23 OKTOBER 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de werking en het personeel van de Algemene Inspectie van de federale politie en van de lokale politie.
Art. 1-3
Artikel 1. Een hoofdstuk, bevattende de artikelen 79bis tot 79quater, luidend als volgt, wordt ingevoegd in Titel VI van het koninklijk besluit van 20 juli 2001 betreffende de werking en het personeel van de Algemene Inspectie van de federale politie en van de lokale politie :
" HOOFDSTUK V. - De toelage voor de personeelsleden
Art. 79bis. De personeelsleden genieten, vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de dag bedoeld in artikel 57, een toelage waarvan de toekenningsvoorwaarden en het bedrag door dit hoofdstuk worden bepaald.
Art. 79ter. Met uitzondering van de personeelsleden die voor een bij mandaat te begeven ambt in de Algemene Inspectie worden aangewezen, verkrijgen de politieambtenaren bedoeld in artikel 39, 1°, een toelage waarvan het jaarlijks bedrag op 2.500 EUR wordt vastgelegd.
Art. 79quater. § 1. De toelage is verschuldigd vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de datum waarop het personeelslid er een aanspraak kan op maken en is dit niet meer vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de datum waarop het er geen aanspraak meer kan op maken.
Als die data samenvallen met de eerste dag van een maand, ontstaat of vervalt het recht onmiddellijk.
§ 2. De toelage is verschuldigd in alle administratieve standen die recht geven op een volledige wedde of op een wedde zoals verschuldigd in het raam van het stelsel van de vrijwillige vierdagenweek of in dit van de halftijdse vervroegde uittreding bepaald in Titel XVI en XVIII van Deel VIII van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
Wanneer de maandwedde niet volledig is verschuldigd, wordt de toelage verminderd overeenkomstig dezelfde regels en in dezelfde mate als de wedde.
§ 3. De toelage wordt maandelijks, na vervallen termijn, uitbetaald. De maandtoelage, die gelijk is aan één twaalfde van het jaarlijkse bedrag, wordt tegelijkertijd met de wedde uitbetaald.
De mobiliteitsregeling geldt voor de wedden van het personeel van de ministeries, geldt ook voor de in het eerste lid vermelde toelage.
De toelage wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01.
Art.2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2003.
Art. 3. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Onze Minister van Justitie zijn, ieder wat hen betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 23 oktober 2003.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Justitie,
Mevr. L. ONKELINX
De Minister van Binnenlandse Zaken,
P. DEWAEL.