Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

2 MEI 1996. - Besluit van de Waalse Regering betreffende de structuur, de opdrachten en de werking van de Koninklijke Commissie voor Monumenten, Landschappen en Opgravingen van het Waalse Gewest (VERTALING).



Inhoudstafel:

HOOFDSTUK I. - Algemeen.
Art. 1-4
HOOFDSTUK II. - De gewestelijke kamer.
Art. 5-6
HOOFDSTUK III. - De provinciale kamers.
Art. 7
HOOFDSTUK IV. - Het Commissiebureau.
Art. 8
HOOFDSTUK V. - De secretariaten.
Art. 9
HOOFDSTUK VI. - De opdrachten van de Commissie.
Art. 10-12
HOOFDSTUK VII. - De werking van de Commissie.
Art. 13-25
HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen.
Art. 26-27



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1993027271 



Uitvoeringsbesluit(en):

1996027454  2003027017 



Artikels:

HOOFDSTUK I. - Algemeen.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  1° Minister : de Minister tot wiens bevoegdheden de monumenten, de landschappen en de opgravingen behoren;
  2° Bestuur : de "Direction générale de l'Aménagement du Territoire, du Logement et du Patrimoine" (Algemene Directie Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Patrimonium) van het Ministerie van het Waalse Gewest;
  3° Commissie : de Koninklijke Commissie voor Monumenten, Landschappen en Opgravingen van het Waalse Gewest.

Art.2. De Commissie is samengesteld uit één gewestelijke kamer en uit vijf provinciale kamers voor elke van de Waalse provincies, namelijk de volgende provincies : Waals-Brabant, Henegouwen, Luik, Luxemburg en Namen.
  De gewestelijke kamer en de vijf provinciale kamers bestaan elk uit drie afdelingen : een afdeling monumenten en architecturale gehelen, een afdeling landschappen en een afdeling opgravingen.

Art.3. De Commissie is samengesteld uit maximum 121 leden die door de Regering voor een hernieuwbare termijn van vier jaar worden benoemd.
  Mogen niet tot lid van de Commissie worden benoemd :
  - de ambtenaren van het Bestuur;
  - de personen met minder dan vijf jaar ervaring inzake monumenten, landschappen en opgravingen.

Art.4. Onder de leden van de Commissie wijst de Waalse Regering de volgende personen aan voor een hernieuwbare termijn van vier jaar :
  - de voorzitter van de Commissie;
  - de ondervoorzitters van de gewestelijke kamer, namelijk één per afdeling;
  - de voorzitters van de provinciale kamers;
  - de ondervoorzitters van de provinciale kamers.

HOOFDSTUK II. - De gewestelijke kamer.
Art.5. De gewestelijke kamer is samengesteld uit de voorzitter en uit 38 leden, namelijk : - de drie ondervoorzitters van de gewestelijke kamer;
  - de voorzitters en ondervoorzitters van de provinciale kamers en één lid van de afdeling monumenten, dat door deze kamers wordt aangewezen;
  - elf andere leden;
  - vier specialisten inzake organologie, meubilair en geverfde versieringen, historische parken en tuinen, en geologie.

Art.6. De werkzaamheden van de gewestelijke kamer worden door de voorzitter van de Commissie geleid en die van de afdelingen van de gewestelijke kamer respectievelijk door de bevoegde ondervoorzitter.

HOOFDSTUK III. - De provinciale kamers.
Art.7. De provinciale kamers van Luik en Henegouwen zijn elk samengesteld uit vierentwintig leden, onder wie één voorzitter en twee ondervoorzitters.
  De provinciale kamers van Waals Brabant, Namen en Luxemburg zijn elk samengesteld uit achttien leden, onder wie één voorzitter en twee ondervoorzitters.
  De voorzitter van de provinciale kamer is van rechtswege ondervoorzitter van een afdeling in haar midden.

HOOFDSTUK IV. - Het Commissiebureau.
Art.8. Er wordt een Commissiebureau ingesteld dat samengesteld is uit de voorzitter, de ondervoorzitters van de gewestelijke kamer, één vertegenwoordiger die door elke afdeling van de gewestelijke kamer in haar midden gekozen wordt en de voorzitters van de provinciale kamers.
  Het Bureau organiseert de werkzaamheden van de Commissie en brengt de uiteenlopende meningen die eventueel tussen twee of meerdere afdelingen van eenzelfde kamer zouden kunnen ontstaan met elkaar in overeenstemming.

HOOFDSTUK V. - De secretariaten.
Art.9. Het secretariaat van de gewestelijke kamer wordt waargenomen overeenkomstig artikel 4, § 3, van het decreet van 25 mei 1983 tot wijziging, wat de Economische Raad van het Waalse Gewest betreft, van de kaderwet van 15 juli 1970 houdende organisatie van de planning en de economische decentralisatie en tot oprichting van een Economische en Sociale Raad van het Waalse Gewest.
  De Economische en Sociale Raad van het Waalse Gewest wijst daartoe een vaste secretaris en één adjunct-secretaris aan onder de leden van zijn personeel.
  Het secretariaat van de provinciale kamers wordt waargenomen door een ambtenaar van het Bestuur.

HOOFDSTUK VI. - De opdrachten van de Commissie.
Art.10. De Commissie wordt ermee belast : 1° de door de wetgeving vereiste adviezen te geven over de schrapping of de inschrijving van een onroerend goed op de beschermingslijst, de klassering of de deklassering ervan en over de machtiging tot het verrichten van handelingen of het uitvoeren van werkzaamheden op een op de beschermingslijst ingeschreven geklasseerd onroerend goed gelegen in een beschermingsgebied of in een landschap dat vermeld staat in de atlas van de archeologische landschappen.
  Elk lid van de Commissie mag het initiatief nemen om een procedure inzake klassering of deklassering aan te gaan;
  2° de door de wetgeving vereiste adviezen inzake opgravingen te geven;
  3° indien het Bestuur het nodig acht, een advies te geven over de machtiging tot het verrichten van handelingen en het uitvoeren van werkzaamheden op alle onroerende goederen met een patrimoniaal karakter, met name op degene die in de inventaris van het monumentenerfgoed voorkomen of degene die het voorwerp hebben uitgemaakt van een openbaar onderzoek met het oog op de klassering;
  4° indien de Commissie het nodig acht, het Bestuur bij de follow-up van de werkzaamheden bij te staan;
  5° algemene aanbevelingen inzake erfgoedbeleid aan de Minister te richten, meer bepaald om de publieke opinie bewust te maken van de erfgoedbescherming.

Art.11. De adviezen van de Commissie worden door de gewestelijke kamer uitgebracht wanneer een advies dient te worden gegeven in het kader van een voor elk onroerend goed aangegane klasserings- of deklasseringsprocedure, wanneer een advies dient te worden gegeven over de vergunning om handelingen te verrichten of werkzaamheden, opgravingen of peilingen uit te voeren op ieder op de lijst van het uitzonderlijke erfgoed van het Waalse Gewest ingeschreven goed of gelegen in een beschermingsgebied betreffende zo'n goed, wanneer een advies dient te worden gegeven over het jaarlijkse peilingen- en opgravingenprogramma van het Bestuur, over de erkenning van opgravingen met een gewestelijk statuut, het openbaar nut van opgravingen, de onteigening van landschappen, de toekenning van bevoegdverklaringen voor reddingsopgravingen en peilingen en wanneer alle andere in artikel 10 van dit besluit bedoelde bevoegdheden onverminderd artikel 12 dienen uitgeoefend te worden.

Art.12. De adviezen van de Commissie worden door de bevoegde provinciale kamer uitgebracht wanneer een advies dient te worden gegeven :
  - over de schrapping of de inschrijving van een onroerend goed op de beschermingslijst;
  - over de vergunning om handelingen te verrichten of werkzaamheden uit te voeren op een op de beschermingslijst ingeschreven geklasseerd onroerend goed gelegen in een beschermingsgebied of in een landschap dat vermeld staat in de atlas van de archeologische landschappen voor zover het niet voorkomt op de lijst van het uitzonderlijke erfgoed van het Waalse Gewest;
  - indien het Bestuur het nodig acht, over de vergunning om handelingen te verrichten of werkzaamheden uit te voeren op een onroerend goed met een patrimoniaal karakter;
  - over de vergunningsaanvragen of de intrekkingen van een vergunning tot opgravingen of peilingen, voor zover ze geen betrekking hebben op een op de lijst van het uitzonderlijke erfgoed van het Waalse Gewest ingeschreven goed.
  Indien de provinciale kamer het nodig acht, kan ze ook belast worden met de follow-up van de werkzaamheden met betrekking tot de onroerende goederen waarover ze in samenwerking met het Bestuur een advies heeft uitgebracht.

HOOFDSTUK VII. - De werking van de Commissie.
Art.13. De Commissie brengt haar advies uit binnen een termijn die na ontvangst van het dossier niet langer is dan : - dertig dagen wanneer het advies betrekking heeft op de schrapping of de inschrijving van een onroerend goed op de beschermingslijst, op de vergunning om handelingen te verrichten of werkzaamheden uit te voeren op een in een beschermingsgebied of in een landschap gelegen onroerend goed dat in de atlas van de archeologische landschappen voorkomt of dat een patrimoniaal karakter vertoont, op een vergunningsaanvraag of een intrekking van een vergunning tot opgravingen of op het openbare nut van opgravingen en de onteigening van landschappen;
  - vijfenveertig dagen wanneer het advies betrekking heeft op de vergunning om handelingen te verrichten of werkzaamheden uit te voeren op een op de beschermingslijst ingeschreven of geklasseerd onroerend goed voor zover het niet op de lijst van het uitzonderlijke erfgoed van het Waalse Gewest voorkomt, op het jaarlijkse peilingen- en opgravingenprogramma van het Bestuur, op de toekenning van bevoegdverklaringen voor reddingsopgravingen en peilingen of op de erkenning van opgravingen met een gewestelijk statuut;
  - zestig dagen wanneer het advies betrekking heeft op een klasserings- of deklasseringsprocedure van een onroerend goed en wanneer het betrekking heeft op iedere procedure in verband met een op de lijst van het uitzonderlijke erfgoed van het Waalse Gewest ingeschreven onroerend goed.
  De Commissie wordt geacht een gunstig advies uit te brengen indien ze zich niet binnen de in het vorige lid vastgestelde termijnen uitspreekt.

Art.14. De voorzitter van de bevoegde kamer ontvangt de adviesaanvragen. Hij legt de adviezen en de verslagen namens de Commissie voor.

Art.15. De Commissie komt minstens één keer per jaar in algemene vergadering bijeen.

Art.16. De kamers en de afdelingen beraadslagen slechts op geldige wijze indien minstens de meerderheid van de regelmatig opgeroepen leden aanwezig is.
  Zoniet wordt binnen acht dagen een nieuwe vergadering bijeengeroepen met dezelfde dagorde waarbij het in het vorige lid vastgestelde aanwezigheidsquorum niet meer vereist is om te beraadslagen.

Art.17. De beslissingen gelden bij volstrekte meerderheid der aanwezige leden. In geval van staking van stemmen is die van de voorzitter of van de ondervoorzitter die de werkzaamheden leidt, beslissend.
  Er wordt een proces-verbaal van de vergaderingen opgemaakt.

Art.18. Ieder regelmatig opgeroepen lid dat zonder wettige redenen drie opeenvolgende vergaderingen mist, wordt van rechtswege ontslagnemer verklaard.
  Op de voordracht van de Minister voorziet de Regering in zijn vervanging.

Art.19. Wanneer een lid vervangen wordt vóór het vervallen van de termijn van vier jaar wordt zijn mandaat door zijn vervanger beëindigd.

Art.20. De vergaderingen van de gewestelijke en provinciale kamers, van de afdelingen en van het Bureau worden van rechtswege en met raadgevende stem bijgewoond door de betrokken secretaris alsmede door de vertegenwoordiger(s) van het Bestuur.

Art.21. De Minister stelt de begroting met betrekking tot de werking van de Commissie vast alsmede het bedrag en de toekennings- of terugbetalingsvoorwaarden van de vergoedingen, presentiegelden, reis- en verblijfkosten van de leden.

Art.22. Iedere kamer maakt onder de verantwoordelijkheid van haar voorzitter een jaarlijks verslag op van haar activiteiten waarbij per afdeling een onderscheid wordt gemaakt.
  Het jaarlijkse verslag van de Commissie omvat het geheel van de jaarlijkse verslagen; het wordt onder de verantwoordelijkheid van de voorzitter van de Commissie opgemaakt en vóór 31 mei van het volgende jaar door hem naar de Regering gestuurd.

Art.23. Iedere kamer van de Commissie kan elk openbaar bestuur verzoeken de nodige inlichtingen voor de uitoefening van haar bevoegdheden en opdrachten te verstrekken.
  Ze kan langs hiërarchische weg verzoeken om de aanwezigheid van een ambtenaar van het Bestuur op haar vergaderingen. Ze kan elke andere persoon uitnodigen om bijzondere problemen aan de orde te stellen.

Art.24. De leden van de Commissie, de uitgenodigde personen en de leden van het secretariaat zijn gehouden aan de plicht van omzichtigheid en tot de bescheidenheid inzake de genomen initiatieven en de uitgebrachte adviezen en inzake de debatten die aan de goedkeuring ervan voorafgegaan zijn.
  De leden van de Commissie mogen niet tegelijkertijd lid zijn van meerdere provinciale kamers, van meerdere afdelingen binnen dezelfde kamer of van de Commissie voor Monumenten, Landschappen en Opgravingen van een ander Gewest.
  De Regering kan, op advies van de Commissie en op de voordracht van de Minister, de hoedanigheid van erelid toekennen aan de gewezen leden die meer dan zeven jaar in de Commissie gezeteld hebben.

Art.25. De Commissie stelt haar door de Minister goedgekeurd huishoudelijk reglement vast. In het huishoudelijk reglement wordt het aantal leden bepaald dat wordt aangesteld in elke afdeling van de gewestelijke en provinciale kamers.

HOOFDSTUK VIII. - Slotbepalingen.
Art.26. Het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 29 april 1993 betreffende de structuur, de opdrachten en de werking van de Koninklijke Commissie voor Monumenten, Landschappen en Opgravingen van het Waalse Gewest wordt opgeheven.

Art. 27. De Minister van Patrimonium is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Namen, 2 mei 1996.
  De Minister-President van de Waalse Regering, belast met Economie, Buitenlandse Handel, KMO's, Toerisme en Patrimonium,
  R. COLLIGNON