21 FEBRUARI 1996. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 juni 1974 betreffende het statuut van de vrijwilligers van het actief kader van de land-, de lucht- en de zeemacht en van de medische dienst.
Art. 1-4
Artikel 1. In artikel 43sexies van het koninklijk besluit van 11 juni 1974 betreffende het statuut van de vrijwilligers van het actief kader van de land-, de lucht- en de zeemacht en van de medische dienst, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 6 april 1981, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
1°
§ 1, eerste lid, wordt vervangen door de volgende bepaling :
" Volgens de richtlijnen van de stafchef van het krijgsmachtdeel of van de medische dienst, bestaat de vorming bedoeld in artikel 20quater van de wet van 12 juli 1973 uit :
1° een gedeelte van de periode van opleiding van kandidaataanvullingsonderofficier bedoeld in artikel 40, § 1, 1°, van het koninklijk besluit van 11 augustus 1994 betreffende de werving en de vorming van kandidaat-militairen van het actief kader, hierna " vormingscyclus " genoemd;
2° een proeftijd. ";
2°
§ 2 wordt vervangen door de volgende bepaling :
" § 2. De vormingscyclus en de proeftijd vormen niet noodzakelijk een in de tijd aaneengesloten periode. De vormingscyclus of sommige gedeelten ervan kunnen de proeftijd onderbreken. "
Art.2. Artikel 51 van de wet van 21 december 1990 houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader wordt in werking gesteld.
Art.3. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 1995.
Art. 4. Onze Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 21 februari 1996.
ALBERT Van Koningswege :
De Minister van Landsverdediging,
J.-P. PONCELET