Details

Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf
Overzicht pdf

Titel:

4 MAART 1999. - Besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie betreffende de loopbaan van de ambtenaren en het personeelsreglement van de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie. (Vertaling) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 27-03-1999 en tekstbijwerking tot 19-09-2024)

Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Art. 1-3
HOOFDSTUK II. - Algemene regels inzake bevordering.
Afdeling 1. - Algemene bepalingen.
Art. 4-8
Afdeling 2. - Bevordering volgens de regels van de vlakke loopbaan.
Art. 9-10, 10/1
Afdeling 3. - Bevordering door verhoging in graad en benoeming door verandering van graad.
Art. 11
Onderafdeling 1. - Bevordering in niveau 1.
Art. 12-13
Onderafdeling 2.
Art. 14-16
Onderafdeling 3. - Benoeming door verandering van graad.
Art. 17-19
Afdeling 4. - Bevordering door overgang naar het hogere niveau.
Art. 20
HOOFDSTUK III. - Algemene regels inzake de loopbaan.
Afdeling 1. - Organiek stelsel.
Onderafdeling 1. - Loopbanen in niveau 3.
Art. 21-23
Onderafdeling. - Loopbanen in niveau 2.
Art. 24-27
Onderafdeling 3. - Loopbanen in niveau 2+.
Art. 28-29, 29/1
Onderafdeling 4. - Loopbanen in niveau 1.
Art. 30-31, 31/1, 32-34, 34/1, 34/2, 34/3, 34/4, 34/5, 34/6, 34/7, 34/8, 34/9, 34/10, 34/11, 35, 35/1
Afdeling 2.
Onderafdeling 1.
Art. 36-44
Onderafdeling 2.
Art. 45-55
Onderafdeling 3.
Art. 56-59
Onderafdeling 4.
Art. 60-65, 65/1, 66-67
Bijlagen.
Art. N1-N3

Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1995031316 1995031318

Uitvoeringsbesluit(en):

1999031089 2003031127 2003031128 2004031100 2012031032 2012031226 2014031223 2017013663 2019030498 2019040432 2023041268 2023047956 2024002956

Artikels:

HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen.
Artikel 1. Dit besluit regelt een aangelegenheid bedoeld in artikelen 127 en 128 van de Grondwet krachtens artikel 138 van de Grondwet.

Art.2.Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder :
 1° " diensten van het College ", de diensten bedoeld in artikel 3 van het besluit van 13 april 1995 van het College van de Franse Gemeenschapscommissie houdende het statuut van de ambtenaren van de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie;
 2° [2 [3 ...]3]2
 3° [2 "het besluit van het College betreffende de hiërarchische rangschikking", het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 1 juli 2010 betreffende de hiërarchische rangschikking van de graden die bekleed mogen worden door de ambtenaren van de diensten van de Franse Gemeenschapscommissie.]2
 ----------
 (1)<BESL 2010-07-01/17, art. 2, 004; Inwerkingtreding : 22-06-2009>
 (2)<BESL 2017-09-21/12, art. 7, 009; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
 (3)<BESL 2019-05-02/31, art. 7, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>

Art.3. Onverminderd de bepalingen van artikel 4, worden de ambtenaren die opgenomen zijn in de tabel vermeld in bijlage I van dit besluit aangesteld als hiërarchische meerderen die in tuchtrechtelijke aangelegenheden bevoegd zijn de blaam te geven en een voorlopig voorstel voor de andere sancties te doen.

HOOFDSTUK II. - Algemene regels inzake bevordering.
Afdeling 1. - Algemene bepalingen.
Art.4.§ 1. De loopbaan van de ambtenaren van de diensten verloopt in hiërarchische graden, niveaus en rangen.
 § 2. De niveaus van de graden die de ambtenaren kunnen bekleden zijn genummerd volgens hun hiërarchisch belang, waarbij het hoogste cijfer toegekend wordt aan de hoogste rang.
 § 3. Iedere rang wordt aangeduid met een getal van twee cijfers waarbij het cijfer links het niveau aanduidt en het cijfer rechts de rang binnen het niveau.
 [2 Het niveau 1 bevat 6 rangen, genummerd als volgt: 10, 11, 12, 13, 15 en 16]2 ;
 [1 het niveau 2+ bevat 4 rangen, genummerd als volgt: 26, 27, 28 en 29]1
 het niveau 2 omvat 3 rangen, genummerd als volgt : 20, 22, 24 en 25;
 het niveau 4 omvat 4 rangen, genummerd als volgt : 30, 32, 34 en 35.
 ----------
 (1)<BESL 2017-09-21/12, art. 8, 009; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
 (2)<BESL 2024-07-04/24, art. 5, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.5. De bevorderingen worden toegekend volgens de regels van de vlakke loopbaan, verhoging in graad of door overgang naar het hogere niveau.
 Er kan worden voorzien in bepaalde betrekkingen bij wege van benoeming door verandering van graad.

Art.6.Behalve de betrekkingen die in de vlakke loopbaan zijn voorzien, verklaart het College elke open betrekking vacant alvorens zij kan worden begeven bij wege van bevordering of bij benoeming door verandering van graad.
 [2 ...]2
 Wanneer de Directieraad specifieke behoeften vaststelt, kan het College, [2 bij gebrek aan een kandidaat die voldoet aan de voorwaarden van de functiebeschrijving]2, beslissen om een of meerdere betrekkingen [3 van rang 12 en 13]3 13 open te stellen voor de ambtenaren van de Franse taalrol van de Federale Staat, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie alsook van de instellingen van openbaar nut die ervan afhangen en van de instellingen van openbaar nut die afhangen van de Franse Gemeenschapscommissie, mits de voorwaarden vermeld in bijlage II van dit besluit worden nageleefd.
 ----------
 (1)<BESL 2012-03-01/20, art. 10, 006; Inwerkingtreding : 24-05-2012>
 (2)<BESL 2023-03-02/19, art. 10, 012; Inwerkingtreding : 24-04-2023>
 (3)<BESL 2024-07-04/24, art. 6, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.7.§ 1. De vacature van de betrekkingen die bij wege van bevordering worden begeven, wordt [1 via een elektronische aangetekende brief verstuurd]1 aan alle ambtenaren die voldoen aan de statutaire bevorderingsvoorwaarden.
 [1 Die brief]1 geeft een nauwkeurige omschrijving van de betrekking alsook de algemene en bijzondere voorwaarden die gelden voor de bevordering tot de bedoelde betrekking.
 [1 ...]1
 § 2. Enkel de kandidaturen van de ambtenaren die bij een ter post aangetekende brief [1 of per elektronische post]1 aan de leidend ambtenaar zijn verstuurd binnen een termijn van 15 werkdagen worden in aanmerking genomen. Deze termijn loopt vanaf [1 de eerste werkdag na de dag waarop de elektronische aangetekende brief werd ontvangen.]1 Er wordt melding gemaakt van de ontvangst van de kandidaturen.
 Elke kandidaatstelling voor een betrekking van niveau 1 omvat een uiteenzetting van de diploma's en verdiensten die de kandidaat nuttig acht.
 § 3. [1 De voorstellen tot bevordering worden per elektronische aangetekende brief verstuurd naar de ambtenaren die zich overeenkomstig de vormvereisten en binnen de opgelegde termijnen kandidaat hebben gesteld.]1
 § 4. De kennisgevingen van vacatures en voorstellen tot bevordering worden aangekondigd op verschillende zichtbare plaatsen op de werkplaatsen van de personeelsleden van de diensten van het College.
 § 5. De ambtenaren mogen zich op voorhand kandidaat stellen voor elke betrekking die gedurende hun afwezigheid vacant kan worden verklaard. De geldigheid van een dergelijke kandidatuur is beperkt tot twee maanden. Ze moet bij een ter post aangetekende brief [1 of per elektronische post]1 worden verstuurd aan de leidend ambtenaar.
 ----------
 (1)<BESL 2023-03-02/19, art. 11, 012; Inwerkingtreding : 24-04-2023>

Art.8. De bevorderingen volgens de regels van de vlakke loopbaan, door verhoging in graad, overgang naar het hogere niveau en de benoemingen bij verandering van graad worden begeven :
 1° door het College voor de graden van niveau 1;
 2° door het Lid van het College belast met Openbaar Ambt voor de graden van niveau 2+, 2 en 3.

Afdeling 2. - Bevordering volgens de regels van de vlakke loopbaan.
Art.9.[1 Om bevorderd te worden tot de graad die hij kan bekomen volgens de regels van de vlakke loopbaan, dient de ambtenaar de "positieve" of "gemiddelde" globale evaluatievermelding te hebben verkregen.
 Wanneer de ambtenaar een " negatieve " of een globale evaluatievermelding " met voorbehoud " heeft gekregen, wordt het recht op bevordering in een vlakke loopbaan opgeschort tot hij een " positieve " of " gemiddelde " evaluatievermelding heeft gekregen.]1
 ----------
 (1)<BESL 2019-05-02/31, art. 8, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>

Art.10.[1 § 1. De graden van rang 11 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 10 met 4 jaar graadanciënniteit.
 De graden van rang 29 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 28 met 3 jaar graadanciënniteit die voldoen aan de opleidingsvoorwaarde bedoeld in artikel 10/1.
 De graden van rang 28 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 27 met 8 jaar graadanciënniteit.
 De graden van rang 27 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 26 met 4 jaar graadanciënniteit.
 De graden van rang 25 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 24 met 3 jaar graadanciënniteit die voldoen aan de opleidingsvoorwaarde bedoeld in artikel 10/1.
 De graden van rang 24 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 22 met 8 jaar graadanciënniteit.
 De graden van rang 22 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 20 met 4 jaar graadanciënniteit.
 De graden van rang 35 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 34 met 3 jaar graadanciënniteit die voldoen aan de opleidingsvoorwaarde bedoeld in artikel 10/1.
 De graden van rang 34 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 32 met 8 jaar graadanciënniteit.
 De graden van rang 32 worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; ze zijn voorbehouden voor de ambtenaren van rang 30 met 4 jaar graadanciënniteit.]1
 ----------
 (1)<BESL 2019-05-02/31, art. 8, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>

Art.10/1. [1 § 1. Wordt bevorderd tot een graad van rang 29, de ambtenaar van rang 28 die met succes een opleiding heeft gevolgd die aangegeven staat in het tweejaarlijkse opleidingsplan als verlenende toegang tot de bevordering tot rang 29. Deze opleiding moet gevolgd zijn binnen de twee jaar die de bevordering tot rang 29 voorafgaat.
 Wordt bevorderd tot een graad van rang 25, de ambtenaar van rang 24 die met succes een opleiding heeft gevolgd die aangegeven staat in het tweejaarlijkse opleidingsplan als verlenende toegang tot de bevordering tot rang 25. Deze opleiding moet gevolgd zijn binnen de twee jaar die de bevordering tot rang 25 voorafgaat.
 Wordt bevorderd tot een graad van rang 35, de ambtenaar van rang 34 die met succes een opleiding heeft gevolgd die aangegeven staat in het tweejaarlijkse opleidingsplan als verlenende toegang tot de bevordering tot rang 35. Deze opleiding moet gevolgd zijn binnen de twee jaar die de bevordering tot rang 35 voorafgaat.
 § 2. De ambtenaar moet een effectieve aanwezigheid waarborgen gedurende het volledige verloop van de opleiding.]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2019-05-02/31, art. 8, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>

Afdeling 3. - Bevordering door verhoging in graad en benoeming door verandering van graad.
Art.11. Indien er niet minstens één kandidaat is die voldoet aan de vereiste anciënniteitsvoorwaarden om te worden bevorderd door verhoging in graad, is het College gemachtigd af te wijken van de voorwaarden door eerst de anciënniteit met één derde te verminderen en vervolgens met twee derden indien er nog altijd geen kandidaat aan de voorwaarden voldoet.
 De beslissing van het College wordt vermeld in het bericht over de vacante betrekking en in de inleiding van het besluit tot bevordering.

Onderafdeling 1. - Bevordering in niveau 1.
Art.12.[1 . Onder voorbehoud van de toepassing van artikel 6, derde lid, worden de graden van adviseur (rang 12) en adviseur-hoofd van dienst (rang 13) begeven volgens de regels van de bevordering door verhoging in graad. ]1
 ----------
 (1)<BESL 2024-07-04/24, art. 7, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.13.§ 1. Voor elke bevordering door verhoging in graad in niveau 1 geeft de Directieraad een met redenen omkleed advies.
 § 2. Diegenen die zich kandidaat stellen via interne weg kunnen vragen om te worden gehoord door de Directieraad.
 De kandidaten afkomstig uit de besturen bedoeld in artikel 6, derde lid, worden door de Directieraad gehoord.
 Na de kandidaten desgevallend te hebben gehoord en hun dossier te hebben onderzocht, geeft de Directieraad voor elk van hen een advies dat rekening houdt met :
 1° de omschrijving van de functie, de algemene en bijzondere voorwaarden;
 2° de diploma's en ervaring die de kandidaat nuttig acht om een benoeming of een bevordering in de vacante betrekking te bekomen;
 3° het evaluatiedossier van de kandidaat.
 [14° de becijferde evaluatie van de generieke vaardigheden die nodig zijn voor de uitoefening van de functie in kwestie. Deze evaluatie is twee jaar geldig vanaf de datum van afsluiting van het proces-verbaal van het gesprek. ]1
 De Directieraad stelt een gemotiveerde voorlopige rangschikking van de kandidaten op.
 De voorkeur wordt gegeven aan de ambtenaren met de meest positieve evaluatie.
 Wanneer de kandidaten geen ambtenaar zijn van de diensten van het College waar de betrekking te begeven is, houdt de Directieraad rekening met de evaluatie die de kandidaat in zijn oorspronkelijk bestuur heeft gekregen.
 De voorlopige rangschikking wordt ter kennis gebracht van de ambtenaren die zich kandidaat hebben gesteld voor de te begeven betrekking.
 § 3. De ambtenaar die zich benadeeld acht kan binnen de 15 werkdagen na de kennisgeving bezwaar indienen bij de Directieraad.
 Deze termijn neemt een aanvang bij de eerste werkdag die volgt op de dag van de overhandiging van de kennisgeving aan de desbetreffende ambtenaar of de dag waarop de kennisgeving via de post is verzonden.
 Op zijn verzoek kan de ambtenaar worden gehoord door de Directieraad. Hij kan zich laten bijstaan door een persoon naar keuze.
 § 4. De Directieraad stelt de definitieve rangschikking op en motiveert deze.
 § 5. Behoudens de speciale motivering van de keuze voor een andere kandidaat onder de eerste zes kandidaten, benoemt het College unaniem bij prioriteit de kandidaat die als eerste is gerangschikt.
 ----------
 (1)<BESL 2024-07-04/24, art. 8, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Onderafdeling 2.
Art.14.
 <Opgeheven bij BESL 2019-05-02/31, art. 9, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>

Art.15.
 <Opgeheven bij BESL 2019-05-02/31, art. 9, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>

Art.16.
 <Opgeheven bij BESL 2019-05-02/31, art. 9, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>

Onderafdeling 3. - Benoeming door verandering van graad.
Art.17. Voor elke benoeming door verandering van graad in niveau 1 geeft de Directieraad een met redenen omkleed advies overeenkomstig de procedure, beschreven in artikel 13, § 2.

Art.18. Enkel de ambtenaren met minstens een " gemiddelde " evaluatievermelding en die minstens 6 maand graadanciënniteit tellen, kunnen aanspraak maken op een verandering van graad.

Art.19. De tabel in bijlage II van dit besluit geeft de graden die kunnen worden begeven bij wege van benoeming door verandering van graad alsook de graden die er toegang tot geven.
 De tabel kan eveneens een grotere graadanciënniteit voorschrijven dan die welke is vastgesteld in artikel 18 alsook bijkomende voorwaarden opleggen voor de beroepskwalificatie die vereist voor de uitoefening van de betrekking en voorzien in een controle van de beroepsgeschiktheid en de regels ervan vastleggen.
 Een commissie, belast met deze controle, wordt opgericht.
 De commissie is samengesteld uit :
 1° een voorzitter, hier de leidend ambtenaar of de ambtenaar die door hem gemachtigd is;
 2° twee leden, ambtenaren van de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie, gekozen in functie van de discipline van de te begeven betrekking;
 3° een vertegenwoordiger van elk van de representatieve syndicale organisaties;
 4° een vertegenwoordiger van de Vaste Wervingssecretaris.

Afdeling 4. - Bevordering door overgang naar het hogere niveau.
Art.20.De overgangsexamens voor het hogere niveau worden georganiseerd voor de bevordering tot bepaalde graden van rangen 10, 26 en 20.
 Het overgangsexamen voor het hogere niveau is toegankelijk voor :
 1° de bevordering tot een graad van rang 10 voor de ambtenaren van niveau 2+ en 2 die 4 jaar anciënniteit tellen in niveau 2+ of 2 of in beide;
 2° de bevordering tot een graad van de rangen 26 en 20 voor de ambtenaren die een anciënniteit van 2 jaar tellen in het niveau dat onmiddellijk onder het niveau van de te begeven graad staat.
 De deelnemingsvoorwaarden die zijn vastgesteld krachtens het tweede lid dienen te worden vervuld op de datum die door de [1 leidend ambtenaar]1 is bepaald. De ambtenaar die niet langer voldoet aan een van de voorwaarden gedurende eender welke proef van het examen kan niet meer slagen.
 ----------
 (1)<BESL 2024-07-04/24, art. 9, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

HOOFDSTUK III. - Algemene regels inzake de loopbaan.
Afdeling 1. - Organiek stelsel.
Onderafdeling 1. - Loopbanen in niveau 3.
Art.21. De graden van administratief adjunct en adjunct-vakman (rang 30) worden begeven aan de laureaten van een aanwervingsexamen.

Art.22. Enkel de ambtenaren die houder zijn van een van de hiernavolgende graden uit de linkerkolom en met rang 30, kunnen worden bevorderd tot de graad ertegenover van rang 32 :

administratief adjunct	administratief adjunct 1ste klasse
adjunct-vakman	adjunct-vakman 1ste klasse

Enkel de ambtenaren die houder zijn van een van de hiernavolgende graden uit de linkerkolom en met rang 32, kunnen worden bevorderd tot de graad er tegenover van rang 34 :

administratief adjunct 1ste klasse	eerstaanwezend administratief adjunct
adjunct-vakman 1ste klasse	eerstaanwezend adjunct-vakman

De bevorderingen bedoeld in dit artikel worden begeven volgens de regels van de bevordering in de vlakke loopbaan.

Art.23.[1 Enkel de ambtenaren die houder zijn van een van de hiernavolgende graden uit de linkerkolom en met rang 34, kunnen worden bevorderd tot de graad ertegenover van rang 35

Eerstaanwezend bestuursadjunct	Hoofd bestuursadjunct
Eerstaanwezend adjunct-vakman	Hoofd adjunct-vakman

bestuurssassistent	bestuursassistent 1ste klasse
technisch assistent	technisch assistent 1ste klasse
[^{<font color="red">1</font>} ...]^{<font color="red">1</font>}	[^{<font color="red">1</font>} ...]^{<font color="red">1</font>}
(<font color="red">1</font>)<BESL <a href="/cgi_loi/article.pl?language=nl&lg_txt=n&cn_search=2010070117" target="_blank">2010-07-01/17</a>, art. 4, 004; Inwerkingtreding : 22-06-2009>

De bevorderingen bedoeld in dit artikel worden begeven volgens de regels van de bevordering in de vlakke loopbaan, (...). <BESL 2003-02-06/53, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 19-04-2003>
(...) <BESL 2003-02-06/53, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 19-04-2003>

Art.26. Enkel de ambtenaren die houder zijn van een van de hiernavolgende graden uit de linkerkolom en met rang 22, kunnen worden bevorderd tot de graad er tegenover van rang 24 :

<td colspan="3" valign="top">(1)<BESL <a href="/cgi_loi/article.pl?language=nl&lg_txt=n&cn_search=2010070117" target="_blank">2010-07-01/17</a>, art. 5, 004; Inwerkingtreding : 22-06-2009>

bestuursassistent 1ste klasse	eerstaanwezend bestuursassistent
technisch assistent 1ste klasse	eerstaanwezend technisch assistent
[^{<font color="red">1</font>} ...]^{<font color="red">1</font>}	[^{<font color="red">1</font>} ...]^{<font color="red">1</font>}

De bevorderingen bedoeld in dit artikel worden begeven volgens de regels van de bevordering in de vlakke loopbaan.

Art.27.[1 Enkel de ambtenaren die houder zijn van een van de hiernavolgende graden uit de linkerkolom en met rang 24, kunnen worden bevorderd tot de graad ertegenover van rang 25

Eerstaanwezend bestuursassistent	Hoofdbestuurassistent
Eerstaanwezend technisch assistent	Hoofd technisch assistent

De in dit artikel bedoelde bevorderingen worden begeven volgens de regels van de vlakke loopbaan; onder voorbehoud dat met succes de in artikel 10/1 bedoelde opleiding werd gevolgd. ]1
 ----------
 (1)<BESL 2019-05-02/31, art. 11, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>

Onderafdeling 3. - Loopbanen in niveau 2+.
Art.28.§ 1. De graden van maatschappelijk assistent en gegradueerd verpleger (rang 26) kunnen alleen worden begeven aan de laureaten van een aanwervingsexamen.
 § 2. De graad van paramedisch gegradueerd (rang 26) kan alleen worden begeven aan de laureaten van een aanwervingsexamen.
 Onverminderd de andere vereiste wettelijke voorwaarden kunnen enkel de houders van een diploma van hoger paramedisch onderwijs van het korte type deelnemen aan dit examen in functie van de kwalificatie die vereist is op het tijdstip van de vraag om de aanwerving.
 § 3. De graden van administratief gegradueerde en technisch gegradueerde (rang 26) kunnen worden begeven aan de laureaten van een aanwervingsexamen of van een overgangsexamen voor het hogere niveau.
 Onverminderd de andere vereiste wettelijke voorwaarden kunnen enkel de houders van een diploma van hoger onderwijs van het korte type deelnemen aan dit examen in functie van de kwalificatie die vereist is op het tijdstip van de vraag om de aanwerving [1 of de houders van een professionele certificering]1.
 ----------
 (1)<BESL 2019-01-17/28, art. 7, 010; Inwerkingtreding : 07-03-2019>

Art.29. Enkel de ambtenaren die houder zijn van een van de hiernavolgende graden uit de linkerkolom en met rang 26, kunnen worden bevorderd tot de graad ertegenover van rang 27 :

paramedisch gegradueerde	eerstaanwezend paramedisch gegradueerde
maatschappelijk assistent	eerstaanwezend maatschappelijk assistent
gegradueerd verpleger	eerstaanwezend gegradueerd verpleger
administratief gegradueerde	eerstaanwezend administratief
	gegradueerde
technisch gegradueerde	eerstaanwezend technisch gegradueerde

Enkel de ambtenaren die houder zijn van een van de hiernavolgende graden uit de linkerkolom en met rang 27, kunnen worden bevorderd tot de graad ertegenover van rang 28 :

eerstaanwezend paramedisch	hoofd-paramedisch gegradueerde
gegradueerde
eerstaanwezend maatschappelijk	hoofd-maatschappelijk assistent
assistent
eerstaanwezend gegradueerd	hoofd-gegradueerd verpleger
verpleger
eerstaanwezend administratief	hoofd-administratief gegradueerde
gegradueerde
eerstaanwezend technisch	hoofd-technisch gegradueerde
gegradueerde

De bevorderingen bedoeld in dit artikel worden begeven volgens de regels van de bevordering in de vlakke loopbaan.

Art.29/1.[1 De ambtenaren die houder zijn van één van de graden die hierna in de linkerkolom staan en in rang 28 geklasseerd zijn, kunnen enkel bevorderd worden in de graad die er tegenover geplaatst is en die geklasseerd is in rang 29:

Hoofd paramedisch gegradueerde	Eerste paramedisch gegradueerde
Maatschappelijk hoofdassistent	Eerste maatschappelijk assistent
Gegradueerd hoofdverpleger	Eerste gegradueerd verpleger
Hoofd administratief gegradueerde	Eerste administratief gegradueerde
Hoofd technisch gegradueerde	Eerste technisch gegradueerde

De bevorderingen bedoeld in dit artikel worden toegekend volgens de bevorderingsregels van de vlakke loopbaan, op voorwaarde dat de opleiding bedoeld [2 in artikel 10/1]2 met goed gevolg werd gevolgd.]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2017-09-21/12, art. 11, 009; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
 (2)<BESL 2019-05-02/31, art. 12, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>

Onderafdeling 4. - Loopbanen in niveau 1.
Art.30. De graden van psycholoog, architect, industrieel ingenieur, ingenieur, geneesheer, geneesheer-specialist en vorser (rang 10) kunnen worden begeven aan de laureaten van een aanwervingsexamen.
 De graad van attaché (rang 10) kan worden begeven aan de laureaten van een aanwervingsexamen of van een overgangsexamen voor het hogere niveau.

Art.31. De ambtenaren die houder zijn van een van de hiernavolgende graden uit de linkerkolom en met rang 10, kunnen enkel worden bevorderd tot de graad ertegenover van rang 11 :

attache	eerstaanwezend attache
architect	eerstaanwezend architect
psycholoog	eerstaanwezend psycholoog
industrieel ingenieur	eerstaanwezend industrieel ingenieur
ingenieur	eerstaanwezend ingenieur
geneesheer	eerstaanwezend geneesheer
geneesheer-specialist	eerstaanwezend geneesheer-specialist
vorser	eerstaanwezend vorser

De bevorderingen bedoeld in dit artikel worden begeven volgens de regels van de bevordering in de vlakke loopbaan.

Art.31/1. [1 De ambtenaren met een graad van rang 11 kunnen worden bevorderd door verhoging in graad tot de graad van adviseur (rang 12). ]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2024-07-04/24, art. 10, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.32.[1 § 1. De ambtenaren met een graad van rang 11 die minstens één jaar graadanciënniteit en minstens 6 jaar niveau-anciënniteit tellen, kunnen worden bevorderd door verhoging in graad tot de graad van adviseur-hoofd van dienst (rang 13).
 § 2. De ambtenaren met een graad van rang 12 die minstens 6 jaar niveau-anciënniteit tellen, kunnen eveneens worden bevorderd door verhoging in graad tot de graad van adviseur-hoofd van dienst (rang 13).
 § 3. De ambtenaren van de Franse taalrol van de Federale Staat, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie alsook van de instellingen van openbaar nut die ervan afhangen en die van de instellingen van openbaar nut die afhangen van de Franse Gemeenschapscommissie, die volgens de bepalingen van het statuut waaronder ze vallen al minstens één jaar een graad hebben die toegang verleent tot de equivalente graad van adviseur-hoofd van dienst in de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie en die minstens 6 jaar niveau-anciënniteit tellen, kunnen eveneens worden bevorderd door verhoging in graad tot de graad van adviseur-hoofd van dienst (rang 13).
 Het College bepaalt de equivalentie van de graden zoals bedoeld in het vorige lid.
 § 4. De ambtenaren van de Franse taalrol van de Federale Staat, het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie alsook van de instellingen van openbaar nut die ervan afhangen en die van de instellingen van openbaar nut die afhangen van de Franse Gemeenschapscommissie, die volgens de bepalingen van het statuut waaronder ze vallen een graad hebben die toegang verleent tot de equivalente graad van adviseur-hoofd van dienst in de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie en die minstens 6 jaar niveau-anciënniteit tellen, kunnen eveneens worden benoemd tot de graad van adviseur-hoofd van dienst (rang 13)1.
 Het College bepaalt de equivalentie van de graden zoals bedoeld in het vorige lid.
 § 5. De ambtenaren die krachtens §§ 3 of 4 zijn bevorderd of benoemd behouden de niveau- en dienstanciënniteit die ze hebben verworven in hun oorspronkelijk bestuur ]1.
 ----------
 (1)<BESL 2024-07-04/24, art. 11, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.33.
 <Opgeheven bij BESL 2012-03-01/20, art. 12, 006; Inwerkingtreding : 24-05-2012>

Art.34.[1 Het College verleent per mandaat de betrekkingen die met de graden 15 en 16 overeenkomen. Elke betrekking wordt door het College vacant verklaard alvorens ze per mandaat toegewezen kan worden.]1
 ----------
 (1)<BESL 2012-03-01/20, art. 13, 006; Inwerkingtreding : 24-05-2012>

Art. 34/1.[1 § 1. Het College stelt de functiebeschrijving van de in te vullen mandaatbetrekking op en voegt er de doelstellingen bedoeld in § 2 aan toe.
 § 2. Voor de duur van het mandaat worden doelstellingen bepaald. Die bestaan uit strategische doelstellingen en transversale doelstellingen.
 De strategische doelstellingen die worden toegewezen aan elke mandaathouder worden bepaald:
 1° voor een mandaat van rang 16: door het College, op voordracht van het collegelid belast met Openbaar Ambt;
 2° voor een mandaat van rang 15: door het College, op voordracht van het (de) functioneel bevoegde lid (leden).
 Het College bepaalt de transversale doelstellingen die gemeenschappelijk zijn voor alle mandaathouders.
 § 3. De overheid bedoeld in § 2 kan gedurende de uitoefening van het mandaat de doelstellingen die ze vóór de toewijzing van het mandaat heeft vastgelegd, wijzigen om er de elementen uit de algemene beleidsverklaring en de grote richtlijnen bepaald door de functioneel bevoegde collegeleden in op te nemen.
 § 4. De mandaathouder van rang 15 stelt binnen zes maanden na het opnemen van zijn functie een beheerplan op waarin rekening wordt gehouden met de te bereiken doelstellingen die door het College zijn vastgelegd en waarin de mandaathouder de indicatoren vaststelt die nodig zijn om de doelstellingen te evalueren. De mandaathouder legt het beheerplan ter goedkeuring voor aan de functioneel bevoegde collegeleden. Die leggen het vervolgens ter goedkeuring voor aan het College.
 § 5. De mandaathouder van rang 16 stelt binnen zes maanden na het opnemen van zijn functie een strategisch plan op waarin rekening wordt gehouden met de te bereiken doelstellingen die door het College zijn vastgelegd (in het bijzonder uiteengezet in de beheerplannen bedoeld in § 4), waarin de mandaathouder de indicatoren vaststelt die nodig zijn om de doelstellingen te evalueren en na overleg met de diensten van het bestuur. De mandaathouder legt het strategisch plan ter goedkeuring voor aan de functioneel bevoegde collegeleden. Die leggen het vervolgens ter goedkeuring voor aan het College.
 Onder strategisch plan wordt verstaan: het document dat het mogelijk maakt om enerzijds de acties die voortvloeien uit de verschillende door het College vastgelegde doelstellingen te prioriteren op basis van de beschikbare middelen en anderzijds een transversaal beeld te hebben van de projecten en de uitvoering ervan, waarbij alle personeelsleden worden betrokken bij de uitvoering van een verenigend project.
 § 6. De mandaathouder kan ook wijzigingen aan de doelstellingen bedoeld in § 2 voorstellen. Voorafgaand aan elke wijziging vindt overleg plaats tussen de mandaathouder en de betrokken autoriteiten ]1.
 ----------
 (1)<BESL 2023-09-07/22, art. 6, 013; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art. 34/2.[1 § 1. De mandaathouder oefent het mandaat daadwerkelijk uit.
 In het geval dat hij het mandaat niet kan uitoefenen wegens overlijden, langdurige ziekte, zwangerschapsverlof, schorsing in het belang van de dienst, ontslag of enige andere reden die hem verhindert zijn mandaat uit te oefenen, kan het College het mandaat tijdelijk aan een ander personeelslid toevertrouwen voor een periode van maximaal zes maanden, die kan worden hernieuwd.
 In dat geval is het College niet gebonden door de bepalingen van de artikelen 34 tot en met 34/10. Het College neemt een met redenen omklede beslissing op basis van de kwalificaties en verdiensten van de kandidaten.
 § 2. De mandaathouder oefent zijn taak voltijds uit.
 Tijdens zijn mandaat kan hij:
 1° geen verlof voor loopbaanonderbreking krijgen, uitgezonderd als dat het ouderschapsverlof, het palliatief verlof of het zorgverlof in geval van ernstige ziekte betreft;
 2° geen verlof krijgen om zich kandidaat te stellen voor verkiezingen, om gedetacheerd te worden in het kabinet van een minister of om een functie uit te oefenen bij een erkende politieke fractie;
 3° geen verlof krijgen om een politiek mandaat uit te oefenen;
 4° geen verlof krijgen voor een stage of een proefperiode in een andere betrekking van een overheidsdienst;
 5° geen opleidingsverlof krijgen;
 6° geen verlof krijgen om in vredestijd militaire prestaties te verrichten of diensten te volbrengen ter uitvoering van de wet houdende het statuut van de gewetensbezwaarden;
 7° geen verlof voor opdracht van algemeen belang krijgen;
 8° geen toelating verkrijgen om zijn functies uit te oefenen met verminderde prestaties wegens persoonlijke aangelegenheden, in het kader van de vierdagenweek of in het kader van halftijds werk vanaf 50 of 55 jaar;
 9° geen verlof voor persoonlijke aangelegenheden krijgen;
 10° geen verlof krijgen om ter beschikking gesteld te worden van de Koning;
 11° geen ouderschapsverlof krijgen buiten de loopbaanonderbreking;
 12° geen toelating krijgen om een functie van bestuurder uit te oefenen in een beheercomité van een publiek- of privaatrechtelijke vennootschap of van een vereniging zonder winstoogmerk waarvan het maatschappelijk doel binnen het bevoegdheidsdomein van zijn functie valt]1.
 ----------
 (1)<BESL 2023-09-07/22, art. 7, 013; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art. 34/3. [1 De graadanciënniteit van de mandaathouder is gelijk aan zijn anciënniteit in de graad die hij had voor zijn aanstelling in het mandaat. De duur van het mandaat wordt verrekend in zijn anciënniteit voor dienst, graad, niveau en voor de bezoldiging.
 De beambte oefent de voorrechten uit en geniet van het salaris en de geldelijke voordelen die verbonden zijn met de graad waarmee hij middels zijn mandaat mee gelijkgesteld wordt.]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2012-03-01/20, art. 14, 006; Inwerkingtreding : 24-05-2012>

Art. 34/4.[1 De duur van het mandaat is vijf jaar.
 Echter, onverminderd artikel 86/3 van het besluit van het College van de Franse Gemeenschapscommissie van 13 april 1995 houdende het statuut van de ambtenaren van de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie, kan de mandataris waarvan het mandaat een einde neemt, toegelaten worden om de uitoefening van zijn functies voort te zetten tot de indiensttreding van zijn opvolger.
 Het mandaat neemt ofwel een einde bij het verstrijken van de vastgelegde duur, ofwel na een bijkomende "ongunstige" evaluatie als bedoeld in artikel 86/3, § 1 lid 2 van voormeld besluit of in geval van niet-hernieuwing van het mandaat als bedoeld in artikel 86/3, §§ 4 en 5 van het voornoemd besluit, ofwel in geval van opschorting in het belang van de dienst gedurende meer dan zes maanden, ofwel in geval van ononderbroken afwezigheid wegens ziekte van lange duur van meer dan zes maanden, ofwel in geval van terugzetting in rang [3 , in geval van afzetting]3 of ook door vrijwillig ontslag van de mandataris.]1
 [2 Het mandaat neemt ook een einde wanneer de gemachtigde, door zijn eedaflegging, een politiek mandaat aanvaardt dat onverenigbaar is met het mandaat binnen de diensten van het College.]2
 [3 De ambtenaar van wie het mandaat eindigt, aanvaardt een functie binnen de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie, rekening houdend met het feit dat de duur van het mandaat wordt verrekend in zijn dienst-, graad-, niveau- en geldelijke anciënniteit, overeenkomstig artikel 34/3.]3
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2012-03-01/20, art. 14, 006; Inwerkingtreding : 24-05-2012>
 (2)<BESL 2014-01-30/39, art. 3, 008; Inwerkingtreding : 01-04-2014>
 (3)<BESL 2023-09-07/22, art. 8, 013; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art. 34/5.[1 § 1. De mandaten van rang 15 en 16 worden opengesteld voor de beambten van niveau 1 die minstens [2 negen]2 jaar anciënniteit van niveau 1 hebben of die beschikken over een ervaring van minstens zes jaar in een leidinggevende functie.
 Onder ervaring in een leidinggevende functie wordt verstaan de ervaring inzake het beheer in een openbare dienst of in een organisatie van de privé-sector.
 § 2. [2 ...]2.]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2012-03-01/20, art. 14, 006; Inwerkingtreding : 24-05-2012>
 (2)<BESL 2023-09-07/22, art. 9, 013; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art. 34/6.[1 § 1. [2 De vacante betrekkingen worden ter kennis van de ambtenaren gebracht door middel van een kandidatenoproep die wordt gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad, op de website van de Franse Gemeenschapscommissie en in ten minste twee Belgische Franstalige gedrukte of digitale media die gespecialiseerd zijn in personeelsadvertenties]2.
 De kandidatenoproep vermeldt, voor elke betrekking die vacant wordt verklaard :
 1° de termijn zoals bedoeld in paragraaf 2 van dit artikel gedurende dewelke de kandidaatstelling bij [2 het secretariaat van de selectiecommissie]2 moet worden ingediend.
 2° de elementen dat het sollicitatieformulier moet bevatten en die in paragraaf 3 van onderhavig artikel beoogd worden;
 3° [2 de gegevens van de dienst waar de functiebeschrijving van de toe te kennen betrekking, de doelstellingen bedoeld in artikel 34/1 en het gestandaardiseerd cv bedoeld in § 3 kunnen worden verkregen]2.
 § 2. Worden enkel in overweging genomen, de kandidaatstellingen van de beambten die aan [2 het secretariaat van de selectiecommissie]2, binnen een termijn van dertig dagen, middels aangetekende brief werden gericht. Deze termijn begint te lopen op de dag die volgt op de publicatie van de oproep in het Belgisch Staatsblad.
 § 3. [2 Elke kandidatuur bevat een uiteenzetting van de kwalificaties en verdiensten die de kandidaat laat gelden om voor de betrekking te kandideren, gebruikmakend van een gestandaardiseerd cv waarvan het model wordt vastgesteld door het collegelid belast met Openbaar Ambt. Op straffe van onontvankelijkheid dient de kandidaat een kandidatuur in voor elke betrekking waarvoor hij zich kandidaat stelt]2.
 § 4. De beambten krijgen de toestemming om anticiperend voor elke betrekking te solliciteren die tijdens hun afwezigheid vacant zou worden verklaard. De geldigheid van een dergelijke kandidaatstelling wordt tot twee maanden beperkt. Ze moet door middel van aangetekende brief aan de voorzitter van de directieraad gericht, ingediend worden.]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2012-03-01/20, art. 14, 006; Inwerkingtreding : 24-05-2012>
 (2)<BESL 2023-09-07/22, art. 10, 013; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art. 34/7.
 <Opgeheven bij BESL 2023-09-07/22, art. 11, 013; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art. 34/8.[1 § 1. De selectiecommissie kijkt de algemene en bijzondere voorwaarden voor toelaatbaarheid van de kandidaten na.
 De kandidaten die niet aan deze voorwaarden voldoen, worden van de selectie door middel van gemotiveerde beslissing van de commissie uitgesloten. Deze beslissing wordt aan de uitgesloten kandidaten middels aangetekend schrijven via de post meegedeeld.
 Binnen de vijftien dagen die op deze mededeling volgen, kan elke kandidaat door middel van aangetekend schrijven via de post bij de voorzitter van de commissie bezwaar indienen en vragen om gehoord te worden.
 De kandidaat mag zich door een persoon van zijn keuze laten bijstaan.
 Na onderzoek van het bezwaar, spreekt de commissie zich definitief over de toelaatbaarheid uit en deelt ze haar beslissing via aangetekende brief mee.
 Wanneer de commissie een uitspraak doet over de toelaatbaarheidsvoorwaarden van kandidaten, begint de voorziene termijn om haar advies te verlenen, te lopen vanaf de dag dat de commissie zich definitief over de toelaatbaarheidsvoorwaarden uitgesproken heeft.
 [2 De selectiecommissie nodigt de kandidaten van wie de kandidatuur ontvankelijk werd verklaard, uit voor een assessment. Het assessment bestaat uit een geheel van simulatieoefeningen die bedoeld zijn om na te gaan of iemand beschikt over de vereiste vaardigheden en bekwaamheden voor een specifieke functie. Het assessment wordt georganiseerd door een assessmentbureau.]2
 § 2. [2 De selectiecommissie nodigt de kandidaten die zijn geslaagd voor het assessment uit voor een gesprek.
 In het geval van de mandaatbetrekking van rang 16 wint de commissie vóór het gesprek het advies in van het collegelid belast met Openbaar Ambt, om zijn verwachtingen te kennen in het licht van de doelstellingen zoals vastgelegd door het College.
 In het geval van de mandaatbetrekking van rang 15 wint de commissie het advies in van het (de) functioneel bevoegde lid (leden), om zijn (hun) verwachtingen te kennen in het licht van de doelstellingen zoals vastgelegd door het College. De commissie hoort de mandaathouder van rang 16 over de algemene vaardigheden en het functieprofiel van de in te vullen betrekking.
 De selectiecommissie geeft een met redenen omkleed advies, waarbij ze rekening houdt met:
 de mate waarin het profiel van de kandidaat overeenkomt met de functiebeschrijving, zoals geverifieerd tijdens het gesprek;
 de kwalificaties en verdiensten die de kandidaat laat gelden;
 het resultaat van het assessment.
 Aan het einde van de selectie en na analyse van hun kandidatuur worden de kandidaten bij een met redenen omklede beslissing ingeschreven in hetzij groep A "geschikt", hetzij groep B "niet geschikt". In groep A worden de kandidaten gerangschikt.
 Als er een ex aequo is tussen de kandidaten die in groep A "geschikt" worden ingeschreven, wordt de kandidaat behorend tot het geslacht dat voor minder dan een derde vertegenwoordigd is in de eerste twee trappen van de hiërarchie vóór de kandidaat van het andere geslacht gerangschikt]2]1.
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2012-03-01/20, art. 14, 006; Inwerkingtreding : 24-05-2012>
 (2)<BESL 2023-09-07/22, art. 12, 013; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art. 34/9. [1 Het College duidt de mandatarissen onder de kandidaten van groep A aan. Het motiveert zijn beslissing.]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2012-03-01/20, art. 14, 006; Inwerkingtreding : 24-05-2012>

Art.34/10. [1 Elke mandaathouder deelt jaarlijks, uiterlijk op 15 februari, aan de functioneel bevoegde collegeleden een jaarverslag mee over de resultaten van het voorgaande jaar met betrekking tot de strategische en transversale doelstellingen die zijn opgenomen in de beheerplannen en het strategisch plan. Het jaarverslag bevat een toelichting bij de waargenomen evolutie op basis van de vooraf vastgelegde indicatoren bedoeld in artikel 34/1, §§ 4 en 5.
 In het jaarverslag worden, waar mogelijk, per doelstelling de betrokken basisallocaties van de begroting van de diensten van het College vermeld om een verband te leggen tussen de begroting en de te bereiken doelstellingen van die beheerplannen en het strategisch plan. ]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2023-09-07/22, art. 13, 013; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art.34/11. [1 Na het jaarverslag worden de nadere regels voor de beheerscontrole met betrekking tot de strategische en transversale doelstellingen die onder de in artikel 34/1, §§ 4 en 5, vermelde plannen vallen, georganiseerd tussen de mandaathouder en de functioneel bevoegde collegeleden. Die nadere regels moeten de collegeleden in staat stellen hun verantwoordelijkheden uit te oefenen. ]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2023-09-07/22, art. 1, 013; Inwerkingtreding : 01-04-2023>

Art.35. Onverminderd de wettelijke bepalingen tot regeling van de loopbaan van de ambtenaren gebeurt de benoeming, bevordering of aanstelling tot elke graad die aan een ambtenaar van de diensten van het College bij dit besluit kan worden verleend, onder de voorwaarden die zijn bepaald in bijlage II van dit besluit.

Art.35/1. [1 De bijlage III van dit besluit legt de lijst vast van de professionele certificeringen die in aanmerking genomen worden voor toelating tot rang 20 (technisch assistent en administratief assistent) van niveau 2 binnen de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie en de lijst van de professionele certificeringen die in aanmerking genomen worden voor toelating tot rang 26 (technisch gegradueerde en administratief gegradueerde) van niveau 2+ binnen de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie.]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2019-01-17/28, art. 8, 010; Inwerkingtreding : 07-03-2019>

Afdeling 2.
Onderafdeling 1.
Art.36.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.37.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.38.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.39.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.40.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.41.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.42.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.43.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.44.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Onderafdeling 2.
Art.45.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.46.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.47.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.48.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.49.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.50.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.51.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.52.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.53.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.54.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.55.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Onderafdeling 3.
Art.56.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.57.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.58.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.59.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Onderafdeling 4.
Art.60.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.61.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.62.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.63.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.64.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.65.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art. 65/1.
 <Opgeheven bij BESL 2024-07-04/24, art. 12, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024>

Art.66. Dit besluit treedt in werking op 1 september 1998, met uitzondering van de artikelen 32, § 7 en 33, § 5, die ten vroegste in werking treden op 1 januari 2002.

Art.67. Het Lid van het College belast met Openbaar Ambt is belast met de uitvoering van dit besluit.

Bijlagen.
Art. N1. Bijlage 1.

Ambtenaar aan wie een tuchtstraf	Overheid of hierarchische meerdere
kan worden opgelegd	die bevoegd is om de blaam te geven
	of een tuchtstraf voor te stellen
NIVEAU 1.	College van de Franse
	Gemeenschapscommissie
Rangen 16 en 15
Rangen (14) en 13	Ambtenaar met minstens een graad van
	rang 15 of die is aangesteld voor de
	uitoefening van een hogere functie met
	minstens een graad van rang 15.
Rangen 11 en 10	Ambtenaar met minstens een graad van
	rang 13 of die is aangesteld voor de
	uitoefening van een hogere functie met
	minstens een graad van rang 13.
NIVEAU 2+, 2 en 3.
Alle rangen	Ambtenaren met minstens een graad van
	rang 10 en die minstens twee jaar
	graadancienniteit telt.

Art. N2.[1 Bijlage II.

<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="5" valign="top">Graden die toegang geven tot de graad die aangeduid wordt onder 2 door:<td colspan="7" valign="top">(1)<BESL <a href="/cgi_loi/article.pl?language=fr&lg_txt=f&cn_search=2019011728" target="_blank">2019-01-17/28</a>, art. 9, 010; Inwerkingtreding : 07-03-2019><td colspan="7" valign="top">(2)<BESL <a href="/cgi_loi/article.pl?language=fr&lg_txt=f&cn_search=2019011728" target="_blank">2019-01-17/28</a>, art. 10, 010; Inwerkingtreding : 07-03-2019><td colspan="7" valign="top">(3)<BESL <a href="/cgi_loi/article.pl?language=fr&lg_txt=f&cn_search=2019011728" target="_blank">2019-01-17/28</a>, art. 11, 010; Inwerkingtreding : 07-03-2019><td colspan="7" valign="top">(4)<BESL <a href="/cgi_loi/article.pl?language=fr&lg_txt=f&cn_search=2019011728" target="_blank">2019-01-17/28</a>, art. 12, 010; Inwerkingtreding : 07-03-2019><td colspan="7" valign="top">(5)<BESL <a href="/cgi_loi/article.pl?language=fr&lg_txt=f&cn_search=2019050231" target="_blank">2019-05-02/31</a>, art. 13, 011; Inwerkingtreding : 23-05-2019>


Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
16	Administrateur- generaal	Nee	Nee	Nee	Kandidaat-oproep	Oproep in het Belgisch Staatsblad (artikel 34/6). De mandaten van rang 16 staan open voor de ambtenaren van niveau 1 die over tenminste 12 jaar anciënniteit beschikken in niveau 1 of die over een minimumervaring beschikken van 6 jaar in een leidende functie
15	Bestuurs-directeur	Nee	Nee	Nee	Kandidaat-oproep	Oproep in het Belgisch Staatsblad (artikel 34/6). De mandaten van rang 15 staan open voor de ambtenaren van niveau 1 die over tenminste 12 jaar anciënniteit beschikken in niveau 1 of die over een minimumervaring beschikken van 6 jaar in een leidende functie
13	Adviseur- Diensthoofd	(Directeur en Adviseur R. 13 graden opgeheven)	Alle graden van rang 11	Nee	Kandidaat-oproep	- voor de wijziging van graad, een graad-anciënniteit hebben van minstens 6 maanden (artikelen 17 en 18) - voor de bevordering, een graadanciënniteit hebben van minstens een jaar en een niveau-anciënniteit hebben van minstens 6 jaar (artikelen 12, 13 en 32) - benoeming voor de ambtenaren van rang 14 (artikelen 13 en 32) - voor de kandidaat-oproep (artikelen 6 en 32)

Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
11	Eerstaanwezend attaché	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Attaché (R.10)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 31)
	Eerstaanwezend psycholoog	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Psycholoog (R.10)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 31)
	Eerstaanwezend industrieel ingenieur	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Industrieel ingenieur (R.10)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 31)
	Eerstaanwezend ingenieur	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Ingenieur (R.10)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 31)
	Eerstaanwe-zend geneesheer	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Geneesheer (R.10)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 31)
	Eerstaanwe-zend geneesheer-specialist	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Geneesheer-specialist (R.10)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 31)
	Eerstaanwe-zend architect	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Architect (R.10)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 31)
	Eerstaanwe-zend wetenschap-pelijk onderzoeker	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Wetenschappelijk onderzoeker (R.10)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 31)

Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
10	Attaché	Nee	Nee	Alle graden van niveaus 2 en 2+	Aanwerving	- voor overgang naar het hogere niveau een niveau-anciënniteit van 4 jaar hebben (artikel 20) - diploma dat overeenkomt met de kwalificatie die bepaald zal worden bij de aanwerving
	Psycholoog	Nee	Nee	Nee	Aanwerving	Voor de aanwerving, diploma van Master in de psychologische wetenschappen of overeenstemmend diploma
	Industrieel ingenieur	Nee	Nee	Nee	Aanwerving	Voor de aanwerving, diploma industrieel ingenieur dat te maken heeft met de specialiteit van de betrekking die bij de aanwerving nader bepaald zal worden
	Ingenieur	Nee	Nee	Nee	Aanwerving	Voor de aanwerving, diploma van burgerlijk ingenieur, landbouwingenieur of chemisch en bio-industrieel ingenieur dat te maken heeft met de specialiteit van de betrekking die bij de aanwerving nader bepaald zal worden, afgeleverd overeenkomstig de wet van 13 april 1997 ter wijziging van de wet van 22 oktober 1990 die artikel 54 vervangt van de wetten over het toekennen van de academische graden. De afgestudeerden van de polytechnische afdeling van de Koninklijke Militaire School die de titel van burgerlijk ingenieur mogen voeren die te maken heeft met de specialiteit van de in te vullen betrekking, zijn eveneens toegelaten.
	Geneesheer	Nee	Nee	Nee	Aanwerving	Voor de aanwerving, het diploma van Master in de geneeskunde, afgeleverd overeenkomstig het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organi-satie van de studies of overeenstemmend diploma

Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
	Geneesheer- specialist	Nee	Nee	Nee	Aanwer-ving	Voor de aanwerving, het diploma Master specialisatie, afgeleverd overeenkomstig het decreet van 7 november 2013 tot bepaling van het hogeronderwijslandschap en de academische organisatie van de studies of overeenstemmend diploma
	Architect	Nee	Nee	Nee	Aanwer-ving	Master in de architectuur of overeenstemmend diploma
	Wetenschappelijk onderzoeker	Nee	Nee	Nee	Aanwer-ving	Voor de aanwerving, diploma van doctor in de wetenschappen met de specialiteit die bij de aanwerving nader bepaald zal worden
29	Eerste paramedisch gegradueerde	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Hoofd parame- disch gegradu- eerde (R.28)	Nee	Nee	Een graadanciënniteit van 3 jaar hebben en beantwoorden aan de opleidings-voorwaarden (artikelen 10 en 29/1)
	Eerste maatschappelijk assistent	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Maatschappelijk hoofd-assistent (R.28)	Nee	Nee	Een graadanciënniteit van 3 jaar hebben en beantwoorden aan de opleidings-voorwaarden (artikelen 10 en 29/1)
	Eerste gegradueerd verpleger	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Gegradueerd hoofd-verpleger (R.28)	Nee	Nee	Een graadanciënniteit van 3 jaar hebben en beantwoorden aan de opleidings-voorwaarden (artikelen 10 en 29/1)

Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
	Eerste administra-tief gegradueerde	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Hoofd administra- tief gegradueerde (R.28)	Nee	Nee	Een graadanciënniteit van 3 jaar hebben en beantwoorden aan de opleidings-voorwaarden (artikelen 10 en 29/1)
	Eerste technisch gegradueer-de	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Hoofd technisch gegradueerde (R.28)	Nee	Nee	Een graadanciënniteit van 3 jaar hebben en beantwoorden aan de opleidings-voorwaarden (artikelen 10 en 29/1)
28	Hoofd paramedisch gegradueerde	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Eerstaanwezend paramedisch gegradueerde (R.27)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 8 jaar (artikelen 10 en 29)
	Maatschappelijk hoofdassistent	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Eerstaanwe-zend maatschappelijk assistent (R.27)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 8 jaar (artikelen 10 en 29)
	Gegradueerd hoofdverpleger	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Eerstaanwezend gegradueerd verpleger (R.27)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 8 jaar (artikelen 10 en 29)

Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
	Hoofd administra-tief gegradueerde	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Eerstaanwezend administratief gegradueerde (R.27)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 8 jaar (artikelen 10 en 29)
	Hoofd technisch gegradueerde	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Eerstaanwezend technisch gegradueerde (R.27)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 8 jaar (artikelen 10 en 29)
27	Eerstaanwezend paramedisch gegradueerde	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Paramedisch gegradueerde (R.26)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 29)
	Eerstaanwezend maatschappelijk assistent	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Maatschappelijk assistent (R.26)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 29)
	Eerstaanwezend gegradueerd verpleger	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Gegradueerd verpleger (R.26)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 29)
	Eerstaanwezend administratief gegradueer-de	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Administratief gegradueerde (R.26)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 29)

Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
	Eerstaanwezend technisch gegradueerde	Nee	Bevordering in vlakke loopbaan Technisch gegradueerde (R.26)	Nee	Nee	Vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 29)
26	Paramedisch gegradueer-de	Nee	Nee	Nee	Aanwerving	Diploma dat overeenkomt met de kwalificatie die bepaald zal worden bij de aanwerving (artikel 28)
	Maatschappelijk assistent	Nee	Nee	Nee	Aanwerving	Bachelor maatschappelijk assistent of overeenstemmend diploma
	Gegradueerd verpleger	Nee	Nee	Nee	Aanwerving	Bachelor in de verpleegkunde of vroedvrouw of gemachtigd zijn om er de titel of het overeenstemmende diploma van te dragen
	Administratief gegradueerde	Nee	Nee	Alle graden van niveau 2	Aanwerving	- overgang naar het hogere niveau voor bepaalde nader te bepalen functies; een niveau-anciënniteit hebben van minstens 2 jaar (artikelen 20 en 28) - voor de aanwerving, een diploma dat overeenkomt met de kwalificatie die bepaald zal worden bij de aanwerving (artikel 28) [^{<font color="red">1</font>} of professionele certificering vermeld in bijlage III in relatie met de tijdens de rekrutering te bepalen kwalificatie]^{<font color="red">1</font>}
	Technisch gegradueerde	Nee	Nee	Alle graden van niveau 2	Aanwerving	- overgang naar het hogere niveau voor bepaalde nader te bepalen functies; een niveau-anciënniteit hebben van minstens 2 jaar (artikelen 20 en 28) - voor de aanwerving, een diploma dat overeenkomt met de kwalificatie die bepaald zal worden bij de aanwerving (artikel 28) [^{<font color="red">2</font>} of professionele certificering vermeld in bijlage III in relatie met de tijdens de rekrutering te bepalen kwalificatie]^{<font color="red">2</font>}

Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
25	[5 Hoofdbestuursassistent]^{<font color="red">5</font>}	Een andere graad van rang 25	[5 Bevordering in vlakke loopbaan]^{<font color="red">5</font>} Eerstaanwezend bestuursassistent (R. 24)	Nee	Nee	- [^{<font color="red">5</font>}een graadanciënniteit hebben van 3 jaar en voldoen aan de opleidingsvoorwaarden (artikelen 10, 10/1 en 27) ]^{<font color="red">5</font>} - voor de wijziging van de graad, met succes de controle van de beroepsbekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)
	Hoofd technisch assistent	Een andere graad van rang 25	[5 Bevordering in vlakke loopbaan]^{<font color="red">5</font>} Eerstaanwezend technisch assistent (R.24)	Nee	Nee	- [^{<font color="red">5</font>}een graadanciënniteit hebben van 3 jaar en voldoen aan de opleidingsvoorwaarden (artikelen 10, 10/1 en 27) ]^{<font color="red">5</font>} - voor de wijziging van de graad, met succes de controle van de beroepsbekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)
24	Eerstaanwe-zend administratief assistent	Een andere graad van rang 24	Bevordering in vlakke loopbaan Administratief assistent eerste klas (R.22)	Nee	Nee	- vlakke loopbaan, een graad-anciënniteit hebben van 8 jaar (artikelen 10 en 26) - voor de wijziging van de graad, met succes de controle van de beroepsbekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)
	Eerstaanwezend technisch assistent	Een andere graad van rang 24	Bevordering in vlakke loopbaan Technisch assistent eerste klas (R. 22)	Nee	Nee	- vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 8 jaar (artikelen 10 en 26) - voor de wijziging van de graad, met succes de controle van de beroepsbekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)
22	Administratief assistent eerste klas	Een andere graad van rang 22	Bevordering in vlakke loopbaan Administratief assistent (R. 20)	Nee	Nee	- vlakke loopbaan, een graad-anciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 25) - voor de wijziging van de graad, een graadanciënniteit van minstens 2 jaar hebben en met succes de controle van de beroeps-bekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)

Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
	Technisch assistent eerste klas	Een andere graad van rang 22	Bevordering in vlakke loopbaan Technisch assistent (R.20)	Nee	Nee	- vlakke loopbaan, een graad-anciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 25) - voor de wijziging van de graad, een graadanciënniteit van minstens 2 jaar hebben en met succes de controle van de beroepsbekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)
20	Administratief assistent	Nee	Nee	Administratief adjunct (R. 30), administratief adjunct eerste klas (R. 32), eerstaanwe-zend administra-tief adjunct (R. 34), adjunct-bestuurschef (R. 35)	Aanwerving	- voor overgang naar het hogere niveau een niveau-anciënniteit van minstens 2 jaar hebben (artikel 20) - voor de aanwerving, diploma hoger secondair onderwijs [^{<font color="red">3</font>} of professionele certificering vermeld in bijlage III of toegangskaart]^{<font color="red">3</font>}
	Technisch assistent	Nee	Nee	Adjunct-vakman (R. 30), adjunct-vakman eerste klas (R. 32), eerstaanwezend adjunct-vakman (R. 34), hoofd adjunct-vakman (R. 35)	Aanwerving	- voor overgang naar het hogere niveau een niveau-anciënniteit van minstens 2 jaar hebben (artikel 20) - voor de aanwerving, een diploma hoger secondair onderwijs hebben dat overeenkomt met de kwalificatie die bepaald zal worden bij de aanwerving [^{<font color="red">4</font>} of professionele certificering vermeld in bijlage III en in relatie met de tijdens de rekrutering te bepalen kwalificatie of toegangskaart]^{<font color="red">4</font>}
35	[^{<font color="red">5</font>} Hoofd bestuurs- adjunct]^{<font color="red">5</font>}	Een andere graad van rang 35	[^{<font color="red">5</font>} Bevordering in vlakke loopbaan]^{<font color="red">5</font>} Eerstaanwezend bestuursadjunct (R.34)	Nee	Nee	- [^{<font color="red">5</font>} een graadanciënniteit hebben van 3 jaar en voldoen aan de opleidingsvoorwaarden (artikelen 10, 10/1 en 23)]^{<font color="red">5</font>} - voor de wijziging van de graad, met succes de controle van de beroeps-bekwaamheden hebben doorstaan [^{<font color="red">5</font>} (artikel 19)]^{<font color="red">5</font>}
	Hoofd adjunct-vakman	Een andere graad van rang 35	[^{<font color="red">5</font>} Bevordering in vlakke loopbaan]^{<font color="red">5</font>} Eerstaanwezend adjunct-vakman (R.34)	Nee	Nee	- [^{<font color="red">5</font>} een graadanciënniteit hebben van 3 jaar en voldoen aan de opleidingsvoorwaarden (artikelen 10, 10/1 en 23)]^{<font color="red">5</font>} - voor de wijziging van de graad, met succes de controle van de beroeps-bekwaamheden hebben doorstaan [^{<font color="red">5</font>} (artikel 19)]^{<font color="red">5</font>}

Niveau en hiërarchische rang	Benaming van de graad	Wijziging van graad	Bevordering in vlakke loopbaan of door verhoging in graad	Bevordering door overgang naar het hogere niveau	Aanwerving of kandidaat-oproep	Bijzondere voorwaarden
1	2	3	4	5	6	7
34	Eerstaanwezend administratief adjunct	Een andere graad van rang 34	Bevordering in vlakke loopbaan Administratief adjunct eerste klas (R.32)	Nee	Nee	- vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 8 jaar (artikelen 10 en 22) - voor de wijziging van de graad, met succes de controle van de beroepsbekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)
	Eerstaanwezend adjunct-vakman	Een andere graad van rang 34	Bevordering in vlakke loopbaan Adjunct-vakman eerste klas (R. 32)	Nee	Nee	- vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 8 jaar (artikelen 10 en 22) - voor de wijziging van de graad, met succes de controle van de beroepsbekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)
32	Administratief adjunct eerste klas	Een andere graad van rang 32	Bevordering in vlakke loopbaan Administratief adjunct (R. 30)	Nee	Nee	- vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 22) - voor de wijziging van de graad, een graad-anciënniteit van minstens 2 jaar hebben en met succes de controle van de beroepsbekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)
	Adjunct-vakman eerste klas	Een andere graad van rang 32	Bevordering in vlakke loopbaan Adjunct-vakman (R. 30)	Nee	Nee	- vlakke loopbaan, een graadanciënniteit hebben van 4 jaar (artikelen 10 en 22) - voor de wijziging van de graad, een graad-anciënniteit van minstens 2 jaar hebben en met succes de controle van de beroepsbekwaamheden hebben doorstaan (artikel 19)
30	Administratief adjunct	Nee	Nee	Nee	Aanwer-ving
	Adjunct-vakman	Nee	Nee	Nee	Aanwer-ving

]1
 ----------
 (1)<BESL 2017-09-21/12, art. 12, 009; Inwerkingtreding : 01-01-2017>
 Gewijzigd bij :
 <BESL 2024-07-04/24, art. 13, 014; Inwerkingtreding : 29-09-2024> Art. N3.[1 Bijlage III
 Lijst van de professionele getuigschriften waarmee rekening gehouden wordt voor de toelating tot rang 20 (technisch assistent en administratief assistent) van niveau 2 binnen de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie
 1. Certificat d'apprentissage délivré par l'IFAPME ou le SFPME (Bewijs van volbrachte leertijd afgeleverd door IFAPME of SFPME)
 2. Diplôme de chef d'entreprise délivré par l'IFAPME ou le SFPME (Diploma van bedrijfsleider afgeleverd door IFAPME of SFPME)
 3. Diplôme de coordination et d'encadrement délivré par l'IFAPME ou le SFPME (Diploma coördinatie en omkadering afgeleverd door IFAPME of SFPME)
 4. Certificat de Connaissances de Gestion de base délivré par l'IFAPME ou le SFPME (Certificaat Basiskennis bedrijfsbeheer afgeleverd door IFAPME of SFPME)
 5. Certificat de compétences acquises en formation (CeCaf) délivré par un opérateur public de formation (Bruxelles Formation, l'IFAPME, Le Forem ou le SFPME) [Certificaat van verworven competenties in opleiding (Cecaf) afgeleverd door een openbare opleidingsoperator (Bruxelles Formation, IFAPME, Forem of SFPME)
 6. Bekwaamheidsbewijs afgeleverd door een Consortium voor de validering van bekwaamheden
 Lijst van de professionele getuigschriften waarmee rekening gehouden wordt voor de toelating tot rang 26 (technisch gegradueerde en administratief gegradueerde) van niveau 2+ binnen de diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie
 1. Certificat d'apprentissage délivré par l'IFAPME ou le SFPME de Niveau 5 CFC/CEC minimum (Bewijs van volbrachte leertijd afgeleverd door IFAPME of SFPME minstens van niveau 5 CFC/CEC)
 2. Diplôme de chef d'entreprise délivré par l'IFAPME ou le SFPME de Niveau 5 CFC/CEC minimum ou dont la condition d'accès est le CESS (Diploma van bedrijfsleider afgeleverd door IFAPME of SFPME minstens van niveau 5 CFC/CEC of waarvan de toegangsvoorwaarde het getuigschrift van hoger secundair onderwijs is)
 3. Diplôme de coordination et d'encadrement délivré par l'IFAPME ou le SFPME de Niveau 5 CFC/CEC minimum ou dont la condition d'accès est le CESS (Diploma coördinatie en omkadering afgeleverd door IFAPME of SFPME minstens van niveau 5 CFC/CEC of waarvan de toegangsvoorwaarde het getuigschrift van hoger secundair onderwijs is)
 4. Certificat de compétences acquises en formation (CeCaf) délivré par un opérateur public de formation (Bruxelles Formation, l'IFAPME, Le Forem ou le SFPME) de Niveau 5 CFC/CEC minimum [Certificaat van verworven competenties in opleiding (Cecaf) afgeleverd door een openbare opleidingsoperator (Bruxelles Formation, IFAPME, Forem of SFPME) minstens van niveau 5 CFC/CEC]
 5. Bekwaamheidsbewijs afgeleverd door een Consortium voor de validering van bekwaamheden minstens van niveau 5 CFC/CEC]1
 ----------
 (1)<Ingevoegd bij BESL 2019-01-17/28, art. 13, 010; Inwerkingtreding : 07-03-2019>

NL (wetwijzer.be)

FR (lisloi.be)