19 MEI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 mei 2003 betreffende de procedure voor de behandeling van de dossiers inzake tegemoetkomingen aan personen met een handicap.
Art. 1-3
Artikel 1. In artikel 23 van het koninklijk besluit van 22 mei 2003 betreffende de procedure voor de behandeling van de dossiers inzake tegemoetkomingen aan personen met een handicap, vervangen bij het koninklijk besluit van 13 september 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1° in § 1bis, 1°, eerste lid, worden de woorden " 10 pct. " vervangen door de woorden " 20 pct. ";
2° in § 1bis, 1°, tweede lid, worden de woorden " indien deze stijging van de inkomsten " vervangen door de woorden " indien deze stijging van de inkomsten bedoeld in het eerste lid ";
3° in § 1bis, 1° wordt tussen het eerste en het tweede lid het volgende lid ingevoegd;
" In afwijking van het voorgaande lid, wordt tot een ambtshalve herziening van het recht overgegaan op de eerste dag van de maand die volgt op deze waarin een beroepsactiviteit een aanvang nam, en op voorwaarde dat de persoon met een handicap niet over belastbare inkomsten beschikt tijdens het jaar -2 of het jaar -1 in de zin van de artikelen 8 en 9 van het koninklijk besluit van 6 juli 1987 betreffende de inkomensvervangende tegemoetkoming en de integratietegemoetkoming. ";
4° er wordt een § 1quater ingevoegd luidende :
" § 1quater. Voor de toepassing van § 1 en § 1bis van dit artikel kan vanaf de 65-ste verjaardag een ambtshalve herziening voor de inkomensvervangende tegemoetkoming of de integratietegemoetkoming slechts worden doorgevoerd wanneer deze tegemoetkoming betaalbaar was op de 65-ste verjaardag van de persoon met een handicap en voor zover ze na die datum betaalbaar bleef. "
5° in § 2 wordt tussen het tweede en het derde lid het volgende lid ingevoegd :
" In afwijking van het voorgaande lid indien de in artikel 23, § 1bis, 1°, tweede lid, bedoelde gebeurtenis werd meegedeeld of vastgesteld binnen de drie maanden volgend op het plaatsvinden ervan, heeft de nieuwe beslissing uitwerking op de eerste dag van het tweede kwartaal volgend op het kwartaal waarin de beroepsactiviteit een aanvang nam. ".
Art.2. Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2006.
Art. 3. Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid en Onze Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap zijn belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 19 mei 2006.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid,
R. DEMOTTE
De Staatssecretaris voor het Gezin en Personen met een handicap,
Mevr. G. MANDAILA.