Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

28 JUNI 1971. _ Koninklijk besluit houdende aanpassing en coördinatie van de wetsbepalingen betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers.



Inhoudstafel:


Art. 1-3



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

  1997012045  1997012172  1997030550  2022207133 



Artikels:

Artikel 1. In de bij dit besluit gevoegde tekst worden in overeenstemming gebracht :1° met de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg : de artikelen 27 en 50 van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders, gecoördineerd op 9 maart 1951;2° met de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités : de artikelen 7, 8, 11, 18, 22, 51 en 66 van dezelfde wetten;3° met de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders : de artikelen 27 en 50 van dezelfde wetten.

Art.2. In de bij dit besluit gevoegde tekst worden gecoördineerd :1° de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders, gecoördineerd op 9 maart 1951, met uitzondering van de artikelen 23, 37, tweede tot vijfde lid, 40, 41, 45 en 49;2° artikel 1, in zoverre het betrekking heeft op de gecoördineerde wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders, en de artikelen 9 en 10 van het koninklijk besluit van 16 februari 1952 tot uitvoering van de wet van 26 januari 1951 betreffende de vereenvoudiging der documenten waarvan het bijhouden door de sociale wetgeving opgelegd is;3° de wet van 27 mei 1952 tot wijziging van de wetten betreffende het jaarlijks verlof der loonarbeiders, geordend op 9 maart 1951, en toekenning van aanvullend anciënniteitsverlof, met uitzondering van de artikelen 16, 17 en 18;4° de wet van 27 juli 1953 tot interpretatie en wijziging van de wetten betreffende het jaarlijks verlof der loonarbeiders, geordend op 9 maart 1951, met uitzondering van de artikelen 12, 13, en 14;5° artikel 10 van het koninklijk besluit van 15 januari 1954 ter uitvoering van artikel 11 van de wet van 29 mei 1952 tot inrichting van de Nationale Arbeidsraad;6° de wet van 11 maart 1954 tot wijziging van de wetten betreffende het jaarlijks verlof der loonarbeiders, geordend op 9 maart 1951, met uitzondering van de artikelen 8, 9 en 10;7° de wet van 29 maart 1956 tot wijziging van de wetten betreffende het jaarlijks verlof der loonarbeiders, geordend op 9 maart 1951, met uitzondering van artikel 3;8° de wet van 4 juli 1956 tot wijziging van de wetten betreffende het jaarlijks verlof der loonarbeiders, geordend op 9 maart 1951, met uitzondering van artikel 5;9° artikel 7 van de wet van 8 maart 1962 tot wijziging en aanvulling van de sociale zekerheidswetgeving met het oog op de eenvormigheid en de veralgemening van de voorschriften betreffende de afschaffing van frankgedeelten;10° de wet van 28 maart 1964 tot integratie van de vakantiebijslag in het stelsel van de jaarlijkse vakantie der werknemers, met uitzondering van de artikelen 1 tot 7, 22, 24, § 2, en 26;11° het koninklijk besluit van 8 juli 1964 waarbij de inwerkingtreding van sommige bepalingen van de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg wordt bepaald voor de Rijkskas voor jaarlijks verlof, met uitzondering van de artikelen 1, 8, 9, 10 en 11;12° het koninklijk besluit van 15 april 1965 tot wijziging van de wetten betreffende het jaarlijks verlof der loonarbeiders, geordend op 9 maart 1951, met uitzondering van de artikelen 4, 5 en 6;13° de wet van 13 juni 1966 tot integratie van de derde week vakantie in het stelsel van de jaarlijkse vakantie der werknemers, met uitzondering van de artikelen 11, 12, § 4, en 13 tot 23;14° de wet van 26 maart 1970 tot integratie van het dubbel vakantiegeld voor de derde vakantieweek in het stelsel van de jaarlijkse vakantie der werknemers, met uitzondering van de artikelen 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28, 29, 30, 31, 35, 36, 37, 38 en 39;15° artikel 7 van het koninklijk besluit van 1 maart 1971, waarbij de tekst van sommige wetsbepalingen in overeenstemming wordt gebracht met de bepalingen van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités.

Art. 3. Onze Minister van Sociale Voorzorg is belast met de uitvoering van dit besluit.