2 MAART 2025. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 mei 1965 houdende vaststelling van de regels voor de tussenkomst van het Fonds voor dringende geneeskundige hulpverlening
Art. 1-3
Artikel 1. In artikel 4/7 van het koninklijk besluit van 22 mei 1965 houdende vaststelling van de regels voor de tussenkomst van het Fonds voor dringende geneeskundige hulpverlening, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 19 januari 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° er wordt een paragraaf 3/1 ingevoegd, luidende:
" § 3/1. In afwijking van de paragrafen 1 tot 3, geldt voor de schuldvorderingen die worden ingediend vanaf 1 maart 2025 dat er wordt tussengekomen door het Fonds voor dringende geneeskundige hulpverlening ten belope van een maximaal bedrag per interventie dat bepaald wordt pro rata de beschikbare enveloppe en dat maximaal zestig honderdsten van de forfaitaire vergoeding bedoeld in artikel 1, § 1 van het voormelde koninklijk besluit van 28 november 2018 uitmaakt.
De raad van bestuur van het Fonds voor dringende geneeskundige hulpverlening legt ieder jaar uiterlijk in de maand februari volgend op het boekjaar de beschikbare enveloppe en het maximale bedrag van tussenkomst bedoeld in het eerste lid vast op basis van deze berekening:
- De beschikbare enveloppe, is de enveloppe bestaande uit het totaal van de budgettaire middelen bedoeld in artikel 7, § 3, van de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening na aftrek van het bedrag voor de werkingskosten van het Fonds voor dringende geneeskundige hulpverlening voor het betrokken boekjaar en -indien van toepassing - van de tussenkomsten voor schuldvorderingen ingediend voor 1 maart 2025 die overeenkomstig de paragrafen 1 tot 3 werden uitbetaald gedurende ditzelfde boekjaar;
- Dit maximaal bedrag wordt berekend door de totale beschikbare enveloppe te delen door het aantal interventies waarop de schuldvorderingen betrekking hebben, die vanaf 1 maart 2025 gedurende het lopende boekjaar worden ingediend en voldoen aan de voorwaarden en regels bepaald onder artikel 4/8 om uitbetaald te worden door het Fonds voor dringende geneeskundige hulpverlening.".
2° wordt aangevuld met een paragraaf 6 luidende:
" § 6. In afwijking van paragraaf 5 betaalt het Fonds voor dringende geneeskundige hulpverlening haar tussenkomst aan de ambulancediensten voor de schuldvorderingen vanaf 1 maart 2025 zoals bedoeld in paragraaf 3/1, na berekening van de beschikbare enveloppe voor de schuldvorderingen waarop deze enveloppe van toepassing is en uiterlijk in het eerste kwartaal na het einde van het boekjaar.".
Art.2. Dit besluit treedt in werking op 28 februari 2025.
Art. 3. De minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.