Details





Titel:

11 JUNI 2003. - Koninklijk besluit tot uitvoering, wat de met toepassing van de gecoördineerde wet op de ziekenhuizen door de verzekeringsinstellingen in twaalfden uit te betalen bedragen betreft, van de artikelen 136, § 1, derde lid; 136, § 5, en 164, tweede lid, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. (NOTA : opgeheven voor het Vlaams Gewest bij BVR2018-12-07/30, art. 367, 002; Inwerkingtreding : 01-01-2019)(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 18-06-2003 en tekstbijwerking tot 28-01-2019)



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2019030061 



Artikels:

Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° de wet : de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994;
  2° de indeplaatsstelling : de indeplaatsstelling bedoeld in artikel 136, § 2, van de wet;
  3° de bedragen die door de verzekeringsinstellingen in twaalfden worden uitbetaald : de bedragen bedoeld in artikel 104bis, eerste lid, van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987;
  4° het variabel gedeelte : de bedragen bedoeld in artikel 104bis, tweede lid, van de laatst vermelde wet;
  5° het budget van financiële middelen : het budget bedoeld in artikel 87 van laatst vermelde wet;
  6° het bedrag van de vermindering van de verzekeringstegemoetkoming : het bedrag bedoeld in het koninklijk besluit van 5 maart 1997, tot vaststelling van het bedrag van vermindering van de verzekeringstegemoetkoming in geval van opneming in een ziekenhuis of van verblijf in een revalidatiecentrum, verhoogd met het bedrag bedoeld in art. 37bis, § 3, van de wet, dat aan de rechthebbende wordt aangerekend voor de ganse opnameperiode;
  7° de prijs per parameter van activiteit : de prijs bedoeld in artikel 104ter van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, voor de patiënten die niet ressorteren onder een verzekeringsinstelling.

Art.2. Het bedrag van de terugvordering met toepassing van de internationale rechtsorde of het bedrag van de terugvordering bij inde plaatsstelling, dat betrekking heeft op het budget van financiële middelen, wordt vastgelegd door de prijs per parameter van activiteit te vermenigvuldigen met het totaal aantal verpleegdagen en het resultaat van dit product te verminderen met het bedrag van de vermindering van de verzekeringstegemoetkoming.

Art.3. De verzekeringsinstelling rekent aan de bevoegde buitenlandse instelling of aan degene die schadeloosstelling verschuldigd is, dit bedrag van de terugvordering met toepassing van de internationale rechtsorde of bij de in de plaatsstelling aan, samen met de andere bedragen van de ziekenhuisfactuur waarvoor schadeloosstelling is verschuldigd maar met weglating van de bedragen die betrekking hebben op het variabel gedeelte.

Art.4. Het in artikel 3 aangerekend bedrag wordt teruggevorderd bij de bevoegde buitenlandse instelling of bij degene die schadeloosstelling verschuldigd is.

Art.5. Op de uitgavenbescheiden bedoeld in artikel 335 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, brengen de verzekeringsinstellingen bij terugvordering de volgende bedragen in mindering :
  - de bedragen die betrekking hebben op het variabel gedeelte, samen met de andere bedragen van de ziekenhuisfactuur waarvoor schadeloosstelling is verschuldigd,
  - het in artikel 2 bedoeld bedrag, verminderd met de bedragen die betrekking hebben op het variabel gedeelte.
  De artikelen 354 en 355 van het genoemde koninklijk besluit van 3 juli 1996 blijven onverminderd van toepassing met betrekking tot de toepassing van de internationale verdragen.
  Het Comité van de verzekering voor geneeskundige verzorging legt op voorstel van de Technische boekhoudkundige en statistische commissie, de boekhoudkundige instructies vast die nodig zijn voor de uitvoering van dit besluit.

Art.6. De in dit besluit vastgelegde regels die van toepassing zijn op de terugvordering van buitenlandse bevoegde instellingen of op de in plaatsstelling zijn eveneens van toepassing op de ten onrechte betaalde prestaties, bedoeld in artikel 164 van de wet.

Art.7. De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op de verpleegdagen gerealiseerd vanaf 10 september 2002.

Art. 8. Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.