23 NOVEMBER 1993. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot bepaling van de wijze van tussenkomst van het Brussels Instituut voor Milieubeheer in het kader van de indiening van aanvragen om een milieu-attest of milieuvergunning. (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 30-11-1993 en tekstbijwerking tot 26-03-1999)
Art. 1, 1bis, 2-9
Bijlagen.
Art. N1, N2, N3, N4, N5, N6
Artikel 1. <BESL 1999-01-14/44, art. 1, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999> Voor de toepassing van dit besluit verstaat men onder :
1° "indieningsbewijs" : het indieningsbewijs bedoeld in artikel 14, tweede lid, van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen;
2° "ontvangbewijs" : het ontvangbewijs bedoeld in de artikelen 14, 16, 20, § 1, 34, 39, § 1, en 45 van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen;
3° "bericht van onvolledig dossier" : de betekening bedoeld in de artikelen 14, vierde lid, 16, tweede lid, 20, § 1, tweede lid, 34, § 2, eerste lid, 39, § 1, tweede lid en 45, § 2 van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen;
4° "Instituut" : het Brussels Instituut voor Milieubeheer.
Art. 1bis. (ingevoegd bij <BESL 1999-001-14/44, art. 2, Inwerkingtreding : 05-04-1999>) Bij ontvangst van de aanvraag om een milieu-attest of een milieuvergunning, deelt het Instituut de aanvrager conform bijlage 1 het dossiernummer en de gegevens van de behandelende ambtenaar mee.
Art.2. Indien het dossier betreffende een aanvraag om een milieu-attest of milieuvergunning voor een inrichting van klasse I.A. of klasse I.B. onvolledig is, brengt het Instituut de aanvrager (...) hiervan op de hoogte (...), door middel van een bericht, dat overeenkomt met het model van (bijlage 2). <BESL 1999-01-14/44, art. 3, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999>
Art.3. Indien het dossier betreffende een aanvraag om een milieu-attest of milieuvergunning voor een inrichting van klasse I.A. of klasse I.B. volledig is, levert het Instituut een ontvangstbewijs af, dat overeenkomt met het model van (bijlage 3). <BESL 1999-01-14/44, art. 4, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999>
Art.4. Indien de aanvraag om een milieu-attest of milieuvergunning, uitgaande van een publiekrechtelijke rechtspersoon of betreffende de vestiging van een inrichting van openbaar nut, bij het Instituut is ingediend, wordt onmiddellijk een indieningsbewijs, dat overeenkomt met het model van (bijlage 4), afgeleverd. <BESL 1999-01-14/44, art. 5, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999>
Art.5. Indien het dossier betreffende een aanvraag om een milieu-attest of milieuvergunning, uitgaande van een publiekrechtelijke rechtspersoon of betreffende de vestiging van een inrichting van openbaar nut, volledig is, stuurt het Instituut de aanvrager, (...), een ontvangstbewijs, dat overeenkomt met het model van (bijlage 5). <BESL 1999-01-14/44, art. 6, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999>
Art.6. Indien het dossier betreffende een aanvraag om een milieu-attest of milieuvergunning, uitgaande van een publiekrechtelijke rechtspersoon of betreffende de vestiging van een inrichting van openbaar nut, onvolledig is, brengt het Instituut de aanvrager hiervan op de hoogte, (...), door middel van een bericht, dat overeenkomt met het model van (bijlage 6). <BESL 1999-01-14/44, art. 7, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999>
Art.7. Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Executieve van 10 juni 1993 tot vaststelling van de vorm en de termijn voor de betekening van het bericht waarbij het Brussels Instituut voor Milieubeheer meldt dat het dossier onvolledig is en het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Executieve van 10 juni 1993 tot vaststelling van de formulieren voor de ontvangst van de aanvragen om een milieu-attest of -vergunning, uitgaande van een publiekrechtelijke rechtspersoon of betreffende e vestiging van inrichtingen van openbaar nut, worden opgeheven.
Art.8. <BESL 1999-01-14/44, art. 8, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999> Het gebruik van de bij dit besluit gevoegde formulieren wordt niet voorgeschreven op straffe van nietigheid. Het Instituut kan de in dit besluit bedoelde handelingen stellen met gebruikmaking van documenten die anders zijn opgesteld, zolang zij ten minste de gegevens bevatten die in de bijlagen bij dit besluit vermeld worden.
De directeur-generaal en de inspecteur-generaal van het Instituut mogen de ondertekening van de in het eerste lid bedoelde formulieren en documenten delegeren.
Art.9. Het lid van de Regering tot wiens bevoegdheid Leefmilieu en Waterbeleid behoren, is belast met de uitvoering van dit besluit.
Bijlagen.
Art. N1. <BESL 1999-01-14/44, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999> Bijlage 1. Aangetekend.
(Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 26-03-1999, p. 9806).
Art. N2. <BESL 1999-01-14/44, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999> Bijlage 2. Ontvangbericht van een onvolledig dossier inzake de aanvraag om een milieu-attest of milieuvergunning voor een inrichting van klasse I.A of I.B.
(Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 26-03-1999, p. 9807).
Art. N3. <BESL 1999-01-14/44, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999> Bijlage 3. Ontvangbewijs van het dossier inzake een aanvraag om een milieu-attest of milieuvergunning voor een inrichting van klasse I.A of I.B.
(Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 26-03-1999, p. 9808).
Art. N4. <BESL 1999-01-14/44, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999> Bijlage 4. Indieningsbewijs van een dossier dat uitgaat van een publiekrechtelijke rechtspersoon of een dossier inzake een inrichting van openbaar nut.
(Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 26-03-1999, p. 9809).
Art. N5. <BESL 1999-01-14/44, art. 9, 002; Inwerkingtreding : 05-04-1999> Bijlage 5. - Ontvangbewijs van een dossier dat uitgaat van een publiekrechtelijke rechtspersoon of een dossier inzake een inrichting van openbaar nut.
(Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 26-03-1999, p. 9810).
Art. N6. (ingevoegd bij <BESL 1999-01-14/44, art. 9, Inwerkingtreding : 05-04-1999>) Bijlage 6. Ontvangbericht van een onvolledig dossier voor een aanvraag die uitgaat van een publiekrechtelijke rechtspersoon of een dossier inzake een inrichting van openbaar nut.
(Formulier niet opgenomen om technische redenen. Zie B.St. 26-03-1999, p. 9811).