5 NOVEMBER 2002. - Koninklijk besluit houdende de overdracht van de personeelsleden van het Instituut voor Veterinaire Keuring naar de voorlopige cel van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en houdende wijziging van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 houdende diverse bepalingen betreffende de inwerkingstelling van de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten.
Art. 1
HOOFDSTUK I. - De overdracht van de personeelsleden van het Instituut voor Veterinaire Keuring naar de voorlopige cel van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen.
Art. 2
HOOFDSTUK II. - De wijziging van het artikel 2 van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 houdende diverse bepalingen betreffende de inwerkingstelling van de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten.
Art. 3-5
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit, dient te worden verstaan onder :
1° De Minister : de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid en de Veiligheid van de Voedselketen behoort;
2° Instituut : het Instituut voor Veterinaire Keuring;
3° personeelsleden : de ambtenaren van het Instituut, de vastbenoemden en stagiairs, en de bij arbeidsovereenkomst in dienst genomen personeelsleden en de contractuele personeelsleden in dienst genomen in toepassing van artikel 32 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van de werkgelegenheid;
4° Agentschap : het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;
5° De Federale Overheidsdienst : de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu.
HOOFDSTUK I. - De overdracht van de personeelsleden van het Instituut voor Veterinaire Keuring naar de voorlopige cel van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen.
Art.2. De personeelsleden van het Instituut, met uitzondering van deze die overgedragen worden naar de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid Voedselketen en Leefmilieu, overeenkomstig artikel 2, tweede lid, van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 houdende diverse bepalingen betreffende de inwerkingstelling van de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten, worden op de door de Minister bepaalde datum, ambtshalve overgedragen naar de voorlopige cel van het Agentschap.
HOOFDSTUK II. - De wijziging van het artikel 2 van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 houdende diverse bepalingen betreffende de inwerkingstelling van de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten.
Art.3. Het artikel 2, tweede lid, van het koninklijk besluit van 19 juli 2001 houdende diverse bepalingen betreffende de inwerkingstelling van de federale overheidsdiensten en de programmatorische federale overheidsdiensten wordt vervangen als volgt :
" In afwijking van het eerste lid worden de personeelsleden van de diensten die niet in hun geheel overgedragen worden naar één voorlopige cel, op hun verzoek overgedragen. De voorzitter van het Directiecomité zal hiertoe, een oproep tot de kandidaten richten rekening houdende met het respectieve belang van de samen te stellen cellen. Overeenkomstig artikel 15, § 3, van het koninklijk besluit van 18 oktober 2001 betreffende de mobiliteit van het personeel van sommige overheidsdiensten wordt de voorkeur verleend aan het meest geschikte personeelslid voor de bedoelde uit te oefenen taak of functie. Indien na de selectie het vooropgestelde aantal personeelsleden niet behaald wordt, wordt de ambtshalve overdracht van de resterende personeelsleden beslist door de voorzitter(s) van het directiecomité of de voorzitter van het directiecomité en het hoofd van de instelling van openbaar nut of het agentschap met toepassing van de regels bepaald in artikel 15, § 2, van bovenvermeld koninklijk besluit van 18 oktober 2001. "
Art.4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 oktober 2002.
Art. 5. Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu en Onze Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 5 november 2002.
ALBERT
Van Koningswege :
De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu,
J. TAVERNIER
De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen,
L. VAN DEN BOSSCHE.