1 MEI 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 november 1969 houdende vaststelling voor het vliegend personeel van de burgerlijke luchtvaart, van de bijzondere regelen betreffende het ingaan van het pensioenrecht en van de bijkomende toepassingsmodaliteiten van het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, van de wet van 20 juli 1990 tot instelling van een flexibele pensioenleeftijd voor werknemers en tot aanpassing van de werknemerspensioenen aan de evolutie van het algemeen welzijn en van het koninklijk besluit van 23 december 1996 tot uitvoering van de artikelen 15, 16 en 17 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pensioenstelsels.
Art. 1-4
Artikel 1. In artikel 22, § 1, van het koninklijk besluit van 3 november 1969 houdende vaststelling voor het vliegend personeel van de burgerlijke luchtvaart, van de bijzondere regelen betreffende het ingaan van het pensioenrecht en van de bijzondere toepassingsmodaliteiten van het koninklijk besluit nr. 50 van 24 oktober 1967 betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers, laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 27 juli 1997, worden de getallen 6,12 en 10,38, vermeld onder b), 1° en 2° respectievelijk vervangen door de getallen:
2,04 en 3,46 voor de periode van 1 juli 2007 tot 30 juni 2008;
4,08 en 6,92 voor de periode van 1 juli 2008 tot 30 juni 2009;
6,12 en 10,38 voor de periode vanaf 1 juli 2009.
Art.2. In artikel 23, § 1 van hetzelfde besluit, laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 12 augustus 2000, wordt het tweede lid vervangen door de volgende tekst: " Deze is schuldenaar van deze bijdrage ten opzichte van de Rijksdienst voor pensioenen. Voor wat betreft de bijdragen, vermeld onder artikel 22, § 1, a), 2° en b) 1° en 2° met betrekking tot de periode van 1 juli 1995 tot 30 juni 2007, is de werkgever vrijgesteld van storting aan de Rijksdienst voor pensioenen. Wat betreft de bijdrage, vermeld onder artikel 22, §1, a) 2° wordt de storting van de werkgever aan de Rijksdienst voor pensioenen beperkt tot 4,71 % voor de periode van 1 juli 2007 tot 30 juni 2008, en 9, 41 % voor de periode van 1 juli 2008 tot 30 juni 2009. ".
Art.3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2005.
Art. 4. Onze Minister van Leefmilieu en Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 1 mei 2006.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Leefmilieu en Pensioenen,
B. TOBBACK.