14 AUGUSTUS 1933. - Wet betreffende de bescherming van drinkwaters. - (NOTA : Raadpleging van vroegere versies vanaf 23-07-2002 en tekstbijwerking tot 18-11-2010)
Art. 1, 1bis, 2-7
1946021110 1989029348 2001000235 2002022096 2002031036 2014024331 2017012841 2021031006 2024001125
[Opgeheven] <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 002; Inwerkingtreding : 23-07-2002> Art. 1. (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) <Opgeheven door ORD 2010-10-28/06, art. 13, 004; En vigueur : 28-11-2010> Art. 1bis.(Vlaams Gewest) <Ingevoegd bij DVR 1996-12-20/37, art. 34; Inwerkingtreding : 01-01-1997> Bijzondere bepalingen voor het Vlaamse Gewest inzake de openbare watervoorziening : § 1. (Opgeheven) <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 002; Inwerkingtreding : 23-07-2002> § 2. (Opgeheven) <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 002; Inwerkingtreding : 23-07-2002> § 3. De gemeenten, gemeentelijke regies, intercommunales en alle andere maatschappijen die instaan voor een openbare watervoorziening zijn er toe gehouden aan elk van de op hun openbaar waterleidingnet aangesloten huishoudelijke abonnees met ingang van 1 januari 1997 jaarlijks een hoeveelheid leidingwater gratis te leveren gelijk aan 15 m3 per persoon die op 1 januari van het beschouwde jaar gedomicilieerd is op het adres van de aansluiting op het openbare waterleidingnet. De Vlaamse regering kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de voormelde gratis levering van leidingwater aan huishoudelijke abonnees. <Opgeheven op het ogenblik van de inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse Regering, genomen ter uitvoering van artikel 5, § 3, van het DVR 2002-05-24/42> <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 003; Inwerkingtreding : onbepaald > § 4. De gemeenten de gemeentelijke regies, intercommunales en alle andere maatschappijen die instaan voor een openbare watervoorziening, voor de uitvoering van de in 3 voorziene gratis levering van leidingwater. Zij zullen aldus inzonderheid uiterlijk op 1 maart van het beschouwde jaar de gegevens verstrekken aangaande het aantal personen dat op 1 januari van het beschouwde jaar gedomicilieerd was op elk van de verschillende domicilies die zich op hun grondgebied bevinden. Met het oog op het verkrijgen van de in 3 bedoelde gratis levering, kunnen de huishoudelijke abonnees hetzij uit zichzelf, hetzij op eenvoudige vraag van de betrokken gemeentelijke regie, intercommunale of andere maatschappij die instaat voor een openbare watervoorziening, de nodige gegevens verstrekken aangaande het aantal personen dat op 1 januari van het beschouwde jaar gedomicilieerd was op het adres van de aansluiting op het openbare waterleidingnet. In voorkomend geval kan de betrokken gemeentelijke regie, intercommunale of andere maatschappij die instaat voor een openbare watervoorziening" eisen dat deze gegevens dienen geattesteerd door de burgemeester van de gemeente waarin de aansluiting op het openbare waterleidingnet is gelegen. <Opgeheven op het ogenblik van de inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse Regering, genomen ter uitvoering van artikel 5, § 3, van het DVR 2002-05-24/42> <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 003; Inwerkingtreding : onbepaald > Art. 1bis. (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) <Opgeheven door ORD 2010-10-28/06, art. 13, 004; En vigueur : 28-11-2010> Art. 2.De in voorgaand artikel bedoelde producten mogen slechts onder de bij koninklijk besluit te bepalen voorwaarden worden ingevoerd. Art. 2. (Vlaams Gewest) [Opgeheven] <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 002; Inwerkingtreding : 23-07-2002> Art. 2. (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) <Opgeheven door <ORD 2010-10-28/06, art. 13, 004; En vigueur : 28-11-2010> Art. 3.Het is verboden, zonder een voorafgaande machtiging van de regeering, voor de benaming van een in den handel gebracht drinkwater, den naam van de plaats van herkomst te gebruiken, alsmede elke uitdrukking door middel van dien naam gevormd. Art. 3. (Vlaams Gewest) [Opgeheven] <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 002; Inwerkingtreding : 23-07-2002> Art. 3. (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) <Opgeheven door ORD 2010-10-28/06, art. 13, 004; En vigueur : 28-11-2010> Art. 4.De afgevaardigden van de regeering belast met het toezicht op de toepassing dezer wet en der in uitvoering daarvan genomen besluiten, hebben, te allen tijde, toegang tot de plaatsen waar de beoogde producten opgevangen, gefabriceerd, voorbereid en verkocht worden. Zij stellen de overtredingen van de ten deze geldende wetten en besluiten vast bij processen-verbaal, die rechtsgeldig zijn, tenzij het tegendeel wordt bewezen. Een afschrift er van zal, uiterlijk binnen de acht en veertig uren, na de vaststelling der overtreding aan den overtreder worden overgemaakt. Art. 4. (Vlaams Gewest) [Opgeheven] <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 002; Inwerkingtreding : 23-07-2002> Art. 4. (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) <Opgeheven door ORD 2010-10-28/06, art. 13, 004; En vigueur : 28-11-2010> Art. 5.De overtredingen van de bepalingen dezer wet en der in uitvoering er van gegeven besluiten worden gestraft met een gevangenisstraf van acht dagen tot één maand en met een geldboete van 26 tot 100 frank, of met een dier straffen alleen. In geval van herhaling binnen de twee jaar, na de jongste veroordeeling, mogen vermelde straffen worden verdubbeld. Art. 5. (Vlaams Gewest)[Opgeheven] <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 002; Inwerkingtreding : 23-07-2002> Art. 5. (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) <Opgeheven door ORD 2010-10-28/06, art. 13, 004; En vigueur : 28-11-2010> Art. 6.De ondernemingshoofden, eigenaars, werkgevers, directeurs, verantwoordelijke beheerders of aangestelden, die het toezicht, uitoefend door de gelastigden van de regeering hebben verhinderd, worden gestraft met een geldboete van 26 tot 100 frank, onverminderd, indien daartoe aanleiding bestaat, de toepassing van de bij de artikels 269 tot 274 van het Strafwetboek voorgeschreven straffen. Art. 6. (Vlaams Gewest) [Opgeheven] <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 002; Inwerkingtreding : 23-07-2002> Art. 6. (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) <Opgeheven door ORD 2010-10-28/06, art. 13, 004; En vigueur : 28-11-2010> Art. 7.De bepalingen van het eerste boek van het Strafwetboek, zonder het hoofdstuk VII en artikel 85 uit te sluiten, zijn toepasselijk op de bij deze wet voorziene overtredingen. Art. 7. (Vlaams Gewest) [Opgeheven] <DVR 2002-05-24/42, art. 23, 002; Inwerkingtreding : 23-07-2002> Art. 7. (Brussels Hoofdstedelijk Gewest) <Opgeheven door ORD 2010-10-28/06, art. 13, 004; En vigueur : 28-11-2010>