Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

30 MEI 1994. - Koninklijk besluit tot regeling van de toegang tot de informatiegegevens van het Rijksregister van de natuurlijke personen in hoofde van de instelling van openbaar nut Kind en Gezin.



Inhoudstafel:


Art. 1-4
M. WATHELET
De Minister van Binnenlandse Zaken,
L. TOBBACK



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

2002000577 



Artikels:

Artikel 1. Aan de instelling van openbaar nut Kind en Gezin wordt toegang verleend tot de informatiegegevens bedoeld in artikel 3, eerste lid, 1° tot en met 9°, en tweede lid, van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.
  De toegang tot de informatiegegevens geldt uitsluitend voor het vervullen van taken die de voormelde instelling verricht in uitvoering van het decreet van de Vlaamse Raad van 29 mei 1984 houdende oprichting van de instelling Kind en Gezin.
  Indien de toegang gevraagd wordt voor studie of onderzoek zal hij beperkt zijn tot een mededeling van informatiegegevens nodig voor de ondernomen studie of onderzoek.
  De toegang tot de informatiegegevens is toegestaan :
  1° aan de leidend ambtenaar van Kind en Gezin;
  2° aan de ambtenaren die de onder 1° vermelde persoon daartoe binnen zijn diensten wegens hun functies en binnen de perken van hun respectieve bevoegdheden bij name en schriftelijk aanwijst, op voorwaarde dat zij een graad bekleden gelijkwaardig aan een graad van niveau 1 van het Rijkspersoneel.

Art.2. De met toepassing van artikel 1, eerste lid, verkregen informatiegegevens mogen slechts worden gebruikt voor de in artikel 1, tweede lid, vermelde doeleinden. Zij mogen niet worden medegedeeld aan derden.
  Worden niet als derden beschouwd voor de toepassing van het eerste lid :
  1° de natuurlijke personen waarop die informatiegegevens betrekking hebben, alsook hun wettelijke vertegenwoordigers;
  2° de openbare overheden en de instellingen aangewezen krachtens artikel 5 van de voormelde wet van 8 augustus 1983, in het kader van de betrekkingen die zij voor de in artikel 1, tweede lid, vermelde doeleinden met Kind en Gezin onderhouden.

Art.3. De lijst van de overeenkomstig artikel 1, vierde lid, aangewezen ambtenaren wordt, met vermelding van hun graad en van hun ambt, jaarlijks opgesteld en volgens dezelfde periodiciteit aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer toegezonden.

Art.4. Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Binnenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
  Gegeven te Brussel, 30 mei 1994.
  ALBERT
  Van Koningswege :
  De Minister van Justitie,

M. WATHELET   De Minister van Binnenlandse Zaken,
L. TOBBACK