Details



Externe links:

Justel
Reflex
Staatsblad pdf



Titel:

13 DECEMBER 1966. - Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden en modaliteiten voor de erkenning van de laboratoria en instellingen die belast zijn, met de monsternemingen, ontledingen, proeven en onderzoekingen, in het kader van de bestrijding van de luchtverontreiniging.



Inhoudstafel:


Art. 1-11



Deze tekst heeft de volgende tekst(en) gewijzigd:



Uitvoeringsbesluit(en):

1989029312  2023047333 



Artikels:

Artikel 1. <Zie NOTA onder TITEL> De erkenning door de Minister van Volksgezondheid van de in de artikels 5 en 7 der wet van 28 december 1964, betreffende de bestrijding van de luchtverontreiniging, bedoelde laboratoria of instellingen, wordt onder de in dit besluit gestelde voorwaarden verleend.
  Zij kan worden beperkt tot:
  1° een of meer van de in de artikels 5, 1° tot 3°, en 7, van deze wet genoemde opdrachten;
  2° een bepaald object dat in het kader van die opdrachten valt.

Art.2. <Zie NOTA onder TITEL> De erkenningsaanvraag moet worden gestuurd aan de Minister van Volksgezondheid; erbij worden gevoegd de bescheiden bestemd om te staven dat de in artikel 3 vereiste voorwaarden vervuld zijn.
  In de aanvraag moeten de opdrachten waarvoor men erkend wenst te worden nader bepaald zijn.

Art.3. <Zie NOTA onder TITEL> De erkenning is van de volgende voorwaarden afhankelijk:
  § 1. De aanvrager moet het bewijs leveren dat:
  1° hij beschikt over de lokalen, het materieel, alsook over de wetenschappelijke apparatuur en documentatie, die nodig zijn om de in de aanvraag vermelde opdrachten te verrichten;
  2° hij beschikt over het technische personeel dat vertrouwd is met de aard en de omvang van de in de aanvraag vermelde opdrachten;
  3° het laboratorium onder de werkelijke leiding is geplaatst van een persoon die een universitair diploma bezit, waardoor hij de opleiding heeft ontvangen die met de in de aanvraag vermelde opdrachten overeenstemt.
  § 2. De aanvrager moet de verbintenis aangaan:
  1° aan de met het toezicht en de controle belaste ambtenaren steeds toegang te verlenen tot de lokalen van het erkende laboratorium of van de erkende inrichting;
  2° aan de met de inspectie van de luchtverontreiniging belaste ambtenaren, alsmede aan die van het Instituut voor Hygiëne en Epidemiologie, al de inlichtingen betreffende de aangewende technieken en methoden mede te delen, wanneer zij daarom verzoeken.
  § 3. De aanvrager moet de identiteit van de natuurlijke persoon of personen die het laboratorium of de instelling exploiteren of, wanneer het om een rechtspersoon gaat, de statuten van de vereniging en de namen van haar zaakvoerders of beheerders, mededelen.
  § 4. Wanneer het gaat om opdrachten als bedoeld in de artikelen 5, 1°, en 7, van de wet van 28 december 1964, moet de aanvrager bovendien de verbintenis aangaan:
  a) de monsternemingen, ontledingen of proeven te verrichten waarom wordt verzocht door de ambtenaren door de Koning aangewezen, ter voldoening aan artikel 6, § 1, van deze wet;
  b) alleen aan die ambtenaren de uitslagen van die ontledingen of proeven mede te delen.

Art.4. <Zie NOTA onder TITEL> De directeur van het erkende laboratorium of van de erkende instelling en de personen die belast zijn met de monsternemingen, ontledingen en proeven, (...) mogen noch rechtstreeks, noch onrechtstreeks geinteresseerd zijn bij een firma die apparaten, toestellen of produkten, die een verontreiniging kunnen teweegbrengen of bestemd zijn om die te bestrijden, fabriceren of handel erin drijven. <KB 27-05-1968>

Art.5. <Zie NOTA onder TITEL> De aanvraag tot erkenning wordt aan een onderzoek onderworpen en wordt eventueel meegedeeld, op grond van artikel 3, tweede lid, van de wet van 28 december 1964, aan ieder ander bevoegde Minister.

Art.6. <Zie NOTA onder TITEL> De directeur van het erkende laboratorium of van de erkende instelling moet:
  1° in het geval van een opdracht genoemd in de artikels 5, 1° en 7, der wet van 28 december 1964, de conclusies van de ontledingen of proeven ondertekenen.
  Hij houdt een register bij voor de monsternemingen, ontledingen of proeven, die op verzoek van de door de Koning, ter voldoening aan artikel 6, eerste lid, van die wet aangewezen ambtenaren worden verricht en in dat register schrijft hij, meer bepaald, de gedane verrichtingen en de bekomen uitslagen in. Die registers moeten gedurende een periode van zes jaar bewaard worden:
  2° in de andere gevallen, aan de Minister van Volksgezondheid (Instituut voor Hygiëne en Epidemiologie) de uitslagen zenden van de onderzoekingen en opsporingen en meer bepaald, alle afwijkende bevindingen vastgesteld tijdens de routineonderzoekingen.

Art.7. <Zie NOTA onder TITEL> De lijst van de erkende laboratoria en instellingen wordt jaarlijks in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.

Art.8. <Zie NOTA onder TITEL> De erkenning kan geheel of gedeeltelijk, tijdelijk of definitief worden ingetrokken wanneer een van de in artikel 3 bepaalde voorwaarden niet meer is vervuld of wanneer de bepalingen van de artikels 4 en 6 niet meer nageleefd worden.
  De betrokkene wordt uitgenodigd zijn verdedigingsmiddelen te doen gelden alvorens de intrekking wordt bevolen.
  Elke intrekking van een erkenning wordt per uittreksel in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt.

Art.9. <Zie NOTA onder TITEL> De honoraria voor de monsternemingen, ontledingen of proeven waarom wordt verzocht door de ambtenaren door de Koning aangewezen, ter voldoening van artikel 6 der bovengenoemde wet van 28 december 1964, worden volgens de door de Minister van Volksgezondheid bepaalde normen vereffend.
  Betreffende de routinemonsternemingen en -onderzoekingen, verricht in het kader van een programma van een bepaalde duur, kan de bevoegde Minister met de laboratoria of instellingen een overeenkomst sluiten.

Art.10. <Zie NOTA onder TITEL> De bepalingen van dit besluit zijn niet toepasselijk op de instellingen bedoeld in artikel 5, 4°, der bovenvermelde wet van 28 december 1964.

Art. 11. <Zie NOTA onder TITEL> Onze Minister van Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.