Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

22 DECEMBER 1995. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en van het koninklijk besluit van 21 juni 1994 houdende bijzondere toepassingsmodaliteiten voor de sociale zekerheid voor werknemers wat de arbeiders in de tuinbouwsector betreft.



Inhoudstafel:


Art. 1-5



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1994022255 



Uitvoeringsbesluit(en):



Artikels:

Artikel 1. Artikel 8bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 21 juni 1994 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 7 april 1995, wordt vervangen door de volgende bepaling :
  "Artikel 8bis. De toepassing van de wet wordt beperkt tot de regeling voor de verplichte verzekering tegen ziekte en invaliditeit, tot de regeling van de werkloosheid, tot de regeling voor rust- en overlevingspensioenen voor werknemers en tot de kinderbijslagregeling voor werknemers, wat betreft de gelegenheidsarbeiders tewerkgesteld bij een werkgever die ressorteert onder het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf.
  In de zin van dit artikel wordt als gelegenheidsarbeider beschouwd de handarbeider tewerkgesteld in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, met uitsluiting van de champignonteelt en van het aanplanten en onderhouden van parken en tuinen, gedurende maximaal 65 dagen per kalenderjaar en uitsluitend op de 95 piekdagen die de werkgever aanduidt in het aanwezigheidsregister bedoeld bij het koninklijk besluit van 17 juni 1994 betreffende het bijhouden van een aanwezigheidsregister.
  Wordt voor een kwartaal niet als gelegenheidsarbeider in de zin van dit artikel beschouwd, de werknemer die in de loop van dat kwartaal en het daaraan voorafgaande kwartaal in de land- of tuinbouwsector heeft gewerkt met toepassing van de wet van 27 juni 1969 in een andere hoedanigheid dan die van gelegenheidsarbeider zoals hier omschreven.
  Geen enkele werknemer kan bij de Rijksdienst voor sociale zekerheid in de hoedanigheid van gelegenheidsarbeider worden aangegeven, voor het kwartaal waarin werd nagelaten de modaliteiten van het bijhouden van de plukkaart bedoeld in artikel 31bis, § 2, na te leven.
  Geen enkele werknemer kan bij de Rijksdienst voor sociale zekerheid in de hoedanigheid van gelegenheidsarbeider worden aangegeven, voor het ganse kalenderjaar waarin werd nagelaten werknemers in te schrijven in de terzake opgelegde sociale documenten. "

Art.2. Artikel 31bis, § 1, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 21 juni 1994, wordt aangevuld met het volgende lid :
  "Wanneer nagelaten wordt de piekdagen en de gelegenheidsarbeiders aan te duiden in het aanwezigheidsregister bedoeld in artikel 8bis, tweede lid, worden de bijdragen op de werkelijke lonen berekend. "

Art.3. In artikel 5 van het koninklijk besluit van 21 juni 1994 houdende bijzondere toepassingsmodaliteiten voor de sociale zekerheid voor werknemers wat de arbeiders in de tuinbouwsector betreft, worden de woorden "en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1995" geschrapt.

Art.4. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1996.

Art. 5. Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid en Onze Minister van Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 22 december 1995.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Tewerkstelling en Arbeid,
  Mevr. M. SMET
  De Minister van Sociale Zaken,
  Mevr. M. DE GALAN