11 MEI 2025. - Koninklijk besluit tot vaststelling, voor het jaar 2025, van de dotaties bedoeld in Titel IV en in Titel VII van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector
Art. 1-3
Artikel 1. Voor het jaar 2025, worden de bedragen van de opbrengst van de patronale bijdrageverminderingen bedoeld in artikel 35, § 5, van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers vastgesteld als volgt:
- Fonds sectoriel Maribel RW-RB-CG, opgericht door het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap (PSC 318.01): 13.396.731,99 euro;
- Fonds Sociale Maribel voor de diensten gezinszorg van de Vlaamse Gemeenschap, opgericht door het Paritair Subcomité voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp van de Vlaamse Gemeenschap (PSC 318.02): 35.026.006,51 euro;
- Fonds Sociale Maribel voor de instellingen en diensten die behoren tot het bevoegdheidsgebied van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten (PC 319): 6.814.905,12 euro;
- Sectoraal Fonds Sociale Maribel voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap, opgericht door het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap (PSC 319.01): 78.712.529,03 euro;
- Fonds Mirabel, opgericht door het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Franse Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Duitstalige Gemeenschap (PSC 319.02): 51.123.533,95 euro;
- Vlaams Sociaal Fonds voor de bevordering van de tewerkstelling in de maatwerkbedrijven, opgericht door het Paritair Subcomité voor de Vlaamse sector van de beschutte werkplaatsen, de sociale werkplaatsen en de maatwerkbedrijven (PSC 327.01): 57.805.937,72 euro;
- Fonds Maribel social pour les entreprises de travail adapté subsidiées par la Commission communautaire française, opgericht door het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Franse Gemeenschapscommissie (PSC 327.02): 3.429.147,62 euro, verminderd met 63.488,19 euro aan niet-recurrente middelen;
- Sociaal Fonds voor de bevordering van de tewerkstelling in de beschutte werkplaatsen, opgericht door het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen van het Waalse Gewest en van de Duitstalige Gemeenschap (PSC 327.03): 16.952.697,73 euro;
- Fonds Sociale Maribel van de socio-culturele sector voor federale en bicommunautaire organisaties, opgericht door het Paritair Subcomité voor de federale en bicommunautaire socio-culturele organisaties (PSC 329.03): 7.992.456,75 euro;
- Sociaal Fonds Sociale Maribel voor de socioculturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, opgericht door het Paritair Comité voor de socioculturele sector (PSC 329.01): 34.049.535,13 euro;
- Fonds social Maribel social du secteur socioculturel des communautés française et germanophone, opgericht door het Paritair Comité voor de socioculturele sector (PSC 329.02): 41.898.046,69 euro;
- Fonds sociale Maribel, opgericht door het Paritair Comité voor de gezondheidsinrichtingen en diensten (PC 330): 482.932.054,65 euro, te vermeerderen met 7.351.267,45 euro;
- Sectoraal Fonds Sociale Maribel voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector, opgericht door het Paritair Comité voor de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector (PC 331): 26.902.256,56 euro;
- Sociale Maribel Fonds, opgericht door het Paritair Comité van de Franstalige en Duitstalige welzijns- en gezondheidssector (PC 332): 21.381.358,73 euro;
- Fonds sociale Maribel bedoeld in artikel 35, § 5, C, van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers: 409.902.711,57 euro, te vermeerderen met 38.720.000,00 euro.
Art.2. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2025.
Art. 3. De minister bevoegd voor Werk en de minister bevoegd voor Sociale Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Nota
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad:
Wet van 29 juni 1981, Belgisch Staatsblad van 2 juli 1981.
Programmawet van 22 december 2003, Belgisch Staatsblad van 31 december 2003.
Wet van 20 maart 2023, Belgisch Staatsblad van 6 april 2023.
Bijzondere-machtenbesluit nr. 37 van 24 juni 2020, Belgisch Staatsblad van 3 juli 2020.
Koninklijk besluit van 18 juli 2002, Belgisch Staatsblad van 22 augustus 2002.
Koninklijk besluit van 1 september 2006, Belgisch Staatsblad van 11 september 2006.
Koninklijk besluit van 13 juni 2010, Belgisch Staatsblad van 25 juni 2010.
Koninklijk besluit van 29 juni 2014, Belgisch Staatsblad van 11 juli 2014.
Koninklijk besluit van 15 maart 2017, Belgisch Staatsblad van 27 maart 2017.
Koninklijk besluit van 23 maart 2022, Belgisch Staatsblad van 4 april 2022.
Koninklijk besluit van 1 mei 2022, Belgisch Staatsblad van 16 mei 2022.
Koninklijk besluit van 31 mei 2023, Belgisch Staatsblad van 8 juni 2023.