Details





Titel:

9 APRIL 1975. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de statuten van de waterzuiveringsmaatschappij van het kustbekken opgericht bij de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging.



Inhoudstafel:

Titel I. ALGEMENE BEPALINGEN.
HOOFDSTUK I. Voorafgaande bepalingen.
Art. 1-6
HOOFDSTUK III Kosten van beheer en werking.
Art. 7-9
HOOFDSTUK IV. Invorderingen.
Art. 10
Titel II. STATUTAIRE BEPALINGEN.
HOOFDSTUK I. Doel van de maatschappij.
Art. 11
HOOFDSTUK II. Maatschappelijke zetel.
Art. 12
HOOFDSTUK III. Bestuur, directie, toezicht.
Eerste afdeling. Raad van beheer.
Art. 13-19
Afdeling 2. De directeur.
Art. 20-22
Afdeling 3. Het toezicht.
Art. 23
HOOFDSTUK IV. De algemene vergadering.
Art. 24-33
HOOFDSTUK V Begroting, rekeningen en balans Leningen. Besteding van de nettowinstKoppeling aan het indexcijfer. Bekendmaking.
Art. 34-37
Titel III. BEPALINGEN MET EENMALIGE TOEPASSING.
Art. 38-40
Titel IV. SLOTBEPALINGEN.
Art. 41-42



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

1983005482 



Artikels:

Titel I. _ ALGEMENE BEPALINGEN.
HOOFDSTUK I. _ Voorafgaande bepalingen.
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
  "de wet", zonder enige andere bepaling, de wet van 26 maart 1971 op de bescherming van de oppervlaktewateren tegen verontreiniging;"de maatschappij", zonder enige andere bepaling, de waterzuiveringsmaatschappij van het kustbekken, opgericht bij artikel 8 van de wet.

Art.2. § 1. De inschrijvingsbedragen zijn berekend op basis van een grondbedrag van 50 F.
  1° per inwoner van de provincie, die in het gebied van de maatschappij verblijft, wat de provincies aangaat;
  2° per volume van 350 m3 opgenomen oppervlaktewater per jaar, wat de instellingen betreft bedoeld in artikel 9, § 2, 2° van de wet, met dien verstande dat in aanmerking wordt genomen het volume dat voorkomt op de jongste statistieken van de dienst der waterleidingen, die afhangt van de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort;
  3° per eenheid verontreinigende belasting wat de ondernemingen aangaat bedoeld in artikel 9, § 2, 3° van de wet, met dien verstande dat in aanmerking wordt genomen de verontrei-nigende belasting vastgesteld aan de hand van de gegevens betreffende het jongste afgesloten boekjaar.
  § 2. De verhogingen van het maatschappelijk kapitaal, bedoeld bij artikel 15, § 1, lid 2, van de wet, geschieden bij beslissing van de algemene vergadering door verhoging van het in § 1 vastgestelde grondbedrag;
  § 3. De inschrijvingsbedragen worden tot het onmiddellijk hoger of lager duizendtal afgerond naargelang ze eindigen, respectievelijk op een bedrag hoger dan of op een bedrag gelijk aan of lager dan vijfhonderd frank.

Art.3. De vennoten storten, door middel van een postoverschrijving of van een postwissel, een vijfde van de inschrijvingsbedragen, binnen een termijn van dertig dagen, volgend op de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit tot bepaling van deze inschrijvingsbedragen, en de rest of een gedeelte van de rest binnen een termijn van dertig dagen volgend op de daartoe strekkende beslissing van de raad van beheer.

Art.4. Elke vennoot ontvangt een op naam gesteld bewijs, dat ondertekend is door een lid van de raad van beheer, aangewezen door die raad, en door de directeur van de maatschappij, en dat volgende gegevens vermeldt:
  1° de benaming van de maatschappij;
  2° een volgnummer;
  3° naam en voornaam of benaming van de vennoot;
  4° zijn woonplaats of zijn maatschappelijke dan wel administratieve zetel;
  5° datum en opschrift van het koninklijk besluit tot vaststelling van het inschrijvingsbedrag;
  6° datum en bedrag van de storting.

Art.5. Terugbetaling van kapitaal, zoals bedoeld in het tweede lid van artikel 23 van de wet, wordt verricht binnen een termijn van negen maanden, volgend op de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit tot herziening van de inschrijvingsbedragen.

Art.6. Op de maatschappelijke zetel van de maatschappij wordt een register van de vennoten gehouden, waarvan dezen inzage kunnen nemen.
  Dat register wordt gequoteerd door de directeur van de maatschappij.
  Elke bladzijde ervan wordt geviseerd en geparafeerd door de voorzitter van de algemene vergadering van de maatschappij.
  Dat register bevat:
  1° naam en voornaam of benaming alsook woonplaats of maatschappelijke dan wel administratieve zetel van de vennoten;
  2° de datum van de bekendmaking in het cBelgisch Staatsblad
  en van de inwerkingtreding van de koninklijke besluiten tot vaststelling van de inschrijvingsbedragen;
  3° de inschrijvingsbedragen;
  4° de data en bedragen van de verrichte en te verrichten stortingen;
  5° de volgnummers van de afgeleverde op naam gestelde bewijzen;
  6° de data van de ingebrekestellingen bedoeld in artikel 10 van dit besluit;
  7° 4de data, bedragen en bewijsstukken van de gedane terugbetalingen.

HOOFDSTUK III_ Kosten van beheer en werking.
Art.7. In de loop van het begrotingsjaar, waarvoor de bijdragen bedoeld in artikel 21 van de wet verschuldigd zijn, stelt de raad van beheer van de maatschappij de betrokkenen bij een ter post aangetekende brief in kennis van de te betalen geldsommen.
  De betrokkenen storten hun bijdrage, door middel van een postoverschrijving of van een postwissel, binnen een termijn van twee maanden volgend op de datum van verzending van voornoemde kennisgeving.

Art.8. Elke vennoot ontvangt een op naam gesteld bewijs, dat ondertekend is door een lid van de raad van beheer, aangewezen door die raad, en door de directeur van de maatschappij, en dat volgende gegevens vermeldt:
  1° de benaming van de maatschappij;
  2° het begrotingsjaar waarvoor de bijdrage verschuldigd is;
  3° een volgnummer;
  4° naam en voornaam of benaming van de vennoot;
  5° zijn woonplaats of zijn maatschappelijke dan wel zijn administratieve zetel;
  6° de datum van de beslissing van de raad van beheer waarbij zijn bijdrage werd vastgesteld;
  7° datum en bedrag van de storting.

Art.9. Op de maatschappelijke zetel van de maatschappij wordt een register gehouden waarvan de betrokkenen inzage kunnen nemen.
  Dat register wordt gequoteerd, geviseerd en geparafeerd onder de voorwaarden beschreven in lid 2 en 3 van artikel 6 van dit besluit.
  Dat register bevat per jaar:
  1° een afschrift van de beslissing(en) van de algemene vergadering genomen krachtens artikel 21 van de wet;
  2° een afschrift van de beslissing van de raad van beheer waarin de verdeling is vastgelegd van de bijdragen tot de beheers- en werkingskosten;
  3° naam en voornaam of benaming, alsook woonplaats of maatschappelijke dan wel administratieve zetel van degenen die bijdragen verschuldigd zijn.
  4° de data waarop de berichten van betaling bedoeld in artikel 7, eerste lid, van dit besluit, zijn verzonden;
  5° de data en de bedragen van de verrichte en te verrichten stortingen;
  6° de volgnummers van de afgeleverde kwitanties;
  7° de data van de ingebrekestellingen bedoeld in artikel 10 van dit besluit;
  8° de data, bedragen en bewijsstukken van de gedane terugbetalingen.

HOOFDSTUK IV. _ Invorderingen.
Art.10. De ingebrekestellingen, bedoeld in artikel 24 van de wet, worden door de maatschappij gedaan binnen een termijn van acht werkdagen volgend op de vervaldata van de termijnen bepaald overeenkomstig de artikelen 3 en 7, tweede lid, van dit besluit.
  De verschuldigde geldsommen dragen rente tegen de in burgerlijke zaken wettelijke rentevoet, vanaf de datum van de ingebrekestelling, bij een ter post aangetekende brief.
  Behalve het geval dat de mogelijke kosten van invordering de in te vorderen bedragen overschrijden,
  is de maatschappij verplicht de bedragen in te vorderen.

Titel II. _ STATUTAIRE BEPALINGEN.
HOOFDSTUK I. _ Doel van de maatschappij.
Art.11. De maatschappij mag alle handelingen verrichten die noodzakelijk zijn voor de verwezenlijking van haar doel, zoals bepaald in artikel 10 van de wet.

HOOFDSTUK II. _ Maatschappelijke zetel.
Art.12. De maatschappij heeft haar maatschappelijke zetel te Oostende.

HOOFDSTUK III. _ Bestuur, directie, toezicht.
Eerste afdeling. _ Raad van beheer.
Art.13. § 1. De raad van beheer vertegenwoordigt de maatschappij in rechte, hetzij als eiser, hetzij als verweerder.
  De raad verzekert de werking van de maatschappij overeenkomstig de wet, de verordeningen en de statuten.
  Ter verwezenlijking van het maatschappelijk doel heeft de raad van beheer elke bevoegdheid van bestuur en beschikking welke hem door wetten of verordeningen of door de statuten niet zijn ontnomen.
  § 2. De raad van beheer oefent onder meer volgende bevoegdheden uit binnen de perken en onder de voorwaarden opgelegd door de wetten en hun uitvoeringsbesluiten en door deze statuten
  :
  1° hij stelt de programma's op voor zuivering van het afvalwater alsmede de ontwerpen van begrotingen en van nieuwe werken van de maatschappij en waakt over de uitvoering ervan;
  2° hij beslist over alle aankopen, overnemingen en verkrijgingen, alsook over het aangaan van welke overeenkomsten ook, waaronder zijn begrepen de overeenkomsten voor aanneming van werken, leveringen en diensten;
  3° hij organiseert al de diensten van de maatschappij, hij benoemt, ontslaat of schorst alle personeelsleden, met uitzondering van de directeur, na voorafgaande instemming van de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort; hij bepaalt, indien daartoe grond bestaat, het bedrag van hun borgstelling en verleent de toestemming tot terugbetaling ervan; hij bepaalt hun bestemming en hun bevoegdheid, daarbij rekening houdend met de veranderlijke noodwendigheden;
  4° hij richt de verenigingen op bedoeld bij artikel 10, § 3, van de wet;
  5° hij verstrekt de adviezen waarvan sprake is in artikel 10, § 6, van de wet, hetzij op eigen initiatief, hetzij op verzoek van de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort;
  6° hij beslist wanneer en voor welk deel het gedeelte van de inschrijvingsbedragen van het maatschappelijk kapitaal dat niet bij de stichting van de maatschappij werd gestort, moet worden gestort, voor zover dit noodzakelijk blijkt;
  7° hij verleent Ons zijn medewerking voor de uitvoering van artikel 15, § 1, laatste lid, van de wet;
  8° hij verleent Ons zijn medewerking bij het onderzoek van de aanvragen tot terugbetaling van kapitaal bepaald in artikel 15, § 2, van de wet;
  9° hij ziet toe op de terugbetalingen van kapitaal waarvan sprake is in artikel 23, tweede lid van de wet;
  10° hij stelt de voorstellen vast betreffende het totaal bedrag van de bijdragen in de kosten van beheer en werking en bepaalt de door ieder te betalen bijdragen;
  11° hij controleert de toezending van de ingebrekestellingen waarvan sprake is in artikel 24 van de wet;
  12° hij gaat de leningen van de maatschappij aan;
  13° hij beslist over de tenlasteneming in hun geheel of ten dele, van de werkingskosten van de zuiveringsinstallaties bepaald in artikel 35, § 1, van de wet;
  14° hij beslist over de plaats waar de algemene vergaderingen worden behouden;
  15° hij geeft opdracht tot bekendmaking in het cBelgisch Staatsblad
  van de akten en berichten die de maatschappij aangaan;
  16° hij verleent, behoudens in spoedgevallen, de machtiging tot rechtsvordering of gerechtelijk verweer, hij onderhandelt, treft dadingen en doet inwilligingen;
  17° hij beslist over elke betaling;
  18° hij verstrekt waarborgen als zekerheid voor de verbintenissen aangegaan door de maatschappij en aanvaardt waarborgen als zekerheid voor de tegenover de maatschappij aangegane verbintenissen;
  19° hij bepaalt de belegging van beschikbare gelden;
  20° hij beschikt over de gelden in deposito of in rekening-courant;
  21° hij sluit de rekeningen en toestandsopgaven, maakt de verslagen op en verschaft de inlichtingen bepaald in de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut; hij stuurt die stukken aan de bevoegde Ministers.
  § 3. De raad van beheer mag aan de directeur, alleen of gezamenlijk met een beheerder of een ambtenaar van de maatschappij, een deel van zijn bevoegdheden overdragen, onder meer de tekeningsbevoegdheid, zonder verantwoording van welke bevoegdheid ook te moeten verstrekken, zowel wat betreft de gerechtelijke vertegenwoordiging van de maatschappij als andere overeenkomsten en handelingen dan die welke behoren tot het dagelijks beheer en die de maatschappij verbinden ten aanzien van derden.
  De bevoegdheden bepaald onder 1°, 3°, 10°, tot 14°, 19° en 21° van § 2 van dit artikel behoren echter uitsluitend tot de raad van beheer.
  De bevoegdheden, door de raad van beheer overgedragen, worden uitgeoefend onder het hiërarchisch gezag van de raad die aan deze overdrachten te allen tijde een einde kan maken.

Art.14. De raad van beheer wordt door de voorzitter opgeroepen zo dikwijls als het belang van de maatschappij het vergt.
  Hij moet binnen vijftien dagen worden opgeroepen, op het verzoek van de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort, van de Minister van Financiën of van drie leden van de raad van beheer.
  Behalve in dringende gevallen, waarvoor staande de vergadering een verantwoording moet worden verstrekt, geschieden de oproepingen bij een ter post aangetekende brief ten minste acht dagen van te voren; de oproepingsbrieven zijn ondertekend door de voorzitter of door de secretaris van de raad van beheer.
  De oproepingsbrieven worden gestuurd aan de voorzitter, aan de plaatsvervanger van de voorzitter, aan de leden van de raad van beheer, aan de regeringscommissaris, aan de afgevaardigde van de Minister van Financiën en aan de directeur.
  Ze vermelden dag, datum, uur en plaats van de vergadering. Een afschrift van de notulen van de vorige vergadering en de agenda worden er bij gevoegd.

Art.15. Bij afwezigheid van de voorzitter, wordt de vergadering voorgezeten door de plaatsvervanger van de voorzitter.

Art.16. § 1. De raad van beheer kan alleen geldig beraadslagen en beslissen wanneer ten minste zes van de negen leden van de raad aan de vergadering deelnemen.
  Indien de raad, na tweemaal behoorlijk te zijn bijeengeroepen, het quorum niet heeft bereikt, beraadslaagt en beslist hij geldig op de vergadering die op de derde oproeping volgt, ongeacht het aantal aanwezige leden, over de punten die driemaal achtereenvolgens op de agenda worden vermeld.
  De beslissingen worden bij meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen. Bij staking van stemmen beslist de stem van het oudste lid in jaren van de raad van beheer; nochtans, wanneer het over personen gaat, wordt er herstemd.
  § 2. Geheime stemming is verplicht voor benoemingen en andere persoonsaangelegenheden of wanneer de voorzitter van de vergadering of een ander aanwezig lid van de raad van beheer erom verzoekt.

Art.17. § 1. Het is de leden van de raad van beheer verboden:
  1° aanwezig te zijn bij de beraadslagingen en beslissingen over zaken, waarbij zij, hetzij persoonlijk, hetzij als gelastigde vóór of na hun verkiezing, een rechtstreeks belang hebben, of waarbij hun bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad een persoonlijk en rechtstreeks belang hebben.
  Dat verbod geldt slechts voor bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad wanneer het betreft voordrachten van kandidaten, benoemingen, afzettingen of schorsingen.
  2° rechtstreeks of onrechtstreeks deel te nemen aan enige overeenkomst gesloten met de maatschappij.
  3° in de gedingen tegen de maatschappij op te treden als advocaat, notaris, zaakwaarnemer of deskundige of in dezelfde hoedanigheid, voor de maatschappij te pleiten, raad te geven of op te treden in enige betwiste zaak, tenzij zij het kosteloos doen.
  § 2. Het lid van de raad van beheer, dat handelt in strijd met de in § 1 van dit artikel opgenomen verbodsbepalingen, wordt ambtshalve uit zijn ambt ontzet. De raad van beheer spreekt de ontzetting uit het ambt uit bij een met redenen omklede beslissing.

Art.18. De notulen van de vergaderingen van de raad van beheer worden opgeschreven in een notulenboek en ondertekend door de aanwezige opgeroepen personen die erom verzoeken, alsmede door de secretaris van de raad van beheer.
  In rechte of anderszins over te leggen afschriften of uittreksels worden ondertekend, en door de voorzitter of door een door de raad aangewezen raadslid, en door de directeur van de maatschappij.

Art.19. _ Het presentiegeld van de voorzitter en van de plaatsvervanger van de voorzitter, en van de leden van de raad van beheer, en hun respectieve vergoedingen worden vastgelegd krachtens een door Ons vastgelegde verordening.

Afdeling 2. _ De directeur.
Art.20. Buiten de bevoegdheden, hem toegekend bij of krachtens de wet, beschikt de directeur van de maatschappij alleen over de bevoegdheden die hem door de raad van beheer zijn overgedragen.

Art.21. De directeur neemt het secretariaat waar van de raad van beheer.

Art.22. Hij bekleedt de rang van bestuursdirecteur in een rijksbestuur.

Afdeling 3. _ Het toezicht.
Art.23. § 1. Bij de maatschappij wordt bovendien een college van toezicht op het beheer opgericht, bestaande uit drie leden respectievelijk gekozen door een van de drie groepen van vertegenwoordigers bepaald in artikel 28 van de wet, terwille van hun bevoegdheid op het gebied van het beheer van industriële en commerciële openbare diensten en of van privé-bedrijven.
  § 2. Het mandaat van lid van het college van toezicht duurt een jaar en kan worden verlengd.
  Het is onverenigbaar met dat van lid van de raad van beheer, van regeringscommissaris, van gemachtigde van de Minister van Financiën en van revisor.
  § 3. De leden van het college van toezicht brengen elk jaar, voor de gewone algemene vergadering, verslag uit over de toestand, de organisatie en het beheer van de maatschappij.
  Daartoe verrichten ze tussen 15 januari en 15 februari een enquête in de maatschappelijke zetel en in de bedrijfszetels van de maatschappij. Te dier gelegenheid kunnen ze eisen dat hun alle stukken en goederen van de maatschappij worden getoond. Voor de duur van de uitoefening van hun opdracht wordt op de maatschappelijke zetel, uitsluitend voor hen, een lokaal ter beschikking gehouden.
  Het verslag wordt verzonden aan de maatschappelijke zetel van de maatschappij op naam van de voorzitter, ten minste dertig dagen voor de bijeenkomst van de gewone algemene vergadering daarin kan melding worden gemaakt van de meningsverschillen onder de leden van het college.
  § 4. De emolumenten en vergoedingen voor de leden van het college van toezicht worden vastgesteld overeenkomstig artikel 19 van dit besluit en komen ten laste van de begroting van de maatschappij.
  § 5. De leden van het college van toezicht op het beheer wonen de bijeenkomsten van de algemene vergadering van de maatschappij bij. Zij worden hiervoor opgeroepen volgens de regels bepaald in artikel 26 van dit besluit.

HOOFDSTUK IV. _ De algemene vergadering.
Art.24. Er wordt elk jaar, na samenroeping, op dag en uur vastgesteld in de aanvullende statuten van de maatschappij, een gewone algemene vergadering gehouden van de vertegenwoordigers van de vennoten.
  Deze vergadering moet tussen en 1 en 15 maart plaats hebben.
  Op die vergadering worden de conclusies van de verslagen van de raad van beheer en van het college van toezicht mondeling medegedeeld. De algemene vergadering spreekt zich uit over de conclusies van die verslagen alsook over de rekening van uitvoering van de begroting van het afgelopen boekjaar en over het begrotingsontwerp voor het komende boekjaar.
  Bij een afzonderlijke stemming spreekt zij zich uit over de bevrijding van de leden van de raad van beheer.
  Zij voorziet, in voorkomend geval, in de vervanging van de raad van beheer en in de opengevallen mandaten van lid van die raad.
  Zij stelt het globale bedrag vast van de bijdragen voor beheers- en werkingskosten voor het komende begrotingsjaar.
  Zij stelt de bepalingen vast van de aanvullende statuten van de maatschappij en beslist over de door de raad van beheer voorgestelde verhogingen van het maatschappelijk kapitaal, alsmede over elk ander punt van de agenda.
  Op de agenda moeten staan, de problemen die ten minste een maand voor de datum van de bijeenkomst van de gewone algemene vergadering worden opgeworpen door vertegenwoordigers van de vennoten, die samen over tenminste tien procent van de uit te brengen stemmen beschikken.

Art.25. De raad van beheer kan een buitengewone algemene vergadering samenroepen. Dit moet gebeuren binnen dertig dagen:
  1° op verzoek van de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort;
  2° op verzoek van de vertegenwoordigers van de vennoten die samen over tenminste tien procent van de uit te brengen stemmen beschikken, voor zover dat verzoek ten minste drie maanden voor de datum van de gewone algemene vergadering van de maatschappij wordt ingediend.
  3° indien tenminste drie maanden voor de bijeenkomst van de gewone algemene vergadering van
  de maatschappij, twee mandaten van lid van de raad van beheer zijn opengevallen.

Art.26. Alleen de vertegenwoordigers die door de vennoten ten minste vijftien dagen vóór de datum van de vergadering worden aangewezen, zijn op de algemene vergadering toegelaten en worden ervoor opgeroepen.
  De oproepingsbrieven worden ondertekend door de voorzitter, of in diens naam, door de secretaris van de raad van beheer. Benevens de agenda zijn daarin ook datum, uur en plaats van de vergadering vermeld. Bij de oproepingsbrieven voor de gewone algemene vergaderingen wordt een afschrift gevoegd van de verslagen van de raad van beheer en van het college van toezicht, van de uitvoeringsrekening van de begroting van het afgelopen boekjaar en van het begrotingsontwerp voor het komende boekjaar.
  De bijeenroeping geschiedt tenminste vijftien dagen vóór de datum van de vergadering bij een in het Belgisch Staatsblad
  bekendgemaakt bericht en, individueel, bij een ter post aangetekende brief.

Art.27. Voor de aanvang van de vergadering ondertekenen de vertegenwoordigers een register waarin zijn vermeld hun naam, voornaam, woonplaats en hoedanigheid, de vennoot die zij vertegenwoordigen en het aantal stemmen dat zij mogen uitbrengen.

Art.28. Bij afwezigheid van de voorzitter wordt de algemene vergadering voorgezeten door de plaatvervanger van de voorzitter.

Art.29. Het bureau van de algemene vergadering bestaat uit de voorzitter, de plaatsvervanger van de voorzitter, de leden van de raad van beheer en de directeur voor zover zij de vergadering bijwonen.
  Het bureau neemt als stemopnemers drie leden van de algemene vergadering die de drie categorieën vertegenwoordigen.
  Er mag geen uitspraak gedaan worden omtrent een punt dat niet op de agenda voorkomt, behoudens in gevallen waarvan een meerderheid van twee derde van de uitgebrachte stemmen de dringende behandeling aanvraagt.

Art.30. De algemene vergadering is regelmatig samengesteld ongeacht het aantal aanwezige vertegenwoordigers.
  Opdat evenwel de algemene vergadering tot verhoging van het maatschappelijk kapitaal kan beslissen of de aanvullende statuten van de maatschappij kan vaststellen, moeten de aanwezige vertegenwoordigers beschikken over tenminste de helft van de stemmen welke zijn toegekend aan de gezamenlijke vertegenwoordigers die door de vennoten, overeenkomstig artikel 26, eerste lid, van dit besluit, zijn aangewezen.

Art.31. Alleen de vertegenwoordigers die op de vergadering aanwezig zijn, zijn stemgerechtigd. Het is evenwel aan ieder vertegenwoordiger toegelaten als volmachtdrager namens een ander vertegenwoordiger aan de stemming deel te nemen, voor zover beide vertegenwoordigers door éénzelfde vennoot zijn aangewezen.
  Geheime stemming is verplicht indien tenminste een vierde van de op de vergadering vertegenwoordigde vennoten erom verzoeken en indien het gaat over de verkiezing van personen of over andere personenkwesties. Het bureau neemt de nodige maatregelen om absolute geheimhouding over de stemming te behouden. In geval van geheime stemming, zal er gestemd worden per categorie van vertegenwoordigers om te vermijden dat de maxima bepaald bij artikel 27 b), laatste lid, en c), laatste lid, van de wet, overschreden worden.
  In de andere gevallen volstaat de stemming bij handopsteking; nochtans moet bij afroeping van de namen en van de uit te brengen stemmen worden gestemd wanneer een vierde van de op de vergadering vertegenwoordigde vennoten erom verzoeken of wanneer er voor het bureau twijfel bestaat over het resultaat van een stemming bij handopsteking.
  De beslissingen worden genomen bij de meerderheid van de uitgebrachte stemmen.

Art.32. De notulen van de algemene vergaderingen worden door de secretaris van de raad van beheer in een notulenboek opgeschreven.
  Zij worden ondertekend door hem en door de leden van het bureau, door de stemopnemers alsook door de aanwezige vertegenwoordigers die erom verzoeken.
  De in rechte over te leggen afschriften of uittreksels van de notulen worden overeenkomstig artikel 18, tweede lid, van dit besluit ondertekend.
  De vennoten en hun vertegenwoordigers
  ontvangen een afschrift van de notulen van de algemene vergaderingen.

Art.33. Behoudens de leden van de raad van beheer, hebben de vertegenwoordigers die op de vergadering aanwezig zijn, recht op presentiegeld en op de terugbetaling van hun reiskosten krachtens een door Ons vastgestelde verordening.
  Bovenbedoelde uitgaven komen ten laste van de begroting van de maatschappij.

HOOFDSTUK V_ Begroting, rekeningen en balans Leningen. _ Besteding van de nettowinstKoppeling aan het indexcijfer. _ Bekendmaking.
Art.34. § 1. De Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort en de Minister van Financiën bepalen binnen de perken van het toezicht waarmee zij zijn belast, de regelen waaraan de maatschappij voor de toepassing van de wet en haar uitvoeringsbesluiten is onderworpen, onder meer wat betreft
  :
  1° de vorm van het begrotingsontwerp;
  2° de algemene structuur van het boekhoudplan;
  3° de begrotingsaanwijzing in het raam van het stelsel van het beheer;
  4° de vaststelling van de winsten;
  5° de wijze van schatting der bestanddelen van het vermogen;
  6° de wijze van berekening en vaststelling van het maximale bedrag van:
  a) de afschrijvingen;
  b) de dotaties voor de vernieuwingsfondsen;
  c) de bijzondere reserves en andere provisies die overeenkomstig de werkzaamheden van de maatschappij moeten worden aangelegd;
  7° de keuze en de raming van de gegevens die de kostprijs van de in § 3 van dit artikel bedoelde diensten kunnen verhogen of verlagen.
  § 2. Teneinde de rekeningen en toestandsopgaven van een boekjaar te kunnen afsluiten is de raad van beheer ertoe gehouden een begrotingsboekhouding op te maken in overeenstemming met de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, en een industriële boekhouding waarvan het boekhoudingsplan wordt vastgelegd door de Minister, tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort.
  Uit dit boekhoudplan moeten de ontvangsten en lasten blijken voor de zuivering van normaal huisafvalwater en van het industrieel afvalwater. De gegevens betreffende dit laatste moeten worden verdeeld volgens de industriële sectoren, zodanig dat in eenzelfde rekening voorkomen de industriële, landbouw- en tertiaire ondernemingen die met elkaar analogie vertonen wat de kenmerken van de verontreinigende stoffen betreft.
  § 3. In de comptabiliteit van de maatschappij worden, voor elke installatie voor zuivering van afvalwater, rekeningen en -hulprekeningen geopend zowel wat het patrimonium als de exploitatie betreft.
  § 4. Elk jaar wordt op 31 december de comptabiliteit van de maatschappij afgesloten.
  Ten laatste de 20° januari daaropvolgend moeten door de raad van beheer zijn vastgesteld de jaarlijkse rekening van uitvoering van de begroting, de rekening van de wijzigingen van het patrimonium, de balans en de resultatenrekening alsook het jaarverslag en de andere stukken die bij de jaarlijkse rekening van uitvoering van de begroting moeten worden gevoegd.
  Ten laatste op dezelfde datum stelt de raad van beheer het begrotingsontwerp en de bijlagen voor het eerstvolgende begrotingsjaar vast.
  § 5. Op het einde van het dienstjaar en ten laatste op 15 februari moeten de resultaten van de verschillende rekeningen, samen met de bijgehouden tabel van de verdeling van het kapitaal en van de kosten van beheer en werking, worden overgelegd aan de Minister tot wiens bevoegdheid de Volksgezondheid behoort. Deze stukken moeten zodanig worden voorgelegd dat men voor iedere verontreinigingssector de eenheidslasten voor de zuivering kan afleiden, dit wil zeggen de kostprijs voor de zuivering van één eenheid verontreinigde belasting.

Art.35. Van de netto-winst die op de balans van de maatschappij voorkomt wordt nadat voorzien is in de afschrijvingen, in de dotaties voor de vernieuwingsfondsen, in de speciale reserves en andere provisies, een reserve zonder bepaalde bestemming aangelegd. Die reserve mag niet meer bedragen dan 10 pct. van het werkelijk gestorte kapitaal.
  Het eventueel saldo zal onder de vennoten verdeeld worden naar rato van hun gestorte inschrijvingsbedragen.

Art.36. Het stelsel van koppeling aan het indexcijfer der consumptieprijzen, van toepassing op de maatschappij is, behoudens de andersluidende wets- of verordeningsbepaling, datgene dat geldt voor de wedden, lonen, pensioenen, toelagen en subsidies ten laste van de Schatkist.

Art.37. De beslissingen en akten ter uitvoering van de artikelen 9, § 3, 28, eerste lid, en 29, laatste lid, van de wet en van de artikelen 2, § 2, 13, § 3 en 39 van dit besluit, worden door de maatschappij in het cBelgisch Staatsblad bekendgemaakt, binnen dertig dagen volgend op de datum waarop ze definitief geworden zijn.

Titel III. _ BEPALINGEN MET EENMALIGE TOEPASSING.
Art.38. De provincies, de openbare instellingen en de ondernemingen, bedoeld in artikel 9, § 2, van de wet, wijzen tenminste een maand vóór de datum van de stichting van de maatschappij, hun vertegenwoordigers aan overeenkomstig artikel 26, § 1 van de wet, en delen de naam, voornaam, woonplaats en hoedanigheid van die personen mede aan de voorzitter van de algemene vergadering van de maatschappij.
  De ondernemingen, bedoeld in artikel 9, § 2, 3 van de wet wijzen evenwel hun vertegenwoordigers slechts aan naarmate het aandeel van elke onderneming in het kapitaal van de maatschappij door Ons is bepaald.
  De voorzitter roept de vertegenwoordigers op, tenminste acht dagen vóór de datum van de stichting van de maatschappij, bij een in het cBelgisch Staatsblad bekendgemaakt bericht, en, individueel, bij een ter post aangetekende brief, houdende vermelding van datum, uur en plaats van de stichting van de maatschappij.

Art.39. Op de door Ons bepaalde datum, stelt de voorzitter van de algemene vergadering de oprichtingsakte op waarin onder meer is vermeld het bedrag waarvoor elke vennoot heeft ingeschreven alsmede de handtekening van de plaatsvervangende voorzitter, en die van elke verschijnende vertegenwoordiger.
  Op dezelfde dag wordt, zonder verdere oproeping of agenda, een algemene vergadering gehouden waar de leden van de raad van beheer worden gekozen overeenkomstig de bepalingen van artikel 28, eerste lid, van de wet, waar dag en uur worden bepaald van de gewone algemene vergaderingen van de maatschappij en waar wordt beslist over enig ander punt binnen de perken van de statuten.
  In afwijking van het bepaalde in het tweede lid en voor een overgangsperiode van drie jaar te rekenen vanaf de datum van de stichting van de maatschappij, worden de leden van de raad van beheer, bedoeld in artikel 28, eerste lid, 3° van de wet, door Ons benoemd op voordracht van de representatieve werkge-versorganisaties;

Art.40. Binnen een maand na de stichting van de maatschappij legt de raad van beheer Ons een lijst voor van tenminste vijf kandidaten voor het ambt van directeur - waaronder drie personeelsleden van de hoogste hiërarchische rang van de maatschappij -, die aan de in artikel 31, § 1 van de wet gestelde vereisten voldoen.

Titel IV. _ SLOTBEPALINGEN.
Art.41. Dit besluit treedt in werking de dagwaarop het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.

Art. 42. Onze Minister van Volksgezonheid en van het Gezin is belast met de uitvoering van dit besluit.