28 NOVEMBER 1995. - Besluit van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap betreffende de stages tot beroepsreadaptatie van gehandicapten (VERTALING) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 12-09-1996 en tekstbijwerking tot 25-10-2010)
Art. 1-9
Artikel 1. De beroepsreadaptatie kan door middel van een stage verwezenlijkt worden die de betrokkene, hierna "leerling" genoemd, tot een betrekking onder normale werkomstandigheden voorbereidt.
De stage wordt zo ontworpen dat ze de sociale en professionele integratie van de stagiaire bevordert met inachtneming van zijn vaardigheden en interessen.
De stage wordt op grond van een individuele overeenkomst volgens de voorwaarden en modaliteiten gesloten waarin dit besluit voorziet.
Art.2.[1 Om aanspraak te kunnen maken op de door dit besluit geregelde stages, moet de stagiair aan volgende voorwaarden voldoen :
1° ingeschreven zijn bij de Dienst van de Duitstalige Gemeenschap voor de personen met een handicap, hierna "Dienst" genoemd;
2° hetzij ten minste 21 jaar oud zijn en voor de duur van de stage het bewijs leveren dat hij een vervangingsinkomen ontvangt hetzij ten minste 18 jaar oud zijn en voor de duur van de stage het bewijs leveren dat hij verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een handicap ontvangt.]1
----------
(1)<BDG 2010-09-14/07, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 04-11-2010>
Art.3. De stageovereenkomst wordt tussen de stagiaire of zijn wettelijke vertegenwoordiger en de werkgever gesloten, na goedkeuring door de Dienst.
Op een blad bijgevoegd aan de overeenkomst wordt het stageprogramma vastgelegd dat in werken en werktijden voorziet die rekening houden met de handicap van de stagiaire.
De Dienst trekt de goedkeuring in wanneer één der partijen haar verplichtingen niet meer nakomt of wanneer tijdens de stage blijkt dat deze niet gepast is voor de leerling.
Elke van beide partijen mag de overeenkomst vrijwillig opzeggen. De opzegging treedt na een termijn van 8 dagen in kracht, beginnend de maandag van de week, waarin de Dienst schriftelijk geïnformeerd wordt over de opzet de overeenkomst op te zeggen.
De begeleiding van die maatregelen wordt door een bevoegde persoon van de inrichtingen of van de diensten overgenomen die door de Dienst overeenkomstig art. 30 van het decreet van de Duitstalige Gemeenschap van 19 juni 1990 houdende oprichting van een "Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen mit einer Behinderung sowie für die besondere soziale Fürsorge" (Dienst van de Duitstalige Gemeenschap voor de personen met een handicap alsmede voor de bijzondere sociale bijstandsverlening) erkend zijn. Die begeleiding mag ook door een bevoegde persoon van de Dienst zelf overgenomen worden.
Die persoon staat ter beschikking zowel van de leerling alsook van de werkgever om hen te adviseren en werkt zo nodig aanbevelingen uit met het oog op technische, organisatorische en/of didaktische aanpassingen.
Bovendien controleert ze de uitvoering van het stageprogramma.
Art.4. 1 De werkgever verplicht er zich toe :
1° de door de begeleiding voorgestelde maatregelen tot bevordering van de vaardigheden van de stagiaire uit te voeren met het oog op zijn sociale en professionele integratie;
2° persoonlijk toezicht te houden op de uitvoering van de overeenkomst of onder zijn personeelsleden een stagemeester aan te wijzen.
2 - De stagiaire verplicht er zich toe :
1° zich nauwgezet toe te leggen op zijn stage;
2° de algemene arbeidsreglementen en die van het bedrijf alsmede het beroepsgeheim na te leven;
3° zich te onthouden van al wat zijn eigen veiligheid of die van zijn medewerkers of van derden kan schaden.
Art.5. De stage wordt voor ten hoogste 12 maanden goedgekeurd. Zij kan echter verlengd worden.
Art.6. Gedurende de stage moet een balans-bespreking tussen de werkgever of de stagemeester, de stagiaire en de begeleiding ten minste om de drie maanden plaatsvinden om het stageprogramma te evalueren. De resultaten van die balans-bespreking moeten aan de Dienst in de vorm van een bericht worden gezonden.
Art.7. 1 De stagiaire verkrijgt geen loon.
2 - De ten laste van de stagiaire ontstane kosten alsmede de door hem gedragen onkosten worden vastgelegd in de stageovereenkomst, in onderlinge overeenstemming van beide verdragsluitende partijen en de begeleiding.
Die kosten worden aan de leerling door de werkgever terugbetaald.
Het maximumbedrag van de terugbetaalbare kosten wordt door de Dienst vastgelegd.
3 - De Dienst gaat een verzekering voor de stagiaire in inzake arbeidsongevallen en burgerlijke aansprakelijkheid.
Art.8. Dit besluit treedt in werking op de dag van zijn onderteken ing.
Art. 9. De Minister van Jeugd, Vorming, Media en Sociale Aangelegenheden is belast met de uitvoering van dit besluit.
Eupen, 28 november 1995.
Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap :
De Minister-President, Minister van Financiën, Internationale Betrekkingen, Gezondheid, Gezin en Bejaarden, Sport en Toerisme,
J. MARAITE
De Minister van Jeugd, Vorming, Media en Sociale Aangelegenheden,
K.-H. LAMBERTZ
Minister van Onderwijs, Cultuur, Wetenschappelijk Onderzoek, Monumenten en Landschappen,
W. SCHR\DER