24 OKTOBER 1991. - Besluit van de Executieve betreffende de voortgezette opleiding, de beroepsomscholing en de aanvullende pedagogische volmaking. (Vertaling) - (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 08-04-1992 en tekstbijwerking tot 12-10-2000.)
HOOFDSTUK I. - Voortgezette opleiding.
Art. 1-2
HOOFDSTUK II. - Beroepsomscholing.
Art. 3
HOOFDSTUK III. - Aanvullende pedagogische volmaking.
Art. 4-7
HOOFDSTUK I. - Voortgezette opleiding.
Artikel 1. § 1. Om ingericht te kunnen worden, moeten de volmakingswerkzaamheden aan volgende voorwaarden voldoen :
a) door een Centrum voor Permanente Vorming voor de Middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen, hierna genoemd Centrum, georganiseerd zijn;
b) toevertrouwd worden aan personen die de behoeften kennen van de beroepen waarop de werkzaamheden betrekking hebben;
c) zich richten tot minstens twaalf deelnemers, behoudens afwijking toegestaan door het Instituut voor Permanente Vorming;
d) ten minste één maand vóór het begin van de activiteit aangevraagd worden bij het Instituut.
§ 2. Om georganiseerd te kunnen worden, dienen de lezingen bovendien aan de volgende voorwaarden te voldoen :
a) een minimale duur van twee uur per zitting hebben;
b) ten hoogste drie zittingen per dag omvatten voor een zelfde auditorium;
c) ten hoogste tien zittingen omvatten voor een zelfde thema en een zelfde auditorium.
§ 3. Om georganiseerd te kunnen worden, dienen de studiedagen en de seminaries daarenboven aan de volgende voorwaarden te voldoen :
a) een minimale duur van drie uur per zitting hebben;
b) ten hoogste twee zittingen per dag omvatten voor een zelfde auditorium;
c) ten hoogste tien zittingen omvatten voor een zelfde auditorium.
(NOTA 1 : Artikel 1 opgeheven voor het Waalse Gewest door <BWG 2000-08-31/30, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
(NOTA 2 : Artikel 1 opgeheven voor de Franse Gemeenschapscommissie door <ARR 2000-07-20/96, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
Art.2. Om erkend te kunnen worden, dienen de bijscholingscursussen aan de volgende voorwaarden te voldoen :
a) door een Centrum georganiseerd worden;
b) inzonderheid tot doel hebben de kennis betreffende de nieuwe technische, beroeps- en beheerstechnieken grondig bij te werken;
c) overeenstemmen met een programma dat aan de omscholingsbehoeften beantwoordt, zoals omschreven onder b);
d) gegeven worden door personen die de behoeften kennen van de beroepen waarop de omscholing betrekking heeft;
e) zich richten tot ten minste 8 deelnemers, behoudens afwijking toegestaan door het Instituut;
f) een minimale duur van dertig uur en een maximale duur van zestig uur hebben;
g) ten minste één maand vóór het begin van de cursussen aangevraagd worden bij het Instituut.
(NOTA 1 : Artikel 2 opgeheven voor het Waalse Gewest door <BWG 2000-08-31/30, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
(NOTA 2 : Artikel 2 opgeheven voor de Franse Gemeenschapscommissie door <ARR 2000-07-20/96, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
HOOFDSTUK II. - Beroepsomscholing.
Art.3. Om te kunnen worden erkend, dienen de omscholingsactiviteiten aan de volgende voorwaarden te voldoen :
a) georganiseerd worden door een Centrum;
b) tot doel hebben ondernemingshoofden of hun naaste medewerkers en hoofden van landbouwbedrijven een versnelde opleiding te verschaffen in de vorm van theoretische leergangen en stages leidend tot de uitoefening van een ander zelfstandig beroep;
c) zich richten tot personen die hun beroepswerkzaamheid wensen stop te zetten of deze stopgezet hebben om een door de Minister als geldig erkende reden en die de leeftijd van 55 jaar niet overschreden hebben;
d) toevertrouwd worden aan geschoold personeel dat de beroepskundigheden bezit voor de verstrekte opleiding;
e) zich richten tot ten minste vier deelnemers, behoudens afwijking toegestaan door het Instituut;
f) maximum 240 uren cursus en praktijkstage omvatten;
g) overeenstemmen met een programma dat beantwoordt aan het doel van de omscholing;
h) ten minste één maand vóór de aanvang van de activiteit aangevraagd worden bij het Instituut.
(NOTA 1 : Artikel 3 opgeheven voor het Waalse Gewest door <BWG 2000-08-31/30, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
(NOTA 2 : Artikel 3 opgeheven voor de Franse Gemeenschapscommissie door <ARR 2000-07-20/96, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
HOOFDSTUK III. - Aanvullende pedagogische volmaking.
Art.4. § 1. Om georganiseerd te kunnen worden, dienen de pedagogische lezingen aan de volgende voorwaaden te voldoen :
a) georganiseerd worden door het Instituut met de samenwerking van de centra;
b) een minimale duur van vijf uur hebben;
c) een maximale duur van veertig uur voor een zelfde auditorium hebben;
d) gegeven worden door personen, die de vereiste pedagogische bekwaamheid bezitten. Deze personen moeten hetzij houder zijn van een einddiploma van universitair of niet-universitair hoger onderwijs en ten minste vier jaar pedagogische praktijk hebben, hetzij houder zijn van een ander diploma of getuigschrift waaruit blijkt dat zij de vereiste pedagogische kennis bezitten en ten minste zeven jaar pedagogische praktijk hebben.
§ 2. Om te kunnen worden georganiseerd dienen de pedagogische volmakingscyclussen te voldoen aan volgende voorwaarden :
a) georganiseerd worden door het Instituut in samenwerking met de Centra;
b) een minimumduur van vijf uur hebben;
c) een maximumduur hebben van veertig uur voor één zelfde auditorium;
d) gegeven worden door personen die de vereiste pedagogische bekwaamheid bezitten. Deze personen moeten hetzij houder zijn van een einddiploma van universitair of niet-universitair hoger onderwijs en ten minste vier jaar pedagogische praktrijk hebben, hetzij houder zijn van een ander diploma of getuigschrift waaruit blijkt dat zij pedagogische kennis bezitten en ten minste zeven jaar pedagogische praktijk hebben.
(NOTA 1 : Artikel 4 opgeheven voor het Waalse Gewest door <BWG 2000-08-31/34, art. 9; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
(NOTA 2 : Artikel 4 opgeheven voor de Franse Gemeenschapscommissie door <ARR 2000-07-20/97, art. 9; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
Art.5. <Opheffingsbepaling van MB 1978-11-20/32>
(NOTA 1 : Artikel 5 opgeheven voor het Waalse Gewest door <BWG 2000-08-31/30, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
(NOTA 2 : Artikel 5 opgeheven voor de Franse Gemeenschapscommissie door <ARR 2000-07-20/96, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
Art.6. De Minister tot wiens bevoegdheid de Permanente Vorming voor de Middenstand en de kleine en middelgrote ondernemingen behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.
(NOTA 1 : Artikel 6 opgeheven voor het Waalse Gewest door <BWG 2000-08-31/30, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
(NOTA 2 : Artikel 6 opgeheven voor de Franse Gemeenschapscommissie door <ARR 2000-07-20/96, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
Art. 7. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 1992.
(NOTA 1 : Artikel 7 opgeheven voor het Waalse Gewest door <BWG 2000-08-31/30, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)
(NOTA 2 : Artikel 1 opgeheven voor de Franse Gemeenschapscommissie door <ARR 2000-07-20/96, art. 13; Inwerkingtreding : 01-09-2000>)