Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

11 AUGUSTUS 1994. - Koninklijk besluit houdende de inwerkingstelling van sommige bepalingen betreffende de rechtstoestanden van het militair personeel.



Inhoudstafel:


Art. 1-16



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

1994007219 



Artikels:

Artikel 1. De wet van 20 mei 1994 betreffende de aanwending van de krijgsmacht, de paraatstelling, alsook betreffende de periodes en de standen waarin de militair zich kan bevinden wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt.

Art.2. De volgende bepalingen van de wet van 20 mei 1994 inzake de rechtstoestanden van het militair personeel worden in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt :
  1° de artikelen 1 en 2;
  2° de artikelen 8 en 9;
  3° de artikelen 11 en 12;
  4° de artikelen 14 tot 16;
  5° de artikelen 18 en 19;
  6° de artikelen 21 tot 23;
  7° de artikelen 25 en 26;
  8° de artikelen 28 tot 33;
  9° de artikelen 35 tot 40;
  10° artikel 42;
  11° de artikelen 44 tot 48;
  12° artikel 50;
  13° de artikelen 52 tot 58;
  14° artikel 60;
  15° de artikelen 62 tot 65;
  16° de artikelen 67 tot 84;
  17° artikel 85, 1° en 2°;
  18° de artikelen 87 en 88;
  19° artikel 90;
  20° de artikelen 99 tot 103.

Art.3. Artikel 134, 10°, van het koninklijk besluit van 11 augustus 1994 betreffende de werving en de vorming van de kandidaat-militairen van het actief kader wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt.

Art.4. De wet van 20 mei 1994 houdende statuut van de militairen korte termijn wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt, met uitzondering van :
  1° artikel 26, § 1 en § 4, 1°, dat niet in werking gesteld wordt;
  2° artikel 41, § 1, dat in werking gesteld wordt op 1 oktober 1994.

Art.5. De volgende bepalingen van de wet van 21 december 1990 houdende statuut van de kandidaat-militairen van het actief kader worden in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt, behalve voor de beroepsmilitairen die aanvaard werden om een vorming te volgen om als aanvullingsmilitairen opgenomen te kunnen worden in de onmiddellijk hogere personeelscategorie en voor de aanvullingsofficieren en -onderofficieren die aanvaard werden om een vorming te volgen om in hun personeelscategorie te worden opgenomen als beroepsmilitairen :
  1° de artikelen 1 tot 30;
  2° artikel 32;
  3° de artikelen 34 tot 36;
  4° de artikelen 42 en 43;
  5° de artikelen 45 en 46;
  6° de artikelen 48 tot 50;
  7° artikel 52, behalve wat de invoering van de graad van eerste soldaat in artikel 20sexies betreft voor de aanvullingsvrijwilligers van de bijzondere werving bedoeld in het koninklijk besluit van 13 november 1991 tot instelling van een bijzondere werving en vorming van kandidaat-aanvullingsvrijwilligers;
  8° de artikelen 53 en 54;
  9° artikel 57, 1°;
  10° artikel 58;
  11°
  a) artikel 59, 1°;
  b) artikel 59, 2°, behalve wat de eedaflegging betreft bedoeld in artikel 10, laatste lid;
  c) artikel 59, 3°, behalve wat de eedaflegging betreft bedoeld in artikel 12, tweede lid;
  d) artikel 59, 5°, behalve wat betreft de militaire leerlingen van de Koninklijke Kadettenschool en de militairen die, in het kader van de artikelen 61 en 62 van de wet van 21 december 1990 toestemming hebben gekregen om verder te dienen;
  12° artikel 60.

Art.6. Het koninklijk besluit van 6 juli 1994 houdende bepaling van de vormen van operationele inzet en van de voorbereidingsactiviteiten met het oog op de aanwending wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt.

Art.7. Het koninklijk besluit van 11 augustus 1994 betreffende het statuut van de militairen korte termijn wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt.

Art.8. Het koninklijk besluit van 11 augustus 1994 betreffende de werving en de vorming van de kandidaat-militairen van het actief kader wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt, met uitzondering van artikel 134, 10°, waarvan de inwerkingstelling vastgesteld wordt in artikel 3.

Art.9. Het koninklijk besluit van 13 november 1991 tot bepaling van de regels die gelden bij de beoordeling van de morele hoedanigheden van een kandidaat-militair van het actief kader of van een dienstplichtige, kandidaat-reserveofficier of kandidaat-reserveonderofficier wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt, behalve voor de kandidaten bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2° en 3°, van de voornoemde wet van 21 december 1990.

Art.10. Het koninklijk besluit van 13 november 1991 tot bepaling van de regels die gelden bij de beoordeling van de karakteriële hoedanigheden van een kandidaat-militair van het actief kader of van een dienstplichtige, kandidaat-reserveofficier of kandidaat-reserveonderofficier wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt, behalve voor de kandidaten bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2° en 3°, van de voornoemde wet van 21 december 1990.

Art.11. Het koninklijk besluit van 13 november 1991 tot bepaling van de regels die gelden bij de beoordeling van de fysieke hoedanigheden van sommige kandidaten en leerlingen van de krijgsmacht wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt, behalve voor de kandidaten bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2° en 3°, van de voornoemde wet van 21 december 1990.

Art.12. Het koninklijk besluit van 13 november 1991 betreffende de dienstnemingen en wederdienstnemingen van de kandidaat-militairen van het actief kader wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt, behalve voor de kandidaten bedoeld in artikel 2, eerste lid, 2° en 3°, van de voornoemde wet van 21 december 1990.

Art.13. De volgende bepalingen van het koninklijk besluit van 11 augustus 1994 betreffende de rechtstoestanden van het militair personeel worden in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt :
  1° de artikelen 1 tot 10;
  2° artikel 11, behalve wat het verlenen van de graad van adjudant-majoor betreft;
  3° de artikelen 12 tot 30.

Art.14. Het koninklijk besluit van 11 augustus 1994 houdende wijziging van het koninklijk besluit van 11 juni 1974 betreffende het statuut van de vrijwilligers van het beroepskader van de land-, de lucht- en de zeemacht en van de medische dienst wordt in werking gesteld de dag waarop dit besluit in werking treedt.

Art.15. Dit besluit treedt in werking op 15 augustus 1994.

Art. 16. Onze Minister van Landsverdediging is belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Château-neuf-de-Grasse, 11 augustus 1994.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Landsverdediging,
  L. DELCROIX