21 APRIL 2004. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot wijziging van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 26 juli 2000 ter bescherming van de personeelsleden van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en van sommige instellingen van openbaar nut tegen ongewenst seksueel of psychologisch gedrag op het werk (VERTALING).
Art. 1-11
Artikel 1. Het opschrift van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 26 juli 2000 ter bescherming van de personeelsleden van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en van sommige instellingen van openbaar nut tegen ongewenst seksueel of psychologisch gedrag op het werk wordt vervangen als volgt :
"Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap ter bescherming van de personeelsleden tegen geweld en tegen ongewenst seksueel of psychologisch gedrag op het werk binnen de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap, van de Hoge Raad voor de Audiovisuele sector en van de instellingen van openbaar nut die onder Sectorcomité XVII ressorteren. "
Art.2. In artikel 1 van hetzelfde besluit wordt een 3° toegevoegd, luidend als volgt :
"3° van de Hoge Raad voor de Audiovisuele sector. "
Art.3. Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.4. Artikel 2 bis van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.5. Artikel 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
"Art. 4. § 1. Met toepassing van artikel 32 sexies, § 1, 2° van de wet van 11 juni 2002 betreffende de bescherming tegen geweld, pesterijen en ongewenst seksueel gedrag op het werk, stelt elke instelling bedoeld in artikel 1 ten minste twee vertrouwenspersonen aan.
§ 2. De rol van de vertrouwenspersonen bedoeld in het eerste lid wordt vervuld door ambtenaren van niveau 1 of 2+, onder wie een vrouwelijk personeelslid en een mannelijk personeelslid, die een dienstanciënniteit van ten minste 5 jaar tellen. Voor de aanwijzing van de ambtenaren waaruit de vertrouwensdienst van een instelling van openbaar nut is samengesteld, is die anciënniteitsvoorwaarde echter pas na een termijn van vijf jaar na de oprichting van die instelling vereist.
§ 3. De vertrouwenspersonen worden aangesteld met hun toestemming, voor een hernieuwbare periode van 3 jaar, door de secretaris-generaal van het ministerie, door de ambtenaar die de leiding heeft van het Ondersteuningsorgaan van de ministeriële kabinetten, door de Voorzitter (ster) van de Hoge Raad voor de Audiovisuele sector of door de bevoegde leidend ambtenaar inzake het personeel van de instelling.
Art.6. Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.7. Artikel 6 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art.8. Artikel 7 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling :
"Voor de uitoefening van zijn/haar ambt ressorteert de vertrouwenspersoon rechtstreeks onder de secretaris-generaal van het ministerie, de ambtenaar die de leiding heeft van het Ondersteuningsorgaan van de ministeriële kabinetten, de Voorzitter (ster) van de Hoge Raad voor de Audiovisuele sector of onder de bevoegde leidend ambtenaar inzake het personeel van de instelling, ieder wat betreft de vertrouwenspersonen aangesteld binnen de diensten die hij/zij leidt. "
Art.9. In artikel 11 van hetzelfde besluit worden de woorden ", de Voorzitter(ster) van de Hoge Raad voor de Audiovisuele sector" ingevoegd tussen de woorden "het Ondersteuningsorgaan van de ministeriële kabinetten" en de woorden "of de bevoegde leidend ambtenaar".
Art.10. In de artikelen 3, 9 en 10, eerste, tweede en vierde lid van hetzelfde besluit worden de woorden "en met geweld" ingevoegd na de woorden "ongewenst seksueel of psychologisch gedrag".
Art. 11. De Minister van Ambtenarenzaken wordt belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 21 april 2004.
Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap :
De Minister van Ambtenarenzaken,
Ch. DUPONT.