14 MEI 1996. - Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 27 januari 1988 houdende sommige maatregelen tot harmonisatie van de toelagen en presentiegelden aan commissarissen, gemachtigden van financiën, afgevaardigden van de Vlaamse regering, voorzitters en leden van niet-adviserende bijzondere commissies of van raden van bestuur van instellingen en ondernemingen die onder de Vlaamse regering behoren.
Art. 1-4
Artikel 1. Aan artikel 9 van het besluit van de Vlaamse regering van 27 januari 1988 houdende sommige maatregelen tot harmonisatie van de toelagen en presentiegelden aan commissarissen, gemachtigden van financiën, afgevaardigden van de Vlaamse regering, voorzitters en leden van niet-adviserende bijzondere commissies of van raden van bestuur van instellingen en ondernemingen die onder de Vlaamse regering behoren, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt :
" Aan de in het eerste lid bedoelde personen die gehandicapt zijn en zonder assistentie van een derde persoon de zittingen van de niet-adviserende organen niet kunnen bijwonen, kan een verhoogd presentiegeld, bovenop het bij het eerste lid vermelde presentiegeld, worden toegekend van 750 frank per zitting van een halve dag en van 1 500 frank per zitting van een hele dag. "
Art.2. Het besluit van de Vlaamse regering van 5 maart 1996 tot vergoeding van de assistentie verleend aan personen met een handicap die deel uitmaken van niet-adviserende raden en commissies ingesteld bij het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een Handicap wordt opgeheven.
Art.3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1996.
Art. 4. De leden van de regering zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 14 mei 1996.
De minister-president van de Vlaamse regering,
L. VAN DEN BRANDE
De Vlaamse minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid,
Mevr. W. DEMEESTER-DE MEYER