Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

10 APRIL 1995. - Koninklijk besluit waarbij de rijkswacht gemachtigd wordt om het identificatienummer van het Rijksregister van de natuurlijke personen te gebruiken. (NOTA 1 : opgeheven wat de federale politie betreft door KB 2003-07-07/42, art. 6 ; Inwerkingtreding : 25-09-2003) (NOTA 2 : opgeheven voor elke lokale politiezone, vanaf de datum van oprichting van de bedoelde zone ; zie KB 2003-07-07/42, art. 6 ; Inwerkingtreding : onbepaald ) (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 13-05-1995 en tekstbijwerking tot 25-09-2003)



Inhoudstafel:


Art. 1-7



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:

1990007098 



Uitvoeringsbesluit(en):

1995000387  1995000388 



Artikels:

Artikel 1. Voor de vervulling van de taken die tot zijn bevoegdheid behoren, wordt de commandant van de rijkswacht gemachtigd het identificatienummer van het Rijksregister van de natuurlijke personen te gebruiken binnen de perken, onder de voorwaarden en voor de doeleinden vastgesteld bij de artikelen 2 en 3.

Art.2. § 1. Het identificatienummer van de personen ingeschreven in het Rijksregister van de natuurlijke personen mag enkel worden gebruikt om hen te identificeren in de bestanden, repertoria en dossiers bijgehouden voor het vervullen van taken van gerechtelijke of bestuurlijke politie alsmede voor het beheer, de administratie en de recrutering van het personeel.
  § 2. Benevens de commandant van de rijkswacht mogen, inzake taken van gerechtelijke of bestuurlijke politie, ook de andere leden van het personeel van het operationeel korps van de rijkswacht het nummer gebruiken.
  De Minister van Binnenlandse Zaken wijst de personeelsleden van de rijkswacht aan die gemachtigd zijn het nummer te gebruiken inzake het beheer, de administratie en de recrutering van het personeel.
  § 3. Het nummer wordt nooit vermeld op documenten die ter kennis kunnen worden gebracht van andere derden dan die bedoeld in artikel 3, tweede lid.

Art.3. Het identificatienummer van het Rijksregister mag niet worden meegedeeld aan derden.
  Voor de toepassing van het eerste lid worden niet als derden beschouwd :
  1° de natuurlijke personen op wie die informatiegegevens betrekking hebben alsook hun wettelijke vertegenwoordigers;
  2° de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht;
  3° de openbare overheden en instellingen die overeenkomstig artikel 8 van de voormelde wet van 8 augustus 1983, zelf de toestemming hebben gekregen om het identificatienummer van het Rijksregister te gebruiken en die handelen in de uitoefening van hun wettelijke en reglementaire bevoegdheden.
  Bij extern gebruik met de personen en overheden bedoeld in het tweede lid, primo en tertio mag het identificatienummer enkel worden gebruikt in de betrekkingen noodzakelijk voor het vervullen van de doeleinden bedoeld in artikel 2, § 1.

Art.4. § 1. Het gebruik van het identificatienummer van het Rijksregister inzake taken van gerechtelijke of bestuurlijke politie geschiedt door de personeelsleden van het operationeel korps onder het toezicht en de verantwoordelijkheid van hun meerderen die bekleed zijn met de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie of bestuurlijke politie.
  § 2. De lijst van de overeenkomstig artikel 2, § 2, tweede lid, aangewezen personeelsleden wordt, met vermelding van hun graad en hun ambt, jaarlijks opgesteld en volgens dezelfde periodiciteit aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer toegezonden.

Art.5. In artikel 1 van het koninklijk besluit van 19 maart 1990 waarbij sommige overheden van het Ministerie van Landsverdediging gemachtigd worden om het identificatienummer van het Rijksregister van de natuurlijke personen te gebruiken, worden de volgende wijzigingen aangebracht :
  1° de 4° wordt opgeheven;
  2° in 7° worden de woorden "met inbegrip van de rijkswacht" geschrapt.

Art.6. Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 7. Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Binnenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 10 april 1995.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Justitie,
  M. WATHELET
  De Minister van Binnenlandse Zaken,
  J. VANDE LANOTTE