Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

29 SEPTEMBER 1998. - Koninklijk besluit tot invoering van arbeidsduurvermindering ten gunste van sommige personeelsleden in dienst in de buitendiensten van het [Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en maatregelen]. (KB 2002-10-23/31, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2002). (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 02-10-1998 en tekstbijwerking tot 05-11-2002)



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
Art. 1, 1bis
HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen.
Art. 2-8
HOOFDSTUK III. - Bijzondere bepalingen.
Art. 9-11



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2000009877  2001003562  2002010009 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied.
Artikel 1. <KB 2000-10-10/33, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 01-12-1999> Kunnen genieten van een arbeidsduurvermindering tot 36 uur per week, de personeelsleden van de buitendiensten van het (Directoraat-generaal Uitvoering van straffen en maatregelen) in vast verband benoemd of aangeworven bij arbeidsovereenkomst die geen vervangingsovereenkomst is, en bekleed zijn met één van de graden vastgesteld in de personeelsformatie behorend tot de niveaus 3, 2 en 2+, of bekleed zijn met één van de afgeschafte graden van bewaarder, hoofdbewaarder of hoofdtechnicus. <KB 2002-10-23/31, art. 3, 004; Inwerkingtreding : 15-07-2002>

Art. 1bis. <Ingevoegd bij KB 2000-10-10/33, art. 3; Inwerkingtreding : 01-12-1999> In afwijking van artikel 2 van dit besluit kunnen de contractuele ambtenaren die geopteerd hebben voor het systeem van arbeidsduurvermindering tot 36 uur per week, en die vervolgens tot een stage zijn toegelaten, gedurende de periode van hun stage en na hun benoeming het voordeel van dit systeem behouden, mits zij schriftelijk hierom verzoeken, en dit ten laatste op het ogenblik van de betekening van het toelatingsbesluit tot de stage.
  Voor de stageperiode wordt het systeem van arbeidsduurvermindering tot 36 uur per week gelijkgesteld aan een voltijds arbeidsregime.

HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen.
Art.2. <KB 2000-10-10/33, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 01-12-1999> Het regime van arbeidsduurvermindering tot 36 uur per week vangt aan de eerste dag van een maand.
  De beambte die wenst te genieten van dit regime moet daartoe, via hiërarchische weg, een aanvraag indienen en dit minstens 1 maand voor de aanvangsdatum van dit regime.

Art.3. Het personeelslid dat geniet van dit systeem behoudt het recht op de volledige jaarlijkse toelage zoals bepaald bij koninklijk besluit van 26 september 1995 houdende toekenning van een toelage aan sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Directoraat-generaal van de Strafinrichtingen.
  Een bijzondere bijdrage van (24,79) EUR per maand, gekoppeld aan spilindex 138,01, zal worden ingehouden op de bruto maandwedde. <KB 2001-12-04/43, art. 20, 003; Inwerkingtreding : 01-01-2002>

Art.4. Eens het personeelslid voor het systeem van de 36 uur per week heeft gekozen, is deze keuze definitief.

Art.5. <KB 2000-10-10/33, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 01-12-1999> Dit systeem van 36 u per week wordt evenwel opgeschort zodra het personeelslid hetzij verminderde prestaties hetzij een ander arbeidsregime in het kader van de herverdeling van de arbeidsduur, hetzij loopbaanonderbreking aanvraagt en verkrijgt of wanneer hij hogere functies uitoefent in een betrekking behorende tot niveau 1.
  Voor de duur van deze periode wordt het personeelslid teruggeplaatst in een referentiesysteem van 38 u per week.

Art.6. De arbeidstijd vrijgemaakt door 19 statutaire personeelsleden die hebben geopteerd voor het systeem van 36 uur per week, wordt gecompenseerd door de aanwerving van een statutair personeelslid in een aanwervingsgraad.

Art.7. De arbeidstijd vrijgemaakt door de contractuele personeelsleden die hebben geopteerd voor het systeem van 36 uur per week, wordt pro rata gecompenseerd door de indienstneming van contractuele personeelsleden.

Art.8. (Opgeheven) <KB 2002-10-23/31, art. 1, 004; Inwerkingtreding : 01-01-2002>

HOOFDSTUK III. - Bijzondere bepalingen.
Art.9. Voor de in vast verband benoemde personeelsleden worden de periodes die niet gepresteerd zijn in het stelsel van arbeidsduurvermindering gelijkgesteld met periodes van dienstactiviteit.
  De contractuele personeelsleden behouden hun pensioenrechten in het kader van dit stelsel van arbeidsduurvermindering op basis van een voltijds arbeidsregime.

Art.10. Dit besluit treedt in werking op 1 december 1998.

Art. 11. Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 29 september 1998.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Justitie,
  T. VAN PARYS
  De Minister van Begroting,
  H. VAN ROMPUY
  De Minister van Pensioenen,
  M. COLLA