstens de volgende gegevens : de functie, een minimale set van acties, een beschrijving van de doelgroep en een positionering in verband met het onderscheid, vermeld in hoofdstuk III. Het managementcomité kan de bijkomende inhoud van de typemodule bepalen.]1
Het Managementcomité keurt, op basis van een intersectorale voorbereiding door de sectorale administraties en op basis van een advies van de Adviesraad, [1 ...]1 de typemodules goed. Het Managementcomité keurt, eveneens op basis van een intersectorale voorbereiding door de sectorale administraties en een advies van de Adviesraad, wijzigingen of uitbreidingen van de typemodules goed. Het doet dat maximaal twee keer per kalenderjaar om de consistentie van de wijzigingen of uitbreidingen te kunnen garanderen. De goedkeuring van een typemodule bevat altijd een beslissing over de positionering ervan in verband met het onderscheid, conform het bepaalde in hoofdstuk III.
[1 De sectorale administraties kunnen projecttypemodules opmaken in functie van projectmatige of experimentele jeugdhulp. De projecttypemodules zijn beperkt in de tijd en hoeven niet intersectoraal afgestemd en door het managementcomité goedgekeurd te worden. Het managementcomité bepaalt de geldigheidsduur van de projecttypemodules.]1
----------
(1)<BVR 2012-11-09/08, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 01-10-2012>
Art.5.[1 Elke jeugdhulpvoorziening beschrijft haar jeugdhulpverleningsaanbod in modules, conform de typemodules. De sectorale administratie keurt modules die de jeugdhulpvoorzieningen hebben beschreven, alsook wijzigingen of uitbreidingen ervan, binnen twee maanden na het voorstel van de jeugdhulpvoorziening goed. Een module bevat minstens de volgende gegevens : alle gegevens uit de typemodule, extra acties, indiceerbare condities die werden geselecteerd uit een door de sectorale administratie goedgekeurde lijst.]1
[1 Tweede tot en met vierde lid opgeheven.]1.
----------
(1)<BVR 2012-11-09/08, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 01-10-2012>
Art.6. Uiterlijk op (31 maart 2007) hebben alle jeugdhulpvoorzieningen, erkend op (1 juli 2006), hun jeugdhulpverleningsaanbod in modules beschreven. <BVR 2006-09-01/69, art. 3, 1°1, 002; Inwerkingtreding : 01-07-2006>
Jeugdhulpvoorzieningen die worden erkend na (1 juli 2006), hebben hun jeugdhulpverleningsaanbod in modules beschreven binnen zeven maanden na hun erkenning. <BVR 2006-09-01/69, art. 3, 2°, 002; Inwerkingtreding : 01-07-2006>
HOOFDSTUK III. - Onderscheid tussen rechtstreeks toegankelijke en niet rechtstreeks toegankelijke jeugdhulpverlening.
Art.7.De indeling in rechtstreeks toegankelijke en niet rechtstreeks toegankelijke modules gebeurt aan de hand van een initiële weging en een kwalitatieve evaluatie van de typemodule zoals bepaald in artikel 9.
[1 Tweede lid opgeheven.]1
----------
(1)<BVR 2012-11-09/08, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 01-10-2012>
Art.8.[1 ...]1
Voor elke typemodule wordt een wegingscoëfficiënt berekend aan de hand van het wegingsinstrument, opgenomen als bijlage II bij dit besluit.Als initiële weging geldt dat typemodules rechtstreeks toegankelijk zijn als de wegingscoëfficiënt lager is dan of gelijk is aan 180 punten, en niet rechtstreeks toegankelijk zijn als de wegingscoëfficiënt hoger is dan 180 punten.
De ministers kunnen het wegingsinstrument en de grens op basis waarvan het onderscheid initieel wordt bepaald, gezamenlijk wijzigen.
----------
(1)<BVR 2014-02-21/05, art. 122, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Art.9. De parameters voor de aanvullende kwalitatieve weging zijn in elk geval :
1° vanuit het perspectief van de personen tot wie de jeugdhulpverlening zich richt : vroegtijdigheid, laagdrempeligheid, toegankelijkheid of snelle inzetbaarheid van het jeugdhulpverleningsaanbod;
2° vanuit het perspectief van de overheid : kostprijs of schaarste van het jeugdhulpverleningsaanbod.
Art.10. Elke typemodule geeft aan of ze rechtstreeks of niet rechtstreeks toegankelijk is.
Art.11.De modules nemen de indeling, vermeld in artikel 10, over van de typemodules.
[1 Tweede lid opgeheven.]1
----------
(1)<BVR 2012-11-09/08, art. 5, 004; Inwerkingtreding : 01-10-2012>
Art.12.
<Opgeheven bij BVR 2012-11-09/08, art. 6, 004; Inwerkingtreding : 01-10-2012>
HOOFDSTUK IV.
Afdeling I.
Art.13.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 123, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Art.14.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 123, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Art.15.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 123, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Afdeling II.
Art.16.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 123, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Art. 16bis.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 123, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Art.17.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 123, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Afdeling III.
Art.18.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 123, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Art.19.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 123, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Afdeling IV.
Art.20.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 123, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen.
Art.21.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 124, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Art.22.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 124, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Art.23.
<Opgeheven bij BVR 2014-02-21/05, art. 124, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014>
Art.24. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2006.
Art.25. De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, de Vlaamse minister, bevoegd voor de Bijstand aan Personen, en de Vlaamse minister, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGEN.
Art. N1.Bijlage I. - [1 Functielijst
Functie | Beschrijving |
Brede Instap | aanbieden van de instapprocedure (onthaal, vraagverheldering, aanbodsverheldering, hulpverleningsvoorstel, verwijzing), korte hulp en informatieverstrekking |
Info& Advies | vrijblijvend aanbieden van praktische, algemene wegwijs-informatie |
Diagnostiek | erkende diagnostiek aanleveren voor de toegangspoort of diagnostiek los van aanmelding of begeleidingsaanbod |
Begeleiding | breedsporige ondersteuning |
Behandeling | specialistische of therapeutische hulp |
Bemiddeling | neutraal in contact brengen van verschillende partijen zodanig dat een conflict opgelost of hanteerbaar wordt |
Training | pakket om specifieke vaardigheden aan te leren |
Hulpcontinuïteit | nastreven van de hulpcontinuïteit onafhankelijk van lopende hulpverlening |
Verblijf | aanbieden van aangepaste woon- en leefomgeving |
Dagopvang | opvang zonder overnachting |
[<font color="red">1</font> Bijstand | ondersteunende jeugdhulpverlening aan minderjarigen die door de Intersectorale Toegangspoort wordt geïndiceerd maar door het bevoegde agentschap verder wordt afgehandeld]<font color="red">1</font> |
(<font color="red">1</font>)<BVR <a href="/cgi_loi/article.pl?language=nl&lg_txt=n&cn_search=2014022105" target="_blank">2014-02-21/05</a>, art. 125, 006; Inwerkingtreding : 28-02-2014> |
Frequentie | Intensiteit | Duur | |||
Gewicht | Gemiddelde | Gewicht | Gemiddelde | Gewicht | Gemiddelde |
0 | eenmalig | 0 | 1 dag | ||
10 | tweejaarlijks | 10 | < 1 uur | 10 | 3 dagen |
20 | tweemaandelijks | 20 | 1 uur | 20 | 2 weken |
30 | maandelijks | 40 | 2 uur | 30 | 1 maand |
50 | wekelijks | 50 | 3 uur | 40 | 3 maanden |
60 | 2/week | 70 | 4 uur | 50 | 6 maanden |
70 | 3/week | 80 | 8 uur (dag of nacht) | 80 | 1 jaar |
80 | werkdagen | 90 | 16 uur (buiten schooluren) | 100 | 20 maanden |
100 | volledige week | 100 | 24 uur (dag en nacht) | 180 | + 2 jaar |