30 JANUARI 2006. - Decreet ter voorkoming van de gezondheidsschaden bij sportbeoefening (VERTALING) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 12-04-2006 en tekstbijwerking tot 02-05-2022)
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Toepassingsgebied.
Art. 1
Begripsbepalingen.
Art. 2
Informatieplicht.
Art. 3
Controles.
Art. 4
HOOFDSTUK II.
Afdeling 1.
Afbakening van het begrip"
Art. 5
Dopingverbod.<
Art. 6
Lijst met de verboden stoffen.<
Art. 7
Afdeling 2.
Samenwerking met de sportorganisaties.<
Art. 8
Voorlichting.<
Art. 9
Afdeling 3.
Officieren van gerechtelijke politie.<
Art. 10
Officieren van gerechtelijke politie en controleartsen.<
Art. 11
Bevoegdheden van de officieren van gerechtelijke politie.<
Art. 12
Proces-verbaal.<
Art. 13
Kennisgeving van de resultaten.<
Art. 14
Betwisting van de resultaten.<
Art. 15
Uitvoeringsmaatregelen.<
Art. 16
Controlekosten.<
Art. 17
Afdeling 4.
Minimale voorschriften m.b.t.
Art. 18
Straffen.<
Art. 19
Uitwisseling van informatie tussen de gemeenschappen.<
Art. 20
Erkenning van de sancties opgelegd in andere gemeenschappen.<
Art. 21
HOOFDSTUK III. - Vechtsporten.
Afdeling 1. - Algemene bepalingen.
Toepassingsgebied van dit hoofdstuk
Art. 22
Principes.
Art. 23
Afdeling 2. - Organisatie van vechtsporten.
Erkenning.
Art. 24
Erkende artsen.
Art. 25
Intrekking van de erkenning.
Art. 26
Erkenningsmodaliteiten.
Art. 27
Afdeling 3. - Minimumleeftijd.
Principes.
Art. 28
Afwijkingen.
Art. 29
Afdeling 4. - Medische onderzoeken.
Geneeskundig geschiktheidsattest, wedstrijdpaspoort.
Art. 30
Erkenning van andere vergunningen.
Art. 31
Afdeling 5. - Sancties.
Sancties.
Art. 32
HOOFDSTUK IV. - Wielersport.
Toepassingsgebied van dit hoofdstuk.
Art. 33
Veiligheidsbepalingen.
Art. 34
Minimumleeftijd.
Art. 35
Modaliteiten.
Art. 36
Geschiktheidsattest, wielerwedstrijdboekje.
Art. 37
Sancties.
Art. 38
HOOFDSTUK V. - Overige sporttakken.
Veiligheidsbepalingen.
Art. 39
Principes.
Art. 40
HOOFDSTUK VI. - Slotbepaling.
Opheffingsbepalingen.
Art. 41
HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Toepassingsgebied.
Artikel 1. Voorliggend decreet is van toepassing op de sportfederaties en sportclubs gevestigd in het Duitse taalgebied en op de sportbeoefenaars die aan een sportoefening in het Duitse taalgebied deelnemen of zich erop voorbereiden.
Begripsbepalingen.
Art.2.Voor de toepassing van dit decreet verstaat men onder :
1° sportbeoefenaar : een persoon die zich hetzij eigenhandig, hetzij in groepsverband voorbereidt op een vrije sportactiviteit of een sportactiviteit die wordt georganiseerd in competitieverband of als vrijetijdsbesteding, ofwel een persoon die eraan deelneemt;
2° begeleider : een persoon die permanent of sporadisch één of meerdere sportbeoefenaars met raad en daad bijstaat bij de deelneming aan of de voorbereiding op sportoefeningen;
3° sportoefening : een sportactiviteit van welke aard dan ook, de trainingen inbegrepen;
4° sportfederatie : een krachtens het sportdecreet van 19 april 2004 erkende sportfederatie;
5° [1 Sportvereniging : vereniging die door toedoen van een gemeente van het Duitse taalgebied basisondersteuning voor sportactiviteiten geniet;]1
6° [2 Koepelorganisatie: de Koepelorganisatie voor de Sport in de Duitstalige Gemeenschap die overeenkomstig het sportdecreet van 19 april 2004 is erkend;]2
7° [2 ...]2
8° vechtsport : een vechtsport waarbij het toegelaten is vrijwillig slagen en stoten, inzonderheid aan het hoofd, toe te brengen;
9° vechtsportmanifestatie : elke sportoefening georganiseerd met het oog op de beoefening van een vechtsport, met inbegrip van de trainingen;
10° wielerwedstrijd : georganiseerde wielermanifestatie met een uitsluitend competitief karakter;
11° wielerproef : georganiseerde wielermanifestatie met een lerend en niet-uitsluitend competitief karakter;
12° Regering : de Regering van de Duitstalige Gemeenschap;
13° Coördinatieraad inzake medisch verantwoorden sportbeoefening : de raad vermeld in het samenwerkingsakkoord van 19 juni 2001 inzake medisch verantwoorde sportbeoefening.
----------
(1)<DDG 2008-12-15/44, art. 31, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2009>
(2)<DDG 2021-12-15/17, art. 43, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2022>
Informatieplicht.
Art.3. Elke sportfederatie of sportclub moet de Regering of de door haar gemachtigde dienst van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap alle gevraagde inlichtingen m.b.t. de sportoefeningen ter beschikking stellen.
Controles.
Art.4. De door de Regering aangewezen beambten van het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap voeren de controles uit die noodzakelijk zijn voor de toepassing van dit decreet en van de uitvoeringsbepalingen ervan.
HOOFDSTUK II.
Afdeling 1.
Afbakening van het begrip"
Art.5.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Dopingverbod.<
Art.6.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Lijst met de verboden stoffen.<
Art.7.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Afdeling 2.
Samenwerking met de sportorganisaties.<
Art.8.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Voorlichting.<
Art.9.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Afdeling 3.
Officieren van gerechtelijke politie.<
Art.10.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Officieren van gerechtelijke politie en controleartsen.<
Art.11.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Bevoegdheden van de officieren van gerechtelijke politie.<
Art.12.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Proces-verbaal.<
Art.13.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Kennisgeving van de resultaten.<
Art.14.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Betwisting van de resultaten.<
Art.15.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Uitvoeringsmaatregelen.<
Art.16.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Controlekosten.<
Art.17.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Afdeling 4.
Minimale voorschriften m.b.t.
Art.18.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Straffen.<
Art.19.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Uitwisseling van informatie tussen de gemeenschappen.<
Art.20.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
Erkenning van de sancties opgelegd in andere gemeenschappen.<
Art.21.
<Opgeheven bij DDG 2012-01-16/09, art. 24, 004; Inwerkingtreding : 16-03-2012>
HOOFDSTUK III. - Vechtsporten.
Afdeling 1. - Algemene bepalingen.
Toepassingsgebied van dit hoofdstuk
Art.22. Dit hoofdstuk is van toepassing op de vechtsporten die in het Duitse taalgebied georganiseerd of beoefend worden.
Principes.
Art.23. Niemand mag vechtsportmanifestaties organiseren zonder daartoe door de Regering krachtens de bepalingen van dit hoofdstuk erkend te zijn.
Niemand mag aan vechtsportmanifestaties deelnemen of zich ertoe voorbereiden of vechtsport beoefenen, indien hij niet voldoet aan de leeftijdsvoorwaarden en geneeskundige geschiktheidscriteria vermeld in dit hoofdstuk.
Afdeling 2. - Organisatie van vechtsporten.
Erkenning.
Art.24.Op advies van [2 de Koepelorganisatie]2 beslist de Regering over de erkenning van de organisator van vechtsportmanifestaties.
Om als organisator van vechtsportmanifestaties erkend te worden, moet de aanvrager voor de betrokken vechtsport bepalingen vastleggen inzake veiligheid en bescherming van de gezondheid van de sportbeoefenaars.
Deze bepalingen [1 beantwoorden ten minste aan de door de Regering vastgelegde minimumvoorschriften en]1 omvatten tenminste een nauwkeurige beschrijving van de :
1° toereikende vakbekwaamheden van de oefenmeester of trainer;
2° regelmatige sport uitrusting;
3° veiligheidsmaatregelen;
4° beschermkledij;
5° sanitaire maatregelen;
6° wedstrijdvoorschriften, met inbegrip van de na een wedstrijd na te leven rusttijden.
----------
(1)<DDG 2010-03-15/15, art. 47, 003; Inwerkingtreding : 28-12-2009>
(2)<DDG 2021-12-15/17, art. 44, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2022>
Erkende artsen.
Art.25. Geen wedstrijd mag plaatsvinden, tenzij in aanwezigheid van een door de Regering erkende arts. De Regering mag bepaalde vechtsporten van deze verplichting ontheven.
Het ereloon en de kosten aangegaan voor de dienstdoende arts vallen ten laste van de organisatoren.
De Regering legt de erkenningsprocedure vast.
Intrekking van de erkenning.
Art.26. Worden de bepalingen van dit hoofdstuk of van de uitvoeringsbesluiten ervan niet of niet meer nageleefd, dan kan de Regering de in artikel 24 vermelde erkenning intrekken.
Erkenningsmodaliteiten.
Art.27.De Regering legt de procedure vast voor de toekenning en de intrekking van de in artikel 24 vermelde erkenning. [1 De voorwaarden waaraan de Regering de erkenning verbindt, zijn niet-discriminatoir, noodzakelijk en evenredig.]1
----------
(1)<DDG 2010-03-15/15, art. 47, 003; Inwerkingtreding : 28-12-2009>
Afdeling 3. - Minimumleeftijd.
Principes.
Art.28. § 1er. Niemand jonger dan negen jaar mag aan vechtsportmanifestaties deelnemen.
Niemand jonger dan achttien jaar mag aan vechtsportmanifestaties deelnemen waarvoor een vergunning als beroepssportbeoefenaar, afgegeven door de betrokken sportfederatie, wordt vereist.
§ 2. Minderjarigen mogen slechts met de schriftelijke toestemming van hun ouders of van hun wettelijke voogd vechtsport beoefenen.
Afwijkingen.
Art.29.In gerechtvaardigde uitzonderlijke gevallen en voor specifieke vechtsporten mag de Regering op advies van [1 de Koepelorganisatie]1 andere leeftijdsvoorwaarden vastleggen.
----------
(1)<DDG 2021-12-15/17, art. 45, 005; Inwerkingtreding : 01-01-2022>
Afdeling 4. - Medische onderzoeken.
Geneeskundig geschiktheidsattest, wedstrijdpaspoort.
Art.30. Om een vechtsport te beoefenen, moet de sportbeoefenaar een geneeskundig geschiktheidsattest bezitten dat sinds minder dan twaalf maanden afgegeven werd. Bovendien moet de sportbeoefenaar een geldig wedstrijdpaspoort bezitten om aan wedstrijden deel te nemen.
De Regering legt de nadere voorschriften vast waaronder het geneeskundig geschiktheidsattest en het wedstrijdpaspoort verkregen worden.
Het wedstrijdpaspoort omvat tenminste :
1° het geneeskundig geschiktheidsattest;
2° de in artikel 28, § 2, bedoelde toestemming, wat de minderjarigen betreft;
3° de door de organisator te vermelden gegevens qua plaats, datum, aard en duur van de wedstrijden waaraan de sportbeoefenaar heeft deelgenomen, alsmede
4° hoe de wedstrijden verliepen en de naleving van de desgevallend opgelegde rusttijden.
Erkenning van andere vergunningen.
Art.31. Onverminderd de leeftijdsvoorwaarden mag de sportbeoefenaar die geen geldig wedstrijdpaspoort bezit aan wedstrijden deelnemen, voor zover hij het bewijs levert dat hij ofwel aan de voorwaarden voldoet die door de bevoegde overheid van een andere gemeenschap opgelegd worden inzake geneeskundige geschiktheid en desgevallend inzake bezit van een vergunning. Dezelfde bepaling geldt ook voor de sportbeoefenaars die kunnen bewijzen dat zij de in hun woonplaatsland vigerende voorschriften naleven.
Afdeling 5. - Sancties.
Sancties.
Art.32. Onverminderd de toepassing van andere strafbepalingen wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van honderd tot éénduizend euro of met één van die straffen alleen, degene die als sportbeoefenaar, organisator, oefenmeester of trainer aan vechtsportmanifestaties heeft deelgenomen zonder de in dit hoofdstuk of de uitvoeringsbepalingen ervan na te leven.
Bij herhaling binnen de twee jaar na de veroordeling wegens voormelde schending, die kracht van gewijsde heeft, kunnen de straffen worden verdubbeld.
De bepalingen van Boek I van het Strafwetboek, met inbegrip van hoofdstuk VII en artikel 85, zijn van toepassing op de in dit artikel bedoelde straffen.
HOOFDSTUK IV. - Wielersport.
Toepassingsgebied van dit hoofdstuk.
Art.33. Dit hoofdstuk is van toepassing op wielerwedstrijden en -proeven die in het Duitse taalgebied plaatsvinden. Het is niet van toepassing op beroepswielrenners.
Veiligheidsbepalingen.
Art.34. De organisatoren van wielerwedstrijden of -proeven moeten regelingen ter beveiliging van wielrenners aannemen. Deze regelingen hangen van het geslacht van de wielrenner af. Ze worden door de Minister bevoegd inzake Sport goedgekeurd en betreffen tenminste :
1° de verplichting tot het dragen van een helm;
2° de af te leggen afstand;
3° de te gebruiken versnellingsapparaten;
4° de beschermkledij;
5° de uitrusting van de fiets.
De Regering kan andere verplichtingen ter beveiliging van de wielrenners opleggen.
Minimumleeftijd.
Art.35. § 1. Vanaf 1 januari van het jaar waar zij 7 jaar oud worden, mogen de kinderen aan wielerproeven deelnemen.
Vanaf 1 januari van het jaar waar zij 9 jaar oud worden, mogen de kinderen aan wielerwedstrijden deelnemen.
§ 2. Minderjarigen mogen slechts aan wielerwedstrijden en -proeven deelnemen als zij de schriftelijke toestemming van hun ouders, hun voogd of hun wettelijke vertegenwoordiger hebben verkregen.
Modaliteiten.
Art.36. Vóór 1 januari van het jaar waar zij 15 jaar oud worden, mogen de kinderen en jongelui slechts aan wielerwedstrijden deelnemen, indien zij door een erkende opleider voorbereid en begeleid zijn.
Wielerwedstrijden en -proeven mogen onder de leiding van een erkende opleider of van een daartoe erkende organisatie worden georganiseerd overeenkomstig de door de Regering vastgelegde voorwaarden.
Geschiktheidsattest, wielerwedstrijdboekje.
Art.37. § 1. Om aan wielerwedstrijden en -proven te kunnen deelnemen, moet de wielrenner een geneeskundig geschiktheidsattest bezitten dat sinds minder dan twaalf maanden afgegeven werd.
§ 2. De wielrenner die aan wielerwedstrijden deelneemt, moet tot en met de leeftijd van negentien jaar een geldig wielerwedstrijdboekje bezitten.
§ 3. De Regering legt de nadere voorschriften vast.
Sancties.
Art.38. Onverminderd de toepassing van verdere strafbepalingen wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van honderd tot éénduizend euro of met één van die straffen alleen, degene die als opleider artikel 36 overtreedt. Wordt met dezelfde straffen gestraft, degene die als organisator artikel 35 overtreedt.
Bij herhaling binnen de twee jaar na een veroordeling wegens voormelde overtreding, die kracht van gewijsde heeft, kunnen de straffen worden verdubbeld.
De bepalingen van Boek I van het Strafwetboek, met inbegrip van hoofdstuk VII en artikel 85, zijn van toepassing op de in dit artikel bedoelde straffen.
HOOFDSTUK V. - Overige sporttakken.
Veiligheidsbepalingen.
Art.39. Elke organisator moet regelingen ter beveiliging van de deelnemers aan de door hem georganiseerde of onder zijn verantwoordelijkheid geplaatste sportmanifestaties aannemen.
Principes.
Art.40. De Regering kan minimumleeftijdscategorieën en andere veiligheidsmaatregelen bepalen voor de beoefening van sporttakken die in de hoofdstukken III en IV niet worden vermeld. De Regering houdt rekening met de bijzonderheden van de betrokken sporttakken. Als ze een medische sportkeuring of de aflevering van een geschiktheidsattest oplegt, dan bepaalt ze de inhoud en de frequentie ervan.
Onverminderd de toepassing van verdere strafbepalingen wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van honderd tot éénduizend euro of met één van die straffen alleen, degene die het eerste lid overtreedt.
Bij herhaling binnen de twee jaar na een veroordeling wegens voormelde overtreding, die kracht van gewijsde heeft, kunnen de straffen worden verdubbeld.
HOOFDSTUK VI. - Slotbepaling.
Opheffingsbepalingen.
Art. 41. Worden opgeheven :
1° de wet van 2 april 1965 waarbij de dopingpraktijk verboden wordt bij sportcompetities;
2° de wet van 31 mei 1958 tot reglementering van de bokswedstrijden en exhibities; de uitvoeringsbesluiten ervan blijven van toepassing zolang ze niet door de Regering worden opgeheven;
3° het decreet van 21 december 1987 houdende bepaling van de minimumleeftijd voor deelnemers aan wielerwedstrijden.