6 FEBRUARI 1995. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen.
Art. 1-2
Artikel 1. Artikel 106bis van het koninklijk besluit van 21 mei 1965 houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 22 oktober 1993, wordt aangevuld met §§ 5 tot 10 luidende :
"§ 5. Het regime op het kwartier met verscherpte beveiliging dient op zulke wijze toegepast te worden dat het geen afbreuk doet aan de menselijke waardigheid van de gedetineerden.
Om de gevolgen van de veiligheidsvereisten te milderen dienen materiële compensaties te worden verleend, vastgesteld door de Minister van Justitie.
§ 6. De bezoeken gaan door in een individuele cel-spreekkamer achter glas. Voor en na elk bezoek wordt de gedetineerde grondig gefouilleerd.
§ 7. De gedetineerden mogen niet telefoneren, hun briefwisseling wordt gecontroleerd overeenkomstig artikel 20 en volgende.
§ 8. De dagelijkse wandeling bedraagt minstens één uur en kan in beperkt gezelschap plaatsvinden.
§ 9. Zonder afbreuk te doen aan de toepassing van artikel 96 ontvangen de gedetineerden ten minste twee maal per maand het bezoek van de geneesheer.
De psychiater, de psycholoog en de maatschappelijk assistent volgen de gedetineerden met bijzondere aandacht.
§ 10. De dagindeling van de gedetineerden alsook de vormgeving van de regimeaspecten zijn vastgelegd in een huishoudelijk reglement.
Dit reglement wordt ter kennis gebracht van betrokken gedetineerden bij hun aankomst in het kwartier.".
Art. 2. Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en Econo- mische Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 6 februari 1995.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en Economische Zaken,
M. WATHELET