9 NOVEMBER 1998. - Besluit van de Regering houdende regeling voor de benoeming in elk van de graden en vaststelling van de diploma's die vereist zijn voor de werving in sommige graden binnen de Diensten van de Regering - Ministerie van de Franse Gemeenschap. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 25-11-1998 en tekstbijwerking tot 21-10-2021)
HOOFDSTUK I. - Bepalingen genomen ter uitvoering van artikel 38 van het besluit van de Regering van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en van artikel 30ter van het besluit van de Regering van 22 juli 1996 houdende het geldelijk statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap.
Art. 1-5
HOOFDSTUK II. - Diploma's die vereist zijn voor de werving in bepaalde graden binnen de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap.
Art. 6
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art. 7-8
BIJLAGEN.
Art. N1-N2
2000029207 2000029447 2002029102 2003029247 2005029104 2007200190 2008029032 2008029428 2019012173 2021022247 2021040709 2024002761
HOOFDSTUK I. - Bepalingen genomen ter uitvoering van artikel 38 van het besluit van de Regering van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap en van artikel 30ter van het besluit van de Regering van 22 juli 1996 houdende het geldelijk statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap.
Artikel 1. Onverminderd de bepalingen van het besluit van de Regering van 23 oktober 1997 houdende uitvoering van artikel 6 van het besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap van 7 juli 1997 tot vaststelling van de personeelsformatie van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap - Ministerie van de Franse Gemeenschap, geschiedt de benoeming in elk van de graden binnen de Diensten van de Regering onder de voorwaarden bepaald in de tabel vermeld in bijlage 1.
Art.2.Wanneer de benoeming in een bepaalde graad aan een diploma-voorwaarde moet voldoen, zijn de diploma's vermeld [1 in de bijlagen 1 en 2]1 zowel de diploma's die door het onderwijs met volledig leerplan worden uitgereikt als de overeenstemmende diploma's die door het onderwijs voor sociale promotie [1 of de door de dienst voor de gelijkwaardigheid van de diploma's van de Franse Gemeenschap als gelijkwaardig erkende diploma's]1 worden uitgereikt.
----------
(1)<BFG 2017-02-15/08, art. 2, 003; Inwerkingtreding : 27-03-2017>
Art.3. Wanneer de benoeming in een bepaalde graad afhankelijk wordt gemaakt van de verificatie van de beroepsbekwaamheden, dan wordt die verificatie uitgeoefend volgens de regels vastgesteld door de ambtenaar-generaal die de leiding heeft van de Algemene Dienst Ambtenarenzaken, in overleg met elk van de ambtenaren-generaal die de leiding hebben van de administratieve entiteiten in de personeelsformatie waarvan die graad vermeld is.
Die verificatieregels worden bekendgemaakt.
De ambtenaar blijft het voordeel van die controle genieten voor een periode van vijf jaar en, wanneer die termijn verstreken is, zolang die regels ongewijzigd blijven.
Art.4. § 1. Voor elke verificatie van de beroepsbekwaamheden, wordt een commissie opgericht, voorgezeten door de ambtenaar-generaal die de leiding heeft van de Algemene Directie Personeel en Ambtenarenzaken.
Die commissie is bovendien samengesteld uit vier leden die door de Secretaris-generaal worden gekozen uit een lijst van ambtenaren voorgedragen door de Directieraad : twee van die leden moeten titularis zijn van een graad van ten minste rang 12 en ten hoogste twee moeten behoren tot de administratieve entiteit waarin de betrekking toe te kennen is.
§ 2. Voor elke verificatie kan de Voorzitter van de Commissie een beroep doen op technici die behoren tot de administratieve entiteit waarin de betrekking toe te kennen is.
Het aantal van die technici mag niet hoger zijn dan twee.
Art.5. De bepalingen van dit hoofdstuk zijn op de ambtenaren van niveau 1 die afkomstig zijn uit de "Agence de prévention du Sida" en die geworven zijn bij toepassing van artikel 5, lid 2, van het decreet van 16 april 1991 houdende oprichting van het Bureau voor Aids-preventie en van de Raad voor wetenschappelijke en ethische aspecten van Aids-preventie in de Franse Gemeenschap alleen van toepassing als zij de voorwaarden regelen voor de toegang tot de betrekkingen van de Algemene Dienst Aids-preventie.
HOOFDSTUK II. - Diploma's die vereist zijn voor de werving in bepaalde graden binnen de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap.
Art.6. De diploma's die vereist zijn bij de werving in de wervingsgraden bepaald in het besluit van de Regering van 22 juli 1996 houdende het statuut van de ambtenaren van de Diensten van de Regering van de Franse Gemeenschap worden in bijlage 2 bij dit besluit vermeld, naast de benaming van elk van die graden.
Aan een vergelijkend wervingsexamen voor de benoeming in één van de graden vermeld in bijlage 2 van dit besluit mogen evenwel alleen deelnemen de kandidaten die houder zijn van de diploma's of kwalificaties of die de ervaring hebben die vereist zijn voor dat examen op grond van de wervingsaanvraag gericht aan het (SELOR - Selectiebureau van de Federale Overheid). <BFG 2005-03-30/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 30-05-2002>
Wanneer dit niet strijdig is met de vereisten voor de uit te oefenen ambten, kan (de Gedelegeerd bestuurder van het Selectiebureau van de Federale Overheid), voor de werving in een bepaalde graad, naast de diploma's en studiegetuigschriften vermeld in bijlage 2 bij dit besluit, ook de hierna vermelde diploma's en getuigschriften opnemen : <BFG 2005-03-30/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 30-05-2002>
- diploma's en getuigschriften van het onderwijs voor sociale promotie die niet met door het onderwijs met volledig leerplan uitgereikte diploma's overeenstemmen;
- diploma's en niet gehomologeerde getuigschriften van het kunstonderwijs met volledig leerplan;
- diploma's en getuigschriften van het beroepsonderwijs.
Voor de werving in graden van de (niveau 3) die door (de Gedelegeerd bestuurder van het Selectiebureau van de Federale Overheid) te bepalen zijn, kan deze de door hem aan te wijzen houders van bijzondere vormingsdiploma's of -getuigschriften in aanmerking laten komen, wanneer die voorwaarde verantwoord is door de technische of gespecialiseerde aard van de uit te oefenen ambten. <BFG 2005-03-30/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 30-05-2002>
Voor de werving in graden van niveau 2 die door (de Gedelegeerd bestuurder van het Selectiebureau van de Federale Overheid) te bepalen zijn, kan deze de door hem aan te wijzen houders van bijzondere vormingsdiploma's of -getuigschriften in aanmerking laten komen, wanneer die voorwaarde verantwoord is door de technische of gespecialiseerde aard van de uit te oefenen ambten, en voor zover de houders van die diploma's of getuigschriften eveneens houder zijn van één van de in bijlage 2 bij dit besluit vermelde studiebewijzen.
(Wanneer de gedelegeerd bestuurder van het Selectiebureau van de Federale Overheid vermoedt dat het aantal deelnemers niet voldoende zal zijn om een voldoend aantal kandidaten of geslaagden te bereiken, kan hij tot een bepaald vergelijkend wervingsexamen de studenten toelaten die het laatste jaar volgen in de studie vereist voor het behalen van het vereiste diploma of het vereiste studiegetuigschrift. In dat geval, worden eveneens tot dat vergelijkend examen toegelaten zij die geslaagd zijn voor het examen betreffende het voorlaatste jaar en die verklaren dat zij zich voor de examencommissie van de Franse Gemeenschap voor het examen betreffende het laatste jaar zullen aanmelden.
Zij die, met toepassing van het vorige lid, aan het vergelijkend wervingsexamen hebben deelgenomen en ervoor zijn geslaagd, kunnen echter, met het oog op een benoeming, het voordeel van hun rangschikking pas laten gelden nadat ze de gedelegeerd bestuurder van het Selectiebureau van de Federale Overheid het vereiste diploma of studiegetuigschrift hebben voorgelegd.) <BFG 2005-03-30/31, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 30-05-2002>
HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen.
Art.7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art.8. De Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
BIJLAGEN.
Art. N1. Bijlage 1 : Benoemingsvoorwaarden in elk van de graden binnen de Diensten van de Regering.
(Tabel niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 25-11-1998, p. 37852-37862).
Gewijzigd bij :
(BFG 2000-04-10/36, art. 1; Inwerkingtreding : 25-05-2000; zie B.St. 25-05-2000, p. 17663-17666)
(BFG 2000-11-23/44, art. 21; Inwerkingtreding : 01-12-1999; zie B.St. 22-12-2000, p. 42757)
(BFG 2003-03-27/68, art. 47 tot 50; Inwerkingtreding : 11-07-2003)
(BFG 2005-02-18/41, art. 1; Inwerkingtreding : 11-04-2005; zie B.St. 11-04-2005, p. 14977-14993)
(BFG 2007-11-23/53, art. 6; Inwerkingtreding : 01-01-2008 ; zie B.St. 05-02-2008, p. 6601 en vlg.)
(BFG 2008-08-05/31, art. 4; Inwerkingtreding : 15-09-2008; zie B.St. 05-09-2008, p. 46542)
<BFG 2017-02-15/08, art. 3, 003; Inwerkingtreding : 27-03-2017>
<BFG 2019-04-12/10, art. 41, 004; Inwerkingtreding : 09-05-2019>
<BFG 2021-10-08/03, art. 1, 006; Inwerkingtreding : 21-10-2021>
Art. N2. Bijlage 2 : Diploma's die vereist zijn bij de werving in de wervingsgraden.
(Tabel niet opgenomen om technische redenen. Zie B.S. 25-11-1998, p. 37862-37863).
Gewijzigd bij :
<BFG 2000-04-10/36, art. 2; Inwerkingtreding : 25-05-2000; zie B.S. 25-05-2000, p. 17663-17666>
<BFG 2000-11-23/44, art. 21; Inwerkingtreding : 01-12-1999; zie B.S. 22-12-2000, p. 42757>
<BFG 2002-02-12/33, art. 1; Inwerkingtreding : 03-02-2002>
(BFG 2005-02-18/41, art. 2; Inwerkingtreding : 11-04-2005; zie B.St. 11-04-2005, p. 14994-14995)
<BFG 2017-02-15/08, art. 4, 003; Inwerkingtreding : 27-03-2017>
<BFG 2019-04-12/10, art. 42, 004; Inwerkingtreding : 09-05-2019>
<BFG 2021-02-25/10, art. 3, 005; Inwerkingtreding : 05-03-2021>