28 MEI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 januari 2002 tot vaststelling van het bedrag van het presentiegeld en van de vergoedingen toe te kennen aan de voorzitters, ondervoorzitters, leden en secretarissen van sommige raden, comités, commissies en colleges van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
Art. 1-4
Artikel 1. In het koninklijk besluit van 22 januari 2002 tot vaststelling van het bedrag van de presentiegelden en vergoedingen, toe te kennen aan voorzitters, leden en secretarissen van bepaalde raden, comités, commissies en colleges van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, wordt een artikel 16bis ingevoegd, luidende :
" Art. 16bis . Per zittingsdag wordt een presentiegeld toegekend ten belope van :
1° 14,87 euro aan de voorzitter van de Technische medische raad, ingesteld bij de Dienst voor uitkeringen van het voornoemde Instituut;
2° 7,44 euro aan de leden van die Technische medische raad;
3° 2,48 euro aan de secretaris van die Technische medische raad. "
Art.2. Vanaf de datum van uitwerking van de bepalingen van dit besluit tot 31 december 2001 moet in artikel 1 respectievelijk " 600 F ", " 300 F " en " 100 F " worden gelezen in plaats van " 14,87 euro ", " 7,44 euro " en " 2,48 euro ".
Art.3. Het voormelde besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2000.
Art. 4. Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 28 mei 2002.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Sociale Zaken,
F. VANDENBROUCKE.