5 APRIL 1995. - Ministerieel besluit betreffende de voorwaarden tot aanvaarding als erkend entrepothouder.
Art. 1, 3ter, 2-7
Artikel 1. De artikelen 3bis en 3ter luidende als volgt worden ingevoegd in het ministerieel besluit van 28 december 1993 betreffende het accijnsstelsel van minerale olie :
"Art. 3bis. § 1. Iedere natuurlijke of rechtspersoon, andere dan die bedoeld bij artikel 3, die minerale olie voorhanden heeft, ontvangt of verzendt, kan slechts als erkend entrepothouder worden aangenomen voor zover hij aan navolgende voorwaarden voldoet :
1° het beroep van handelaar in minerale olie uitoefenen en over een gemiddelde voorraad beschikken die op jaarbasis berekend, hoger is dan :
- zware stookolie : 1 000 000 kg;
- vloeibare petroleumgas en methaan : 250 000 kg;
- andere minerale olie dan zware stookolie, vloeibaar petroleumgas en methaan : 500 000 l, of 2° een opslagbedrijf inzake minerale oliën uitbaten en beschikken over een opslagcapaciteit van meer dan 10 000 m3.
§ 2. De natuurlijke of rechtspersoon die voldoet aan de voorwaarde inzake hoeveelheid die is gesteld voor één van de categorieën minerale oliën bedoeld bij § 1, 1°, is vrijgesteld van de verplichting te voldoen aan de voorwaarden inzake hoeveelheid die voor de andere categorieën minerale oliën zijn gesteld.
§ 3. De directeur-generaal kan, onder de door hem te stellen voorwaarden, toestaan dat geen fysieke stock wordt gehouden door handelaren in zware stookolie die jaarlijks een hoeveelheid van meer dan 1 000 000 kg verkopen.
§ 4. De trader is vrijgesteld van het houden van een fysieke voorraad.
Onder "trader" wordt verstaan, de handelaar in minerale oliën die deze produkten koopt en verkoopt onder schorsing van accijnzen, zonder er fysiek bezit van te nemen en niet overgaat tot de inverbruikstelling ervan.
§ 5. De directeur-generaal stelt de voorwaarden vast volgens dewelke de bunkermaatschappijen worden erkend als erkend entrepothouder.
Art. 3ter. § 1. Kan niet worden aangenomen als erkend entrepo- thouder, de natuurlijke of rechtspersoon andere dan die bedoeld bij artikel 2 die minerale olie ontvangt, voorhanden heeft en aanwendt voor eigen verbruik.
§ 2. Pompstations kunnen niet worden erkend als belastingentrepot."
Art.2. Artikel 4 van het ministerieel besluit van 28 december 1993 betreffende het accijnsstelsel van minerale olie wordt aangevuld met een als volgt luidend 5° en 6° :
"5° een afschrift van het getuigschrift van inschrijving afgeleverd door het Ministerie van Economische Zaken overeenkomstig artikel 4 van het ministerieel besluit van 27 december 1978 betreffende de inschrijving van de personen die optreden in de bevoorradingsketen van het land en van de verbruikers in aardolie en aardolieprodukten;
6° een getuigschrift van het Ministerie van Economische Zaken waaruit blijkt dat de vereiste inlichtingen werden verstrekt voorgeschreven bij het ministerieel besluit van 17 april 1989 tot regeling van de wijze waarop de Minister van Economische Zaken van de opslagcapaciteit voor aardolie en aardolieprodukten dient te worden ingelicht."
Art.3. In het ministerieel besluit van 1 februari 1994 betreffende het accijnsstelsel van bier wordt een als volgt luidend artikel 2bis ingevoegd :
"Art. 2bis. Ieder andere persoon dan bedoeld in artikel 2, die bier voorhanden heeft, ontvangt of verzendt kan slechts als erkend entrepothouder worden aangenomen voor zover hij aan navolgende voorwaarden voldoet :
1° het beroep van handelaar in bier uitoefenen of beroepsmatig voor diens rekening optreden;
2° over een gemiddelde voorraad bier beschikken die op jaarbasis berekend 1 000 hl overtreft."
Art.4. In het ministerieel besluit van 10 juni 1994 betreffende het accijnsstelsel van wijn, andere gegiste dranken en tussenprodukten wordt een als volgt luidend artikel 2bis ingevoegd :
"Art. 2bis. § 1. Iedere andere persoon dan bedoeld bij artikel 2, die wijn, andere gegiste dranken of tussenprodukten voorhanden heeft, ontvangt of verzendt kan slechts als erkend entrepothouder worden aangenomen voor zover hij aan navolgende voorwaarden voldoet :
1° het beroep van handelaar in wijn, andere gegiste dranken of tussenprodukten uitoefenen of beroepsmatig voor diens rekening optreden;
2° over een gemiddelde voorraad beschikken die op jaarbasis berekend hoger is dan :
- wijn en andere gegiste dranken : 10 000 l;
- tussenprodukten : 7 500 l.
§ 2. De persoon die voldoet aan de voorwaarde inzake hoeveelheid die is gesteld voor één van de categorieën produkten bedoeld bij § 1, 2°, of bij artikel 5bis, 2°, van het ministerieel besluit van 10 juni 1994 betreffende het accijnsstelsel van ethylalcohol is vrijgesteld van de verplichting te voldoen aan de voorwaarden inzake hoeveelheid die voor de andere categorieën produkten zijn gesteld."
Art.5. In het ministerieel besluit van 10 juni 1994 betreffende het accijnsstelsel van ethylalcohol wordt een als volgt luidend artikel 5bis ingevoegd :
"Art. 5bis. § 1. Iedere andere persoon dan bedoeld in artikel 5, die ethylalcohol of gedistilleerde dranken voorhanden heeft, ontvangt of verzendt kan slechts als erkend entrepothouder worden aangenomen voor zover hij aan navolgende voorwaarden voldoet :
1° het beroep van handelaar in ethylalcohol en gedistilleerde dranken uitoefenen of beroepsmatig voor dienst rekening optreden;
2° over een gemiddelde voorraad beschikken die op jaarbasis berekend 5 000 l ethylalcohol of gedistilleerde dranken overtreft.
§ 2. De persoon die voldoet aan de voorwaarde inzake hoeveelheid die is gesteld voor één van de categorieën bedoeld bij § 1 of bij artikel 2bis van het ministerieel besluit van 10 juni 1994 betreffende het accijnsstelsel van wijn, andere gegiste dranken en tussenprodukten, is vrijgesteld van de verplichting te voldoen aan de voorwaarden inzake hoeveelheid die voor de andere categorieën produkten zijn gesteld."
Art.6. In het ministerieel besluit van 1 augustus 1994 betreffende het fiscaal stelsel van gefabriceerde tabak, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 27 december 1994 wordt een als volgt luidend artikel 2bis ingevoegd :
"Art. 2bis. § 1. Iedere andere persoon dan bedoeld in artikel 2, die gefabriceerde tabak voorhanden heeft, ontvangt of verzendt kan slechts als erkend entrepothouder worden aangenomen voor zover aan navolgende voorwaarden wordt voldaan :
1° het beroep van handelaar in gefabriceerde tabak uitoefenen of beroepsmatig voor diens rekening optreden;
2° over een gemiddelde voorraad beschikken die op jaarbasis berekend hoger is dan :
- rooktabak : 100 kg;
- sigaretten : 100 000 stuks;
- cigarillo's : 50 000 stuks;
- sigaren : 25 000 stuks.
§ 2. De persoon die voldoet aan de voorwaarde inzake hoeveelheid die is gesteld voor één van de produkten bedoeld bij § 1 is vrijgesteld van de verplichting te voldoen aan de voorwaarde inzake hoeveelheid die voor de andere produkten zijn gesteld."
Art. 7. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekend gemaakt.
Brussel, 5 april 1995.
Ph. MAYSTADT