Details





Titel:

11 JUNI 2020. - Besluit van de Regering tot beperking van de negatieve gevolgen van de coronacrisis binnen het werkterrein van de Dienst van de Duitstalige Gemeenschap voor zelfbeschikkend leven(NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 07-07-2020 en tekstbijwerking tot 22-01-2021)



Inhoudstafel:


Art. 1-8



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2021200154  2022202408 



Artikels:

Artikel 1 - Algemene bepaling
  Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:
  1° coronamaatregelen: de dringende maatregelen die de federale overheid heeft genomen om de verspreiding van het coronavirus (COVID-19) te beperken;
  2° Dienst voor zelfbeschikkend leven: de Dienst van de Duitstalige Gemeenschap voor zelfbeschikkend leven.
  Voor elke afwijking vermeld in de [1 artikelen 1.1]1 tot 6 kan de Minister de einddatum van de betreffende coronamaatregelen bepalen.
  ----------
  (1)<BDG 2020-12-10/35, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 13-03-2020>

Art.1.1. [1 Afwijking van de bepalingen van het ministerieel besluit van 23 maart 1970 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het Rijksfonds voor sociale reclassering van de minder-validen een tegemoetkoming verleent in het loon en de sociale lasten, die door de beschermde werkplaatsen worden gedragen
   In afwijking van artikel 10, 3°, van het ministerieel besluit van 23 maart 1970 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder het Rijksfonds voor sociale reclassering van de minder-validen een tegemoetkoming verleent in het loon en de sociale lasten, die door de beschermde werkplaatsen worden gedragen wordt het aantal monitoren dat voor subsidie in aanmerking komt, voor de duur van de coronamaatregelen gehandhaafd op het aantal dat voor het eerste kwartaal 2019 was bepaald.
   Artikel 10bis, § 1, van hetzelfde besluit wordt voor de duur van de coronamaatregelen opgeschort.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BDG 2020-12-10/35, art. 2, 002; Inwerkingtreding : 13-03-2020>


Art.1.2. [1 Afwijking van de bepalingen van het ministerieel besluit van 17 januari 1978 houdende vaststelling van de criteria van toekenning der toelagen voor onderhoud van de beschutte werkplaatsen
   In afwijking van artikel 2, § 3, eerste lid, en voor de duur van de coronamaatregelen kent de Dienst voor zelfbeschikkend leven een aanvullende financiële noodhulp toe aan de beschermde werkplaatsen om bedrijfsverliezen te voorkomen door hen een bijzondere subsidie toe te kennen voor alle uitgevallen uren waarop hun medewerkers in die periode coronagerelateerd tijdelijk werkloos of ziek waren. Die per uur berekende subsidie wordt vastgesteld op 9,91 euro voor de werkplaatsen met zeven gesubsidieerde monitoren, op 7,35 euro voor de werkplaatsen met zes gesubsidieerde monitoren en op 10,74 euro voor de werkplaatsen met drie gesubsidieerde monitoren.]1
  ----------
  (1)<Ingevoegd bij BDG 2020-12-10/35, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 13-03-2020>


Art.2. - Afwijking van het besluit van de Regering van 10 september 1993 houdende oprichting en regeling van een stelsel voor opleiding in een bedrijf met het oog op de voorbereiding van de inschakeling van de mindervaliden in het arbeidsproces
  In afwijking van artikel 5, § 2, van het besluit van de Regering van 10 september 1993 houdende oprichting en regeling van een stelsel voor opleiding in een bedrijf met het oog op de voorbereiding van de inschakeling van de mindervaliden in het arbeidsproces tellen de dagen 'tijdelijke werkloosheid wegens overmacht' voor de duur van de coronamaatregelen mee als werkdagen om het aandeel van de Dienst voor zelfbeschikkend leven vermeld in artikel 5, § 1, 2°, van hetzelfde besluit te berekenen. Als dat niet mogelijk is, kan de Dienst voor zelfbeschikkend leven het aandeel van de werkgever vermeld in artikel 5 § 1, 1°, van hetzelfde besluit overnemen.

Art.3. - Afwijking van het besluit van de Regering van 28 november 1995 betreffende de stages tot beroepsreadaptatie van gehandicapten
  In afwijking van artikel 7, § 2, van het besluit van de Regering van 28 november 1995 betreffende de stages tot beroepsreadaptatie van gehandicapten betaalt de werkgever de daarin vermelde kosten en onkosten - voor de duur van de coronamaatregelen - aan de stagiair, ook als de stage door de coronamaatregelen niet kan plaatsvinden.
  Als de werkgever hierom verzoekt, betaalt de Dienst voor zelfbeschikkendleven hem de kosten en onkosten vermeld in het eerste lid.

Art.4. - Afwijking van het besluit van de Regering van 18 januari 2002 betreffende de oriëntatiestage
  In afwijking van artikel 4, § 2, van het besluit van de Regering van 18 januari 2002 betreffende de oriëntatiestage betaalt de Dienst voor zelfbeschikkend leven - voor de duur van de coronamaatregelen - 0,99 euro aan de in hetzelfde besluit vermelde stagiairs als premie per opleidingsuur die overeenkomstig artikel 3 van hetzelfde besluit in de daarin vermelde stageovereenkomst vastgelegd werd, als de oriëntatiestage door de coronamaatregelen niet kan plaatsvinden.

Art.5. - Afwijking van het besluit van de Regering van 13 juli 2006 betreffende de opname van gehandicapten in woonressources
  Ongeacht alle andersluidende bepalingen van het besluit van de Regering van 13 juli 2006 betreffende de opname van gehandicapten in woonressources ontvangen de in hetzelfde besluit vermelde woonressources die door de coronamaatregelen 'volledige begeleidingseenheden' in de zin van artikel 4, § 3, 1°, van hetzelfde besluit presteren, voor de duur van die coronamaatregelen een kostentoeslag van 2,95 euro per begeleidingseenheid.

Art.6. - Afwijking van het besluit van de Regering van 20 juni 2017 betreffende mobiliteitshulpmiddelen
  In afwijking van artikel 4 van het besluit van de Regering van 20 juni 2017 betreffende mobiliteitshulpmiddelen wordt de in dat artikel vermelde geldigheidsduur van het voorschrift van een arts dat tijdens de duur van de coronamaatregelen verstrijkt, telkens met vier maanden verlengd.

Art.7. - Inwerkingtreding
  Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 13 maart 2020.

Art. 8. - Uitvoeringsbepaling
  De Minister bevoegd inzake Sociale Aangelegenheden is belast met de uitvoering van dit besluit.