Details



Externe links:

Justel

Staatsblad pdf



Titel:

25 MEI 2004. - Koninklijk besluit tot bepaling van de regels tot vaststelling van de boekhoudkundige situatie met het oog op de toekenning van de toelage van de federale Staat inzake voorschotten op onderhoudsgeld, toegekend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn bij toepassing van artikelen 68bis en volgende van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.



Inhoudstafel:


Art. 1-6



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1989025232 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Met het oog op de uitbetaling van de Staatstoelage betreffende de voorschotten op onderhoudsgeld toegekend door de openbare centra voor maatschappelijk welzijn bij toepassing van de artikelen 68bis en volgende van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, deelt het OCMW iedere beslissing tot toekenning van voorschotten op onderhoudsgeld mede aan de POD Maatschappelijke Integratie, evenals iedere beslissing tot herziening of stopzetting van de uitbetaling. Deze beslissingen moeten per aangetekende zending of met een ontvangstbewijs verzonden worden binnen de acht dagen na het einde van de maand waarin ze werden genomen.
  De verzending bestaat ofwel uit documenten ofwel uit informaticadragers die door het Centrum voor Informatieverwerking zijn aanvaard en die de gegevens uit voormelde documenten bevatten, waarvan het model wordt vastgesteld door de Minister bevoegd voor Maatschappelijke Integratie.

Art.2. § 1. Voor de voorschotten op onderhoudsgeld toegekend tot 31 mei 2004, maakt de POD Maatschappelijke Integratie de staat van de boekhoudkundige situatie van een kalenderjaar op, na twaalf maanden gerekend vanaf de eerste dag van de termijn waarvoor een voorschot werd toegekend, ten opzichte van de bedragen teruggevorderd voor deze termijn tot 31 mei 2004.
  Deze staat wordt het centrum ter goedkeuring toegezonden.
  De Staat stort aan het centrum de bedragen die hij hem verschuldigd is overeenkomstig de staat van de boekhoudkundige situatie.
  § 2. Voor de voorschotten op onderhoudsgeld toegekend vanaf 1 juni 2004 gebeurt de berekening van de toelage toegekend door de Staat aan het centrum op voorlegging van de beslissingen die binnen de acht dagen volgend op het einde van de maand waarin deze beslissingen werden genomen, worden verzonden.
  De verzending bestaat ofwel uit formulieren ofwel uit informaticadragers die door het Centrum voor Informatieverwerking zijn aanvaard en die de gegevens uit voormelde formulieren bevatten, waarvan het bij ministerieel besluit wordt bepaald.
  De uitbetaling van de staatstoelagen gebeurt op voorlegging door het centrum van een maandelijkse staat, waarvan het model bij ministerieel besluit wordt bepaald en die opgesteld wordt door het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn.
  Deze staat wordt ondertekend door hetzij de voorzitter en de secretaris, hetzij door de ontvanger, hetzij door een ander door het centrum daartoe aangeduid personeelslid.
  Deze staat vermeldt het bedrag waarvan het centrum de terugbetaling vraagt en eindigt met de woorden " Ik bevestig op mijn eer dat deze verklaring oprecht en volledig is. "

Art.3. Artikel 12 van het koninklijk besluit van 22 augustus 1989 betreffende de voorschotten op en invordering van onderhoudsgelden verschuldigd aan kinderen wordt vervangen als volgt :
  " Art. 12. Binnen de vijf werkdagen volgend op zijn beslissing tot toekenning van voorschotten, licht het centrum de onderhoudsplichtige per aangetekende brief of tegen ontvangstbewijs in over zijn beslissing over de termijn of termijnen van het onderhoudsgeld waarvoor het beslist heeft een voorschot toe te kennen. De aangetekende brief bevat de elementen betreffende de termijn of termijnen van het onderhoudsgeld waarvoor het voorschot betaald werd en het bedrag dat met deze termijn of termijnen overeenstemt.
  De kennisgeving vermeldt uitdrukkelijk dat vanaf 1 juni 2004 de opdracht tot invordering van de termijnen van onderhoudsgeld waarvoor door het OCMW voorschotten werden betaald zowel voor als na 1 juni 2004, overgenomen wordt door de dienst alimentatievorderingen bij de FOD Financiën en dat vanaf dezelfde datum enkel de betalingen aan bovenvermelde dienst bevrijdend zijn. "

Art.4. De artikelen 13 tot 15 van het koninklijk besluit van 22 augustus 1989 betreffende de voorschotten op en invordering van onderhoudsgelden verschuldigd aan kinderen worden opgeheven.

Art.5. Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2004.

Art. 6. Onze Minister bevoegd voor Maatschappelijke Integratie is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Ponza, 25 mei 2004.