Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

23 FEBRUARI 1999. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 3 mei 1995 tot regeling van de vrijstelling inzake successierechten verbonden aan de maatschappelijke rechten in vennootschappen opgericht in het kader van de realisatie en/of financiering van investeringsprogramma's van serviceflats.



Inhoudstafel:


Art. 1-4



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1995036250 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. In artikel 2, van het besluit van de Vlaamse regering van 3 mei 1995 tot regeling van de vrijstelling inzake successierechten verbonden aan de maatschappelijke rechten in vennootschappen opgericht in het kader van de realisatie en/of financiering van investeringsprogramma's van serviceflats gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 1995 wordt 4° vervangen door wat volgt : "ze moet de ingezamelde gelden besteden aan projecten welke zoveel mogelijk verspreid zijn over het volledige grondgebied van het Vlaamse Gewest;".

Art.2. In artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 3 december 1996, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° de woorden ", gedurende een periode van maximaal 4 jaar," worden in § 2, tweede lid, geschrapt;
  2° § 3 wordt vervangen door wat volgt : "§ 3. Er wordt bij de oprichting of bij de eerste vraag tot erkenning geacht voldaan te zijn aan de onder artikel 2, 4° gestelde voorwaarde wanneer uit het voorgelegde projectenplan blijkt dat het totale investeringsbedrag van de projecten voor het oprichten van serviceflatgebouwen zoveel mogelijk gelijk verdeeld is over de vijf provincies voor zover er voldoende aanvragen zijn, en zo mogelijk rekening houdend met volgende gegevens :
  - de bevolkingsdichtheid per administratief arrondissement;
  - de demografische samenstelling en de relatieve vertegenwoordiging daarin van personen ouder dan 60 jaar;
  - het aantal reeds bestaande serviceflats.
  Een afwijking op de verhoudingen inzake spreiding kan slechts toegestaan worden gedurende de realisatieperiode van het goedgekeurd projectenplan.".

Art.3. Dit besluit treedt in werking op 1 maart 1999.

Art. 4. De Vlaamse minister, bevoegd voor de Financiën en de Begroting, en de Vlaamse minister bevoegd voor de Bijstand aan Personen zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Brussel, 23 februari 1999.
  De minister-president van de Vlaamse regering,
  L. VAN DEN BRANDE
  De Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid,
  Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER
  De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn,
  L. MARTENS